PEK TELEGRAAF. waarin wordt verklaard, dat de betrekkingen met andere mogendheden van den meest vriendschappelijken aard zijn. Er worden aangekondigd wets ontwerpen op het verstrekken van toelagen aan staatsambtenaren wegens de tegenwoordige duurte, op de voortzetting van den aanleg van spoorwe- gcu, alsook op de reorganisatie van het leger en de vloot. PAKIJS, 19 Januarij. Het besluit tot schorsing van de Unieers is geno men op grond van in het blad geplaatste artikelen en stukken, die diplo matieke verwikkelingen kunnen te weeg brengen. LONDEN, 20 Januarij. De Standard weêrspreekt het gerucht dal de minister Lowe ontslag zou genomen hebben. MADRID, 18 Januarij. De benden in de provincie Burgos, 3000 man sterk, zijn ten eencnmale verslagen en hebben groote verliezen geleden. De viaduct van Toquelle op den spoorweg Valencia-Almansa is, terwijl men met herstellingswerken bezig wasingestort en 33 werklieden hebben daarbij den dood gevonden. ST. PETERSBURG, 19 Januarij. Gisteren is veldmaarschalk Berg hier overleden aan een longontsteking. LE1DSCHE SCHOUWBURG. dezen al dan niet onmiddellijk hun ontslag moeten indienen. Volgens het eenparig gevoelen van genoemde afgevaardigdenis het de pligl dezer ambtenaren om, daar zij bij vrije keuze door hunne gemeenteraden verkozen zijn, op hun post te blijven tot den dag, dat het aan dc regering geraden schijnt hen te ontslaan. L'Univers is voor twee maanden geschorst, wegens dc openbaarma king van een mandement van den bisschop van Périgueux. Le Siècle wil weten dat aan het door den generaal Pourcet tijdens bel proces-Bazaine gevraagde voorbehoud tot het instellen van cene gcreg- tclijke vervolging tegen kolonel Stoffel gevolg zal worden gegeven. Weldra, zegt dat blad, zal die kolonel voor den kapitein-instructeur van den le Parijs zitting houdenden -tweeden krijgsraad verschijnen. De instructie dei- zaak van den voorlvlugligen getuige llégnier wordt door denzelfdcn regler- commissaris ijverig voortgezet. Een en ander komt echter niet overeen met hetgeen andere bladen gemeld hebben. GVITSCHLAND. Naar men met zekerheid verneemt, meldt dc Köln. Zeit., is men thans niet voornemens den aartsbisschop van Posen ten tweeden male te dagvaarden en hem met geweld voor den regter te brengen, daar dit toch tot niets anders zou leiden dan tot een mondeling protest. De processtuk ken zullen terstond aan het koninklijk gercglshof voor kerkelijke aangele genheden te Berlijn gezonden wordenen dc verdere behandeling der zaak aldaar plaats hebben. Ook te Berlijn zal men de protesten wel eindelijk moede zijnen zal het hof, na den aartsbisschop gedagvaard te hebben hem waarschijnlijk bij verstek tot afzetting vcroordeelen. Van den inboedel van den bisschop van Breslau is een groot deel in beslag genomen, wegens dc nict-betahng der boelen waartoe hij is veroor deeld. Den bisschop van Munster is een termijn van drie dagen gesteld voor dc betaling der hem opgelegde boetenbij niet-voldocning zal men mede overgaan tot executie. Dc secretaris van het bestuur van den Duitschen handelsdag heeft eene statistiek uitgegeven van de werkstakingen in Duitschland. Daaruit blijkt, dat er tot nu toe 204 werkstakingen hebben plaats gehad, waarvan 146 bij groote en 58 bij kleinere ondernemingen. Bij de groote kwamen voor: 11 werkstakingen bij het mijnwezen, 21 in machine-fabrieken, 39 in weverijen en spinnerijen, 15 in sigaren- en tabaksfabrieken, 10 bij hoedenmakers, op boekdrukkerijen enz., 6 in fabrieken van spoorwegmaterieel. De voornaamste werkstakingen waren die der mijnwerkers in het district Essen, waaraan 7 a 8000, die der Waldenburger arbeiders, waaraan 0400, en die derZwic- kauer steenkoolwerkei's, waaraan 50C0 personen deelnamen. Er zijn 15 werkstakingen geweest van meer dan 1000 en 39 van tusschen de 200 en 1000 werklieden. Tien werkstakingen hebben ruim drie maanden geduurd, 38 van vier weken tot ongeveer drie maanden. Door dc reglerlijke magt te Berlijn is, wegens het toenemend aantal misdrijven en ergerlijke looneelen op de openbare straat, in koflijhuizen en bij publieke vermakelijkheden, aan de policie gelast, in liet belang der openbare