LEID8CHE
COURANT.
1874.
m°. m.
DINGSDAG 16 JUNIJ.
De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars ƒ3.franco p. p. 3.50;
met het Verslag der Handelingen van den Gemeenteraad f 3.35franco p.p. f 3.85. Het verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor f 2.50
'sjaars. buiten de expeditiekosten. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Gents, franco p. p. 6 Cents.
De prijs der Advertentie» is van 1—4 regels f 1.— iedere regel meer 25 cents.
STADS-BERICHTEN.
De BURGEMEESTER. Hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden, doet
te wetendat aan den Ontvanger der directe belastingen alhier is ter
hand gesteld een op den 13,le° dezer maand invorderbaar verklaard kohier
voor de belasting op het personeel, dienstjaar 1874/5, houdende aanslagen
voor wijk 3, terwijl ieder verplicht is zijn aanslag op den bij de wet be
paalden voet te voldoen.
En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afgekondigd.
De Burgemeester voornoemd,
Leiden, 15 Juni 1874. v. d. BRANDELER.
alles verzekerd. Het vernielend element heeft wi'ders te Lullgemeente
Venray, eene boerenwoning met stal, schuur en bergplaats bijna geheel in
8 de asch gelegd. De schade beloopt ongeveer 2000; niets was verzekerd.
BINNENLANDSCHE BEiUGTEN.
LEIDEN, 15 Junij.
Het adres van de kamer van koophandel en fabrieken alhier aan den
minister van financiën ingezonden, waarvan in ons vorig nommer werd
melding gemaakt, is hierachter opgenomen.
Bij de heden gehouden openbare vcrkooping van cokes, van partijen
van 100, 50, 10 en 5 hectoliters, waren de hoogste prijzen ƒ54, ƒ27.50,
ƒ6.50 en ƒ2.80. de laagste ƒ54, ƒ27.50, ƒ5.20 en f 2.75.
Bij de acte-examens voor liet middelbaar onderwijs zijn Zaturdag toe
gelaten voor aardrijkskunde de heer J. Yzerman. van Amsterdam: voor
Fransch de heer J. J. Balland, van Flourlinque (Zwitserland), voor boek
houden de heer D. A. van Waalwijk, van Amsterdam. Afgewezen 1 voor
geschiedenis en 1 candidaat voor boekhouden; 1 voor Duilsch was niet
opgekomen.
De heer F. van Spall, cand. tot de h. dienst alhier, heeft bedankt
voor de beroeping naar de herv. gemeente te Noordwijk aan Zee en ook
voor die naar Waverveen. prov. Utrecht.
Te Zwijndrecht is Vrijdag 11. brand ontstaan in de woning van een
hovenier, die zoo spoedig toenam dat binnen een paar uren alles in de asch
lag. Alleen de inboedel is gered. De bewoners waren afwezig. Alles was
tegen brandschade verzekerd.
Te Amsterdam is Zaturdag namiddag ten 5% uur op 's lands marine
werf op den bovensten zolder van het ijzermagazijn een hevige brand uit
gebarsten. Door de werking van negen stads- en drie marine-spuiten,
benevens de stoomspuit van de marine en de stoomspuit het IJ, was men
de vlammen om 8 uur meester. Op bedoelden zolder was oud touwwerk,
zeildoek enz. geborgen.
De trein van den Oosterspoorweg, die Zaturdag avond te 9vs uren te
Amsterdam moest zijn, is eerst te 12.15 aangekomen. De tender en loco
motief van den van Hilversum komenden trein zijn, juist nadat zij de spoor
brug overgestoomd warenuit liet spoor geraakt. De machinist bemerkte
zulks nog in tijds, zoodat hij den trein gelukkig kon doen stil houden. De
reizigers kwamen er alzoo met den schrik af.
-- De heer L. C. Dudok de Wit heeft eene wandeling gemaakt van Am
sterdam naar Parijs. Den lstc0 Junij. des morgens ten 3 ure van Amster
dam vertrokken, heeft hij. in drie uren minder dan tien dagen, den weg
tot Parijs afgelegd. Den eersten dag wandelde hij tot Vianen, den tweeden
tot Oosterhout. den derden tot Rijckevorsel bij Hoogstraten, den vierden
tot Brussel, den vjjfden tot Braine le Comte, den zesden tol Maubeuge. in
Fransch-Henegouweii. den zevenden lot le Gateau en Gambresis, den acht
sten lot St. Quentin. den negenden en tienden, zonder nachtrust te hou
den tot Parijs.
