Na wederom twee uur gerust te hebben, gingen wij naar huis, waar wij 's nachts om half twaalf uur aankwamen, dood vermoeid, dat zult u wel kunnen begrijpen. Het verlies, dat wij van onzen kant hadden, werd be rekend op veertig dooden en gewonden, maar dat des vijands werd geschat op twee duizend. Toen wij in hunne versterking binnenrukten, lagen die vuile kerels, hier veertig, daar twintig enz., op den grond, maar ze hadden allemaal den geest gegeven. Den I5dtD Februarij rukten wij wederom uit naar Kepatan Doea. Daar kwam wat anders kijken. Wij stonden in het open velden zij allemaal in de bosschen. Daar ging hel leelijk toe, maar daar lieten de Hollanders zich niet schrikken, dat kunt gij wel begrijpen, en hier dachten wij be paald, dat geen een van allen levend vandaar zoude komen, want de vijand werd geschat op wel twintigduizend iu getal en wij van onze zijde waren j met vierduizend man. Maar onze wapenen deden de overmagt bukken. Eerst had het derde balaiilon leelijk slaag gehad en moest het vrijcorps Madu- rezen. waar ik bijsta, hun plaats innemen. Onze bataillons-kommandant werd gewond in buik en been tegelijk. Mijn kapitein in zijn arm. Een korporaal, een brave kameraad van mij, in den buik, waaraan hij stierf. Nog een ander vlak voor zijn scheenbeen, nog een derde kreeg een kogel in zijn rug; dc sergeant-majoor in zijne beide beenen. Toen bleef ik nog alleen als korporaal over. Toen dacht ik: rooije het is nu uw beurt. Maar neen, de kogels konden mij, door de bestiering van den Alwetende, niet trcflcn en het rooije kind bleef vrij. Wij waren des middags om vier ure ta huis eu werden begroet door dc generaals van Swieten en Verspyck, met een vreugdebetoon, dat het loffelijk was om aan te zien, dus dat was net zoo goed of wij al gegeten en gedronken hadden. Ik was echter blijde dat ik te huis was, want het is zoo lekker niet den geheelen dag in de bran dende zon in de volle stortbui van kogels. Ik gun het graag aan lien die er liefhebberij in hebben, maar ik dank er hartelijk voor. En toch als wij uitrukten was ik blijde, want anders was het er zoo vervelend; dus als wjj die Atcliinezen weer eens konden pakken, dan waren wij lekker, met de gedachte, als wij sneuvelen dan sneuvelen wjj voor onzen dierbaren koning en vaderland. Geachte ouders! ik zou u veel kunnen schrijven, maar dan heb ik wel twaalf vellen papier noodig. Het overige zal ik u wel vertellen als wjj terug komen in Nederland, want ik heb nog maar veertien maandenen die vliegen om maar dan vliegt de rooije weg naar Holland. 'sGRAVENHAGE, 14 Augustus. Z M. heeft den heer P. F. Laging Tobias, adsistent-resident van Denkoelen, benoemd tot ridder der orde van den Nederl. Leeuw. Z. M. beeft aan N. Stolk, te Rotterdam, als blijk van goedkeuring en tevredenheid, wegens de redding van drenkelingen, toegekend de bronzen medaille, ingesteld bij besluit van 22 Sept. 1855, alsmede een lofl'eljjk'ge tuigschrift. Door Z. M. is vergunning verleend aan den heer J. Brakel, zaakge lastigde honorair en consul-generaal der Nederlanden te Caracas, verlof verleend tol het dragen der medaille met het borstbeeld van den bevrijder Simon Bolivar, hun door den president der republiek Venezuela geschonken. Door Z. M. zijn benoemd: tot regter in de arrond.-regtbank te Tiel de lieer m'. L. J. H. Philips, thans plaatsvervangend kantonregter te Zalt- ISommel, cn tot notaris te Zevenaar de heer J. A. Kerkhoven, cand.