veiligheid en zedelijkheid nog veel strenger maatregelen te nemen dan er reeds genomen zijn. Men.twijfelt echter of de policie bij magie zal zijn, alle gewelddadigheden te keer te gaan zonder hulp van militaire magt, of zonder dat er met patrouilleren althans genoeg vertooning wordt gemaakt om kwaadwilligen af te schrikken van moordaanslagen op voorbijgangers, mishandeling van winkeliers, vechtpartijen met mes en pistool en dergelijke misdrijven. In dc diergaarde te Berlijn heerscht eene sle flc onder dc dieren. Nadat er reeds verscheidene waren bezweken, heeft de inrigting thans ook den grooten zwarten leeuw verloren, op het bezit van welk prachtig dier zjj trotseh mogt zyn. Dezelfde week stierf een fraaije driejarige leeuw. Daarop volgde een andere, aldaar in 1871 geboren, leeuw en eene tijgerin, terwijl een groote tijger zoo ziek ligt dat men aan zijn behoud wanhoopt, liet was reeds voorspeld dat het zoo zou gaan. doordien men. ter besparing van kosten, die dieren voedt met paardenvleesch. Men heeft ze nn dat vleesch gekookt gegeven, doch daarvan schijnen zij een afkeer le hebben. OOST-I IV BI E. BATAVIA, 10 December. Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië zijn de volgende beschik kingen genomen: Civiel departement. Verleend: een tweejarig verlof naar Nederland, wegens ziekte, aan den inspecteur van het boschwezen E. van Roossier, en aan den griffier bij het hoog gereglshof P. J. J. C. van Nieuwenhoven llel- liach. Ontslagen: op verzoek, eervol, de klerk ter algem. secretarie J. de Senerpont Domis. Benoemd: tot 2llen subst.-griffier bij den raad van jus titie te Batavia, de 3e subst.-griffier bij het hoog gercglshof mr. E. G. D. G. Wassink; tot 3!D subst.-griffier bij het boog gercglshof, de 3e subst.-griffier bij den raad van justitie te Batavia mr. G. L. Quien. Bij de post- en tele graafdienst: lot commies le kl., de commies 2C kl. L. D. Langenberg; tot commies 2C kl.de commies 3e kl. P. Swildens. Door den directeur van onderwijs, ecredienst en nijverheid is ontslagenop verzoek, wegens ziekte, eervol, uit zijne betrekking, de 1* hulpoiiderw. aan de openb. 5e lagere school te Soerabaija 11 Kuehlin, en benoemd in zijne plaats F. J. Bosch, thans 3e hulpondcrw. aan de openb. 2' lagere school aldaar. Departement van oorlog. Verleend: een tweejarig verlof naar Nederland, wegens ziekte, aan den hiit.-kolonel 11. Termijtelen, aan den kapt. VV. G. van den Bergh en aan den 2eo luit. T. Stam, allen van hel wapen der inf. VERSAILLES. 19 Januarij. De nationale vergadering heeft met 362 tegen 324 stemmen art. 2 der wet op de maires aangenomen. De commissie voor het budget heeft zich vereenigd met het voorstel tot verhooging der regten op den alcohol, maar de andere voorgestelde belasting op handelsartikelen verworpen. Daarentegen heeft zij zich vereenigd met dc verdere heffing van de opcenten op het zout. STOCKHOLM, 19 Januarij. De rijksdag is geopend met eene troonrede. „Otello", treurspel in 5 bedrijven, naar het Eng. van Shakespeare, door M'. J. van Lennep. De directie Albregt en van Ollefen heeft een bewijs gegeven van buitenge wonen moed en energie, door zich aan de opvoering le wagen van Shakes- peare's meesterstuk //Olello". De Rotterdamsche tooneellisten hebben zich een naam gemaakt door de opvoering van stukken uit het dagelijksche j leven, maar nu wilden zij ook toonen, dat de hooge tragedie niet boven hunne krachten ging. Zij vingen den strijd met tallooze moeijelijkheden aan, en na hetgeen wij gisterenavond zagen, erkennen wij gaarne dat zij dien gewonnen hebben. Iloe zal het groote publiek over deze voorstelling oordcelcn? Wij hopen en wij gelooven: gunstig; dc daverende toejuichin gen zijn er een bewijs van. Misschien zal men sommige scènes al le akelig j vinden en dit aan overdrijving in het spel der acteurs toeschrijven, maar dan moet men niet vergeten, dat het iets geheel anders is Shakespeare een- vondig te lezen, dan de ijselijkheden zijner stukken werkelijk voor zich te zich. En is die laatste acte: die moord aan de onschuldige Desdemona op haar bed gepleegd, geen horreur, die ons doet sidderen en waar een modern tooneeldichler voor