LE21D8CHE COURANT. 1872. WOENSDAG 13 NOVEMBER. V. 269. STADS-BERICIITEN. L!!N.\ EN LA NILSC1IE BtëltlGTEN. De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel /aars ƒ3.franco p.p, f 3.50 met hei Verslag der Handelingen van den Gemeenteraad f 3.35, franco p. p. f 3.85. Het verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor 12.50 'sjaars, buiten de expeditiekosten. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Cents, franco p. p, 6 Cents. De prijs der Advertenti€ü is van 4 regels f 1.iedere regel meer 25 cents. Advertentiën voor DuitschlandOostenrijk en Zwitserland worden nitsluitend aangenomen door HAASENSTEIN VOGLER Expeditie-Kantoor van Adverteniiën te Hamburg, LubeckFrankfort a Al., Berlijn Leipzig, Dresden Breslau, Keulen, Stuttgart, Weenen, Praag, Bazel, Ziirich, St. (lallen, Geneve en Lausanne, Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden, Donderdag 14 November 1872, 's namiddags te twee uren. Onderwerpen 1®. Benoeming van een hulponderwijzer aan de openbare school n°. 2 voor minvermogenden. (205) 2®. Benoeming van een hulponderwijzer aan de openbare school n°. 1 voor minvermogenden. (214) 3°. Benoeming van eene hulponderwijzeres aan de openbare school voor meer uitgebreid lager onderwijs der 1® klasse, voor meisjes. (213) 4». Verzoek van J. Van der Weste, om een spoelvlot te leggen in de Binnenvestgracht langs het plantsoen. (166*) 5®. ld. van J. A. Ileus, om den muur naast de poort vaii het Elisabeth- gaslhuis op te trekken. (206) 6°. Id. van de Directie der Grofsmederijstrekkende o. m. om een duiker te leggen van het terrein der fabriek naar de Binnenvestgracht. (207) 7°. Id. van J. Bink, om eene kolkloozing te maken in de Mirakelsteeg. (208) 8®. Id. van H. J. Veth, om eervol ontslag als leeraar aan de Hoogere Burgerschool, het Gymnasium en de meisjesschool 1® klasse. (209). 9®. Idem van P. Engels, om continuatie van de levering van schrijf- en bureaubehoeften aan de gemeente. (211) 10®. Plans en voorwaarden van verhuring 1®. van het land in den Boschhuizer polder onder Zoetervvoude. 2®. van het land in den Marendijkschen polder onder Oegstgeest; 3®. van het land in den Stadspolder aan de Slaagsloot onder Leiderdorp; 4®. van den afval van en van de levering van benoodigdheden voor de Beestenmarkt. LElbEN, 12 November. De heer dr. G. D. L. Iluet heeft heden de betrekking van hoogleeraar bij de faculteit der geneeskunde aan de hoogeschool alhier aanvaard, met het houden eener redevoering //over de noodzakelijkheid om de geneeskunde als natuurwetenschap op te vatten." Bij de heden op het raadhuis gehouden verkooping van cokes zijn de volgende prijzen besteed: Hoogste prijs. Minste prijs, partijen van 10 hectoliters 5.90 f 5.70 50 »28.— 27. e 100 ff 53.— 53.— Bij de gisteren op het raadhuis gehouden aanbesteding van de leve rantie van de benoodigde brand- en lichtstoffenten behoeve der gemeente, gedurende het jaar 1873, zijn daarvan aannemers gewordenL. F. Meijeraan. winkelier alhier, patentolie 49 "„V ets per liter, petroleum 25 ets idem, kaar sen 68t®„",j per kilogr.; G. Blommesteyn, koopman in brandstoffen aihier, korte kagchelturf 63 ets per dubb. hectol.korte haardturf 66 ets idem 11. J. Mathlener, koopman in brandstoffen alhier, lange turf ƒ0.54 de 100 stuks, grove New-Castle steenkolen ƒ2.39 de 100 kilogr.grove Buhrkolen ƒ2.46 idem; H. J. Boetjekoopman in brandstoffen alhier, steenkolengruis 64 ets de halve hectol.; 11. van der Hoorn, koopman in brandstoffen alhier, houtskolen 53 ets de halve hectol., beuken blokken ƒ10.78 per stère, keu