BUITENLANDSCHE BERIGTEN, school te Urctcrpervcrlaat, gemeente Opslerland, de bevoegdheid tot het ge ven van lager onderwijs heeft verloren. Volgens een door de prov. staten van Noordbrabant vastgestelde en aan den koning ter goedkeuring opgezonden besluit, tot oprigting van een waterschap, onder de benaming van: «Waterschap ter bevordering van den walerstaatstoestand in het Noordoostelijk gedeelte van Noordbrabant strekt zich bet waterschap uit over 32 bestaande waterschappen en over eenige buiten het gebied dier waterschappen gelegen eigendommen onder 22 gemeenten. liet getal hoofd-ingelanden, te benoemen door de besturen der betrokken waterschappen en door de raden der betrokken gemeenten, is bepaald op 112. Het bestuur bestaat uit een voorzitter, zes leden, een secretaris en een penningmeester, waarvan de voorzitter en de leden door hoofd-ingelandende secretaris en de penningmeester door het bestuur worden benoemd, liet waterschap houdt op te bestaan, zoodra de aan het rijk te verstrekken bijdrage in de kosten van verbetering en de geldleenin- gen. ten laste van het waterschap aangegaan, met de daarop verschuldigde renten, geheel zullen zijn afbetaald. sGRAVENHAGE, 20 Februarij. De luit. ter zee 1* kl. J. Loots, behoorende tot de rol van het wacht schip te Hellevoetsluis en belast met het bevel over de kanonneerboot Hydra, wordt op non-activiteit gesield en vervangen door den luit. ter zee 1' kl. W. J. 11. de Kanter. In de zitting der tweede kamer van heden zijn de heeren Tak van Poortvliet en Donner, nieuwbenoemde leden voor Amsterdam en Leidentoe gelaten. Bij het onderzoek der geloofsbrieven van den heer Donner heelt de commissie zich opgehouden met de bespreking der vraag of de betrek king van zendingsdirector niet is die van geestelijke of bedienaar van de godsdienst, een ambt onvereenigbaar inet het lidmaatschap der staten-gene- raal. De commissie had geen enkelen grond voor eenc bevestigende beant woording gevonden en leidde een teeken voor hel tegendeel af uil het feit dat de heer Donner lid is van den gemeenteraad van Leiden. De heer Donner nam heden zitting. Aanstaanden Donderdag is eene interpellatie van den heer Sehimmelpen- ninck van der Oye aan de orde. De luisterrijke eere-m aal tijd, op den geboortedag van Z. M. door den minister van buitenlandsche zaken ten zijnen huize aangerigt, werd, voor zooveel betreft de gezanten van vreemde mogendheden, te dezer stede geac crediteerd, bijgewoond door de diplomatieke vertegenwoordigers van de Vereenigde Staten, België, Groot-Brittannië bij afwezigheid vervangen door den l'l'n secretaris van legatie, het Dnitsche keizerrijk, Frankrijk, Italië, Z 11. den I'aus, Oostenrijk, Hongarije, Rusland en Spanje. Tot de genoodigden aan dit feestmaal behoorden verder de leden van Zr. M'. regering, de voorzitters van de beide kamers der staten-generaal, de vice-president van den raad van state, de procureur-generaal bij den hoogen raad, de minister van staal jlr. de Koek, de commissaris des ko- nings in Zuidholland, de burgemeester der hofstad, de generaal-majoor waarnemend gouverneur der residentie, de vice-admiraal Gregory, de mi-_ nister-resident Evcrwijn en Schimmelpenninck van der Oije, mitsgaders de secretaris-generaal bij het departement van buitenlandsche zaken. Aan het gala-diner bij den minister van buitenlandsche zaken werd gisteren door den deken van het corps diplomatique te dezer stede, den Belgischen gezant, graaf van der Straeten Ponthoz, de eerste dronk inge steld op het welzijn van Z. M. den koning der Nederlanden, groothertog van Luxemburg, welke toast door onzen minister van buitenlandsche zaken in sirrlijke taal werd beantwoord met een heildronk, gewijd aan de souve- reinen en de gouvernementen, wier vertegenwoordigers bij dit gastmaal aan wezig waren. Duizenden personen hadden zich gisteren avond niet laten afschrikken door den hevigen wind om op den