schen Alcasar en Argamasilla waren de rails opgebroken en werd de trein
overvallen door eene rooverbende van 16 man Mei den trein werd een be
drag van 40000 pesetas in specie vervoerd. Het is mogelijk dat de roovers
dit hadden geweten en op het buitenkansje hadden gerekendmaar dan zijn
rij bedrogen uitgekomen; want ter bewaking van het geld was een officier
met eenige gendarmes medegegaanterwijl bovendien toevallig ook de maar
schalk Serrano in den trein zat. Deze liet terstond op de aanvallers vuur geven
en deed dit zelf ook. Ofschoon de roovers insgelijks van hunne vuurwapens
gebruik maakten, waarbij een gendarme werd gekwetst, waren zij toch
genoodzaakt het hazenpad le kiezen.
ITALIË.
De fega, bekend door zijn togt om de Noord door de Behringstraat,
is op 14 Februarij te Napels aangekomen. Alle schepen in de haven hadden
ter eere der bemanning de vlag geheschen. Van de openbare gebouwen
wapperden de Ilaliaansche en Zweedsche vlaggen. Eene feestelijke ontvangst
viel aan de bemanning ten deel.
DtlTSClILAI».
De Köln. Zeil. is van oordeeldat de begrootings-discussiën getoond
hebben wat de liberalen van den tegenwoordigen minister van onderwijs
en eeredienst te wachten hebben. Tegenover de Curie staat de minister
von Putlkammer op hetzelfde standpunt als zijn voorganger, dr. Falk; blijk
baar heeft prins Bismarck hem in dat opzigt geene vrijheid gelalen maar
zijne gedragslijn naauwkettrig afgebakend. In alle andere zaken echter
van zijn departement schijnt de minister von Putlkammer meer aan zich
zeiven overgelaten te zijn. De gemengde school haat en vervolgt hij zoo
veel mogelijk; de vrijere positie, die de lagere onderwijzers onder den
minister Falk verworven hadden, is hem een gruwel; hij kent aan de
kerk een historisch regt op de school toe en zou bet geheele schooltoezigt
in handen der geestelijkheid willen leggen, eiken onderwijzer tot dienaar
van pastoor of predikant willen verlagen en hem verbieden eene eigene
meening te hebben of openlijk te uitenkortomde school zou hij weder
geheel onder leiding en toezigt van de geestelijkheid willen brengen.
Dezer dagen is, op grond van de bepalingen der socialistenwet, den
heer Vogel, apotheker te Berlijn, het verdere verblijf in de hoofdstad en
omstreken ontzegd en hem bevolen de stad binnen drie dagen te verlaten.
Deze maatregel is genomen ten gevolge van eene plaats gehad hebbende
huiszoeking. Tot heden is niet bekend, waarop de politie bij die gelegen
heid de hand heeft gelegd.
De dierentuin le Berlijn verloor dezer dagen het zeldzaamst lid zijner
eigenlijke bevolking, tevens het duurste exemplaar, namelijk den vierjarigen
rhinoceros, welke twee horens droeg. Het dier werd op een marktwaarde
van 20,000 mark geschat.
Berlijnsche bladen bevatten een berigt uit St. Petersburg, meldende
dat ten gevolge van de jongste ontdekking eener geheime drukkerij door
de politie en de huiszoekingen, welke naar aanleiding daarvan hebben
plaats gehad, naar Odessa bevel gezonden is tot hel aanhouden van een
groot aantal personen, terwijl tevens de gouverneur generaal van Odessa,
graaf Todleben, naar St. Petersburg is ontboden.
FM-LK TKI.EGHAAK.
LONDEN, 17 Februarij. Hoogerhuis. Bij den aanvang der beraadslaging j
over de artikelen van het ontwerp van wet tot het verleenen van hulp in
Ierland, stelt de heer Synan op nieuw als amendement voor. dat de onder-
standsgelden niet uit het kerkfonds, maar uit 's rijks schatkist genomen
zullen worden. In den loop der discussie geeft de regering te kennen dat
zij voornemens is het voorschotfonds van 500,000 1 tot 750,000 te ver-
hoogen. Met 126 legen 34 stemmen wordt hel amendemcnt-Synan ver
worpen.
PARIJS, 16 Februarij. De senaat heelt heden hij de tweede lezing het
ontwerp van wet betreffende de zamenstelling van den hoogen raad van i
openbaar onderwijs aangenomen.
LAHORE, 16 Februarij. Aan het leger van Candahar is bevel gezonden i
in de eerste dagen van Maart naar Ghuznee op te rukken. Door generaal
Roberts is Mustaft Hajeeboollah naar Ghuznee afgevaardigd om met Mahomed-
Jan een onderhoud te hebben. In Kabul is men van meening dat Ayub-khan
en Gholan-tlyder zich bij Abdul-Rahman zullen aansluiten.
