verdwenen. De bedrogen vrouw wilde in hare radeloosheid een einde aan
haar leven makenhetgeen haar belet werd. Zij verkeert thans evenwel in
een toestand, die aan krankzinnigheid grenst.
De commissie, die zich te Deventer heeft gevormd voor hel inzamelen
van giften ten behoeve der noodlijdenden door den watersnood in Frankrijk,
heeft aan den Franschen gezant te 'sGravenhage opheldering verzocht om
trent een onlangs door de couranten verspreid berigt, als zou de Fransche
regering aan den bisschop van Agen, wiens kerkgewaden door de over
strooming waren bedorven, lot vergoeding hiervoor 15000 fr. hebben betaald
uit de geldenvoor de slagtoffers der overstrooming bijcengcbragt. De heer
Target spreekt in zijn antwoord dit berigt tegen, en verklaart dat, zoo de
verspreider hem- bekend ware, hij dezen geregtelijk zou vervolgen. Geen
centime van de opbrengst der inzameling zal aan het doel der gevers wor
den onttrokken.
In de vorige week heeft zich een verpleegde in het arme mannen- en
jongensgesticht te 's Herlogenbosch dermate aan sterken drank te buiten ge
gaan, dal hij, geheel bewusteloos in het geslicht gebragt, eenige dagen als
het ware zinneloos bleef en Donderdag aan de gevolgen overleed.
Doven Maastricht en omstreken heeft Donderdagnamiddag een geducht
onweder gewoed, gepaard met hagelslag en geweldigen stortregen; lol laat
in den avond hield dit aan. In de St. Servaaskerk zijn eenige geschilderde
glasruiten verbrijzeld; ook zijn eenige boomen door den bliksem getroffen.
De staats-commissie, door Z. M. den 28'0 September 1870 benoemd tot
zamenstelling van een wetboek van strafregt. heeft, zoo men weet, hare
laak volbragt en den koning de voorstellen te dien einde, in den vorm van
wellen met daarbij beboerende memoriën van toelichting, aangeboden.
liet ontwerp van wet, door de commissie geleverdmet de daarbij behoorende
memorie van toelichting, vormt een quarto-boekdcel, 493 bladz. groot,
waarvan de memorie van toelichting natuurlijk hel grootste deel beslaat,
liet ontwerp bevat 011 artikelen, zijnde 127 meer dan de oorspronkelijke
Code l'énal en in weerwil dat onderscheidene bepalingen van dien Code in
dit ontwerp niet worden teruggevonden.
De commissie meende zichblijkens haar rapportniet te mogen bepalen
tot eene herziening op min of meer breede schaal van den Code Pe'nal, in
zoo verre hij nog in Nederland geldt, met de vele en velerlei stralwetten
die daarnevens hier te lande van kracht zijn. Zal Nederland eindelijk in
hel bezit worden gesteld van een eigen strafwetboek, zegt de commissie,
dan moet dit ook bevatten eene nieuwe, zelfstandige en volledige codificatie
van het Nederlandsche strafregt. De gronden voor deze overtuiging zijn uit
eengezet in de inleiding der memorie van toelichting van het ontwerp-
welboek.
Dat zoodanige codificatie van het Nederlandsche strafregt waarin alle
strafregtelijke bepalingen van bijzondere, met uitzondering alleen van de
fiscale en militaire, wetten worden opgelost, een werk is van zeer grooten
omvang, is eene stelling waarvoor elk opzettelijk betoog overbodig mag
liecten. Toch was de commissie eenparig van oordeel, dat, zoude dit werk
in waarheid haar werk zijn en niet dat van hare individuele leden, van
verdeeling van den gemcenschappelijken arbeid eerst spraak konde zijn by
het in tekst brengen en de toelichting van den in gemeen overleg vast te
stellen inhoud van het wetboek en de daartoe behoorende wetten.
Uitgaande van dit beginsel, begon de commissie reeds in hare tweede ver
gadering met de behandeling van de vragen die haar oplossing moesten vin
den in het aigemeene deel, hel eerste bock van het wetboek, volgens eene
schets van een barer leden. Twaalf vergaderingen werden hieraan gewijd.
Op gelijke wijze werden nu de misdrijven, de inhoud van het tweede boek.
behandeld, volgens eene schels van een ander lid, die ook weder alleen de
te beslissen vragen zonder eenig antwoord vermeldde. Bij den grooten rijk
dom dezer stof waarvan reeds blijkt bij eene oppervlakkige kennisneming
van het tweede boek, zooals het nn is ontworpen, zal het geen vcrwonde-
tiing wekken dat voor deze eerste behandeling van de leer der bijzondere
misdrijven ruim veertig vergaderingen noodig waren.
