LEIDSCIIE COURANT. «870. 209. DINGSDAG 5 SEPTEMBER BINNENLANDSCHE BERIGTEN. De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant tt per vierendeel jaars ƒ3.franco p. p. 3.50, met het Verslag der Handelingen van den (gemeenteraad ƒ3.35, franco p. p. ƒ3.35. Het verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor 2.50 'sjaars, buiten de expeditiekosten. Afzonderlijke nummers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Cents, franco, p. p. 6 Cents De prijs der Advcrtenliën is van 1—4 regels 1.— iedere regel meer 25 cents. LEIDEN, 4 September. Aan den verjaardag van Z. K. H. den prins van Oranje werd heden op de gebruikelijke wijze gedacht. In de maand Augustus zijn binnen de gemeente Leiden geboren 129 kin deren, als: 69 zoons en 60 dochters. Overleden 86 personen, als: 7 man nen, 15 vrouwen, 39 zoons en 25 dochters; daarenboven als levenloos aan gegeven 5. Gehuwd 49 paren. De brievenmet het stoomschip Drenthe naar Ned. Indië te verzen den, moeten uiterlijk den 5,n September, 's nachts ten 12 ure. ten post- kantore bezorgd zijn; drukwerken en monsters den 5'° September, ten 3% ure 's namiddags. Bij de op heden gehouden openbare verkooping van cokes, bij partijen van 50, 10 en 5 hectoliters, waren de hoogste prijzen/ 28.- ƒ5.60 en 72.85 en de laagste prijzen ƒ28.— ƒ5.30 en 2.75. Men meldt ons uit 's Hage: Van verschillende geloofwaardige zijden wordt verzekerd, dat de heeren ministers van Goltstein en Klerck hebben volhard bij hun gevraagd ontslag, en dat in hunne plaats in het overigens aanblijvend ministerie zullen treden de heeren mr. A. J. Swart, oud-presi dent van het hoog geregtshof en van het hoog militair geregtshof in Ned. Indie, sedert 1866 lid van den raad van state, als minister van koloniën, en generaal majoor H. J. R. Bcijen, directeur van het materieel der artil lerie, als minister van oorlog. De openbare promotie en prijsuitdeeling onder de leerlingen van het gymnasium heeft, volgens voorafgaande aankondiging, heden namiddag te een uur iu de stads-gehoorzaal plaats gehad. Bij den aanvang dezer plegtigheid werden door den rector eenige bijzon derheden medegedeeld, die tot de geschiedenis van het gymnasium behooren gedurende den afgeloopen jaar cursus. Vervolgens werden de namen afgeroepen van de leerlingen, die tot hoo- gere klassen bevorderd en met prijzen zouden begiftigd worden. Bij het ontvangen daarvan, uit handen van den pres.-curatorwerd door den primus van iedere klasse eene korte dankbetuiging uitgesproken; t. w. in de le kl. door 2e in t II. Doijer. J. C. A. Simon Thomas G. J. Koopmans van Bockeren P. du Bieu Isid. van Praag Buitendien werden nog prijzen uitgereikt: in de 1' kl. aan: A. H. Heyusius, M. C. A. Bijlcveld, Chr. Swaving, 3e 4e 5e llollandsch E ranselt, Hoogduitsch Latijn Latijn. 3' 4e Ed. Rijke, G. F. Gunning. L. L. van Praag, P. A. A. Boeser, C. E. Ileynsius, A. J. J. Sinclair de lïochemont, O. L. Driessen, G. A. de Geus. J. P. Groenevelt, M E. Sepp, J. M. Hoogvliet, R. J. de Wal, 11. C. Los, G. 11. Slothouwer, M. Rijke, T. S. van llelliuga Trontp, G. Rebel, A. C. Harlevell, A. Rosensteiu, C. W. Copts. E. J.J. llornau, 5' a J. II. Muller, A. Maclaine Pont. Daarna werd aan de leerlingen II. G. Kleyn en B. N. J. J. Schrant, die insgelijks prijzen ontvingen, de gelegenheid gegeven, om tot afscheid aan 'iet gymnasium, hunne Oraliunculae voor te dragen. De eerste handelde in het Latijn over de wijze, waarop de Romeinsche jeugd, ten tijde van Cicero, plagt opgevoed en onderwezen te worden. De ander sprak, insgelijks in het Latijn, over het beminnelijk karakter yan Plinius Minor, en schetste dezen man als een toonbeeld van onbe zweken braafheid te midden van de bedorven eeuw waarin hij geleefd heeft. Ten slotte wenschte de rector deze beiden, benevens de andere leerlingen (ltf 5< kl., die insgelijks eervol van het gymnasium ontslagen worden, geluk met hunne bevordering naar de academie. De overigen, nog tot de lagere klassen behoorende, werden aangespoord om op den goeden weg voort te gaan en met vernieuwden lust den nieuwen cursus in te treden. De plegtigheid eindigde nadat de rector vooraf nog een woord van dank gebragt had aan zijne ambtgenooten, voor hunne trouwe waarneming der 'essen; aan hh. curatoren, voor hunne behartiging van de belangen des gymnasiums; en aan de toehoorders, voor huiuie vereerende tegenwoor digheid. Voor eenige dagen, deelt men ons mede. begaf een schilder zich al vroeg naar buiten, ten einde, door de zilverachtige morgentint van het landschap bekoord, eene studie te