Le Progrès de Nice meldt, dal in de nabijheid van liet station van Cannes eene poging is gedaan om den trein, die aldaar ten 10.37 des avonds aankomt, le doen derailleren. De trein had gelukkig zijne geheele snelheid verloren, zoodat geen ongelukken hebben plaats gehad. De onverlaten, die niet ontdekt zijn, hadden een balk op de rails gelegd. ttlTITSCH l,AKD, Hel schrijven van den Paus aan de Duitsche bisschoppen, waarin hij hnn vergunt zich te onderwerpen aan de wetten van 11 Mei 1873 en 21 Mei 1874 (liet toezigt van den staat op de benoeming van de pastoors), geeft veel voldoening. De Köln. Ztg. meent, dat de slaat nu misschien wel toe zal geven op een ander punt, waarover de </Cultur-kampl" liep, namelijk hel examen, dat door de priesters afgelegd moet worden. Uit Salonika meldt men aan de Köln. Zeil. dal de kolonel Synge zich nog altijd in de handen der roovers bevindt. De roovers willen hem alleen vrijlaten op de volgende voorwaarden1». 10000 turksche ponden losgeld 2°. dat al hunne kamaraden, die in hechtenis zijn. op vrije voeten gesteld worden; 3°. amnestie, door de Porie verleend, onder waarborg van Enge land. De roovers zijn zeer beleefd, maar de onderhandelingen vorderen weinig of niet. Uit Mauthausen, in Oostenrijk, wordt gemeld, dat de 17-jarige zoon van een steenhouwer aldaar het oude kasteel Pragstein in de lucht had wil len laten springen door middel van dynamietpatroncn. Hij had die patro nen reeds nedergelegd en wilde die juist laten ontploflen, toen eene oude vrouw hem betrapte. Hij werd in hechtenis genomen en legde eene volle dige bekentenis af. In het oude kasteel woonden 12 gezinnen en het ligt in de onmiddellijke nabijheid van verschillende andere woningen, zoodat de gevolgen der ontploffing vreeselijk geweest zouden zijn. Wat den jeugdigen booswicht tot dat plan gedreven heeft, weet men nog niet. PGIl TELEGRAAF. WEENEN, 17 Maart, liet huis van afgevaardigden heeft met 149 stem men tegen 139 het door de regering aangevraagde crediet van 20 mitlioen in goudrente toegestaan. KONSTANT1NOPEL17 Maart. De onlusten in de districten Diarbekiren Mardin duren voort. Het Mahomedaansche gepeupel heelt huizen geplunderd. Er zijn vier personen gedood. De Servische zaakgelastigde heeft aan de Porie berigt gegeven van een inval van Albanezen in Servië. De Porie heeft maatregelen genomen. ST. PETEUSBUUG, 16 Maart. Het proces van Bogoslawsky, zoon van een priester, te Kiefl den 4 dezer aangevangen, duurde twee dagen en eindigde met een doodvonnis, uit te voeren door ophanging, en dat waar schijnlijk wel reeds voltrokken zal zijn, ofschoon er nog geen berigt van is gekomen. De beschuldigde wordt beschouwd als een der leiders van de re- volutionnaire partij te KiefT, die de leden voorzag van boeken en revolvers. Bogoslawsky werd beschuldigd als te behooren tol eene onwettige vercenigiug, van het twee malen ontwerpen van plannen lot berooving van de post pakketten en van de kas van het Kursk-infanterie regiment, en verdacht van moord op een lid, dat onder verdenking lag van een verklikker te zijn, met name Kurilolï. BERLIJN. 