terug zou deinzen? De opmerking is dikwjjls gemaakt, dat Shakespeare, meer dan eenig ander dramaturg, ons volkomen weet te verplaatsen onder de personen, die hij ten tooneele voert. Wij hooren den dichter niet meer, maar de per sonen, die optreden. Shylock in /'De koopman van Venelie" bezit al de eigenaardigheden van zijn volk; in Macbeth bevinden wij ons geheel in de Schotsche Hooglanden onder de woeste, krijgshaftige Schotten; in «Romeo en Julia" daarentegen, ademen wij de zoele Ilaliaansche lucht in met de geuren van oranjeboomen en jasmijn, om te dweepen en te mijmeren met de ongelukkige gelieven. Zóó zien wij ook in Olelloden zoon van het gloeiende Alrika, den ruwen naluurmensch. Om ülcllo's daden le begrij pen, moet men dit niet vergeten, llij is geen bedaarde Europeaan, die s wikt en weegt en zijn verstand gebruikt, maar hij is als dc leeuw der Woestenijen, onbesuisd en ontembaar. Hij is grootmoedig en edeldoch wee, als hij in woede ontbrandt, dan denkt hij niet meer na, dan moordt en slacht hij! Den hoogen rang, dien Venetie hem schonk, zal hij wel alleen aan zijn zwaard te danken hebben gehad, want door groote intelligentie munt hij niet uit. Een man van helder doorzicht zou zich niet zóó grof door Jago laten bedriegen, en Emilia's woord, in de laatste scènes: «O domme Moor!" is waarlijk zeer goed te verklaren. Jago schijnt bij hem in hooge achting le staan, zoodat hij aan geen bedrog denkt en hem zelfs meer vertrouwt dan Des demona, die om zijnentwil alles heelt verlaten. Maar dan rijst de vraag ook bij ons op, waarom hij zoo'n achtingswaardig man gepasseerd heeft om üassio lot luitenant te benoemen, zonder Jago voor die bcleediging cenige vergoeding te schenken. In Jago's handen is hij een kind, die zich volkomen leiden laat, en geen eigen wil meer heeft. De heer Moor heeft dat karakter goed begrepen. In het lc bedrijf beviel hij ons maar matig, llij was toen wat nonchalant; zijn verhaal voor den Senaat omtrent de wijze, waarop hij Desdemona's hart veroverd had, was wat kleurloos. In dc volgende bedrijven won hij aan kracht en vuur. Zijne uitbarstingen van woede waren niet overdreven. Zijn smart was aandoenlijk en zijn kre ten gingen vaak door merg en been. Zijn mimiek, ook met het oog op dat woudleeuw- en natuurmenschachtige, was dikwijls voortrefïelijk. Naast hem stond Mw. de Vries als Desdemona; zij was in haar spel Olello waardig. Desdemona wordt ons voorgesteld als de reine, leederminnende vrouw, geheel levende voor haar man. Voor haar is de liefde alles; zij is haar voedselniets kan haar hart van Otello vervreemden en haar laatste woord is r.og aan haar moordenaar, aan «haar lieven man" gewijd. Die lielde echter, hoe heerlijk ook, heeft haar doen struikelen; zij heeft haar plicht als dochter vergeten, haar vader verlaten en die misstap sleept haar in het verderf. De Nemesis doel zich in Shakespeare's «Otello" krachtig gelden. Hel laatste woord, waarmee haar vader in het le bedrijf afscheid van haar neemt, is een soort van vloek, een waarschuwing aan den moor om zijne vrouw te bewakendaar zij haar man even goed a's haar vader zou kunnen bedriegen. Die misstap wordt later nog door Jago als argument gebezigd om Otello's jaloezij te verhoogen. Hare liefde wordt tegen haar gekeerd, en als wij na haar dood vernemen, dat haar vader van verdriet over haar huwelijk gestorven is dan blijkt hel duidelijk, hoe de groole dichter die vreesclijke rechtvaardigheid van het noodlot in het licht wilde stellen. Overgelijkclijk schoon was het spel van Mw. dc Vries. In hare wijze van spreken bleef zij altijd aan eenvoud en waarheid getrouw. Hoe kinder lijk lief smeekte zij Otello om Cassio na zijn dronkenschap weer in genade aan le nemen, en hoe treffend zong zij het lied der groene wilgen! Bij haar optreden ontving zij een bouquet, en bij hare terugroeping aan het slot een tweede. Ongetwijfeld wél verdiend. Jago is eigenlijk de spil waar het geheele stuk op draait, llij zet ieder naar zijn hand. Otello, Emilia. Rodrigo, allen volgen zijn leiding. Hij is zeker de meest geraffineerde schurk,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1874 | | pagina 2