CaLCUTTA, 14 Februarij. Mahomed-Jan tracht nog steeds de Mangalsen
de Jasis aan te hitsen om de wapenen tegen de Engelschcn op te vatten.
I)en 27!,e° dezer maand wil hij met hen een bijeenkomst hierover hebben.
NEW-YORK, 15 Februarij. De heer Parnelldie eerst geweigerd had i
deel uit te maken van de commissie tot het verleenen d<r gelden, die voor
Ierland zijn ontvangen, is op zijn besluit teruggekomen en heeft die taak
aanvaard.
LEID SCIIE SCHOUW BURG.
„Een goede naam", tooneelspel in 3 bedrijven, vrjj naar het
Fransch //Ceinture llorée", van Em. Augier. door V. M.
en „Ik inviteer mijn kolonel", blijspel.
Het stuk, dat gisterenavond door de Rotterdamsche schouwburg-vereeni-
ging alhier werd opgevoerd, onderscheidt zich door eene uitmuntende strek
king. liet denkbeeld, dat er aan ten grondslag ligt, behoort lot die welke I
vooral in onze nieuwere maatschappij de meeste overweging verdienen. Het
is immers alsol geld meer waarde heeft dan alle andere zaken ter wereld.
Daarom heeft Emile Augier eens duidelijk willen aanloonen, dat er nog
eene macht bestaat die grooter is dan die van het geld, namelijk die der
publieke opinie. De hoofdpersoon van dit tooneelspel, de heer Roost, moet
die waarheid op eene voor hem zeer onaangename wijze ondervinden. Hij
was eens, zooals hij bij herhaling vertelt, //op klompen in de stad geko
men", en had zich door allerlei middelen van niet zeer zuiveren aard tot
de hoogte van een millionair welen te verheflen. Bij al zijne Schatten is
J zijne dochter hem echter het dierbaarst. Innig is hij aan haar gehecht eft
I zijn grootste verlangen is haar aan een braaf en fatsoenlijk man te verbin
den. Dit gaat echter niet zoo gemakkelijk als het schijnt; de pretendenten,
die zich aanbieden, hebben de eer niet aan Caroline te behagen en min
naars, die in haar oog genade zouden vinden, bieden zich niet aan. Dui
delijk bemerkt zij dat haar geld het groote lokaas is en zjj wil niet om
haar geld genomen worden. Haar vader stelt zelf de ijverigste pogingen in
het werk en onder die pogingen behoort een onderhoud met zekeren Jhr.
Terlaan, bekend als een onkreukbaar eerlijk man. Dat onderhoud loopt
vruchteloos af, want Jhr. Terlaan geeft hem te kennen, dat hij niet van
zijn vriendelijk aanbod gediend wil zijn. Hij voegt er, op zijn herhaald
aandringen, bij, dat de eenige reden van zijne weigering gelegen is in de
wijze waarop Roost zijne schatten verzameld heeft. Daar Terlaan in het
geheim Caroline bemint, acht hij het verkieselijk eerie groote reis te onder
nemen en naar Perzië te vertrekken. Wanneer hij afscheid neemt van
zekere Mevrouw Van Leersum ontmoet hij Caroline, en in een gesprek met
haar leert h(j haar edel karakter kennen, en boezemt hij ook haar meer
en meer sympathie in. Haar Vader, vertoornd over Terlaan's weigering,
heelt reeds een anderen prelendeut voor zijne dochter opgeduikeldzekere
mijnheer Baaiman, die niet zoo kiesch is omtrent het vermogen van den vader.
