BIJVOEGSEL, behoorende tot de Leidsche Courant
van Maandag 33 Januarij 3373, /V°. 30.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
BUITENLANDSCHE BERIGTEN.
LEIDEN 11 Januarij.
De taal- en letterkundige afdeeling der kon. akademie van weten
schappen te Amsterdam zal Maandag aanst. aldaar eene gewone vergadering
houden.
Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende
deze week dagelijks van 139 tot 152 volwassen personen en 44 tot 59 kinderen.
Men schrijft ons: Dc zacht-rose kleur schemert door de bloemknoppen
waarmede de Pyrus (Cydonia) Japonica beladen is, terwijl er reeds eenige
bloemen geopend zijn. Als in Maart dit met schitterende bloemen getooide
heestergewas bloeit, heeft de lente zich in andere jaren onder gunstige
omstandigheden ingesteld. De Galanthus nivalis, het sneeuwklokje, het
vastenavondzotje, is boven den grond en het vertoont tusschen de half
gesloten blaadjes het groen-witte bloembeginsel. Welhaast prijkt het dus-
genoemde, de andere bloemen als het ware ten leven luidende, eerste lente
bloempje met zijn bevallige bloemk okjes.
Het V. D. meldt dat Z. M. de koning eene jaarlijksche gift van ƒ50
heeft toegekend aan den ongelukkigen kanonnier van den Akker.
Het nationaal zendingsfeest zal waarschijnlijk dit jaar gehouden wor
den op Woensdag 23 Julij, op het buitengoed Boekenrode, onder Bloemendaal.
Volgens aangifte van de B. de H.debitant in de Nederlandsche staats
loterijte Edam, is door zijne dochter den 30sleD Dec. 11., des avonds ten
9 ure, een brief op het postkantoor aldaar ter frankering afgegeven, ge
adresseerd aan A. G. te Blokzijl, welke brief, inhoudende 10 twinstigste-
loten der 280sle staatsloterij, zijnde 4 stuks genommerd 8220 en 6 stuks
272, 273, 274, 275, 276 en 278, allen onder handteekening van M. C.
Kanter en J. N. Torres, niet aan het adres is bezorgd. De burgemeester
van Edam verzoekt opsporing en berigt,
Te lleinenoord is eergisteren middag een diefstal gepleegd met in- en
binnenbraak bij den arbeider A. Vermaas, terwijl de bewoners afwezig wa
ren. Eene vrouw, tehuis gekomen, vond in het woonvertrek het kabinet
geopend. Zeer ontsteld riep zij de hulp van twee voorbijgangers in. Men
ontdekte toen, dat eenig goud en zilver was medegenomen, terwijl het geld,
in het kabinet aanwezig, was blijven liggen. Men is den dief reeds op het
spoor, die al meermalen dc gevangenis bezocht heeft.
Naar men uit Arnhem meldt is de waterstand in den Rijn in den
laatsten tijd aanmerkelijk lager geworden, en het water valt, ofschoon
niet zoo sterk als voor eenige dagenvoortdurend. De uiterwaarden en
laag gelegen weilanden nabij de stad zijn van het overvloedige water bevrijd.
De scheepvaart is, het jaargetijde in aanmerking genomen, vrij levendig.
De arbeider van den staatsspoorweg te Deventer, wiens been onlangs
bij het aanhaken van een spoorwagen door de locomotief verbrijzeld werd
is aan de gevolgen overleden.
Men meldt uit Leeuwarden: Hoe schadelijk de hooge waterstand (thans,
volgens de peilschaal alhier, nog p. m. 60 centimeter boven zomerpeil) ook
voor de laag gelegen landerijen mag worden geoordeeld, daartegen staat
een niet onbelangrijk voordeel over. Althans in sommige oorden dezer
provincie moeten, naar men verneemt, door het hooge water een legio veld
muizen den dood hebben gevonden.