Nu was de stof aanwezig ter uitwerking in de eerste ontwerpen van het
eerste en tweede boek van het wetboek. Die ontwerpen, zamengcsteld door
een der leden voor het eerste, door een ander voor hel tweede boek, hiel
den de commissie gedurende meer dan zestig vergaderingen bezig. Daarna
werd een twaalftal vergaderingen gewijd aan de eerste lezing van het derde
boek, de overtredingen.
Op deze wijze wordt vervolgens in het rapport verslag gedaan van den
•geheelen arbeid, die tol driewerf gelezen werd, alvorens die definilivelijk
in tekst werd gebragt. Ook de uitvoerige memorie van toelichting eischte
groole zorgvuldigheid.
Behalve het eigenlijk ontwerp van strafwetboek met memorie, biedt de
commissie nog de volgende wets-ontvverpen met memoriën van toelichting
den koning aan1". een ontwerp van wet houdende bepalingen omtrent de
invoering van het wetboek van strafregt en den overgang van de oude tot
de nieuwe strafwetgeving; 2". een dito tot wijziging van de wet op de reg-
terlijke organisatie en het beleid der justitie; 3". een dito tot wijziging van
het burgerlijk wetboek; 4°. een dito lot wijziging van het wetboek van
koophandel5°. een dito tot wijziging van het wetboek van burgerlijke
reglsvordcring; 6". een dito tot wijziging van liet wetboek van strafvorde
ring; 7°. een dito tot wijziging van de wel van 25 July 1871 (Slbl. n". 91),
houdende regeling van de bevoegdheid der consulaire ambtenaren tot het
opmaken van burgerlijke aclen en van de consulaire regtsmagt; 8". een dito
tot uitvoering van de artt. 49 en 50 van het wetboek van strafregt.
De commissie drukt ten slotte van haar veelomvattende arbeid, waarover
zij het oordeel aan anderen overlaatden wensch uitdat die niet zonder
eenige heilzame vrucht moge blijven voor de zoo lang gewenschte en zoo
dringend noodige hervorming der Nederlandsche slrafwetgeving.
|)c staatscommissie bestond aanvankelijk uit de heerenprof. .1. de Wal,
mr. W. F. G. L. Francois, mr. M. S. Pols, prof. A. E. J. Modderman ej
mr. A. A. de Pinto, secretaris. Redenen van gezondheid noopten den hey
Francois, na gedurende anderhalf jaar aan den gemeenschappelijken arbeid
te hebben deelgenomen, zijn ontslag te vragen; in zijne plaats werd door
den koning benoemd mr. J. J. Loke, terwijl later de commies bij het depar
tement van justitie. jhr. mr. G. J. Th. Beelaerls van Blokland, als adjunct,
secretaris aan de commissie werd toegevoegd.
'sGRAVENHAGE, 9 Augustus.
Tol leeraar aan de rijks hoogere burgerschool te Gouda is benoemd di
heer A. Langerhuizen van Uvcn, te Alkmaar.
Tol kamerbewaarder bij het depart, van financiën is benoemd J.
Sperwerslager, thans bode.
De minister van oorlog zal Donderdag aanst. geen gehoor verleenen.
De nieuw benoemde procureur-generaal bij het provinciaal geregtshoi
in Limburg, jhr. mr. A. J. T. H. van den Bergh, laatstelijk advokaal-ge»
raai bij het prov. geregtshoi in Zuidholland, heeft in eene heden middii
gehouden zitting van den lioogen raad de gevorderde ambtseeden afgelegd.
De voormalige commissaris des konings in Limburgde heer van de
Does de Willcbois, minister van builenl. zaken, heelt gisteren aan het col-
legie van gedep. staten dier provincie in het hotel Paulez een diner aange
boden. Onder de gasten behoorde ook de nieuw benoemde procureur-ge»
raai in die provincie. jhr. mr. van den Bergh.
BlilTfciNLAiNÜSCllË BEliiGTEft.
EKGELAKA
LONDEN 8 Augustus.
