Leidsche poorten dien smaak naar vrije uitzigten op wel bezette weiden nog niet bevredigd beeften dat men aan andersdenkenden het genot niet j wil laten hier en daar een monument te aanschouwen. Nog hopen wij dat de Leidsche gemeenteraad zal inzien dat het meer dan tijd wordt het ver derfelijk sloopingswerk te doen eindigendat dreigt weldra zelfs de sporen van onze laatste oude poorten weg te nemen. Bij rubriek e. wordt gezegd dat de volgende werken tot nog toe aan het oordeel der adviseurs zijn onderwor pen geworden: het nieuwe akademiegebouw te Leiden; de restauratie der Gevangenpoort te 's Gravenhage; id. var. de St. Janskerk te 's Hertogen bosch; id. van de Domkerk te Utrecht; id. van de St. Michaelskerk te Thorn; id. van de Hooglandsche kerk te Leiden; id. van de St. Bavokerk te Haar lem; id. van de Munsterkerk te Roermond; id. van de geschilderde glazen in de St. Janskerk te Gouda. Alleen omtrent het Leidsche akademiegebouw en omtrent de glazen te Gouda is reeds aan den minister verslag gedaan en advies gegeven. De 44slt jaarlijksche algemeene vergadering van leeraren aan de Ned. gymnasiën en hoogere burgerscholen zal deu 18de° Juiij .a. s. te Vélp ge houden worden, onder voorzitterschap van dr. T. T. Kroon, conrector aan de Latijnsche school te Arnhem. Door mr. A. Ver Huell te Arnhem is tot voltooijing van het zeemans- asyl te Brielle 50000 gulden beschikbaar gesteld. Door den keizer van Rusland is ter beschikking van den minister van oorlog gesteld een som van 800 Russische gouden ducaten, ten einde te worden verdeeld onder de onderofficieren en verdere manschappen, die als eerewaeht bij den keizer hebben dienst gedaan, gedurende HD. kortstondig verblijf op Nederlandschcn bodem. De minister van oorlog heeft bepaald, dat die gelden onder de belanghebbenden zullen worden verdeeld in even redigheid van hunne tractementen. Een sergeant-majoor krijgt alzoo ƒ10, een sergeant ruim ƒ6, de gewone milicien 2.30. Door de aardbeziën-compagnie te Boskoop zijn reeds de eerste aard beziën naar 's Hage verzonden. De pluk belooft overvloedig te zijn. Onder Overschie heeft men Zondag morgen in eene weide eene koe gevonden die op eene schandelijke wijze was mishandeld en gesneden. In den nacht van 12 op 13 Junij, meldt de IV. H. C.. heeft in de gemeente Zwijndrecht eene worsteling plaats gehad tusschen den gemeente veldwachter, met getrokken sabel en zekeren A. B.met een mes gewapend. Eerstgenoemde heelt zijn aanrander een sabelhouw over het hoofd gegeven De oorzaak bestond hierin, dat A. B. in dronkenschap, zonder cenige reden, de woning van zijn buurman binnendrong en een mes greep, om hem en zijne vrouw te vermoorden. Beiden wisten te ontvlugten en riepen de hulp in van buren en van den veldwachter en den nachtwaker. De woedende indringer trachtte deze beide personen te doorsteken. Nadat hem alstoen de wond was toegebragt. is hij naar huis gegaan en heeft hij zich gewa pend met het mes te bed begeven. Zijne vrouw en kinderen hadden het huis ontvlugt, en toen de burgemeester met de rijkspolitie de woning op den middag binnentrad, vond men den man te bed. in een toestand van verdooving, met bloed bedekt. Nadat het eerste verband was gelegd, bleek zijn toestand evenwel niet gevaarlijk te zijn. Te Amersfoort zijn tot candidate!) voor het lidmaatschap der tweede kamer gekozen: door de liberalen, de heer mr. G. M. van der Linden; door de conservativende heer mr. W. baron van Goltstein, thans lid der eerste kamer; door de anti-revolutionairen, de heer mr. M. M. van Asch van Wijck, te Utrecht. Men meldt uit Leeuwarden: Het heeft Z. M. den koning behaagd aan de door HD. uitgeloolden prijs (de prachtige gouden zweep), die Donderdag a. s., den gedenkdag van Waterloo, hier zal worden verharddraafdnog eenige prijzen toe te voegen, namelijk: een breed gouden oorijzer (hier in Friesland zeer goed bekend), verder een zilveren theeservies met schenkblad en eindelijk nog een zilveren blad met dito schenkkan. Deze laatste zilve ren prijzen moeten, naar men verneemt, door Z. M. bestemd zijn voor de beste harddravers uit de naburige provinciën Groningen en