Ter benoeming van een regter in de arrond.-reglbank te Tiel, in plaats
van mr. E. H. Karslen, benoemd tot lid van het prov. geregtshof in Gelder
land, bestaat de voordragt uit de hh. m». L.J. 11. Philips, advocaat te Zalt-
Bommel, mr. Brantsen, kantonregter te Raalten en mr. J. ten Bosch, sub-
stituul-grifïier bij de regtbank aldaar.
Door den gemeenteraad van Arnhem is tot directeur-boekhouder bij
de gemeentereiniging aldaar benoemd de heer J. J. du Saar. hoofdopzigter
in dienst van den aannemer der gemeentereiniging te Zaandam.
Te Oude-Pekela heeft een vreeselijke brand gewoed; 19 perceelen zijn
een prooi der vlammen geworden. Persoonlijke ongelukken heeft men ge
lukkig niet te betreuren. De brand is door den hevigen wind overgebragt
op de nabjjgelegen veenderijen, waardoor eene gronte hoeveelheid turf is
verbrand.
In de Noordbrabantsche gemeente Üiessen is Zaturdag eene woning af
gebrand, waarbij twee kinderen van 2 en 4 jaren zijn omgekomen.
Het onweder, dat in den namiddag van 9 Junij in Limburg heeft ge
woed, heeft vrij belangrijke schade veroorzaakt. Te Swolgen. onder Meerio,
is de torenspits, benevens een trap en een paar deuren in de kerk, vernield;
de brandschade is aanzienlijk, doch gelukkig door verzekering gedekt. Te
Grevenbicht is een bergplaats van hout, sfroo enz. gedeeltelijk afgebrand.
De schade aan bouw en inhoud wordt berekend op ƒ1500; ook daar was
Gisteren avond is in druk rondgedeeld het verslag der commissie van
rapporteurs omtrent het wets ontwerp lot afschaffing van den zeepacejjns
en verhooging van dat accijns op hel gedistilleerd. Bij de overweging van
deze voordragt in de afdeelingen der kamer toonde de meerderheid zich,
behoudens nader mede te declen bedenkingen, gunstig gestemd voor het doen
wegvallen van den zeepaccijns uit de rij onzer belastingen; doch waren er
verscheidene ledenwie het twijfelachtig voorkwamof het juiste tjjdstip
voor het nemen van dien maatregel gekomen was. Die twijfel stond in ver
band met de houding, door den minister van financiën zeiven omtrent deze
aangelegenheid in de kamer aangeboden. Naar het oordeel van verschillende
leden bestond alle aanfeiding om de regering uil te uoodigen tot het geven
van een overzigt van den algemeenen finanliëlen toestand hier en in Indië,
waardoor de tegenwoordige voordragt kon worden geregtvaardigd. Eenige
leden verlangden niet enkel inlichting omtrent de redenen, die den minister
van financiën bewogen hadden zijne tot nu toe gevolgde politiek omtrent
de zeepbelasting te laten varen, maar wenschten ook le weten wal hij in
het vervolg tot verbetering van ons belastingstelsel voornemens was te doen.
In eene der afdeelingen werd de vraag geopperd, of er reden bestond tot
vrees, dat de suikeraccijns, na het gedistilleerd de meest productieve onzer
accijnsen, op den tegenwoordigen voet niet lang meer houdbaar zal zijn en
wees men bij deze gelegenheid op Engeland dat zeer onlangs dien accijns
geheel heeft afgeschaft en op Frankrijk dat op den weg is om omtrent de
wjjze van heffing der belasting een geheel ander stelsel aan te nemen, dan
bij de suikerconventie van 1861 werd bedoeld. Ter wille van onze suiker
markt en onze suikerraffinaderijen wenschte men zeer bepaald omtrent een
geheel ander stelsel van den suikeraccijnsmet de zienswijze der regering
te worden bekend gemaakt.
