BIJVOEGSEL, behoorende tot de Leidsehe Courant van Maandag ó8 October dS&O, JY0. 244. B1NNENLANDSCHE BER1GTEN. LEIDEN, 16 October. Aan de rijks universiteit te Leiden zijn tot heden door den rector magnificus T. Zaaijer voor de eerste maal ingeschreven 140 studentenver deeld als volgt: in de geneeskunde 31, in de wis- en natuurkunde 11, in de letteren en wijsbegeerte 12, in de godgeleerdheid 6 en in de regtsge- leerdheid 80. Heden nacht, ruim half vier, werden de ingezetenen uit den slaap gewekt door het alarm-signaal van brand, gevolgd door het luiden van de brandklok. Het bleek dat de brand was uitgebroken in het pliotographisch atelier van den heer Harms, in de Haverzaklaan aan den Stationsweg. Bij het ontdekken van den brand waren de geburen terstond werkzaam om uit de woning te dragen wat daartoe vatbaar was. Hoewel de brandweer spoedig op de plaats des onheils aanwezig was (de spuit n°. 3 gaf het eerste water), kon zij niet verhinderen, vooral ook ten gevolge van de brandbare sloffen die zich in het atelier bevonden, dat het perceel geheel uitbrandde. Reeds ten half vijf ure was men den brand nagenoeg meester. Ook het naastbijgelcgen perceeltje heeft natuurlijk veel geleden. Naar wij vernemen was zoowel de eigenaar van het perceel als de bewoner, ofschoon wat laag, legen brandschade verzekerd. Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende deze week dagelijks van 47 tot 74 volwassen personen en 6 tot 11 kinderen. Bij den uitgever J. II. de Bussy, te Amsterdam, is een werkje verschenen getiteld: "Iets over de tegenwoordige afhankelijkheid van de Nederlandsch Indische rechterlijke ambtenaren". De schrijver, voor wiens rekening dit boekje gedrukt is, heeft voornamelijk zijne pen gerigt tegen de willekeur en de onregtvaardige behandeling der Indische regering tegenover de reg- terlijke ambtenaren. Om deze bewering ingang te doen vinden, baalt hij verscheidene voorbeelden ter bewijze aan, waaruit ten duidelijkste blijkt, dat de Indische regterlijke magt reeds sedert tal van jaren het stiefkind der regering is. Om in dat gebrek van onafhankelijkheid te voorzien, geeft de schrijver in overweging, om in Indië, evenals hier te lande, den procureur-generaal bij het hoog geregtshof en verder alle regtsprekende ambtenaren (kantonregters zijn er niet) voor hun leven aan te stellen. Bij de acte-examens voor middelbaar onderwijs te 'stlage, afd. taai en letterkunde, zijn toegelaten: voor geschiedenis mej. M. S. J. Ledeboer, van Rotterdam; voor aardrijkskunde mej. A. C. Croiset van der Kop, van 'sHage; voor Engelsche taal- en letterkunde mej. W. M. Kosters, van Nij megen, en mej. W. de Beer, van Amsterdam. Afgewezen: 1 voor Neder- landsche taal- en letterkunde; 1 voor Nederlandsche taal- en letterkunde en 2 voor Fransche taal- en letterkunde trokken zich terug. Niet opgekomen: 1 voor aardrijkskunde. Bij de acte-examens voor het lager onderwijs, gisteren te 'sHage ge houden, zijn voor de acte in de Hoogduitsche taal 5 candidaten geëxami neerd, die alle werden toegelaten: mej. A. L. G. Bosboom, B. A. Kok, J. Muns, C. J. A. Scharenberg en E. C. Verwohlt, allen uit 'sHage. Voor de acte in de vrouwelijke handwerken werden van de 15 candidaten toege laten mej. J. H. Akkersdijk, uit Rotterdam, voor nut en smaak; J.C. Bosijn, uit Rotterdam, voor nut; A. 11. Brokking, uit 'sHage, voor nut; F. M. Frankle, uit 'sHage, voor nut en smaak; P. E. Fruin, C. de