In het lagerhuis is liet wetsontwerp op de koopvaardijschepen voor de
derde maal gelezen. In den loop der zitting verklaarde de voorzitter van da
Geheimen Raad, de hertog van Richmond, namens den prins van Wales ei
op eene vraag van lord Oranmore. dat het berigt van den IFeekly Regüin,
als zou kardinaal Manning door den prins van Wales zijn ontvangen, van
allen grond ontbloot was. Wel bevond de kardinaal zich onder de gasten
op het laatste feest door den prins gegeven, maar laatsgenoemde was nocli
in de gelegenheid geweest hem te ziennoch hem tegemoet te gaan en de
hand te reiken, ol hem aan de koningin voor te stellen. De Weekly Regiiin
had een en ander gemeldom daaruit de slotsom te trekkendat den kar
dinaal Manning op indirecte wijze eene soort van voorregt was vergund.
De interpellatie van den heer Kenealy, betreffende het geval van kolonel
Raker, gaf nog ruime stof tot discussie. De heer Kenealy achtte de stral,
den kolonel opgelegd, te ligt; men had hem dwangarbeid moeten opleggen,
Er was nu echter eenmaal eene wet voor armen en rijken en daaraan schreel
lïij het toe dat den kolonel eene ligle straf was opgelegd. De minislei
Cross achtte het weinig kiesch van Kenealy. dat hij dit geval nogmaals let
sprake bragt. De jury had bestaan uil fatsoenlijke, eerlijke mcnschenjt
regter was een competent persoon geweest; was Kenealy met het vonnis
liiet tevredendan moest hij voorstellen eene commissie van onderzoek It
benoemen. Hierna bragt een der leden in herinnering, dat de heer Keneal;
indertijd zelf, wegens eene al te nadrukkelijke kastijding door hem aanzijn
zoon toegediend, mede met een zeer ligte straf was vrijgekomen en dat toen
ook de regter geen dwangarbeid had opgelegd, omdat hij niet wenschle,
dat het hem onmogelijk zou worden gemaakt na volbragten straftijd onder
de leden zijner eerbiedwaardige professie terug te keeren. Kenealy was dm
wel de minst geschikte persoon om hier te klagen. Natuurlijk liet Kenealy
deze aanmerking niet onbeantwoord.
FRAKKRUK.
liet hof van appel heeft bevestigd het vonnis, waarbij Buguet en Ley-
marie, als photographen van geesten in spiritistische sccances opgeroepen,
lol een jaar gevangenis en 500 fr. veroordeeld waren. Ook het vonnis,
dat den bekenden schilder Courbet veroordeelt tot betaling van de kosten
der wederoprigling van de Vendömekolomwerd bevestigd. Courbet bevindt
zich in Zwitserland.
- In berigten uit Rome wordt thans gezegd dat van de verheffing
mgr. Diipanloup tot kardinaal geen sprake is.
- De Figaro deelt mede dat in Brelague goud-kwarts is ontdekt, en dat
er een complot beslaat, om een aanzienlijke hoeveelheid valsche Fransclie
bankbillelten in Frankrijk en Engeland te verspreiden. De Parijsche politie
is door de Amerikaansche gewaarschuwd. Het hoofdkwartier van de bende
schijnt te Barcelona te zijn, en de bankier, die de bankbillelten zou ver
spreiden zou te New-York wonen.
- Het besluit van den prefect der Seine, waarbij de pruisuitdeeling aan
de leerlingen van liet Collègc-Chaptal wordt verbodenwordt door de dag
bladen zeer algemeen besproken. De reden van dezen plolselingen, voor
velen onverklaarbaren maatregel blijft een geheim; de prefect zeil wildeer
niet mede voor den dag komen, en de gissingen, waartoe het raadselachtige
der zaak aanleiding geeftzijnnaar men verneemtongegrond. Nog meer
geschillen met den Parijschen gemeenteraad zijn te verwachten. Dit collegie
weigert nl. 250.000 fr. toe te staan, vereisclit tot liet beschilderen van
de kerken; wil niet beschikbaar stellen het geld, door de regering
verlangd ter bestrijding van de kosten (ruim een millioen) voor den
bouw van het klooster der broeders van de Christelijke Leer in de rue
Oudinol. en protesteert tegen het afstaan van 120 bedden, der Parijsche
ziekenhuizenaan de clericalcnwelke zijtot de oprigting hunner uniwr-
siteit noodig hebben.
DlIITSCIILANn.
De Banner Zeit. deelt een vertrouwelijken brief mede van den aarts
bisschop van Keulen aan zyne pastoors, over de staatswet op het beheer
van de gelden en goederen der katholieke gemeenten. De aartsbisschop
zegt daarin dat de bisschoppen en priesters gebruik kunnen maken van d'