LEIDjSCHE C HERAUT. J 8/4 A0. 98. MAANDAG 27 APRIL. STADS-BER1CHTEN. BINNENLANDSCHE BEKIGTEN. De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars f 3.franco p. p. f 3.50; met het Verslag der Handelingen van den Gemeenteraad f 3.35franco p.p. ƒ3.85. Bet verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor 2.50 'sjaars. buiten de expeditiekosten. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Cents, franco p. p. 6 Cents. I)e prijs der Advertcnliën is van 1—4 regels 1.— iedere regel meer 25 cents. Bij deze Courant behoort een BIJVOEGSEL. Bij deze Courant toordt verzonden M". 21 blad 23) der Handelingen tan den Gemeenteraad. De BURGEMEESTER van LEIDEN, Gelet op art. 21 der Wet van 4 December 1872 Staatsblad n°. 134); Brengt ter kennis van de ingezetenen dat in de afgeloopen week geene personen aan de Mazelen zijn overleden. En geschiedt hiervan openbare afkondiging door plaatsing in de Leidsche Courant. De Burgemeester van Leiden. Leiden 25 April 1874. v. d. BRANDELER. LEIDEN, 25 April. De heer d'. J. M. van Bemmelen, benoemd tot hoogleeraar in de facul teit der wis- en natuurkunde aan de hoogeschool alhier, heeft heden die betrekking aanvaard met het houden cener redevoering over "de scheikunde als leer der stofwisseling." Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende deze week dagelijks van 87 tot 98 volwassen personen en 29 tot 36 kinderen. De minister van koloniën, ad interim van marine, heeft ter kennis van belanghebbenden gebragt, dat in dit jaar zes jongelingen na afgelegd examen als scheepsklerk zullen kunnen worden aangesteld. De jongelingen die tot dit examen, hetwelk in de maand Augustus zal plaats hebben, wenschen te worden toegelaten, moeten zijn Nederlanders, en op den lst<n Januarij 1874 den ouderdom van 15 jaren hebben bereikt, doch mogen hun W jaar nog niet zijn ingetreden; alzoo komen alleen zij in aanmerking die geboren zijn in de jaren 1857 of 1858. Verzoeken tot mededinging moeten voor den laatsten July aan den minister van marine ingediend worden. Blijkens het in de Staatscourant opgenomen vervolg van de verslagen omtrent den toestand van het rijks-museum van oudheden en het rijks- ethnographisch museum alhier werd van de gelegenheid om het eerstge noemde museum te bezoeken, zoowel op de tijden van geheel vrije, als in de uren van bijzondere bezigtiging, een betrekkelijk rnim gebruik gemaakt; aanleiding tot klagt over ongeregeldheden van de zijde der bezoekers werd niet gegeven. Voor hen die met wetenschappelijk doel en tot het erlangen van nadere inlichtingen zich aanmeldden, werd de gelegenheid steeds zoo onbeperkt mogelijk opengesteld en aan elk redeljjk verlangen voldaan. Bui- tenlandsche geleerden, die voor hunne bijzondere onderzoekingen of voor de ondernomen uitgaaf van werken bijdragen uit de te Leiden aanwezige oudheidkundige schatten wenschten te erlangen, vonden ook weder in het afgeloopen jaar voldoening aan hun verlangen en al die medewerking, waarop zij bij eene wetenschappelijke rijksinstelling aanspraak konden en kunnen maken. Van het rijks-ethnographisch museum zegt de waarnemende directeur: Tot nogtoe was het mij gegeven, jaarlijks, sedert de vestiging van het mu seum, van rijke aanwinsten te spreken. Over het afgeloopen jaar kan ik tot mijn leedwezen in dit opzigt geene verblijdende mededeelingen doen. Maar al te zeer is de lang gekoesterde vrees bewaarheid, dat de rjjke bron van toevoer niet langer zou vloeijen, wanneer wij de ijverige en belange- looze medewerking van mannenwier namen in vroegere verslagen zoo dik werf met hulde en dank vermeld werden, ten gevolge van hun vertrek uit Nederlandsch Indië, moesten derven. Het gemis van mannen als baron von Rosenberg, dr. Wienecke, de heer von Semmelink en andere, werd niet door de ijverige belangstelling van andere reizigers of beambten in onze buitenlandsche bezittingen vergoed: hun voorbeeld heeft, immers totnogtoe, geene navolging gewekt, de jaarlijks in elk verslag herhaalde opwekking geene merkbare werking teweeg gebragt. Zelfs zijn kleinere bijdragen, in geschenken van bijzondere personen, van wier ontvangst steeds met inge nomenheid en dank melding gemaakt werd, van lieverlede verminderd en eindelijk bijna geheel en al achterwege geblevenAlles wat tot nogtoe ont vangen werd, is behoorlijk en naauwkeurig op de inlijvingslijslen beschre ven, gemerkt cn weggeborgen, met de noodige aanteckeningcnom elk voorwerp zonder te groot tijdverlies