BIJVOEGSEL, behoorende tot de Leidsche Courant van Maandag 6 December d880, iV°. 286. BUITENLANDSCHE BERIGTEN. 'sGRAVENHAGE4 December. Tot kantonregter-plaatsvervanger zijn benoemd: te Helder de heer D. van Drumpt, ontvanger der registratie en domeinen aldaar; te Harderwijk de heer mr. J. F. Neeb, advocaat te Nijkerk. Tot notaris binnen het arrond. Leeuwarden, ter standplaats Holwerd, is benoemd de heer B. Ypma Kz.thans notaris te Ameland. Aan den heer II. Gimberg van der Hoeven, referendaris bij het dep. van koloniën, is, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit 's lands dienst, onder dankbetuiging voor de door hem bewezen diensten. De gepensioneerde luit.-kolonel der genie en sappeurs van het leger in Nederl. Indië L. C. van Kerkwijk is belast met de waarneming der be trekking van referendaris, chef van het bureau "Aanschaffing enjuitzending van gouvernements-goederen" bij het dep. van koloniën. De kapitein-luit. ter zee VV. van Oorschot, uit O. I. teruggekeerd, is op non-activiteit gesteld. De minister van justitie zal Dingsdag aanst. geen gehoor verleenen. Men verneemt, dat door Z. M. den keizer van Duitschland de onder scheiding verleend is van kommandeur der orde van den Rooden Adelaar aan den luitenant-generaal Yerspijck, die namens Z. M. den koning der Nederlanden, ter gelegenheid van het Domfeest te Keulen, den Duitschen monarch aldaar begroet heeft. Den ordonnance-officier jhr. van de Poll, die 'skonings adjudant-generaal bij die missie vergezelde, is het ridderkruis der Pruissische Kroonorde geschonken. De eerste kamer heeft heden beraadslaagd: 1°. Over het ontwerp van wet houdende nadere bepalingen omtrent den accijns op het zout. De minis ter van financiën heeft ook nu verklaard, dat er een ontwerp tot wijziging der wet omtrent den accijns op het zout in bewerking is en dat bij die gelegenheid kan worden overwogen of het bedrag van den accijns verlaagd zal kunnen worden. In omvrage gebragt, werd het ontwerp aangenomen met 28 tegen 7 stemmen. 2°. Over het voorstel van drie leden tot wijzi ging van het reglement van orde voor de behandeling van het ontwerp van een Wetboek van Strafregt. Na discussie werd het aangenomen met 24 tegen 11 stemmen. Dientengevolge is de commissie van rapporteurs voor dat ontwerp door den voorzitter zamengesteld uit de heeren Borsius, van Akerlaken, Vos de Waal en Thooft. De vergadering is tot heden middag half 4 ure geschorst. In deze zitting is de Indische begrooting aan de orde gesteld tegen Maandag ten 11 ure. In de zitting van de tweede kamer van gisteren hebben bij de algemeene beraadslagingen over de staatsbegrooting de ministers van buitenlandsche za ken en financiën het woord gevoerd. De minister van buitenlandsche zaken wees er op, dat het standpunt der regering tegenstand had ontmoet, inzon derheid bij den heer van Houten. De minister zou tol bestrijding zijner ar gumenten kunnen volstaan met (e herhalen wat hij ten vorigen jare reeds zeide. De regering blijft het standpunt handhaven, dat zij ten aanzien van grondwets-herziening ingenomen heeft. Op dit oogenblik slaat de regering de hand niet daaraan, hoewel zij niet ontkent, dat de tijd daartoe nadert; zij moet zijn eene levendige kracht in de volksovertuiging en voldoende voor bereid. Zegt men aan de eene zijde, dat de regering weinig of niets verrigt heeft, aan de andere zijde beweert men, dat de regering werkt met een ijver, eene betere zaak waardig. Er zijn, zegt weder een derde, belangrijke zaken gedaan. Maar ook dit wordt der regering tot verwijt gerekend. Niet het kabinet heeft zich den naam gegeven van «Cabinet d'affaires", maar de kamer. De regering aanvaardde dien naam in den goeden zin des woords. Het verlangen der regering was, vooral belangrijke zaken op het gebied van financiën en de landsverdediging tot stand te brengen. De minister verzekert, dat bij de