KI:ITKNLaNUSCIIE BKlilGTKN PER TELEGRAAF. Heden is door den regter-commissaris een aanvang gemaakt met de instructie in den door den politie-agent W. gepleegden moord. Een aantal getuigen werden in deze zitting gehoord. Het prov, geregtshof nam heden kennis van een diefstal gepleegd bij nacht in een bewoond huis met nchulp van binnenbraak en inklimming, welke ten laste wordt gelegd aan een schippersknecht, laatstelijk te Rotter dam wonende, doch nog niet lang geleden uit het huis van correctie te Hoorn ontslagen, waarin hy wegens diefstal drie jaren had doorgebragt. Thans stond hij te regt omdat hij in den nacht van 9 op 10 Julij te Rot terdam, na een winkelraam van een zijdeverwer ingeduwd te hebben, heeft weggenomen eenige pakjes, die voor het raam lagen uitgestald en klecding- stukken inhielden, ter waarde van ƒ20. Advocaat-generaal mr. Terpstra eischte veroordeeling tot tuchthuisstraf van 5—20 jaren. Mr. Leesberg bragt eenige verzachtende omstandigheden bij, die door het hof bij zijne nog heden gedane uitspraak ook aanwezig werden bevonden. Den man werd weder drie jaren gevangenisstraf opgelegd. Hij zal alzoo het hem wel bekende verblijf weder kunnen betrekken. De arrond.-regtbank te Rrcda veroordeelde bij haar vonnis van 10 Maart jl. een particulier te Teteringen, J. C. D. genaamd, lot 1 jaar een zame opsluiting en eene geldboete van ƒ100 terzake van in den Berigtgever van 17 Aug. en de Waarheid van II Oct. 1873, beiden te Breda verschij nende, onder de advertentiën te hebben doen opnemen eene aankondiging, waarbij den heeren H., notaris, en v. M., procureur te Breda wordt ten laste gelegd: den eersten het afgeven van eene valsche copij eener boedelschei ding en den tweeden compliciteit daaraan. De plaatsing van die advertentie was geschied nadat door D. tegen genoemde heeren bij de regtbank ter zake van de beweerde valschheid een klagt en verzoek tot vervolging was inge- i diend en nadat door de reglbank in raadkamer was beslist dat zij geene termen had gevonden om eene strafvervolging in te stellen. Van de door de regtbank uitgesproken veroordeeling kwamen zoowel de bekl. als het openbaar ministerie in hoogcr beroep en het hof van Noordbrabant, afwjj- zende het verzoek lot eene nieuwe behandeling der zaak, vernietigde het vonnis wat den vorm aanging, maar bevestigde het vonnis wat de opgelegde straf betrof, bij arrest van 5 Mei jl. Den l5drD Mei teekende de veroordeelde cassatie aari en legde eene ampele memorie over, waarbij hoofdzakelijk het beginsel van het ten deze toege paste wels-artikel wordt besproken en geen bepaalde artikelen der wet als geschonden worden aangegeven. De advocaat-generaal bij den hoogen raad, i mr. Polis, achtte de tijdig ingeleverde memorie verregaande beleedigend voor de reglcrlijke magt en bepaaldelijk voor het openbaar ministerie bij de regt bank te Breda. Hij zag zich daarom verpligt den hoogen raad te verzoeken met het oog op art. 377 0. P. de onderdrukking der memorie van cassatie te hevelen en dus ook geen acht te slaan op het daarbij gedaan verzoek tot het gelasten eener nieuwe instructie en verwijzing der zaak naar een ander hof. De latere niet binnen den bepaalden termijn ingezonden geschriften konden z. i. evenmin in aanmerking worden genomen. De vertegenwoor diger van het openbaar ministerie concludeerde ten slotte tot niet ontvan- kelijkverklaring van het beroep voor zooveel de gedeeltelijke vrijspraak van den requirant betreft en overigens lot verwerping daarvan. De uitspraak is bepaald op 31 Augustus. Het door den gemeenteraad aan heeren curatoren van het gymnasium gedaan verzoek tot terugname van hun besluit tot het nemen van ontslag schijnt dat collegie niet t< t intrekking te hebben bewogen. Volgens eene missive toch gisteren bij den raad ingekomen volharden curatoren bij het besluit om hunne betrekking neder te leggen, weshalve door burg. en weth. reeds eene aanbeveling is ingediend tot benoeming van andere curatoren. Eenige heeren