18 Maart. De commissie voor de socialistenwet stelde met 10 tegen 3 stemmen den duur van de geldigheid der wet vast tot 30 Septem ber 1884, in plaats van 1886. Overeenkomstig het voorstel der regering besloot men in de zoogenaamde proces-paragraaf de bepaling op te nemen dat uitzettingen van afgevaardigden van den rijksdag en van den landdag tijdens den duur der zittingen niet geldig zjjn. DOORBORING VAN DEN ST. GOTHARD. Vervolg Faido, 3 Maart 1880. Teruggekomen uit Airoio, waar ik aan bet inwijdingsfeestmaal deelnam, doe ik u daarvan aanstonds mededeeling. Vooral echter zal het misschien uwen lezers behagen, eenige bijzonder heden te vernemen aangaande de blijde gebeurtenis, toen men uit de beide gangen van den 'grooten tunnel elkander ontmoette. Nooit, geloof ik, werd eenige lijding met koortsachtiger ongeduld ver wacht noch eenige arbeid met onverbiddelijker en wanhopiger wilskracht verhaast. Zaterdagavond (28 Febr.) brak de boorslang onverwachts aan den kant van Göschenen door. Onverwachts zeg ik, want, volgens de berekeningen der wetenschap bleven er nog 8 meters van den tunnel te doorboren over. Er was dus eene vergissing van 8 meters, die men nog niet weet, of zij aan verkeerde driehoeksmeting of aan eene verkeerde opmeting van den noordelijken en den zuidelijken tak moet worden toegeschreven. Een kreet van vreugde weerklonk door de lange en duistere gangen en de beangstigde beschermgeesten van den St. Gothard moesten hun vlucht naar de meer verheven kruinen nemenom van daar in veiligheid de laatste stuiptrekkingen van den wreeden reus le kunnen gadeslaan. En inderdaad begon de aanval dadelijk opnieuw. De bres verbreed zijnde, snelden de ingenieurs en werklieden door de openingen heenom elkander met gelukwenschingen en hoera's te begroe ten. Het eerste wat er doorging, was het portret van Louis Favre, een geschenk der technici van de afdeeling Göschenen aan hunne collega's van de afdeeling Airoio. Het was zijn geest, omkranst met de majesteit des doods, die hier in den tunnel verscheen, als om er bezit van te nemen, eene droevige en toch liefelijke gedachte, vol van herinneringen, die meer dan één traan in aller oogen deed opwellen. Thans werd het voortzetten van den arbeid tot den volgenden morgen uitgesteld. Eene aaneengesloten menigte hoopte zich bjj hel aanbreken van den dag aan den ingang van den tunnel op, en er was iets stuipachtigs in het verlangen van al die menschen, voor wie de minuten thans uren sche nen; hoewel men wist, dat voortaan het reusachtige werk was verzekerd. Eindelijk tegen 11 uren ontploften de laatste mijnen en ten 11.15 kwam op de vleugelen der electriciteit de tijding, dat de scheidsmuur van den St. Gothard was gevallen. Het is mij onmogelijk, u de ontroering, de vreugde en de geestdrift der menigte le beschrijven. Wie geeft mij de pen van Verne, van De Auiicis of van Dumas, om naar 'lieven dat tooneel te schetsen, 't geen zelden in 'smenschen leven twee maal kan worden bijgewoond. Allerwegen aanschouwt men niets anders dan het geven van handdruk ken, het wuiven met hoeden en zakdoeken. Het zjjn omarmingen, vluch tige vreugdetranen of wel hoera's enz., die te geljjk uit duizend borsten losbreken. Men spreekt, lacht, schreeuwt, vraagt, antwoordt, en men weet niet, wat men zegt. Anekdoten, geschiedenisjes, bijzonderheden, die meer of minder waar zijn, soms zelfs ongerijmd, gaan, komen en keeren weder terug. Ieder heeft iels nieuws aan zijn buurman te vertellen. Daar komen op 't onverwachtst de concerten der muziekkorpsen zich met de vreugdekreten des volks vermengen, terwjjl de salvo's der carabi- niers uit Airoio en het gebulder der mortieren om zoo le zeggen als con trabassen dienst doen. Van boven uit haar luchtig verblijf doen zich de gewjjde klokken hooren en zenden hare zilveren toonen door het luchtruim, alsof zjj den meiisch, thans door vreugde bedwelmd over de behaalde zegepraal, aan God willen doen denken. Alle echo's herhalen: hoera! hoera! Maar iels, dat nog verhevener en roerender was, had op hetzelfde oogen- blik in het binnenste van den berg plaats. Nauwelijks was de laatste mijn aan den kant van Airoio ontploft, ol