De gedachte dat Caroline met den onbediiidenden Baaiman huwen zal, hin
dert Terlaan en is de reden waarom hij zijne reis verschuift. Van uitstel
komt afstel, en hij eindigt met geheel t'huis te blijven. De heer Roost, wiens
geweten langzamerhand wakker is geworden, wil goed maken wat hjj in
dertijd bij zekere speculatie jegens Terlaan's vader misdreven heeft en zendt
hem eene groote som geld. die de rechtbank hem had toegewezen. Terlaan
weigert dit aan te nemen en bij die gelegenheid ontmoet hij Caroline we
der en verklaart baar dat hij haar lief heeft, maar haar onmogelijk huwen
kan. Die verklaring dompelt haar in dc diepste droefheid, le meer nog,
dewijl zij de reden niet begrijpt. Op eens komt het bericht dat de schatten
van Roost door eene ongelukkige speculatie zijn verloren gegaan en nu is
voor Terlaau de slagboom opgeheven, en wordt Caroline zijne gelukkige
gade. Ziedaar in het kort het beloop van het stuk. Hoe ik ook ingeno
men ben met de groote waarheid door Augier verkondigd, kan ik niet
blind zijn voor de gebrekendie in de samenstelling van zijn tooneelwerk
zijn optemerken. De schrijver is niet van overdrijving vrij te pleiten. Een
man, die zoo rijk is als de heer Roost, loopt niet zoo bij iedereen met
zjjne dochter te koop en stelt zich niet bloot aan allerlei insolenties. Menschen-
kennis leert ons dat in ieder mensch een geest van verzet aanwezig is en dat
men juist des te trotscher en te hoogmoediger wordt, naarmate anderen ons
beleedigen en onze meerderheid niet willen erkennen. Dat gevoel van eigen
waarde nu ontbreekt bij den heer Roost geheel en het is onnatuurlijk dat
hij zich nog eenigzins inlaat met Jhr. Terlaannadat deze hem in het
eerste bedrijl reeds zoo grof beleedigd heeft. Iemand van zjjn karakter,
voor wien geld alles is, zou al zijn troost zoeken in het denkbeeld, dat
hij gemakkelijk een man voor zijne dochter kon vindenhetgeen dan ook
werkelijk waar was. Een rijk meisje wordt immers in onze maatschappij
door tien a twintig minnaars omringd, al was het geld des vaders ook uit
een riool gehaald En nu die dochter zelve; strijdt het niet met alle vrou
welijke waardigheid, dat Caroline zich aan Jhr.Terlaan als het ware presenteert?
Een fatsoenlijk meisje toch, zou liever w illen sterven, dan den man die haar
versmaadt hare gevoelens le verraden. De fout is hierdat Terlaan en Caroline el
kander te weinig kennen, en daardoor wordt de meest touchante scène in het 3de
bedrijf eigenlijk stuitend. De schrijver had met beter succes hetzelfde effect kun
nen verkrijgen, wanneer hij begonnen was met een engagement tusschen Caroline
en Teriaan, dal verbroken werd doordat Terlaan te weten was gekomen op
welke wijze Roost zijne schapen verworven had. Dan had er eene vurige liefde
tusschen die twee personen kunnen bestaanen dc droefheid van Caroline bij het
verbreken van het engagement, ware volkomen gemotiveerd geweest. Zooals
de schrijver de zaak heeft voorgesteld, zijn ze elkander echter te vreemden
moet mevrouw van Leersum te veel de rol van koppelaarster spelen. De ver
taler verdient lol, ofschoon we het stuk liever niet verhollandiseerd hadden ge
zien. Zoo'n duel bijvoorbeeld, in Parijs eene gewone zaak, is in Rotter
dam wel wat vreemd. De uitvoering van dit tooneelspel was, zooals wij
hel van deze vereeniging gewoon zijn. Er was weinig op aan te merken
en alles sloot goed in elkander. Mej. Beersmans vervulde op de uitslekend-
ste wijze de rol van Caroline, hetgeen te meer onze bewondering verdient,
wanneer men weet, dat zij eerst den vorigen dag die rol, wegens voortdu
rende ongesteldheid van Mevr. Egener van Dam, Ier instudering had beko
men. Hoeveel routine moet er wel noodig zijn, om zich dadelijk in een
karakter zoo thuis te gevoelen, als met Mej. Beersmans het geval was! De
rol van Roost werd op uitnemende wijze vervuld door den heer J. Haspels,
ofschoon die minder tot zijn emplooi behoorde, terwijl Mevr. van Offel-Kley
en de heer D. Haspels volkomen op hun plaats waren als Mevr. van Leer
sum en Jhr. Terlaan. De heer W. Van Zuylen deed ons hartelijk lachen
als de pedante muziekmeester en componist-der-toekomst Lantera. In plaats
van het aangekondigde nastukje //Mijn torteltjes", kregen wij het aller
liefste blijspel //Ik inviteer mjjn kolonel", dat door het publiek met herhaalde
beluigingen van bijval werd ontvangen, waaraan het meesterlijke spel
van Mej. Beersmans en den heer Van Zuylen niet weinig deel had.
Leiden, 17 Februari 1880.
AHAUEIIIE-AIEUWS.
PROMOTIEN AAN DE LEIDSCllE UNIVERSITEIT.
Den 17den Februarij de heer W. Jaarsma, geb. te Sneek, in de genees
kunde, na verdediging van zijn akademisch proefschrift: Over de werking
van eenige mydriatica en myolica op de accommodatie en de grootte der
p upi