Heer, C. C. H. Hesselberg, T. Muns, allen uit Rotterdam en allen voor nut en smaak; W. P. C. Rauws, uit Rotterdam, voor smaak; A. J. van der Schaft, uit's Hage, voor nut en smaak; M. M. van Strij, nit Rotterdam, voor smaak; N. Ver horst, uit Overschie, voor nut en smaak, H. F. Verwer, uit Kralingenvoor smaak, en E. Walop, uit Rotterdam, voor smaak. Heden zijn voor het Hoogduitsch toegelaten: mej" E. van Dijk, G. T. Goudsmit, E. A. Lancel, W. van Romburgh en A. C. P. Engelhardt, uit Leiden. De /V. R. C. verneemt nader, dat het kon. besluit van 30 Aug. jl. (regeling van den schoolbouw) in dien zin zal gewijzigd worden, dat art. 26 voor de met 1 Nov. bestaande scholen eerst met 1 Jan. 1883 in wer king zal treden. De commissaris van politie te Arnhem waarschuwt voor een troep kermisreizigers, bestaande uit twee mannen en twee vrouwen met eenige kinderen, reizende in twee huiswagens. De twee Duitsch en F ranselt spre kende vrouwen, oud ongeveer 40 a 45 jaren, met zwart haar, bruinen tint en gekleed als Zigeunerinnen, wel voorzien van ringen aan hunne vingers, houden zich onledig met het in goudsmidswinkels bezigtigen van goud- en zilverwerken; stellen den winkelier daarbij voor oude muntstuk ken in te wisselen om afleiding te bezorgen, waarvan de eenc de gelegen heid te baat neemt om een uitgespreid voorwerp behendig weg te nemen waarna beiden zonder iets te koopen den winkel verlaten. Een winkelier te Arnhem werd den lleD Oct. jl. op die wijze bedrogen. Een gouden damesring, waarop drie parels met 4 of 6 diamanten, ter waarde van ƒ34, werd na het vertrek dier vrouwen vermist. Het hoog militair geregtshof te Utrecht heeft uitspraak gedaan in de bekende zaak der acht machinisten. Het hof nam als bewezen aan, dat de beklaagden bewust waren onder de orders van luit. Backer te staan. Van Woerden werd schuldig verklaard aan overtreding van het reglement van krijgstucht. Wegens het verschijnen in burgerkleeding op de parade wer den de machinisten vrijgesprokenmaar alle werden schuldig verklaard aan weigering om een gegeven order na te komen. Van de beschuldiging, dat zij een meerdere beleedigd hadden met woorden, werden zij vrijgesproken. Met vernietiging van het vonnis van den krijgsraad werden de beklaagden veroordeeld: van Woerden lot provooslarrest van 14 dagen met inhouding van soldij, Oostlievense tot 6 weken detentie, van Wijngaarden en Zeven huizen tot 4 weken, Verschoor en Fauwel tot 3 weken, Hoekstra en Jon kers tol 2 weken detentie. Degradatie is door het hof niet uitgeproken. Den 23st,n dezer zal van Harderwijk een detachement suppletietroepen vertrekken, onder bevel van den kapitein der artillerie K. A. M. van Meurs, van het 0. I. leger. Dit transport, sterk 50 man, benevens 4 onderofficie ren, zal aan boord van het stoomschip Prinses Amalia de reis naar Java aanvaarden. Te Gouda is eene vrouw aangehoudenbeschuldigd van opligting met behulp van door haar vervaardigde valsche geschriften. Zij is naar het huis van arrest te Rotterdam overgebragt. Men meldt uit Gorinchem, van 15 October, aan de tl. C. het volgende: D». V.van Delftzou gisteren avond als spreker bij de te dezer stede be staande Christelijke Jongensvereeniging optreden. Daarvoor ten 4 ure al hier aangekomen, werd hij door den heer M. opgewacht, ten einde aldaar het middagmaal te gebruiken. Naauwelijks aangezeten zijnde, ontving hij een telegram van een der diakenen of ouderlingen