-notaris te Arnhem. -- Tot ontvanger der registratie en domeinen zijn benoemd: te Heerlen, dc lieer G. E. Breunissen Troost, thans surnumerair; te Lemmer, de lieer F. Harting, thans ontvanger te Holwerd; te Ilolwerdde heer F. Fontein, thans surnumerair. Tot adelborst lc kl. bij de Nederl. zeemagt zijn benoemd de adelbor sten 2e kl. bij het kon. instituut voor de marine te Willemsoord. T. C. de Winter, K. F. Steinmetz. II. M. La Chapelle, L. A. T. J. F. van Oijcn, VV. Wijers, jh'. G. S. Boreel, J. B. Snethlage, J. C. Cramer, P. C. W. Vande- velde, 11. van Assendelft de Coningh, P. A. R. Ilennequin, J. M. M. Pfeill, J. M. Noorduyn. W. B. J. van Eyk, en bij liet personeel van de geneeskun dige dienst der landmagt zijn benoemd tot officier van gezondheid 3« kl., de studenten voor genoemde dienst (artsen) F. Daniels en C. G. Boekelman. Bij liet wapen der artillerie zijn benoemd: bij liet 1* reg vesting artillerie, lot kapitein 2e kl.de le luit. 11. Broers, van het 2e reg. vesting artillerie; tot 1"> luit., de 2e luit. Q. F. G. Vermijne, van het corps; voorts is dc 2e luit. S. J. Cochins, van liet 8e reg. infanterie, in rang en ancienne- tcit overgeplaatst bij het wapen der infanterie van het leger in Nederl. lndife. Door den minister van koloniën zijn de bh. m". A. D. II. Heringa en J. W. J. IJsscl de Schepper gesteld Ier beschikking van den gouverneur van Nederl. Indië, om le worden benoemd tot regterlijk ambtenaar daar te lande. Prins Christiaan van Sleeswijk-llolstein en zijne gemalin prinses Helena van Engeland worden heden namiddag in deze residentie verwacht. Gelijk men weet heeft de gemeenteraad dezer dagen aan dc adminis tratie van de gasfabriek een exploit doen bcteekenen, houdende sommatie om lot benoeming van een deskundige over te gaan ter bepaling van de waarde der gasfabriek. In de gisteren gehouden gemeenteraadszitting nu is een tegen-exploit door administrateuren van dc gasfabriek der gemeente ge- daan. Uit de voorlezing bleek die sommacie te zijn een protest tegen de eigendunkelijke handelingen van den gemeenteraad, die zich volgens requi- ranten dc bevoegdheid aanmatigt om hen tot de benoeming van deskundigen te dwingen en daarvoor termijnen vast te stellen. Het gemeentelijke ex- ploit schijnt echter doel le hebben gctrolfen. vermits de administratie in uenzelfdeu brief verklaart geen bezwaar te hebben haar deskundige te be noemen, zijnde deze de heer Simon Thomas, ingenieur te Amsterdam In het overige deel van het exploit wordt geprotesteerd tegen eene be weerde verkrachting van een bepaling in het contract destijds met de ge meente getroffen, een klagt die door burg. en weth. zal worden onderzocht, zoodat de zaak nader in den raad zal worden gebragt. Na de sommatie volgde eene interpellatie van het raadslid den heer van der Gon Netschcr, die van de vorderingen der werken aan de duinwater leiding op de hoogte wenschte te zijn en daaraan eene andere vraag ver bond, nl. wanneer de inwerkingtreding van de waterleiding kon worden tegemoet gezien. De burgemeester, door de beleeldheid van dat lid vooraf in staat gesteld van de vragen kennis te nemenhad zijn antwoord dadelijk gereed in een brief van den directeur der duinwaterleiding, waaruit bleek dat de verstrekking van water aan de ingezetenen slechts wacht op het in beweging brengen van de stoomwerktuigen, die wegens nog niet uit Enge land opgeleverde stukken nu niet in gereedheid konden komen. Men bere kende evenwel dat 1° October de waterleiding zou in werking treden. Tot curatoren van het gymnasium zijn door den raad benoemd: mr. J. J. van Meerbeke, lid van den hoogen raad; de heer Obreen. chef der kaarten en modellenverzameling aan het departement van marine; dr. Jonckbloel, lid van de tweede kamer; de heer A. N. M. Pit, en mr. 0. W. Star Numan, commies-griffier bij de tweede kamer. Afdeelingen troepen van Delft en Leiden kwamen heden ochtend met het Hollandsch spoor aan het kruispunt van den Rijnspoorweg nabij deze stad, alwaar zij op dien overgingen, om de reis naar het kamp te Milligen te vervolgen. HU IT Kft LAM )SC UK UK Hl C. T EKGELASa LONDEN 13 Augustus. De nationale unie van landbouw-daglooners heeft eene statistiek open baar gemaakt, betreffende de jongste werkstaking in dc oostelijke graaf schappen. Het bijkt dat de strijd ongeveer 18 weken heelt geduurd, en aan de unie ongeveer 25000 heeft gekost. Aanvankelijk waren 2400 man ontslagen, maar dit getal daalde spoedig, aangezien 870 