PER TELEGRAAF.
ADVERT ENTIEN.
de Loiideuscbe dokken getost. Toen oien daarmede tot zekere hoogte was
gevorderd, ontdekte men een passagier, die zonder voorkennis van de be
manning de reis had medegemaakt, nl. een reusachtige boa constrictor, die
iatusschen goede diensten had bewezendaar zij zich op reis gevoed had
met ratten, die anders aan dergelijke lading nogal schade veroorzaken; dit
maal vond men bijna geen enkelen rat meer aan boord. De slang is negen
voet lang.
FBiKKK IJ K.
Het Journ. des Déb. betoogt dat een Sultan meer of een Sultan min
der geen verandering in den toestand van het Oosten brengt. Dit blad is
van gevoelendat Engeland vastberaden en zeer behendig te Konstantinopel
is te werk gegaan, en betreurt het dat Frankrijk nog niet met gelijken
geest van initiatief kan handelen. Men moet evenwel de strekking en de
gevolgen van de jongste gebeurtenissen niet overschatten: nog is de zieke
m3n niet genezennog beslaat het tweeledig vraagstukof de vrede in de
opgestane provinciën gevonden is, en of in het beheer der Porie werkelijk
orde gebragt kan worden; ook is het nog twijfelachtig, of de millioenen,
welke men in de kisten des Sultans gevonden heeft, meer zullen zijn dan
een glas water, dat in het vat der Danaïden wordt uitgestort. Vóór alles
echter bedenke men dat de godsdienstquaeslie overal haren invloed doet gel
den; de Turken kunnen alleen dan de heerschappij behouden, wanneer zij
Turken bljjven; van niets anders dan van (anatismus kunnen zij leven; het
eerste punt van hunne geloofsleer is: de opperheerschappij der Turken; al
leen door tot zijn levensbeginsel terug te keeren kan Turkije nieuwe krach
ten erlangen; maar juist deze terugkeer kan door de Christen mogendheden
niet begunstigd, niet goedgekeurd worden.
Bjj de wetgevende magt is door meer dan 200 achtenswaardige man
nen van allerlei nationaliteit een verzoekschrift ingediend tegen de speel
bank te Monaco, Zij wijzen er op, dat het kleine landje, aan alle zijden
door beschaafde landen omringd, door de speelbank, die daar een staats
instelling mag heeteneen broeinest is van ondeugden en onedele hartstogten
en zoo wezelijk gevaar voor zijne naburen oplevert. Gedurende de laatste
drie jaren, zeggen de onderteekena3rs. hebben zich te Nice en in de om
streken dier stad 20 spelers van het leven beroofd, die te Monaco geruïneerd
waren, en te Monaco zelf was dit binnen zeer korten lijd met vier dezer
ongelukkigen het geval.
Op Woensdag 7 Junij zouden, naar men meldt, de leden der vaste
synodale commissie van de hervormde kerk en de afgevaardigden der liberale
partij in die kerk de zamenspreking houden over de mogelijkheid eener
schikking, welke vóór eenigen tijd is aangekondigd.
Men verneemt dat de heer Casimir Périer gaandeweg in beterschap
toeneemt, zoodat men zijn herstel spoedig te gemoet ziet. De maarschalk
Mac Mahon heeft hem een bezoek gebragt.
Het lijk van den te Salonika vermoorden Franschen consulden heer
Moulin, is te Marseille aangekomen, onder eerbewijs ontscheept en naar
Parijs vervoerd, waar het in een grafkelder der kerk St. Germain-des-Prés
is bijgezet. Mevr. Moulin vergezelde het stoffelijk overschot van haren
echtgenoot.
Zekere Diard, een jongmensch van 26 jaren, beschuldigd van met
anderen tijdens de Commune 5 Dominikaner monniken te hebben doodge
schoten, is door den krijgsraad ter dood veroordeeld. Vroeger werden een
paar anderen, Serizier en Boin, wegens hetzelfde feit ter dood veroordeeld.
Diard werd in Februarij dezes jaars ontdekt.