te Scheveningen hebben bij adres aan den raad hunne ad- haesie betuigd ten aanzien van den aanleg van een spoorweg aldaar, terwijl door gedep. staten dezer provincie naar aanleiding van het door de gewes telijke vertegenwoordiging verleend subsidie voor de op te rigten haven j aldaar een schrijven aan den raad is gerigt. FRASIHRIJH. Volgens de Presse zai de minister van binnenlandschc zaken reeds met den eersten dag van het reces zijn verblijf naar Parijs overbrengen. De overige ministeriën zullen eerst iu de maand September van Versailles naar de hoofdstad worden overgebragt. Volgens den Mon. Univ. loopt er ten gerucht, dat de echtgenoote van Don Carlos, die verlof had om met haar kinderen in de omstreken van Pau te vertoevenuitgenoodigd is zich van daar te verwijderen en een ander verblijf in Frankrijk te kiezen, ten einde door hare nabijheid aan de Spaan- sche grenzen geen voorwendsel te geven tot de beschuldigingen door de Madridsehe pers tegen het bestuur van Mac Malton ingehragt. De eerste verjaardag van de volledige bevrijding van het grondgebied van de vreemde bezetting (1 Augustus) is in de oostelijke gewesten niet onopgemerkt voorbijgegaan. In verscheidene plaatsen is die gebeurtenis door het uitsteken der nationale vlag herdacht. iPAN JE. De Carlisten zijn thans meester van geheel Navarre, met uitzondering van Pampelona, Tafalla en eenige andere meest grensplaatsen. In Guipuzcoa bieden St. Sebastiaan, Irun en de door de troepen bezette forten het hoofd aan de rondtrekkende benden, welke zich over de geheele provincie bewe gen. In Biscaye worden Bilbao en Portugalele met de aan den Nervion gelegen forten door twee brigaden, onder het bevel van den generaal Mora les de los Riosbezet. De gansche magt der opstandelingen in de Baskische provinciën wordt geschat op 30000 man, met artillerie, welke uit gladloops- gcschut, berghouwitsers en de gunstig bekende Berneo-kanonnen bestaat. Volgens een schrijfer aan de Ivd. Beige moet men niet te veel gewigt hechten aan de, ofllfcr het hevel van don Alfonso, ondernomen omtrekkende beweging, welke door sommigen zelfs een aanval op Madrid genoemd werd. Het eenige volgens hem daarmede beoogde en ook bereikte doel was zich j meester te maken van den te Cuenga aanwezigen voorraad in wapenen en i geld. Die beweging geleek op alle ondernemingen van de Carlisten van Valentia. Te Albacete, te Segorbe, en reeds vroeger te Cuenga handelden zij niet anders; het ligt in het geheel niet in hnn plan in die oorden zelfs eene vesting, gelijk Cuenga, bezet te houden. Zoodra de troepen dan ook naderden, trokken zij overhaast terug in de bosschen op den linkeroever van de Jucar. De gansche taktiek van don Alfonso bestaat in het vermees teren van half versterkte steden en elke ontmoeting met de regeringstroe pen te ontwijken. De geruchten omtrent eene Duitsche of gecombineerde vreemde tus- schenkomst, die het berigt der afzending van een Duitsch eskader naar de Spaansche kust te Madrid in omloop heeft doen komen, hebben aldaar een zeer ongunstigen indruk gemaakt. Wanneer het geldt den vreemdeling te verdrijven, zeggen de dagbladen, dan zou het geheele Spaansche volk alle verdeeldheid vergeten en ééne onoverwinlijke partij vormen. Don Carlos heeft zijnen broeder, ter zake van de aanvankelijk bij Cuenga behaalde overwinning, tot den rang van kapitein-generaal verheven. j De Italiaansche regering heeft een oorlogschip naar de Spaansche noordkust gezonden, ter bescherming van de Italiaansche onderdanen. Men verzekert, dat zulks is geschied op uitdrukkelijk verzoek van eenige Itali aansche consuls. Dit voorbeeld is spoedig door Engeland gevolgd. Het Engelsch eskader van de Middcllandsche Zee heeft namelijk last gekregen naar Spanje's oostkust te vertrekken. De stedelijke autoriteit van Ciudad Real heeft elf personen, beschuldigd van den heer Ilaselden, een Engelschman, gevangen te hebben genomen en op losgeld te hebben gesteld, naar de criminele regtbank van La