begrooting van oorlog volstrekt niets wordt geprejudicieerd op elke verdere leger-organisatie of op de vaststelling der militiewettenwaar van het eerste reeds een punt van overweging bij den ministerraad uitmaakt. De minister van financiën merkte op, hoe de financiële quaestie in ditdrie- daagsch debat op den voorgrond was getreden. Hij stond stil bij de klagt, alsof de handel verloopt. De minister sprak dat tegen. Integendeelde han del op Java neemt toe. De cijfers van onzen invoer tot verbruik en uitvoer voor het vrije verkeer, daargelaten den doorvoer, leveren het bewijs van vooruitgang in plaats van achteruitgang van onzen handel. Er zijn zelfs eene reeks van uitgaven, waarop niet te bezuinigen valt, omdat er zaken zijn, die voltooijing vorderen en werken die en soufl'rance zijn. Overigens heb ben wij het geheel in onze magt, groote uitgaven te besparen. Men late slechts de groote werken stilstaan, den aanleg van spoorwegen staken en geve geen cent meer uit voor de defensie. Dat zou wezen zaken doen op de beurs; geld maken om de wezenlijke belangen van het vaderland te verwaar- loozen. Er kan echter veel gearbeid worden. Wij kunnen ons nu de mid delen verschaffen met geringe opoffering de werkkrachten zijn ter onzer be schikking waardoor de regering tegemoetkomt aan de nijverheid. Er is dus kapitaal en werk beschikbaar. Zullen wij daarvan geen gebruik maken en met energie optreden? De arbeidskracht der natie moet vermeerderd worden door middelen van verkeer, maar ook voor de schatkist worden uitgewon nen tijd en geld. Wat belastinghervorming betreft, wenscht de minister zich j in dit opzigt aan te sluiten bjj hendie meenendat daaraan de hand moet worden geslagen. Hij komt echter op tegen de meening als zou in dit op zigt niets zijn gedaan tot verligting van de lagere klassen. Men verlangt eene tabaksbelasting. Heeft men dan het petitionnement daartegen en de be zwaren van deskundigen vergelen Althans in 's ministers plannen ligt niet het voorstellen eencr tabaksbelasting. De minister zet nader zijne plannen van belasting-hervorming uiteen, hierop nederkomende: eerst versterking der middelen; dan vervanging der patent- door eene bedrijfsbelasting; regeling der herziening van de personele belasting; inmiddels, voor zooveel mogelijk ontlasting van de middenklasse door verbetering van de wet op de registra tie; vervolgens, na afloop van de herziening der belasting op de ongebouwde eigendommen, overweging van de vraag, of belastingen kunnen worden af geschaft. Dit stelt de minister voorop, dat versterking der middelen nood zakelijk is. In de zitting van heden zijn, na zeer uitgebreide replieken en na ver dediging der regering ter zake van haar optreden en hare houding, de algemeene beraadslagingen over de begrooting gesloten. Door den heer Keuchenius is eene motie voorgesteld ter zake van vaccine-dwang in Indië, doch deze is tot later verschoven. Maandag voortzetting. De hh. de Vos van Steenwijk, van der Feltz en Oldenhuis Gratania hebben voorgesteld de tot een gezamenlijk bedrag van 1060 in de begrooting van justitie voorgedragen verhoogingen van tractementen of toe lagen niet te doen verstrekken. Een tweede amendement heelt dezelfde bedoeling ten aanzien der voorgedragen verhooging van 200 van het trac- tement van den directeur van het huis van verbetering en opvoeding te Alkmaar. Heden is het vijf en twintig jaren geleden, dat mr. J. F. F. Campbell zijne practijk alhier aanving. Zijne talrijke vrienden en oud-patienten hebben dien herinneringsdag niet onopgemerkt laten, voorbijgaan. In den nacht van 28 op 29 Nov. jl. is in de Koediefstraat te 'sGra- venhage door messteken zwaar verwond aan hals en hoofd K. G. van Gul den. Van dit misdrijf wordt verdacht een persoon, oud 24 a 26 jaren, lengte klein of middelmatig, haar rossig blond, neus en mond gewoon, kin rond, knevel rossig, aangezigt