Met de Indische mailboot zijn te Marseille 7 mandarijnen aangebragt,
allen officieren in het Chinesche leger, die, vergezeld van een Duitscher, die
zelf generaal in Chinesche dienst is, eene reis door Europa zullen maken.
BIJITSCHL4ND.
Een berigt uit ltagusa, natuurlijk van Slavischen oorsprong, meldt dat
volgens een depêche uit Bosnië ontvangen het 3e legioen bij Carkorico de
Turkeu heeft geslagen. De laatsten zijn gevlugt, 160 dooden op het slagveld
achterlatende. Den volgenden dag capituleerden 2300 Turken. De opstan
delingen hebben Oostenrijk verzocht die gevangenen te herbergendaar zij
anders gevaar liepen van honger te moeten sterven.
WEENEN, 7 Junij. De Russische gezant aan ons hof heeft bij onze rege
ring geklaagd over de buitensporig vijandige artikelen van vele Oostenrijk-
sclie en inzonderheid van llongaarsche dagbladen tegen Rusland.
BERLIJN, 7 Junij. De Reichsanz. maakt de besluiten openbaar, waarbij
de secretaris van staat aan het departement van buitenlandsche zaken von
Biilow en de president der rijkskanselarij Hoffmann tot ministers van staat
en tot leden van het Pruissische ministerie benoemd worden.
VERSAILLES, 7 Junij. De kamer van afgevaardigden heeft het ontwerp
tot wijziging der wet op de vrijheid van hooger onderwijs aangenomen.
PARIJS, 7 Junij. De Russische en Engelsche gezanten alhier hebben
beden eene langdurige bijeenkomst met elkander gehad. Men verzekert, dat
de uitslag der conferentie bevredigend is.
Volgens berigten uit Ems is de heer Nigra aldaar aangekomen en heeft
hij langen tijd geconfereerd met prins GortschakofT. Men gelooft, dat de
heer Nigra met eene zending belast is in overeenstemming met Engeland.
Prins Gorlschakoff zou in beginsel de door den heer Nigra voorgestelde
grondslagen der onderhandelingen aannemen. Turkije heeft op raad van
e mogendheden eene wapenschorsing toegestaan en deze zouden nu hunne
vertegenwoordigers uitnoodigen bij Servië en Montenegro werkzaam te zijn
•en gunste van den vrede. Op dit oogenblik is er geen sprake van eene
uropesche conferentie. Nu Turkije een wapenschorsing heeft toegestaan,
zouden de mogendheden zich van alle verantwoording ontslagen achten en
e opstandelingen en de Turken hunne zaak laten uitvechten, indien de
opstandelingen iu hun verzet bleven volharden.
LONDEN, 7 Junij. De Engelsch-Fransche commissie, belast met de oplos
sing der internationale regis quaestiënwelke uit het Kanaaltunnel-plan zul
len ontstaan, heeft, naar men verneemt, eene conventie onderteekend.
Het kanaal-eskader. 6 schepen met 89 kanonnenblijft vooreerst voor Gi
braltar gestationneerd. Gisteren werden 7000 centenaars munitie daarheen
gezonden.
LONDEN, 8 Junij. De Standaard meldt dat toebereidselen gemaakt wor
den om naar Malta te zenden een voorraad van geneesmiddelen enz. voor
5000 man, die de krijgsmagt, in de Middellandsche zee reeds aanwezig,
zullen versterken.
MADRID, 7 Junij. Het Diario Espanol zegt dat het Engelsch-Spaansch
syndikaat den minister van financiën geldsommen heeft aangebodenvol
doende omte beginnen met 1 Julij 1876het derde gedeelte van het bedrag
der coupons van de geconsolideerde schuld te betalen.
KONSTANTINOPEL. 7 Junij. Uit het particulier vermogen van wijlen
Sultan Abdul-Aziz zijn den 5de" Junij acht miilioen consols bij het depar
tement van financiën gedeponeerd geworden. Deze effecten zullen niet in
omloop worden gebragt.