Drenthe, die aan de draverij zullen deelnemen. Te Zoutkamp, in Groningen, is een kind, van ongeveer één jaar oud, op het hoofd getrapt en dadelijk daarna bezweken. De beschuldigde, een polderwerker, is reeds in arrest. Het kind behoorde aan een drankverkoop ster in een keet. waar de man zich aanmeldde, om, hoewel reeds beschon ken, nog meer drank te ontvangen. De moeder had het kind even neêrge- legd, om den beschonkene te kunnen verwijderen. Deze trapte op hel kind cn was zoodoende de oorzaak van den dood der kleine. Te Roermond is dezer dagen gevankelijk binnengebragt een gehuwd man, beschuldigd van poging tot moord op een jong meisje, met wie hij, naar het schijnt, sedert cenigen tijd eene ongeoorloofde betrekking onder hield, doch die aan die betrekking een einde bad gemaakt. De beschul digde, die haar herhaaldelijk gedreigd had. begal zich des avonds naar hare woning en loste een pistoolschol op baar. Het eerste schot weigerde, het tweede trof doel en wondde haar aan twee vingers. Volgens berigten uit Paramaribo van 20 Mei is 's konings jubilé aldaar op den 12'° met ingenomenheid gevierd. Stad en schepen waren met vlag gen getooid. Na eene groole parade van het garnizoen had er eene audiëntie ten gouvernements-huize plaats. Overheden, ambtenaren, geestelijken en militairen vormden een kring in de groote zaal en uit aller naam voerde de heer mr. G. J. A. Bosch Reitz, voorzitter der koloniale staten, het woord, ter betuiging van de liefde en trouw, die ook in deze kolonie zoo algemeen voor den dierbaren vorst uit het huis van Oranje gevoeld worden. Zijne toespraak werd door den gouverneur beantwoord. Hij gaf de verzekering dat Z. M. steeds een warm hart voor Suriname koesterde en gaarne zijne veélvermogende hulp en bescherming aan de kolonie zou verleenen. Ver volgens begaf de gouverneur zich naar het kerkgebouw der herv. gemeente, ter bijwoning van den uitgeschreven dank- en bidstond, na afloop waarvan Z. E. zich naar het gebouw der koloniale staten brgaf. In die zaal waren aanwezig de afgevaardigde van den gouverneur van Fransch Guyana bij bet zilveren krooningsfeest, en de consuls van Engeland, Frankrijk, de Ver- eenigde Staten van Noord-Amerika, van Portugal en van Italië, enz. De gouverneur wees in zijne openingsrede op den merkwaardige)) dag waarop de hervatting der werkzaamheden plaats had. Na zijne uitvoerige rede werd de plegtigc stilte, die onder de toehoorders heerschte, afgebroken door het oorverdoovend gejuich van: Leve de koning! Leve de gouverneur! Het ge bouw verlaten hebbende begaf zich de gouverneur in statie naar de plaats der feesten ter inwijding van het plein aan het einde der verlengde Weide- straat en der nieuwe straten, en ter bijwoning van de bekrooning der arbei ders die aan den wedstrijd hebben deelgenomen. De nieuwe straten tot aan het plein waren met vlaggen en de hoeken met eerebogen versierd. Aan het plein genaderd, alwaar eene net getooide tent was opgerigt. stapte de landvoogd af en begaf zich in den kring der aldaar verzamelde menigte. Alvorens over te gaan tot de bekrooning, hield Z. E. eene toepasselijke toe spraak lot Alexander Smit en Frans Bonham Lednom en overhandigde ieder hunner een zilveren horologie, voor het redden van drenkelingen bij ver schillende gelegenheden. Vervolgens gaf Z. E. aan de nieuwe straten de namen van: Koningstraat, SophiastraatOranjestraat, Nassaulaan, en aan het plein dien van 't Plein van 12 Mei. De gouverneur hield daarna eene toespraak tot degenendie aan den wedstrijd hadden deelgenomenwaarbij Z. E. zijne hooge goedkeuring betuigde over de door hen volbragte taak en hen op het hart drukte om voort te gaan, bewijzen te leveren van de waar dering van den arbeidals de bron van volkswelvaart en als de beste adel dom van den werkenden stand. Daarop werd tot de uitreiking der prijzen overgegaan. Saluutschotenluide en haast cindelooze toejuichingen volgdbn deze plegtigheid. De trein keerde nu naar het gouvernementshuis terug. In den loop van den middag werden door de. kinderen van de school der Mora vische broedergemeente en de r. k. weeskinderen, vóór het gouvernements