LEIDSClIfi
COURANT.
1876.
SP. 211.
PATENTBLADEN.
IÏONDERDAG 7 SEPTEMBER
De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. Ve prijs der Courant is per vierendeel jaars ƒ3.franco p. p. ƒ3.50,
met het Terslag der Uandelingen van den Gemeenteraad f 3.35, franco p. p. ƒ3.85. Del verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor ƒ2.50
'tjaars, buiten de expeditiekosten. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Cents, franco, p. p. 6 Cents
De prijs der Advertenliën is van 1—4 regels 1.— iedere regel meer 25 cents.
STA DS-BERICIITEN.
De BURGEMEESTER, Hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden, doet
te weten, dat de ingevulde patentbladen over het dienstjaar 1876/7, voor
de belanghebbenden wonende in de wijken V en IV. dagelijks, met uit
zondering van den Zondag, van den 7dtn tot en met den 14dtn Septem
ber e. k., des namiddags van één tot drie uren, bij het College van
Zetters, in een der vertrekken van het Raadhuis verkrijgbaar zijn, op ver
toon van de aanslagbiljetten.
En wordt deze door plaatsing in de Leid,che Courant afgekondigd.
De Burgemeester voornoemd
Leiden, 6 September 1876. v. d. BRANDELER.
BINNENLANDSCllE BEB1GTE.N.
LEIDEN, 6 September.
Men meldt ons uit 's llage: Tot minister van koloniën is benoemd de
heer Alting Mees, terwijl de minister van marine ad interim is belast met
de portefeuille van oorlog. De overige ministers blijven aan. De Staats
courant zal dit heden of morgen bevestigen.
De minister van binnenlandsche zaken heeft ter kennis van belangheb
benden gebragt, dat de commissie, belast met het aluemen van het tweede
natuurkundig examen, vermeld in art. 2 der wet van 8 Julij 1874, zal zit
ting houden op Maandag 11 September e. k. en volgende dagen te Leiden.
Door de geneeskundige staatscommissie, zitting houdende te Amster
dam, is tot arts bevorderd de heer L. B. E. Ledeboer, med. doctor en offi
cier van gezondheid 2' kl.
Heden middag om half twee had een groote oploop plaats op de
Kaiserstraat voor de manége, die mecrendeels uit vrouwen bestond. Twee
kinderen hadden elkander geranseld, waarvan dan ook de sporen werden
voorgegeven bij een aanwezig te zijn. Dat ontstak de moeders jegens
elkander in hevigen toorn, ten gevolge waarvan zij handgemeen werden en
waarbij een stortvloed van scheldwoorden niet ontbrak. Als reglschapen
moeders toch betaamt, trok ieder partij voor haar mishandeld kind.
De Staatscourant bevat het verslag van de commissie belast met het
afnemen van examen aan gepatenteerde veeartsen, krachlens art. 16der wet
van 8 Julij 1874, gewijzigd bij de wet van 4 April 1875. De commissie
was belast met het examineren van hen, die, zonder een diploma als vee
arts te bezitten, vóór 1 Februarij 1876 gepatenteerd waren, of vóór dien
dag aanvrage om palent als veearts hadden gedaan. Tot het afleggen van
het examen hadden zich aangegeven 108 personen. Twee hunner zijn niet
verschenen. Aan 45 van de 106 geëxamineerde personen kon een bewijs
van toelating lot uiloefening van de veeartsenijkunst uitgereikt worden.
Onder de 45 personen, die een bewijs van toelating ontvangen hebben,
waren er 11, wier blijken van kennis slechts even toereikend geacht konden
worden; van 10 hunner mogt de kennis zelfs meer dan voldoende heeteu,
terwijl 2 anderen bijzonder hebben uitgemunt. Onder de afgewezenen wa
ren er die bewijzen gaven van de meest grove en gevaarlijke onkunde, zoo
zells dat de commissie er dikwijls verbaasd over stond. Voorbeelden daar
van worden in het verslag opgegeven.
Volgens gerucht, schrijft het IVag. IVeekbl.zou de heer Segers,
pred. te Leiden, den overgetelijken Heldring opvolgen als hoold der bekende
gestichten.
Te Rotterdam zijn door de policie aangehouden de twee personen,
verdacht van de in de kermisweek aldaar gepleegde diefstallen met braak
te hebben bedreven, en die, sedert een uitstapje naar Londen gemaakt heb
bende, juist van daar waren teruggekeerd. Het zijn twee zeer gevaarlijke
sujetten, van welke de oudste reeds acht jaren en de jongste zes maanden
in de gevangenis heeft doorgebragt.
In de Daniel Stalpaertstraat te Amsterdam heeft eergisteren een erge
misdaad plaats gehad. Ecnige metselaars, werkzaam aan een in aanbouw
tijnd huis, kregen een woordenwisseling, omdat een hunner weigerde ge
bruik te maken van den sterken drank, die door dc anderen werd genoten.
Zijn kameraden plaagden hem, wierpen hem met stukjes hout en kalk, ja,
feu hunner ging zoover en nam een balkwaarmede hij den weigeraar aan
het hoofd verwondde. Weinige oogenblikkcn later was de getroffene een
'ijh. De policie heeft de schuldigen in hechtenis genomen.