drassigen bodem van het door de zware regenbuijen doorweekte Malieveld een plaatsje te zoeken om het vuurwerk te zien, dat ter eere van 's konings verjaardag zou worden ontstoken. Het werd ook ontstoken, maar zelts de bekwame kunstvuurwerkmaker Ruysch was niet altijd bestand tegen de parten, die weer en wind hem speelden. Het eerste nummer, de waterval, viel letterlijk in het water. Een windstoot rukte het stuk uit elkaar, dat loodregt naar beneden zonk. De kleinere stukken slaagden beter en de sloldecoratie, eene zeer eigen aardige hulde aan den koning als beschermer der noodlijdendenliet wei nig te wenschen over. Voor de regtbank alhier stond gisteren teregt een vroegere wegwerker bij den Rijnspoorweg, gewoond hebbende nabij het station Zoetermeer-- Zegwaard, beklaagd van in Oct. jl. den wisselwachter v. d. M. in den duim te hebben gebeten, ten gevolge waarvan die duim is moeten worden afgezet. .Tusschen de beide mannen, die in spoorweg-wachthuisjes naast elkander woonden, was twist ontstaan, naar aanleiding van een verontschuldiging, die v. d. M. namens den stationschei aldaar aan zijn kameraad had gemaakt, over het bij vergissing uit zijn moesttuin wegnemen van kool. Bekl. was bij die gelegenheid zoo driftig gewordendat hij v. d. M. had aangegrepen en onder de worsteling diens duim in den mond wist te krijgen en daarin zoo hevig te bijten, dat na weken van onuitstaanbare pijnen die duim moest worden afgezet. Bekl. ontkende ter teregtzitling het boos opzet. Had hij v. d. M. gebeten, dan was dit onwelend, in drift, door hem ge schied. Het O. M. achtte het wettig bewijs voor de verwonding geleverd en eischte 3 maanden celstraf. Omstreeks 14 dagen geleden werd des nachts zwaar gewond in het gemeente-gasthuis gebragt een netgekleed persoondienaar men later vernam, in het Bosch bezijden den Scheveningschen weg had getracht zich door middel van een revolverschot van het leven te berooven. Later is ge bleken, dat de verwonde sedert meer dan 20 jaren de betrekking vervult van hofmeester bij den Belgischen gezant in de Alexanderstraat. De kwet suur, welke de patient zich met het wapen heeft loegebragl, is in den mond tusschen de neus en het oog gelegen. Er bestaat echter hoop hem in het leven te behouden, hoewel de beide kogeltjes nog niet uit de wonden zijn kunnen worden verwijderd. ENGELAND. LONDEN, 19 Februarij. II. M. de koningin heeft de Russisch keizerlijke familie geluk ge- wenscht met de redding uit het levensgevaar, waaraan zjj was blootgesteld door den aanslag in het winterpaleis. Naar men verneemt is II. M. de koningin voornemens eerstdaags naar Duitschland te vertrekken. Die reis moet in verband staan met de bevesti ging van Hr. M». kleindochter, prinses Victoria van Hessen, oudste dochter van den groothertog. De prinses, die 5 April a. s. haar 18de jaar intreedt, zal als lid der kerk voor Paschen bevestigd worden. Tegen dien tjjd wordt de koningin te Darmstadt verwacht. In het hoogerhuis is de regering door graaf Granville geïnterpelleerd over het drievoudig verbond van 1856 (Parijsch verdrag). Bij dat verbond hebben Groot Brittannië, Oostenrijk en Frankrijk op zich genomen, om ge meenschappelijk en elk voor zich de integriteit en de onafhankelijkheid van het Oilomanisch rijk te waarborgen. De interpellant wenschte ingelicht te worden, of dat drievoudig verbond thans nog geldig is. Spreker was voor zichzelf overtuigd, dat die geldigheid niet meer bestaat, maar andere voor name leden van het huis schenen er niet zoo over te denken. De attorney- general heeft verklaard, dat het verdrag nog altjjd wettelijk bindend is, terwijl de lord-kanselier de meening schijnt toegedaan, dat het verbond uit een politiek oogpunt als opgeheven moet beschouwd worden. Lord Bea- consfield antwoordde: Het is zeker nog al lastig om te constateren, dat een verdrag, dat niet vernietigd of opgezegd is, nogtans opgelost is. De j vraag doet zich