te Delft, waarin hij verzocht werd dadelijk tehuis te komen, met bijvoeging, dat vrouw en kinderen welvarend waren. Op zijne vraag per telegraaf, wat dan de oor zaak was, kwam het berigt; "Gelijkluidende brief als aan de familie B. te 's Hage ook bij u ontvangen". De heer V. reisde daarop onverwijld huis waarts en een heden van hem ontvangen berigt deelt mede, dat de hem gezonden brief eene aanvraag om 25,000 inhield, of het leven van ZWEerw. liep gevaar. Hoor de commissionairs in effecten K. en S.te Haarlem, is een aan hen gepresenteerde wissel ad ƒ140, van iemand, met wien zij gewoonlijk zaken doen, betaald. Later is hun evenwel gebleken, dat die wissel valsch is. Burg. en weLh. van Amsterdam hebben aan den gemeenteraad het voor stel gedaan om zich te wenden tot de tweede kamer met het verzoek om ten behoeve van het stedelijk gymnasiumwaarvan de kosten van ƒ9000 ruim in 1878 lot ruim ƒ35000 in 1880 gestegen zijn, bij eene verlaging van schoolgeld van ƒ120 tot ƒ100, een rijks-subsidie te verkrijgen, ten bedrage van de helft der kosten, evenals dit aan andere gemeenten, waar dergelijke inrigtingen van hooger onderwijs bestaan, is toegekend. Te Amsterdam is gisteren morgen in de slearine-kaarsenfabriek aan de Ruysdaelkade een werkman, bij het bevestigen van een drijfriem, in eene kuip met kokende stearine en vitriool gestort. Vreesselijk gebrand, werd de ongelukkige, een oppassend huisvader, uit het heete vocht opge haald en naar het gasthuis gebragt. Er is weinig hoop op het behoud van zijn leven. Te Rijsenburg is eergisteren de 13-jarige zoon van een tuinman onder het schudden van eikels uit een boom gevallenmet het ongelukkig ge volg;, dat hij kort daarop overleed. De Tielsche Cour. verneemt uit zekere bron, dat te Zalt-Bommel is aangehouden een onderofficier van het O. I. leger, die bekend heeft den bedreigenden brief aan den sergeant Musquetier te hebben geschreven en met de Jongh tegelijk uit Indië te zijn gekomen. De bedoelde persoon zou naar 's Hage worden overgebragt. Te Duiven, in Gelderland, is eergisteren nacht in de r. k. kerk inge broken. Men heeft zich van verscheidene dingen van waarde meester gemaakt. Woensdag avond is de woning van den landbouwer W. D.aan de grens van de gemeente den Ham en Hellendoorngeheel afgebrand. De kinderen, die reeds te bed waren, zijn, evenals het vee, met moeite ge red, terwijl de inboedel grootendeels is verbrand. 's GRAVENHAGE. 16 October. De luit. ter zee lc kl. R. T. du Cloux, behoorende tot het eskader in Oost-Indië, is, op zijn daartoe gedaan verzoek, eervol uit de zeedienst ont slagen, en de luit. ter zee 2e kl. K. J. Bal, dienende aan boord van de instructiebrik Zeehond, wordt, onder intrekking zijner overplaatsing aan boord van het wachtschip te llellevoctsluis, op non-activiteit gesteld. Z. K. H. de groothertog van Saksen-Weimar heeft de Medaille van Verdiensten der orde van den Witten Valk geschonken aan den heer Brou wer, stalfourier des konings, die gedurende het verblijf alhier van den groothertog belast is geweest met de verzorging der ter beschikking van Z. K. II. gestelde hofrijtuigen. De koetsier Jansen ontving van den groot hertog een gouden doekspeld met diamanten. H. K. H. prinses Hendrik is heden ochtend per Holl. spoor over Am sterdam naar Soestdijk vertrokken. H. K. H. de groothertogin van Saksen- Weimar deed HD. aan het station uitgeleide. 