De prijs der boter aan de waag alhier was: le soort 59.50,2esoort ƒ52,
per 1$ ton.
's GRAVENHAGE, 11 Januarij.
De ingenieur J. L. Cluysenaer is gesteld ter beschikking van den gou
verneur-generaal van Ned. Indie, voor het doen van spoorweg-opnamen
op Sumatra.
De minister van justitie zal Woensdag aanst. geen gehoor verleenen.
De soiree dansante ten hove, op den 14dtn bepaald, zal wegens het
overlijden van Napoleon III niet plaats hebben.
Het geheele garnizoen was heden voormiddag ruim elf ure in groot
uniform naar het Alexanderveld uitgerukt, ten einde tegenwoordig Ie zijn
bij de plegtige uitreiking van het insigne van ridder der militaire Willems
orde 4e klasse aan den heer R. D. W. Koopskapitein van het wapen der
infanterie bij het Indische leger, thans met verlof hier ter stede. Ten 12
ure verscheen de generaal-majoor baron van Tuyll van Scrooskerkenplaat
selijk kommandant en gouverneur der residentie, en even daarna de benoemde
in het midden van het Alexandersveld. Voor het front van het garnizoen
werd alsnu door den plaatselijken adjudant voorlezing gedaan van het kon.
besluit, waarbij de kapitein Koops tot ridder is benoemd en onder eene
hartelijke toespraak, fanfares en het Wilhelmus van de verschillende muziek
korpsen hechtte de gen. majoor, plaatselijk komm., het eerekruis op den
borst van den benoemde. Zich daarop tot dc officieren en verdere man
schappen wendende, maakte de heer van Tuyll met eene krachtige stem
aan het garnizoen bekend, dat het Z. M. den koning behaagd had bij be
sluit van 26 Sept. jl. den kapitein Koops te benoemen tot ridder der mili
taire Willemsorde 4C kl. en zulks wegens zijn uitstekend gedrag, zijn moed
en beleid, betoond bij de jongste expeditie op Deli. Hij hoopte, dat dit
blijk van koninklijke goedkeuring eene aansporing mogt zijn om in tijden
van gevaar zich even eervol te onderscheiden en besloot zijne korte, flinke
toespraak met een «leve de koning", dat in al de gelederen een echo vond.
De gedecoreerde ontving daarna de gelukwensehen van de hoofd- en verdere
officieren, waaronder een aantal van het Indische leger, die zich met verlof
hier te lande bevinden. Daarna werd door de verschillende wapens voor den
gedecoreerde gedefileerd.
Het Vacl. meldt: Naar wij met genoegen vernemen is W. A. de Gel
der. die eenige dagen als verdacht van den dubbelen moord gevangen heeft
gezetenmaar toen weder is losgelatenomdat men geen bewijs van schuld
bij hem vond, thans in dienst der gemeente werkzaam. Wel is de betrek
king'hem opgedragen zeer onbeduidend, maar men heeft hem beloofd dat
hij zou opklimmen, indien hij zich door goed gedrag onderscheidde. Wij
vernemen dat met genoegen, omdat wij het niet meer dan billijk vinden
dat men preventief gevangenen, die zonder veroordeeling weder worden los
gelaten zooveel mogelijk hel nadeel, dat langere of kortere gevangenis
schap hun berokkent, tracht te vergoeden. Dat de gemeente hier voorgaat
is daarom des te meer te prijzen, omdat iemand, die van moord is verdacht
geweest, ook al wordt hij weer losgelaten, bij particulieren in den eersten
tijd nog bezwaarlijk werk kan krijgen.
Men verneemt, dat eenige stadgenooten, die door koop eigenaars zijn
geworden van de uitgestrektheid gronds, toebehoord hebbende aan de firma
Ellinchuyzen en C°. aan den Z, Binnensingel (om-en-bij) alhier, voornemens
zijn op die plaats een stoom-meelfabriek te doen bouwen.