de ingenieur llossy, de opvolger van Favre, dringt door de bres heen en werpt zich in de armen van den inge nieur Stukalper, het hoofd van den houthandel te Göschenen. Hem volgen de inspecteur Dapples, afgevaardigde van den bondsraad, en al de technici der afdeeling Airoio. Van de zijde van Göschenen waren met de beambten der onderneming ook de ingenieurs Kauffinann en Koppe, Rambert uit Lausanne en andere uitgenoodigden toegesneld. Men werpt zich in elkanders armen en de on beschrijfelijke ontroering in dat eerste oogenblik maakt spoedig voor eene plechtige stilte plaats, die niemand durft ontheiligen. Daarna raken de tongen weder los. Het is een kruisvuur van geluk wenschingeneene verrukking, die slechts gevoeld, maar niet uitgesproken kan worden. En daarvoor beslaat eene gegronde reden. Zeven en een half jaar hebben zjj zonder ophouden gearbeidnu eens als regenwormen in het slijk begraven, onder de besproeingen der waterbuizen ot onder stroomen van water, altijd in duisteren nacht gehuld, waarin alleen het schrale en roetkleurige licht van eenige lantaarns het noodigc schijnsel voor den arbeid aanbrengt; altijd in eene verzengde atmosfeer van 33% die hen bijna doet smelten en bovendien nog bezwangerd is met den rook van het dynamiet, die de long drukt, versteent, verstikt en vergiftigt; te midden van het woeste gedruisch der boren, die met slangen-vlugheid en leeuwenkracht zich op de rots werpen, haar aanvallen, haar inkerven, stuk slaan, van elkaar scheuren en doorboren. Daar springen geduchte mijnen, die de grondvesten doen dreunen van den granieten reus, aan wien de menschen den oorlog hebben verklaard. (If ordt vervolgd.) Delft, 16 Maart 1880. C. A. HElNTZ. AHAUEillIE-AIEirWg. PROMOTIE AAN DE LEIDSGHE UNIVERSITEIT. Den 18d"' Maart de heer F. N. L. Aberson, geb. te Amsterdam, in de regtswetenschap, na verdediging van zijn akademisch proefschrift: Het ge kozen domicilie. 302d' Staats-I-otert). Vijfde Klasse. Trekking van 18 il/aart. Prjjs van f 1000: N°. 6704. O 400: 3843 7444 15232. s 200: 205 3171 12832 20835. 100: 236 626 1433 6629 10746 13613 15571 18823 19219. 44 1796 204 1890 241 1976 253 2042 321 2071 357 2097 611 2319 857 2361 995 2456 1062 2474 1076 2510 1311 2590 1363 2595 1378 2607 1400 2732 1434 2782 1436 2832 1498 2868 1518 2878 1559 2911 1581 2968 1716 2972 2981 3209 3217 3223 3257 3423 3439 3478 3582 3719 3785 3954 3976 4020 4051 4119 4156 4172 4419 4514 4521 4542 4613 4616 4728 4749 4775 4807 4838 4857 4961 4985 5017 5049 5134 5169 5173 5264 5330 5348 5363 5365 5372 5558 5621 5783 5838 5854 6023 6024 6105 6150 6170 6244 6404 6532 6770 6850 6907 6964 7191 7250 7425 7547 7704 7749 Prjizen van /843 9849 7876 9940 8009 10014 8068 10071 8070 10149 8123 10246 8199 10437 8201 10572 8432 10632 8628 10713 8749 10865 8777 10916 8844 10937 8960 10999 8978 11150 9101 9217 11211 11237 9520 11261 9691 11312 9710 11321 9740 11337 9751 11361 f 70 11409 11458 11529 11626 11805 11840 11907 12011 12073 12109 12142 12304 12328 12342 12371 12413 12141 12462 12497 12498 12499 12525 12547 12583 12682 12852 12927 13047 13076 13083 13453 13502 13685 13695 13739 13743 13818 13905 14034 14045 14295 14305 14312 14341 14684 14809 14829 15376 15421 15455 15498 15529 15584 15595 15784 15791 15816 15859 15927 16049 16177 16193 16300 16775 17145 17210 17350 17430 17814 17841 17858 17953 18229 18266 18299 18310 18430 18623 18767 18901 18923 18996 19139 19152 19313 19359 19514 19659 19708 19745 19792 19803 19906 19999 20043 20245 20344 20346 20349 20402 20542 20587 20645 20808 20882

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1880 | | pagina 3