schilderen, waartoe hij zich ter zjjde va* een weg had neergezet. Reeds was den schilder een rijtuig voorbij gegaan, waarvan het paard vreemd opkeek van de parasol, die de schilder boven zijn land-ezeltje had opgezet, toen er een disselwagen naderde, waarop zich drie boeren bevonden en die met negen varkens in een hok beladen was. Het was nu pas 8 ure en men wilde wat tijdig de waar naar de markt brengen. Daar schrikte het paard van de witte parasol. Den wagen te besturen was niet mogelijk meer. Het paard, een zijsprong nemende, wierp in een oogwenk een paar oude knotwilgen omver, deed den schilder met zijn gereedschap op den grond tuimelen en slingerde den wagen zoo dat hij kantelde en de geheele inhoud er van in de sloot teregt kwam. Nog in tijds had een der boeren het geluk op het drooge te springen, de beide anderen kropen druipnat aan den kant; maar spoediger dan zij den wal bereikt hadden, waren de negen varkens, zoo vlug als ratten, aan het hok en het water ontkomen, om zich in een nabij gelegen hooiland te versprei den. Negen volwassen varkens te gaan opvangen uit een hooiland, is eene ouderneming, waarvan alleen zij begrip kunnen hebben, die van nabij zulk een toestand kennen. Een der boeren had zich ernstig aan den enkel be zeerd en kon derhalve geen dienst doen. De schilder, die ieder oogenblik verwacht had dat bij op een duchtig pak slaag zou onthaald worden, hielp nu dapper mede om de varkens le vangen. Te beschrijven hoe zij telkens aan de handen van de belanghebbenden ontglipten, of in hel lange gras het spoor bijster maakten, is ondoenlijk. Eindelijk was men ruim ten 1 ure in den namiddag gereed en kon de wagen weer vertrekken. «Mijnheer", zei een der boeren, toen men van den schilder afscheid nam, die zgn ge broken gereedschap bijeen pakte en eenige tubes met verw uit de sloot op- vischle, «dat is een gevalletje met je zonne-perrepludat ik niet gaauw vergeten zal, maar ik hoop je nooit meer te ontmoeten, hoor!" De gesteldheid der lucht, ligt wolkdrijvend of helder, gaf gisteren avond gelegenheid de maaneclips onverstoord te aanschouwen. Op het mid den van de eclips was de maan voor 14 aan het bovengedeelte verduisterd. Dc minister van binnenl. zaken heeft ter kennis van belanghebbenden gebragt, dat het examen ter verkrijging van het diploma van geëxamineerd en beëedigd landmeter in de maand October a. s. te Delft zal plaats hebbern Wie daartoe wenschen te worden toegelaten, moeten zich vóór 20 Septem ber e. ,k. schriftelijk bij het. dep. van binnenl. zaken aanmelden. Voorts heeft genoemde minister ter kennis van belanghebbenden gebragt, dat in de maand November of December e. k. voor de laatste maal gele genheid zal gegeven worden tot het afleggen van het examenbedoeld in artikel 16 der wet van 8 Julij 1874, gewijzigd bij de wet van 4 April 1875. Zij, die, zonder een diploma als veearts te bezitten, vóór den l»*™ Februarij 1875 als veearts gepatenteerd zijn, of vóór dien dag aanvrage om patent als veearts hebben gedaan en een bewijs van toelating tot uitoefe ning der veearlsenijkunst na 1 Januarij 1877 wenschen te verkrijgen, zijn uitgenoodigd zich met duidelijke opgaaf van namen en woonplaatsvóór 1 November c. k., schriftelijk te'wenden tot den minister van binnenl. zaken. Het IVeekblad van het Regt bevat de jaarlijksche herinnering aan heeren advocaten aan de bepaling om in de maand September hunne acte van beëediging Ie doen viseren ter griffie van het collegie waarbij zij zijn ingeschreven. Men herinnett zich, meldt liet Vad.dat reeds gcruimen tyd geleden verschijnselen van verlamming en zenuwaandoeningen waren opgemerkt onder bewoners in de nabijheid van een loodwitfabriek nabij Rotterdam. Dr. de Loos van Leiden, daarover geraadpleegd, stelde een onderzoek in, dat in het Weekblad van het Ned. tijdschrift voor geneeskunde opgeno men werd en waaruit bleek, dat de ziekteverschijnselen het gevolg waren van het gebruik van groentendie in den omtrek der fabriek groeiden en een vrij aanzienlijke hoeveelheid lood bevatten. Dit voorval schijnt ook buiten ons land de aandacht te hebben getrokken en het British Medical Journal heeft de uitkomsten van het onderzoek van dr. de Loos in zijn kolommen opgenomen. Onder Bodegraven is in den nacht van Vrijdag op Zaturdag de water molen staande op den Weilandschen polder afgebrand. De arrond.-reglbank te Rotterdam heeft regtsingang met bevel tot ge vangenneming verleend tegen twee verdachten van den belangrijken diefstal

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1876 | | pagina 1