BEECtlEI.
De lnd. Beige deelt het antwoord mede van graaf von Beust aan den
hertog de Grammont. Het draagt de dagteekening van 4 Januarij 1873.
Graaf von Beust zegt daarin, dat hij de zekerheid heeft dat dit incident de
goede verstandhouding tusschen Oostenrijk, Frankrijk en Duitschland niet
zal verstoren. Hij brengt in herinnering, dat de hertog de Grammont hem
na den oorlog zeide, dat hjj de wijze, waarop Oostenrijk had gehandeld,
begreep. Hij wijst er voorts op wat tusschen Frankrijk en Oostenrijk voor
viel, en zegt dat de onderhandeling, waarvan de hertog de Grammont
spreekt, niets anders was dan een wisseling van gedachten, die tot niets
leidde. Zij had plaats in 1868/69 en niet in 1869/70. Oostenrijk behield
zich voor de neutraliteit in acht te nemen, als Frankrijk den oorlog ver
klaarde. Het eenige waartoe Oostenrijk zich jegens Frankrijk verbond was,
dat het zich met geen derde mogendheid zou verstaanzonder medeweten
van Frankrijk. Graaf von Beust zegt dat het hem onbekend is wat de
hertog de Grammont bedoelt, als hij spreekt over onderhandelingen over
een of- en defensief verbond tegen Pruissen. Zulk een voorstel is door
Frankrijk eerst na de oorlogsverklaring gedaan; het werd echter door Oos
tenrijk afgewezen, voordat de vijandelijkheden een aanvang hadden genomen.
ENGELAND,
LONDEN, 10 Januarij;
De werkstaking der ijzerwerkers en mijnwerkers in Zuid-Wales blijft
voortduren, en volgens het Daily News bestaat er reden om spoedig in som
mige districten het ontstaan van wanordelijkheden le verwachten.
Zooals gemeld is, had Dingsdagavondin de Temperance Hall. te Derby,
een hevig tumult plaats, bij gelegenheid dat de republikein, sir Charles
Dilke, aldaar eene toespraak zou houden over hervorming van het grond
bezit, Zoodra de deuren der zaal geopend werdenstroomde een onstuimige
menigte naar binnen, en spoedig ontstond eene hevige vechtpartijdaar
zeer velen onder het publiek, door het aanheflen van vaderlandlievende
volksliederen, hun voornemen aan den dag legden om sir Dilke niet aan
het woord te laten. Door de tegenpartij was echter gezorgd voor de aan
wezigheid van eenige met kneppels gewapende ruwe gasten, die de ergste
schreeuwers verwijderden, zoodat eene betrekkelijke stilte ontstond, waar
van sir Charles gebruik maakte om te betoogen, dat de grond, die in het
bezit is van colleges en corporation, aan den staat behoort te worden afge
staan, welke dien grond voor lange termijnen behoort te verpachten. De
spreker kon echter zijne rede niet geregeld voortzetten, want in verschil
lende gedeelten der zaal hadden telkens vechterijen plaats; verscheidene
vensterruiten werden van buiten ingeworpen en van de galerij werd Cayenne
peper in overvloed uitgestrooid. Zoo hel heette, werden motiën aangeno
men ten gunste van het beginsel van associatie en ter vcroordeeling van de
tegenwoordige pachtwettenen na afloop der meeting werden sir Dilke en
diens echtgenoote door eene bende met stokken gewapende lieden uit de
hefle des volks naar een der hotels van de stad geleid.
De «Anti Slavery Society" heeft van den Amerikaansclien minister van
buitenlandsche zaken de mededeeling ontvangen, dat aan den Amerikaan
sclien consul te Zanzibar en aan een derwaarts gezonden Amerikaansch
oorlogsschip last gegeven is, op elke gepaste wijze met sir Bartle Frere
mede te werken, ten einde het oogmerk van diens zending bereikt worde.