Naar men aan de C. meldt is Dingsdag middag door de stoomboot
Stad Amsterdam, van Purmerend komende, een marktschuitje met vee in
den grond gevaren. De schuit, loebehoorende aan den heer W. te Lands
meer, is gezonken. Menschen en vee, die zich aan boord bevonden, zjjn
gered. De koopmansgoederen zijn gezonken.
Men meldt uit Hoorn: De appel- en perenpluk, die thans reeds druk
aan den gang is, logenstraft eenigzins het vermoeden alsof de oogst daarvan
zeer gering zijn zou. Immers, wanneer men let op den uitvoer, die van
hieruit geschiedt, en dit is nog slechts in het begin van den pluk, dan
moet men zeggen, dat de oogst toch zoo gering nog niet is. Zoo zjjn toch
sedert Donderdag hier meer dan 10000 halve hectoliter of manden aange-
bragt en van hier meestal uitgevoerd. Er zijn echter streken, waar de
nachtvorsten alle vrucht vernietigd hebben, doch meer andere, die daarvan
weinig hinder hadden.
Ongeveer zes jaren geleden vervoegde zich te Tiel aan het policie-
bureau zekere Marinus Terschegget, wonende te Ingen, gemeente Liendcn,
destijds arbeider, oud 23 jaar, om onderstand te vragen, hetgeen hem ge
weigerd werd. Hij deed bedreigingen van een misdrijf te zullen plegen en
vertrok. Hij meldde zich des nachts aldaar weder aan, zeggende dat er op
Zandwijk brand was en hij dien brand had aangestoken om in de gevan
genis te komen; hij had een hooimijt in brand gestoken bij eene boeren
woning en werd vervolgens tol vijf jaar tuchthuisstraf veroordeeld. Eenige
weken geleden uit de gevangenis ontslagen zijnde, waar hij het kleêrmaken
geleerd had, verhuurde hij zich als knecht bij den kleermaker Werner te
Lienden. Aanvankelijk gedroeg hij zich goed, tot hij wegens diefstal en
andere opligterijen ten nadeele zijns meesters werd weggejaagd, en er proces
verbaal tegen hem werd opgemaakt, zoodat hij eerstdaags voor de regtbank
zich daarover zal hebben te verantwoorden. Intusschen pleegde hij nog
diefstallen te Eist bij Amerongen, te Rhenen en wie weet waar meer.
Hoogstwaarschijnlijk had hij het ook op Werner te Lienden voorzien; al
thans Zondag avond ten 10 uur (20 Augustus) verliet hij Ingen, na eenige
lucifers in cene herberg te hebben geleend. Ten ongeveer 12 uur in dien
nacht stond het huis van Werner in brandwelke brand zich oogenblik-
kclijk uitbreidde tot de twee regts en links gelegen huizenzoodat de be
woners dier panden half slapend en half naakt zich moesten redden. De
onverlaat verborg zich nu zooveel mogelijk, doch werd door de rijks-poiicie
aangehouden en heeft, naar men verneemt, zijne misdaden bekend.
De stoomboot Stadt Mannheim, van Arnhem vertrokken, is ter
hoogte van Fmmerik in aanvaring gekomen met een ander stoomschip, ten
gevolge waarvan beiden zonken. Van eerstgenoemde boot zijn alle passa
giers gered; van de andere, wier naam onbekend is, zijn reeds twee lijken
aangedreven.
Uit de veenderijen in Friesland meldt men het volgende: Er is in
dezen zomer veel lurf gemaakt en de hoedanigheid daarvan zal, vooral wat
de droogte betreftuitmuntend zijn. Wegens den lagen waterstand is er
nog weinig turf vervoerd, zoodat de scheepvaart in de veenen in dit najaar
wel druk zal worden. De prijs van dc turf verwacht men dat hooger wordt
dan in het vorige jaar. Het verbruik is steeds toenemende, het veen is
willig en dc arbeidsloonen worden hooger. De zoogenaamde "bovenlanders",
die vroeger bij duizenden in de veenen werk zochtenblijven meer en meer
thuis. Zeker is liet. dat onze arbeiders even goed kunnen doen, wat vroe
ger alleen door Duitschers kon worden verrigt. Er is hoog dagloon betaald
en die goed werken kon en wilde, heeft wel een stuivertje voor den winter
kunnen vergarendoch belaaser wordt maar al te veel aan den jenever
verspild. Schiedam is, ook in de veenderijen, als het ware een heilige.
Te Zoutkamp bad Vrijdag II. het volgende ongeluk plaats: Tegen
9 uur zou de door de aannemers aangestelde overzetter de schoolkinderen
naar Zoutkamp roeijen, omdat dc vloed te hoog was en dus liet zeewater
met geweld over den rijsdam li<p. Als altijd roeide hij schuin tegen den
stroom in, maar het schijnt dat hij zijne berekening niet goed gemaakt had
of dat dc draaijende stroom hem voortsleepte, in ieder geval hij geraakte
zoo digi bij den rijsdam, dat het overstortende water in zijn bootje vloog.
Onmiddellijk greep hij nu den rijsdam vastmaar op hetzelfde oogenblik
lag ook hel bootje in de lengte tegen den rijsdamkreeg den vollen waterval
op de zijde, kantelde het onderste boven en daar dreven de kinderen heen.
Bijna op hetzelfde oogenblik waren ook reeds twee matrozen van een nabjj-
liggende schoener in hun sloep om hulp te bieden. Zij mogten bel geluk