LEID8CHE COURANT. 1875. N°. 171. MAANDAG 26 JULIJ, ST A DS - HER IGHT EN. B1NNENLANDSCUK BE1UGTEN. Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars f 3.franco p. p. f 3.50; met het Verslag der Handelingen van den Gemeenteraad f 3.35, franco p. p. f 3.85. Bet verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor 2.50 'sjaari, buiten de expeditiekosten. afzonderlijke nom uiers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Cents, franco p. p. 6 Cents, De prijs der Advei'lentiën is van 1—4 regels 1.—iedere regel meer 25 cents. Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel. LEIDEN, 24 Julij. Dc commissie voor de algemeeue reünie van oud-sludenten der Leidsche hoogeschool heeft den vroeger door ons medegedeelden brief der Leidsche oud-studenten in de Kaap-kolonie en den Oranje-vrijstaat beantwoord met hel volgende schrijven: dan de oud-studenten der Leidsche hoogeschool in Zuid-Afrika. Medestudenten Uwe hartelijke toespraak is ons dén dag te laat in handen gekomen en dientengevolge op de feestelijke samenkomst van de voormalige kweekelin- gen der Leidsche hoogeschool niet voorgelezen. Doch wij hebben zorg ge dragen, dat zij werd medegedeeld aan al de daar aanwezigen, alsook aan lien, die met u verhinderd waren zich naar Leiden te begeven. Het origi neel van uwen brief zullen wij den akademischcn senaat aanbieden, ter bewaring in het archief der hoogeschool. Uit naam van alle leestgenooten beluigen wij u thans onzen innigen dank voor uwe deelneming in onze vreugde. Ook wanneer gij gezwegen hadt, zouden wij ons overtuigd hebben gehouden van uwe sympathie. Wij beunen uwe liefde voor de Alma Maler, uwe trouwhartige gehechtheid aan uwe vrienden in Nederland. Maar het was ons toch hoogst welkom, als uit uw eigen mond te vernemenhoe warm uw hart voor Leiden en uwe medestudenten klopt. Daaraan hebben wij u herkend. Het denkbeeld om ons schriftelijk van uwe deelneming te verzekeren is u ingegeven door diezelfde vriendentrouw, die wijj, in vroeger en later tijd, in u hebben leeren vvaardeeren. De schoone feestdagen, die wij samen in dc academiestad mochten door brengen, hebben in ons de liefde voor de hoogeschool aangewakkerd en tevens liet blijde vertrouwen op hare toekomst. De feestviering van het studentencorps en de ontvangst, die ons van zrjne zijde ten deel viel, ge tuigden luide van dankbare ingenomenheid met het roemrijk verleden der Alma Mater, van een krachtig ontwikkeld Esprit de Corps en van de levendige bewustheid, dat het tegenwoordig geslacht geroepen is om liet erfdeel der vaderen ongeschonden te handhaven. Onder den indruk der pas gevierde feestelijkheden wanhopen wij minder dan ooit aan de vervulling uwer vveuschen voor den bloei onzer hoogeschool. Moge zijterwijl zij beantwoordt aan hare schoone roeping, ook uw vaderland ten zegen zijn! Aan haar derde eeuwfeest heeft Zuid-Afrika althans in den geest deelgeno men. Laat die betrekking tusschen u en haar niet verbroken, maar veeleer lelkens opnieuw door uwe zonen worden aangeknooptVergeet Leiden •niet en blijft onzer in liefde gedenken! De commissie tot regeling der algemeene reünie van oud-studenten der Leidsche hoogeschool bij de viering van haar driehonderdjarig bestaan M'. David H. Lcvyssohn Norman (1822 verv.), te 's Gravenhage. Jhr. Mr. W. T. Gevers Deynoot(1824 verv.). te 's Gravenhage. Voorzitter. Mr. C. Van der Vlies (1826 verv.), te Hazcrswoude. Dr. P. M. Mess (1834 verv.), te Scheveningen. Mr. T. Muiier (1835 verv.).* te Haarlem. Dr. II. Boursse Wils (1838 verv.), te Leiden, Eerste Secretaris. Joh. Hooykaas Herderschee (1840 verv.), te Nijmegen. De BURGEMEESTER, Hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden, doet te weten dat aan den Ontvanger der directe belastingen alhier is ter hand gesteld het op den 23sten dezer maand - invorderbaar verklaard kohier der personeeie belasting van wijk VIII, dienst 1875/6; zijnde een ieder verplicht zjjn aanslag op den bij de wet bepaalden voet té voldoen. En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afgekondigd. De Burgemeester voornoemd, Leiden, 24 Juli 1875. v. d. BRANDELER. Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden, op Donderdag den29,lt» Juli 1875, 's namiddags te twee uren. Mr. J. G. Kist (1840 verv.), te 's Gravenhage. Mr. Aug. Philips (1841 verv.), te Amsterdam, Onder-Voorzitter. M'. C. Cock (1845 verv.), te Leiden. Dr. A. Ktienen (1846 verv.), te Leiden, Onder-Voorzitter. Dr. J. M. Piepers (1846 verv.), te 's Gravenhage, Eerste Penningmeester. Mr. B. II. M. Driesscn (1847 verv.), te Amsterdam. Mr. J. C. De Koning (1851 verv.), te Amsterdam, Onder-Voorzitter. Mr. W. Van der Kaay, (1852 verv.), te Leiden, Tweede Penningmeester. Mr. B. M. Vlielander Hein (1856 verv.), te 's Gravenhage. Jhr. Mr. J. II. F. K. Van Swinderen (1856 verv.), te Rjjs. Mr. J. N. A. Bucaille (i860 verv.), te Voorburg. Mr. W. Thorbecke (1861 verv.). te 's Gravenhage. Dr. J. E. Van Ilerson J.Az. (1801 verv.), te Leiden. Jhr. A. J. H. L. Van Binckhorst lot den Binckhorst (1866 verv.), te Leiden. Jhr. Mr. W. A. De Jonge (1867 verv.), te Leiden, Tweede Secretaris. Gisteren avond ontstond er brand in de katoenweverij aan de Looijer- slraat, dien men echter spoedig wist meester te worden, zoodat de hulp der brandweer niet uoodig was. -- Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende deze week dagelijks van 63 tot 73 volwassen personen en 17 tot 20 kinderen. De minister van oorlog heeft ter algemeene kennis gebragt dat tegen 1 September aanst. voor een civiel ingenieur of voor een ingenieur van den waterstaat de gelegenheid is opengesteld, om aan de kon. militaire akadc- mie te Breda als leeraar in waterbouwkunde en hel waterbouwkundig tee kenen op te treden, tegen een jaarlijksch tractemenl van ƒ2000 a 2400. Sollicitanten naar genoemde betrekking kunnen zich, tot het bekomen van nadere inlichtingen omtrent den aard van den bedoelden werkkring, wen den tot den generaal-majoorgouverneur van voormelde inrigting, aan wel ken opperofficier tevens de verzoeken om plaatsing moeten worden ingezonden. Blijkens een in alle Duitsche dagbladen geplaatst berigt, worden met 1 September a. s. de Pruissische bankbilletlen ad 25 Rihr. ingetrokken. De geneeskundige staatscommissie, zitting houdende te Utrecht, heeft tot arts bevorderd den heer S. Orobio de Castro. Bij hel apothekers-examen te Meppel zijn geëxamineerd 4 dames en 2 heeren, die allen geslaagd zijn, t. w.de jufvrouwen, van Leyden,te Medeui- blik; A. E. van Bnuren, te Smilde; J. E. C. F. Breunissen Troost, Ie Deurnc, en A. J. H. Keukenmeester, te Leidschendam; de hh. J. F. Langelaan, te Heemstede, en G. J. van Ilemert, te Haaften. Door dc commissie te Middelburg is acte van bevoegdheid als leerling- apotheker uitgereikt aan de hh.: J. van Riel, te Amsterdam; N. G. Orie, te 's Ilerlogcnbosch; J. A. Pittens, te Amsterdam. Het stoomschip Torrington, van Rotterdam naar Batavia, is op 23 Julij te Port-Saïd aangekomen. Naar men uil Amsterdam meldt zou de heer dr. A. Kuyper, herkozen lid voor de tweede kamer, zijne betrekking bij den kerkeraad als ouderling bij de Ned. herv. gemeente aldaar nederleggen en zich voorgoed metterwoon te 's Gravenhage vestigen. Voor de arrond.-regtbank te Amsterdam stonden gisteren de drie per sonen te regt, beschuldigd van het plegen van den vroeger vermelden dief stal, op de Martelaarsgracht, t. w. van een spoormandje, waarin eene som van ƒ1230 aanwezig was. Uil de behandeling der zaak bleek, dat de eerste en tweede besch.nadat zij bemerkt hadden, dat de jufvrouw, die het mandje bij zich had, daaruit een portemonnaie had gehaald om een bij haar staand persoon eenig geld te gevenden lust niet hadden kunnen bedwingendie portemonnaie magtig te worden. Nadat de tweede op wacht was gaan staan, had dc eerste snel het mandje geopend, doch, daar hij niet gaauw genoeg het begeerde voorwerp kon krijgen, het mandje zelf medegenomen. Op den 0. Z. Voorburgwal werd de inhoud nagezien, 320 ontving de tweede, terwijl de eerste met het overige, nadat het mandje, thans zonder geldswaarde, op een stoep was neergezet, zich naar de P. C. Hooftstraat begaf, waar een zijner kennissen werkte. Deze ontving p. m. ƒ400. Beiden bleven bij elkander, verdronken en verbrasten veel geld, kochten een gou den ketting, zilveren horloge en andere voorwerpen van weelde, benevens een lakensch pak. 's Avonds werd dit in een der danshuizen op den Zeedijk mei de oude kleeren verwisseld. De politie, van den diefstal onderrigt, kreeg berigt, dal twee jonge personen met veel geld op zak in dat danshuis [Zie re/der het IJyregiel

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1875 | | pagina 1