lot hun werk terug keerden, 440 het land verlieten eu 400 elders arbeid kregen. Van de 700, die overbleven, heeft de helft het werk hervat tien dc unie niet meer be taalde. De overige 350 zijn nog zonder werk. Het comité schrijft het mis lukken van den strijd vooral toe aan gebrek aan eenheid en aaneensluiting onder de werklieden, aan hunne weigering om elders werk le gaan zoeken en aan het opnemen van lieden in de unie, die reeds op zekeren leeftijd zjjn gekomen. FRANKRIJK. De ontvlugting van Bazaine geeft nog aan de dagbladen stof tot ver schillende beschouwingen. Over het algemeen is men van oordeel dat dc ware medepligligen schuilen onder de dienaars der regering, een gevolg van het benoemen van eene menigte Bonapartisten tot verschillende betrekkin gen. Het Joum. Hes Déb. zegt dat eenmaal eene ontvlugting er nog door kan; maar tweemaal! Een Bazaine na Rochefort. Dat is te veel, cn zoo veel tegenspoed is niet natuurlijk. Het doet denken dat er iets aan de regc- rings-machine hapert. Dergelijke wederwaardigheden hebben niet slag op slag plaats, zonder dat men ze in zekeren zin verdiend heeft. Mogt nu het kwaad, dat zich in zoo groote mate heeft geopenbaard, maar strekken om de oogen te openen! Men ontdekt toch hetzelfde kwaad, dat Frankrijk tegen het einde van het tweede keizerrijk zoozeer heeft gedesorganiseerd. De banden der administratie waren verslaptin alle takken van bestuur heerschte zorgeloosheid. Het kwaad schuilde onder een schitterend uiterlijk. Van daar dat men er onbewust van was. Eindelijk kwam het aan het licht. Men weet hoe. Toen was het te laat. Volgens een in sommige bladen voorkomend berigt had Bazaine aan vankelijk geweigerd te ontvlugten; maar na het mislukken eener poging zijner echtgenoot om eene nieuwe vermindering van straf te bekomen, gaf hij aan haar smeeken gehoor om gebruik le maken van de middelen tot ontvlugting, welke te zijnen behoeve werden beraamd. Naar men ver zekert, heeft hij geweigerd een Fransch vaartuig voor zijn ontvlugting te bezigen. Dc stoomboot, op welke men vermoedt dat de ontvlugting heeft plaats gehad, was een buitenlandsch vaartuig. De procureur van Grasse heeft, overeenkomstig de wet, den directeur, de wachters en de bedienden voorloopig in arrest doen nemen. Hij heelt tevens de troepen van het fort geconsigneerd, en de wacht aan de gendarmerie opgedragen. De reeks der manifesten van de leden der linkerzijde aan de kiezers is geopend door den heer Margaine, afgevaardigde van de Marnc. Hij ver klaart de overtuiging te bezittendat de maarschalk Mac Mahon zijn gezag niet zonder eene republikeinsche constitutie kan uitoefenen. Het land kan niet zes jaren lang onder eene republikeinsche etiquette en met antirepubli- keinsche overheden blijven leven. Men zou den president grievend honen, indien men onderstellen kon. dat hij zich tot voetbank of trede voor de verheffing binnen den zeven-jarigen termijn van eenig ander gouvernement dan dat der republiek zou willen laten gebruiken. En behalve dat de kamer niet bij magte is de monarchie te herstellen, zou de natie er een onoverkomelijk bezwaar in zien om haren reeds zoo zwaren belasting, druk met 50 miliioen voor de civile lijst en de garde van een souverein le ver meerderen. Dc kamer zal óf tot de aanneming van het voorstel-Casimir- Périer óf tot hare ontbinding moeten besluiten; en zoowel in het eene als in het andere geval zal de slotsom zijn: bevestiging der republiek en haar overgang in de zeden des volks. De bewering dat de regering de zaak van het "Centrale Comité der partij van het Beroep op het Volk" wenscht te laten doodbloeden, schijnt zich te bevestigen. Men meldt althans uit Parijs, dat de regter van instruc tie, die met het voorloopig onderzoek dier regtszaak was belast, die stad, bij het invallen der vacantie, verlaten heeft zonder dat de instructie op legale wijze gesloten is.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1874 | | pagina 2