bol, kleur bruinachtig, gestalte gezet, gekleed met langen blaauwen ratiné winterjas, donkere broek, hoogen fan- tasiehoed met platten bol. De officier van justitie te 'sGravenhage verzoekt opsporing, aanhouding en berigt. EIGELAMD. LONDEN, 3 December, De koningin hield Woensdag een kapittel van de orden van den Kou seband en van Bath. De hertog van Bethford ontving uit de handen der vorstin de ordeteekenen van eerstgenoemde orde. Luitenant Scott, van de bereden scherpschutters, ontving wegens buitengewone dapperheid bij de inneming van Mairosi's bergvesting, waarbij hij 10 of 11 wonden ontving en de regterarm verloor, het Victoria-kruis. Uit het graafschap Kerry wordt eene ontzettende misdaad gemeld. Dingsdag nacht werd een geregtsdienaar overvallendie in last had eene hoeve te bewaken, waarvan de pachter eenige dagen te voren wegens wan betaling uitgezet had moeten worden. De met geweren en hooivorken ge wapende aanvallers liepen de huisdeur openligtten den geregtsdienaar van zijn bed en gelasten hem te knielen, waarop zij hem een oor afsneden en hem deden zweren, dat hij zich voortaan niet meer zou inlaten met de geschillen tusschen landheeren en pachters. Toen de ongelukkige, bijna flaauw van de pijn en het bloedverlies, den eed gezworen had, sneden de onverlaten hem het tweede oor af en lieten den verminkte niet met rust vóór hij ten tweeden male gezworen had, de zaak van de pachters voor taan trouw te zullen dienen. Daar het gezin van den geregtsdienaar de gesloten deuren niet durfde openen, bleef de ongelukkige ten gevolge van het hevig bloedverlies geruimen tijd in onmagt liggen. Lord Lurgan heeft op het verzoek van zijne 600 pachters, om hun 5 pCt. vermindering van pacht toe te staan, het antwoord gegeven, dat hij niet verder kon gaan dan de uit eigen beweging reeds toegestane ver mindering van 10 pCt. FRANKRIJK. De senaat heeft zonder verdere beraadslaging de begrootingen voor marine, koloniën en onderwijs aangenomen, en daarna eveneens de begroo tingen van openbare werken en het Legioen van Eer. Ten slotte werd de geheele begrooting van uitgaven goedgekeurd. De Marseillaise wordt geregtelijk vervolgd, omdat zij, in strijd met de wet van 27 Julij 1849, eene inschrijving heeft geopend tot het bijeen brengen der boete, waartoe Laisant en Henri Rochefort, wegens het laste ren van generaal de Cissey, door.de regtbank zijn veroordeeld. De hertogin de Chevreuse is'door de regtbank te la Flèche vrijgespro ken van de tegen haar gerigte aanklagt, dat zij een gendarme een slag in het gezigt heeft gegeven, toen deze te Solesmes de Dominikanen hielp ver drijven. Maar de regtbank heeft haar veroordeeld tot eene boete van 200 fr., op grond, dat zij zich verzet heeft tegen de openbare magt in de uitoefening van hare functiën. De afgevaardigde Laisant, vroeger kapitein der genie, die in het proces-de Cissey werd veroordeeldheeft den kapitein Robert de Saint Vincent tot een tweegevecht uitgedaagd. Laatstgenoemde is de schrijver van een brief, die in het proces ter tafel kwam en waarin de beschuldiging voorkwamdat Laisant bij het beleg van Parijs geleden had aan geduchte aanvallen van kanonkoorts. De Intransigeant deelt den tekst mede van het aan den Parijschen gemeenteraad te rigten adres ter oprigting van een gedenkteeken ter eere van de commune. Het luidt aldus: «Overwegende, dat te Parijs onder de i restauratie een monument is opgerigt voor de nagedachtenis van Lodewijk XVI, den 17den Januarij 1793 door de nationale conventie wegens verraad wettiglijk ter dood veroordeeld;overwegende, dat de republiek thans de staatsregeling van Frankrijk is gelijk zij ten allen tijde de regtmatige regeringsvorm der Franschen is geweest, vragen wij ondergeteekenden u, te Pargs wel een openbaar terrein te willen aanwijzen voor een bij inschrij-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1880 | | pagina 5