De Amerikaansche minister Fish heeft in eene depêche aan den Ame-
rikaanschen gezant te Madrid ernstige vertoogen gedaan over de onvrucht
bare pogingen van Spanje om aan de slavernij op Cuba een einde te maken.
Hij zegt dat Amerika daaromtrent niet onverschillig kan blijven; dat
Spanje, zoo het toelaat dat zijne bevelen aanhoudend in den wind geslagen
worden, zijne onmagt erkent om den opstand te overwinnen; dat liet voor
Amerika zeer moeijelijk is zijne neutraliteit te handhavenen dat zijn ge
duld is uitgeput door het onvervuld blijven van alle gedane toezeggingen.
Het drijfijs heeft op de Mississippi ontzettende schade gedaan. Het
raakte den 26den December boven Memphis los en verpletterde de stoomboot
Céleste, die met haar lading op ongeveer 75000 dollars geschat werd. Een
ijsmassa, die acht voet boven het water uitstak, dreef 'snachts voorbij de
stad, tegen 20 sloombooten aan, meer dan 1 millioen dollars schade ver
oorzakende. Nog ging voor 130,000 dollars aan steenkolen verloren. Een
zevental stoombooten en meer dan 50 andere vaartuigen zijn gezonken. De
bemanningen hadden ter naauwernood den tijd zich te redden. Nooit was
zulk een massa drijfijs gezien.
FRANKRIJK.
Het voorstel van de hh. de Broglie c. s.tot weder-invoering van den
hoogen raad van onderwijs, heeft in de nationale vergadering zeer levendige
discussiën uitgelokt, vooral omdat in dien raad ook een zeker aantal gees
telijken zitting zal hebben, hetgeen velen, met het oog op de scheiding
van kerk en staat, niet wenschelijk achtten. De heer de Broglie was van
meening dat aan den bisschop en den aartsbisschop eene plaats in den
hoogen raad van onderwijs toekwam, opdat zij door hunne tegenwoordig
heid met klem de belangen van het onderwijs zouden kunnen bepleiten.
De lieer de Pressensé bestreed deze zienswijze. Frankrijk, zeide hij, scheen
een land te zijn dat nooit om zich heen zag, om zijn voordeel tc doen
met hetgeen er buiten zijne grenzen voorviel. Wanneer men b. v. op
Amerika een blik wierp, dan zag men dat scheiding van kerk en staat
geen nieuwigheid was. Het systeem, in Frankrijk gevolgd, had slechts
ééne zaak bewezen, namelijk, dat men op die wijze onmogelijk het geloof
in de gemoederen kon voortplanten. Het ontwerp verloochende, zijns in
ziens, het begrip van den modernen staat. Mgr. Dupanloup kwam krachtig
tegen de bestrijders van het ontwerp op. In hunne woorden toch straalde,
naar zijne meening, vijandschap door tegen hem en de zijnen. De redenen,
1 waarom het episcopaat in den hoogen raad van onderwijs vertegenwoordigd
moest zijnwaren eenvoudig en overwegend. Uit naam van de vrijheid
van onderwijs cischte hij voor het episcopaat zitting in den raad, ten einde
er dal onderwijs te kunnen verdedigen. De verdedigers van een ander be
ginsel zullen er ook hunne vertegenwoordigers hebben. Wij, zeide de pre
laat, kunnen er roem op dragen, de vrijheid van onderwijs geproclameerd,
verdedigd, veroverd te hebben. Wij leven in een land, dat dikwijls van
meester en neigingen verandert; doch nu het gevaar dreigt dat wij de vrij-
heid van onderwijs zullen verliezen, moeten wij op de bres staan om onze
gewigtige verovering te verdedigen; en men zal die verdediging niet mis-
j duiden in hem, die bisschop is van de stad van Jeanne d'Arc. Ook in het
belang der klassieke «tudiün verdienen geestelijken een plaats in den raad.