's Konings zuster heeft haar terugkeer naar Weimar één dag vervroegd en zal derhalve, in plaats van Woensdag, Dingsdag middag ten 4 ure de terugreis aannemen. Z. K. II. de prins van Oranje is gisteren, vergezeld van zijn adjudant, kapitein Beijerman, te Parijs gearriveerd, komende uit Zwitserland. Gisteren behandelde het hof de zaak van zekeren P. S., oud 35 jaren, kelderknecht van beroep en wonende te 's Hage. Hem werd ten laste ge legd valschheid in een authentiek geschrift en het gebruik maken daarvan. Deze persoon, als kanonnier bjj de rijdende artillerie gediend hebbende, erlangde bij zijn ontslag uit de dienst een paspoort, waarop aan den voet voorkwamen de woorden: "het certificaat van goed gedrag geweigerd", hetgeen zeker tot geen verwondering zal aanleiding geven, als men weet, dat hem in dienst niet minder dan 93 straffen waren opgelegd. De genoemde woorden op zijn paspoort waren hem zeer hinderlijk en om bij voorko mende gelegenheid zich met goed gevolg er van te kunnen bedienen ging bij ze veranderen. Ilrj slaagde daarin, maar de verandering was zoo ach teloos geschied, dat, toen hij zich met een request tot den burgemeester van 'sHage had gewend, met verzoek om tot agent van politie te worden benoemd en daarbij het bedoelde valsche stuk, waarvan de bedoelde woor den thans luiden: //met certificaat van goed gedrag", had overgelegd, bij den eersten oogopslag de vervalsching werd ontdekt. De besch. bekende het hem ten laste gelegde. Adv. gen. mr. Gregory geloofde, dat alleen matcriëel nadeel, zooals in deze was geleden, voldoende was voor de strafbaarheid van het gepleegde feit. Daar de besch. zich na zijne militaire dienst in onderscheidene be trekkingen goed had gedragen, achtte adv. gen. het voldoende hem eene matige straf op te leggen en hij wenschte hem toe, dat het thans de eerste, maar ook de laatste maal zon zijn hier in de bank der beschuldigden te moeten plaats nemen. Zijn requisitoir strekte tot veroordeeling van S. tot 6 maan den celstraf en 2 hoetcn van ƒ50. Nadat de verdediger mr. Donker Curtius het hof op eenige verzachtende omstandigheden voor zijn cliënt had gewe zen, deed het hof terstond uitspraak en veroordeelde den besch. tot drie maanden eenzame opsluiting en twee boeten van ƒ50. Justitie en politie hebben den moed niet laten zinken om een der ge- wigtigste overtuigingsstukken, die in zake den moord op Marius Bogaardt kunnen dienen, in banden te krijgen, ünnoodig te verklaren, dat hier be- boeld wordt de degen, waarmede de moordenaar het ongelukkige kind door boorde. De werkzaamheden naar het zoeken van dat moordtuig, verleden Vrijdag aangevangen en voortgezet onder voortdurende leiding van den in specteur van politie üubelzijn heden met den vurig gewenschten uitslag bekroond. Tusschen 11 en 12 ure is juist op de grens tussehen Wassenaar en 'sGravenhage in den Benoordenhoutschen sloot door den duiker van de firma Bickers G°. te Rotterdam gevonden een slok, zonder knop, met doornen knopjes, en degen bevattende. Het gevonden voorwerp komt geheel ovèreen met den degenstok, beschreven door den verdachte de Jongh en door hem in dezelfde vaart weggeworpen. Proces-verbaal van dit voorval is opgemaakt terwijl de stok zelf op de regtbank is gedeponeerd. Ingevolge de bevelen van Z. M. den koning is de sergeant Musquetier op den hoofdcursus te Kampen geplaatst^ Hij bevindt zich reeds aldaar.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1880 | | pagina 5