terug te vinden. Maar dat wegber gen en bewaren bestaat, en kan niet anders bestaan dan in eene op stapeling en een inpakken, zoo ineengedrongen mogelijk in kasten en kisten grootendeels builen het bereik van het gezigt, met afscheiding slechts van de verschillende bezendingen, maar zonder eenige, trouwens ook onmoge lijke, schifting^ overeenkomstig het bij het Museum aangenomen, ot eenig ander wetenschappelijk stelsel. Uitzigten op verbetering van dien treurigen toestand, zoowel voor het ethnographisch museum, als voor het museum van oudheden op een eenigzins onzeker, maar in ieder geval altijd een betrek kelijk verwijderd verschiet, kunnen niet baten, waar eene onmiddellijke voorziening in de, sedert jaren steeds meer en meer geklommen en thans geheel ondragelijk geworden behoefte, volstrekt onvermijdelijk is, en die voorziening, zonder groote schade voor den bloei van twee zulke belang rijke rijks-instellingen, maar ook voor den goeden naam van het vaderland op wetenschappelijk gebied, niet kan, niet mag achterblijven. Gisteren is de provinciale commissie voor het lager onderwijs te 's llage begonnen met het afnemen der examens van vrouwelijke candidaten. Voor de acte in de Hoogduitsche taal werden 9 candidaten geëxamineerd; 4 wer den afgewezen en de 5 overigen toegelaten, als mej. A. 11. van Breda en C. E. Reuzen, uit Gorinchem; G. E. Braat, uit Dordrecht; J. M. Gleuns uit Delft en M. E. Kok, uit 's Hage. De examens voor hoofdonderwijzeres giste ren aangevangen zijn heden voortgezet. Het Nederl. stoomschip Celebes, van Nieuwe Diep naar Batavia, is eer gisteren avond te Southampton aangekomen. Het stoomschip Conrad is van Batavia te Nieuwe Diep aangekomen. Door het schoonerschip Alberdina, kapt. Scherpbier, is te Harlingen aangebragt de bemanning van de Engelsche brik Orion van Hartlepool met steenkolen naar Hamburg bestemd; welk schip in de Noordzee lek gespron gen en gezonken is. De Nederl. schoener Diana is in de Noordzee, bij het noorden van Denemarken, in aanvaring gekomen met de Sevilla. Beide schepen zijn gezonken; de bemanning van het Nederlandsche schip is omgekomen, die van het andere is gered. Naar men uit Amsterdam meldt is het programma, door eenige libe ralen aldaar opgesteld, en dat zij tot grondslag wenschen te maken, voor naauwer aaneensluiting der liberalen niet enkel te Amsterdam, maar zoo mogelijk in het geheele land, ontworpen door de hh. mr. J. W. Tijdeman, mr. J. G. Gleichman, mr. VV. W. van Lennep, Joh. C. Zimmermann, mr. J. Domela Nieuwenhuis, mr. G. van Tienhoven en mr. J. A. Levy. Hun ge meenschappelijke arbeid is aan de goedkeuring der leden van de Grondwet- en Burgerpligt-kiesvereenigingen onderworpen, en als een eerste gevolg daarvan stelt men zieh voor de zameustelling dier vereenigingen te verkrij gen. Het ontwerp-programma wordt ingeleid door eene korte uiteenzetting van de bedoelingen der voorstellers. Zij hebben ten doel alle liberalen tot ééne partij te vereenigen en tot vernieuwde krachtsinspanning en verjeug- dige geestdrift op te wekken. Geen nieuwe partijvorming, maar eigen partij hervorming behoort te worden beproefd. Men verneemt, dat het algemeen Nederlandsch nationaal zendingsleest te Middachten zal gehouden worden op 15 Julij, Naar alle waarschijnlijk heid zal dr. Cohen Sluart bjj die gelegenheid eenige mededeelingen doen omtrent zijne ervaringen in Noord-Amerikadenkelijk zal ook lord Radstock een spreukbeurt vervullen. Uit Delft meldt men dat het bekende en gezochte Reineveld door de vereenigde commissie der beide sociëteiten aldaar is aangekocht voor/21700, en tot eene buitensocieteit zal worden ingerigt. Burg. en weth. van Amsterdam hebben ter kennis der ingezetenen ge bragt, dat het Z. M. den koning behaagd heeft het verzoek aan te nemen van het gemeentebestuur, om het feest der herdenking van Zr. M«. 25-jarig koningschap op 12 Mei e. k. te Amsterdam te vieren; dat HH. MM. de koning en de koningin daartoe Maandag II Mei e. k. hunne plegtige intrede te Amsterdam zullen doen; dat de koninklijke stoet den volgenden weg zal nemen van hel station van dcn'Ilollandschen ijzeren sporweg naar het koninklijk paleis: Haarlemmerplein, Haarlemmerdijk, Brouwersstraat, Kei zersgracht o. z., LeidschestraatHeerengracht z. z.Reguliersplein, Reguliers- breestraat, Kalverstraat, Dam. Te Amsterdam is dezer dagen overleden de heer J. W. van Dapperen,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1874 | | pagina 1