Carolina in de provincie Jaen gezonden. Het wordt ook bevestigd dat de bankier senor Retortillo, die op reis was naar Frankrijk, door Navarrezen gevangen genomen is en genoodzaakt is geworden een losgeld van 180,000 fr. te betalen. U1HTICIILAND. Uit Rome wordt aan de Duitsche bladen gemeld, dat de Curie heeft beslotende bisdommen Straatsburg cn Metz te onttrekken aan de juris dictie van den Metropolitaan van Besangon en die onder reglstreeksche ju risdictie van den H. Stoel te plaatsen. Aan den burgemeester van Kissingen worden vele geldelijke bijdragen toegezonden, welke thans reeds tot een zeer aanmerkelijk bedrag zijn aan gegroeid. De schenkers dier gelden hebben daaraan slechts ééne voorwaarde verbonden, namelijk deze: dat hetgeen daardoor zal worden tot stand ge- bragt, zal strekken als een bewijs van hulde aan den rijkskanselier, den heer von Bismarck. Het dagelijksch bestuur van Kissingen heeft bepaald, dat de gelden, op die wijze bijeengebragt, onder de benaming van //Bis- marck-Stiftung"zullen gebezigd worden tot bevordering van het lager onderwijs. 's GRaVENHAGE, 5 Augustus. In een bij het departement van koloniën ontvangen telegram van den gouverneur-generaal van Ned.-Indië van den 3den dezer wordt' berigt: Te Telok Semawe (werwaarts een oorlogschip met een controleur gezonden was) waait de Ncderlandsche vlag, Moesopie (be oosten mond Alchin-rivier) is door onze troepen bezet. De kampong Soerian genomen en ook bezet; daarbij zes der onzen gedood en 47 gewond, waar onder kapitein Perelaer en luitenants van der Zee en Krijgsman. In de benting 73 lijken gevonden. Gezondheidstoestand laat veel te wenschen over. ROME, 4 Augustus. Zeven en twintig hoofden der Internationale, afkom stig uit verschillende plaatsen in Italië, die met politieke doeleinden te Rimini waren bijeengekomen, zijn in hechtenis genomen. LONDEN, 4 Augustus. In de zitting van het lagerhuis antwoordde de lieer Bourke op eene vraag van den heer Bowyer, dat er geen reden bestaat te vermoeden, dat eenige staat in Europa de lusschenkomstwelke ten aanzien van Spanje zal plaats hebben, als eene gewapende tusschenkomst zal beschouwen. Engeland althans beschouwt die niet als zoodanig. De tusschenkomst, zooals die geschieden zal, zal geen aanleiding geven tot eenige tusschenkomst van eene andere Europesche mogendheid. VERSAILLES, 4 Augustus. Te midden der.debatten over de begrooting deelde de minister van financiën mede, dat de onderhandelingen met de bank, betreffende het fixum der jaarlijksche aflossingen, tot een resultaat hebben geleid. De bank verzet zich tegen elke wijziging van1 het contract van 1871 en acht elke reductie van de daarbij gestipuleerde af te lossen som in strijd met liet belang des lands en niet wenschelijk voor het crediet der bank. Zij stelt echter voor, ten einde den staat te hulp te komen, een nieuw voorschot tc verleenen van 80 millioenaflosbaar na de integrale aflossing der reeds verleende voorschotten ad 1500 millioen. De minister van financiën diende eene ontwerp-wet in, waarbij deze 80 millioen wordt aangenomen en 40 millioen gevoegd wordt bij de buitenge wone inkomsten op het budget voor 1875. De minister vraagt de urgent- verklaring en de discussie over dit ontwerp op morgen. De urgentie wordt door de kamer uitgesproken. PARIJS, 4 Augustus. Volgens de Temps was het kabinet van Berlijn van gevoelen, de Fransche regering te moeten overtuigen dat Duitschlands in menging in de Spaansche aangelegenheden niet is een daad van onbeleefdheid tegenover Frankrijk. Het blad meldt voorts, dat de kabinetten van Berlyn en Londen het volkomen eens zijn, dat de Duitsche oorlogsschepen geen moeijelijkheden van de Engelsche regering zouden hebben te vreezen, wan neer zij Engelsche, met oorlogscontrabande beladen schepen in beslag namen. Eindelijk zegt de Temps, dat de betrekkingen tusschen de Fransche en de Engelsche regering uitmuntend zijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1874 | | pagina 2