KONSTANTINOPEL7 Junij. De minister van buitenlandsche zaken heeft
aan de vertegenwoordigers van Turkije in het buitenland een uittreksel van
het rapport der geneeskundigen over de schouwing van het lijk van den
overleden Sultan Abdul-Aziz doen toekomen. Aan het slot van dit door
negentien geneeskundigen onderteekend rapport leest men: "Wij zijn alzoo
eenstemmig van gevoelen, dat de dood van den gewezen Sultan Abdul-Aziz
is veroorzaakt geworden door een bloedvloeijing, ontslaan ten gevolge van
verwondingen der bloedvaten aan de armgewrichtenvoorts dat deze ver
wondingen zeer goed kunnen aangebragt zijn met het werktuig, dat ons is
vertoond: eindelijk, dat zoowel de rigting. waarin de wonden haar verloop
namen, alsmede haar aard. benevens het werktuig, waarmede de wonden
moeten gemaakt zijn, ons tot de gevolgtrekking leiden dat zelfmoord ge
pleegd is."
WEENEN, 8 Junij. Gisteren heeft de heer Kwarzoff de meest besliste
aanmaning tot vrede van wege Rusland aan de Servische regering overge-
bragt, welke besloten heeft daaraan gehoor te geven.
INGEZONDEN.
O., 7 Junij 1876.
Mijn artikeltje «Een Vriessche jongen" zond ik aan een hooggeachten
vriend van mij te Leeuwarden. Uit zijn hier volgend antwoord schijnt het,
dat ik het slagtoffer van een canard ben geweest.
J. K-t.
»Na de ontvangst begaf ik mij eerst naar het bureau van den burgerlijken
stand, waar niets van het feit bekend was en waar ik drie wijkboden vond,
die verklaarden dat de gansche zaak eene leugen was, die in eene opvol
gende Leeuwarder Courant door de policie tegengesproken en voor een ver
zinsel verklaard was. Daarna begaf ik mij bij den heer commissaris van
policie, die mij herinnerde aan zijn courantenbericht en zich verwonderde,
dat zoovele dagbladen zich beijverden opzienbarende berichten over te nemen
en te verspreiden en vervolgens nalieten mede te deelen wat bij onder
zoek later gebleken was waarheid of leugen te zijn. Hij had van de zaak
dadelijk werk gemaakt, zelfs in de gracht rondom de begraafplaats naar
een drenkeling laten zoeken en toen doen opsporen waar dat gerucht was
ontstaan. En toen was gebleken, dat een babbelachtig meisje van negen
jaren, die in de geringe achterbuurt bekend stond als een leugenaarster,
het verhaalverzonnen had. Daarom had hij een tegenbericht in de
courant geplaatst en de zaak een verzinsel genoemd. Hij beklaagde zich,
dat correspondenten van couranten, uit geldzucht, elk praatje zoeken uit te
spinnen en er een air van belang aan geven. Voor de eer onzer stad ben
ik dus verpligt u beleefdelijk te verzoeken in de Leidsche Courant een
tegenbericht te doen plaatsen en te erkennendat u door valsche en offi
ciéél tegengesproken berichten is misleid gewordennadat de onwaarheid
der zaak, na opzettelijk onderzoek, was gebleken
Dit is aan het adres o. a. der Haarlemmer en Arnhemmer Couranten.
NKADEJIIE-NIEUWI.
PROMOTIE AAN DE LEIDSGIIE HOOGESCHOOL.
Den 8!t(" Junij de heer J. A. M. van Haaften, geb. te Nijmegen, in de
regten, met stellingen.
Geboren: JOHANNES ALEXANDER,
Zoon van
W. EIGEMAN
en
Leiden, 7 Juni 1876. J. W. EIGEMAN v. Rhijn.
Heden overleed, na voorzien te zijn van de H. Sacramenten der Sterven
den, onze innig geliefde Dochter CHRISTINA MARGARETHA JOHANNA,
in den leeftijd van ruim 19 jaar.
F. A. KNAGE.
Leiden, 8 Juni 1876. J. E. KNAGE, Hamakers.
Voor de vele bewijzen van hartelijke deelneming, die wij mochten ontvan
gen bij hel verlies van ons geliefd jongste kind, betuigen wij onzen oprech
ten dank.
J. KNAPPERT.
Leiden, 8 Juni 1876. E. C. KNAPPERT, van Gogh.