hier voor, of een verdrag nog altijd als bestaande kan worden beschouwd, wanneer de verwezenlijking van de voornaamste daarin neergelegde conditie onmogelijk is. Ik ben niet voorbereid, op eenigerlei wijze zelf de mededeeling te doen, dat het drievoudig tractaat opgehouden heeft te bestaanmaar wanneer ons land door de mede-onderteekenaars van het verdrag mogt worden aangemaand, overeenkomstig de bepalingen van dat tractaat te handelen, dan zou ik twee omstandigheden in overweging nemenvooreerst de in het Ottomanisch rijkdat het hoofdonderwerp van het drievoudig verdrag uitmaakt, plaats gehad hebbende veranderingen, in de tweede plaats de natuur van de feiten, waarmede Hr. Ms. regering reker ning heeft te houden. Het verzet tegen het voorgenomen oprigten van een gedenkleeken voor prins Louis Napoleon in de Westminster Abdy duurt voort. Dagelijks hebben de bladen eene reeks namen van personen uit de hoogcre en mid delklassen, die het aan den heer Stanley te rigten protest hebben onder teekend. Uit Lahore werd aan Daily News gemelddat eene Turkomansche strijdmagt Afganistan is binnengerukt en zich nabij Balkh bevindt. Dit nieuws veroorzaakte rondom Kabul groote opschudding. Het is opmerkelijk dat in Ierland, in weerwil van den zoo bekenden hoogst treurigen toestand en de algemeene ellende, de werving voor de militie aldaar steeds kleiner contingent oplevert, leder, die zich voor de militie beschikbaar stelt, krijgt 10 sh. handgeld, wat in tijd van nood altijd aan te nemen is. De nood schijnt alzoo het gedeelte der bevolking, waaruit de militie wordt gerecruleerdniet al te zwaar te hebben getrofJen. FIIAAHKIJ K. Onmiddellijk na het bekend worden van den te St. Petersburg ge- pleegden aanslag heeft de president der republiek een telegram van geluk- wensching gezonden aan den Czaar over den gelukkigen afloop. De gene raal Pittié, aide de camp van Grévy, is onmiddellijk zijne opwachting gaan maken bij den grootvorst Nicolaas en bij den Russischen gezant, prins OrlofJ. In de Grieksche kapel is een Te Deum gezongen, dat aanstaanden Zondag op plcgtige wijze herhaald zal worden. De grootvorst Nicolaas ver trekt naar St. Petersburg. Door eenige afgevaardigden is bjj de kamer weder een voorstel inge diend tol verkoop van de kroonjuweelen. De Ilépubl. Frang. acht het zeer waarschijnlijk, dat de kamer het voorstel aanneemt, maar onder eenig voorbehoud. De juweelen moeten in twee soorten worden onderscheiden die welke alleen waarde hebben als edelgesteente en die van historische waarde. De eerste moeten verkocht en in omloop gebragt worden, maar met de tweede is het anders. Sommige daarvan verdienendoor hun kunst waarde, in musea bewaard te worden, andere, b. v. de «Regent" mogen niet van de hand worden gedaan, eensdeels omdat zij wegens hun buiten gewone waarde niet voordeelig genoeg verkocht zouden kunnen worden, anderdeels omdat er voor Frankrijk merkwaardige herinneringen aan ver bonden zijn. De Justice meldt, dat in een kazemat van fort Valérien de bescheiden gevonden zijn, houdende opgave van de kosten, die de Mexikaansche expe ditie voor Frankrijk gehad heeft. Die bescheiden werden er gevonden kort voor de ineenzakking van het keizerrijk. -- Onlangs is gemeld dat een hoofdambtenaar aan het dep. van oorlog, toen de minister een onderzoek naar zijne kas bevolen had, zich van het leven berooide. Het is sedert gebleken, dat hij verschillende sommen ver duisterd had, tot een gezamenlijk bedrag van 136,891 fr. Op zijne schrijf tafel vond men het volgende briefje: «Bedrogen door lieden, die mjj allerlei fraaije beloften hadden gedaan, heb ik mijn pligt verzaakt en van mijne positie misbruik gemaakt. Ik zweer bij het heiligste, dal er is, bij God en de nagedachtenis mijner moeder, dal de heeren X..en X. aan alle medeplig- ligheid te mijnen aanzien onschuldig zijn."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1880 | | pagina 2