huis, toepasselijke liederen gezongen. De bisschop, die de weeskinderen had geleid, sprak uit hunnen naam eene treffende rede uit en bood den gouver neur een geschenk aan, bestaande uit een bouquet uil vederen van inland- sche vogels vervaardigd. lil verband met deze huldebetuiging van de kinderen, verdient bijzondere vermelding eene zaak van groot belang en die op hel sthoone feest uilblonk. Het is namelijk de inhoud eener toespraak door den 11. Eerw. heer bisschop gedaan in het gouvernementshuis, bij de aanbieding van een adres van de regenten van het r. k. gesticht «de Voorzienigheid", aan Z. M. gcrigt. De bisschop zeide in substantie: «De regenten van het evengenoemd gesticht, voornemens zijnde den dag van heden op gelijke wijze te vieren als U. E. heeft gedaan, nl. een blijvend en nuttig gedenkteeken van dezen heugelijken dag te stichten, hebben besloten, van heden af. genoemd gesticht te openen voor khidcren zonder onderscheid van geloofsbelijdenis; eensdeels omdat algemeene behoefie aan een dergelijk opvoedinsgesticht beslaat, anderdeels omdat aan hen (de regenten van het gesticht) van verschillende zijden, in het bijzonder uit de buitendislricten, aanvragen in dien geest zijn gedaan. Daar dit gesticht het eenige van dien aard in het gcheele rijk zoude zijn. verzoeken de regenten U. E. hunne voorspraak bij Z. M. den koning te willen zijn, dat het Z. M. moge behagen, het beschermheerschap over dit gesticht aan te nemen. Zij zijn overtuigd bij U. E. een welwillende en tevens invloedrijke voorspraak te vinden." Z. E. de gouverneur antwoordde, dat hij gaarne op zich nam het verzoek met zijne beschouwingen deswege aan Z. M. in handen te doen komen. Het oveiige gedeelte van den dag werd aan gepaste vreugSe toegewijd; de oplogt der deelnemers aan liet gecostumeerd volksbal, des avonds, met flambouwen, onder het gejoel van eene groote schare, maakte een bijzonder schoon effect, terwijl liet bal ten gouvernementshuize door een groot aantal personen lot laat in den nacht werd bijgewoond. Dag en avond werden onder duizenden van menschen, zoowel van de stad als uit de districten, met evenveel uilgelaten vreugde als gepaste orde gevierd, en hebben eene herinnering nagelaten, die een biijvenden indruk bij de bevolking zal uitoefenen. 's GRAVENHAGE, 16 Junij. Door Z. M. zijn benoemd: tot kantonregtcr te Helmond de heer mr. P. J. J. Ilolliiigerus Pijpers, thans kantonregter te Hulst; tot substituut- griffier bij het prov. geregtshof in Noordbrabanl de heer mr. A. J. Abbema, thans griffier bij hel kantongeregt te 's Hertogenbosch; lot kantonregter te Haarlem de heer nir. J. de Clercq van Weel, thans kantonregter te Schie dam: tot plaatsvervangend kantonregter te Haarlem de heer mr. T. de liaan Ilugenholtz, procureur bij de arrond.-regtbank aldaar; lot plaatsvervangend kantonregtcr te 'sGravendeel de heer M. C. Sigmond, notaris aldaar; tot plaatsvervangend kantonregter te Middelburg de heer mr. W. A. van Hoek, advocaat aldaar. De heer F. de §itter, thans directeur van het postkantoor te Ouden bosch, is in dezelfde betrekking benoemd te Ginneken. De tc Sleenwijk gevestigde post- en telegraafkantoren worden veree- nigd onder het beheer van den directeur van het postkantoor aldaar, R. A. Belmer. Door Z. M. is aan den gepens. majoor W. J. J. Verkouteren, magazijn meester der artillerie le kl. tc Geertruidenberg, de rang verleend van luit.-kolonel. De officier-machinist 1' kl. P. A. van Aken, geplaatst bij liet kon. instituut voor de marine te Willemsoord, wordt op non-activiteit gesteld. De minister van binnenlandsche zaken heeft bepaald, dat de commis- sienbelast met het afnemen der examens B en 0 volgens artt. 60—65 der wet van 2 Mei 1863, voor het jaar 1874 zitting zullen houden te Delft, en benoemd: a. tot lid en voorzitter der commissie voor examen B(artt. 61—65) dr. A. C. Oudemans, hoogleeraar aan de polytechnische school te Delft: tot leden: d\ G. F. W. Baehr, A. J. van PescliJ. A. Snijders, G. J. Morre en P. Tetar van Elven, hooglecraren en leeraren aan de polvtechni-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1874 | | pagina 2