Naar aanleiding van desbetreffende vragen door de commissie van rap
porteurs gedaan, heeft de minister geantwoord: dat de afschaffing der sui
kerbelasting in Engeland een nadeeligen invloed op de Nederlandsche suiker
markt en op den bioei onzer suikerraffinaderijen zal uitoefenen, is eene
voorspelling, waarvoor de minister nog geen afdoende gronden heeft zien
aanvoeren. Naar het verledene te oordeelcn, is het niet waarschijnlijk dat
door die alschaffing de uitvoer van Nederlandsch geraffineerd naar Engeland
of elders verminderen zal. Wanneer de afschaffing der Engelsche regten
voor onze raffinaderijen vooreerst niet te duchten is, dan schijnt daarvan
evenmin gevaar te wachten voor de Nederlandsche suikermarkt. Tot af
schaffing van den suiker-accijns hier le lande is de minister van financiën
vooreerst niet gezind mêe le werken. Er valt niet aan te denken, de
5 mitlioen, welke die belasting jaarlijks aan de schatkist afwerpt, zonder
aequivalent prijs te geven. Er zijn heffingen, die naar het oordeel van den
minister veeleer voor alschaffing in aanmerking komen dan de suikeraccijns.
Maar wel schijnt het noodig dat in de regelen, waarnaar die accijns hier te
lande geheven wordt, verbetering wordt gebragt. In welken zin en op
welke wijze het moet geschieden, dit zijn vragen, die een naauwkeurig onder
zoek eischen, hetwelk reeds voor eenigen tijd ingesteld, doch niet algeloopen
is. Het nitzigt op vernieuwing der conventie, die met ultimo Julij 1875
eindigt, is niet verbeterd sedert de Fransche wetgevende vergadering
heeft vastgesteld dat na 1 Julij 1875 in Frankrijk het zoogenaamd raffi
neren in entrepot zal worden toegepast, tegen welk stelsel het Belgisch
gouvernement zich steeds ten sterkste heelt verklaard; terwijl Engeland
zijne belasting afgeschaft heeft. Van geen der gecontracteerd hebbende sla-
ten zijn tot nog toe voorstellen betreflende de vernieuwing der conventie
ingekomen en de minister heeft tot nog toe geene redenen gevonden om
van zijne zijde slappen in die rigting te doen.
Ten aanzien van een in het verslag tot hem gerigt verzoek om inlichting
omtrent den tegenwoordigen financiële» toestand hier en in Indië. geeft de
minister eenige schriftelijke mededeelingcn. Wat Nederland betreft bedraagt
het tekort over de dienst 1871 ƒ458,555.75. dat over de dienst 1872 is
voorloopig op een rond cijfer van ƒ1,610,000 berekend. De uitkomst van
de dienst 1873 kan nog niet worden bepaald. De stand der begrootiug voor
de dienst 1874 is aldus: De hoofdstukken der begrootiug, zonder dat voor
het departement van marine, zijn vastgesteld op 89,292.387.07, het hoofd
stuk van marine is voorgedragen lot ƒ10.901.596.61. Aanhangig zijn ver
hoogingen tol een bedrag van ƒ427,000. zijnde dus te zamen '00,020.983.68.
De middelen zijn geraamd op f 93,742.143.85, maar men schijnt te kunnen
rekenen op eene ontvangt van 97,067,143.85. De uitgaven als boven stel
lende op 110,630.983.68 en de ontvangsten op 97,067,143.85, zou het
tekort dus bedragen 3,553,839.83, waarin volgens de wet op de middelen
door uitgifte of beleeuing van schalkistbilletten kan worden voorzien tot
een bedrag van 6.500,000 overeenkomende met de som. die voor den ver
deren aanleg der staatsspoorwegen is toegestaan.
Wat de Indische geldmiddelen betreft, de beschikbare saldo's van vorige
diensten zijn in Maart jl. berekend op 39,300.0003 00. waarvan in minde
ring komen, een en ander ter bestrijding der expeditiekosten tegen Alchin,
ƒ12,847,600,00, zoodat er blijft ƒ26,452,400.00. Rekent men nu, dat, met