kenhout 11.09 idem. De commissie uit de provinciale statenin wier handen werd gesteld het adres van de hh. de Bordes c. s.om subsidie voor den aanleg van een spoorweg tusschen LeidenWoerden, ontwikkelt in haar rapport, alvorens 4e reeds medegedeelde conclusie te stellenhaar eigen gevoelen over de on derneming en verdedigt vervolgens dat gevoelen tegen de bedenkingen door 4e meerderheid van het collegie van gedep. staten tegen eene gunstige be schikking op het adres ingebragt. Wat het eerste betreft, zegt de commissie, dat zij na korte zamenspreking tot volkomen eenstemmigheid kwam omtrent de vraag, of de zaak, voor welke de heeren de Bordes c. s. de ondersteuning van de provincie inroe pen, inderdaad een provinciaal belang kon heeten. Hoe elastiek die woor- 4en //provinciaal belang" ook zijn mogen, en hoe onbestemd de ruimte, welke zij omvattenwij twijfelden geen oogenblikdat een belang als waar aan hier sprake is, daar binnen valt. En inderdaad een spoorweg, wflke bestemd is een streek zoo uitgebreid, zoo rjjk en zoo gewiglig, nl. de Rijn streek te verbinden éénerzijds met een der grootste landbouwmarkten en der voornaamste fabriekplaatsen van Zuidholland, en anderzijds met de hoofdplaats van eene aangrenzende provincie, moet op den duur zoo duide lijke voordeden opleveren voor het gcheele gewest en op zulk eene in het oog vallende wijze bijdragen tot verhooging van zijne welvaart, dat wjj werkelijk zouden meenen aan den eerbied uwer vergadering verschuldigd te kort te doenwanneer wij hier in het breede het wel gegronde van die stelling gingen betoogen. Wat in de oogeu van minder wel ingelichten als eene onbetwistbare waarheid vaststaat, zal toch zeker aan de leden der pro vinciale staten niet als een nog onopgelost vraagstuk mogen worden voor gesteld. 't Is waar, gedeputeerde stalen zeiven schijnen in meerdere of min dere mate te twijfelen aan het antwoord, dat op deze eerste vraag behoort gegeven te worden, maar blijkbaar geldt die twijfel, geljjk wij hieronder aantoonen, eigenlijk eene andere vraag, terwijl in elk geval, en ook al mogten wij in onze opvatting van hunne bedoeling falende redenen, welke tol dit aarzelend antwoord aanleiding gaven, niet worden opgegeven. Uwe commissie nu moet eerlijk erkennen dat zij zulke redenen van twjjfel zelfs niet kan bevroeden en dus buiten staat is die te bestrijden, althans zoo lang ze niet duidelijker worden uiteengezet, dan tot nog toe het geval was. Staat het dus, althans naar onze overtuiging, vast, dat in de onderne ming van de heeren de Bordes c. s. een groot provinciaal belang betrokken .idan rijst in de tw eede plaats de vraagof het lichtwaarin de nieuwe onderneming zich aan ons voordoet, al of niet het vermoeden wettigt, dat het bedoelde provinciaal belang door haar ook op afdoende wijze zal wor den verzekerd? Vooral in dit opzigt, wij erkennen het gaarne, is onze sympathie voor de zaak, welke wij hier verdedigen, groot. Het plan van een spoorweg Leiden—Woerden is niet nieuw, nog in het vorige jaar werd het aan uwe beoordeeling onderworpen, en de kans blijft over, hoe uiterst klein die dan ook zijn moge, dat bij een ongunstig votum van de nu aan hangige aanvrage hetzelfde plan of een ander van soortgelijken aard vroeger of later nog wel eens zal oprijken en oolc hier ter sprake komen, maar wij twijfelen er ten sterkste aan of het zich later ooit zal voordoen onder omstandigheden zoo gunstig en zoo aannemelijk als de tegen woordige. De geschiedenis van de concessie Knijflf—Kaptcyn ligt zeker nog versch genoeg in het geheugen om eene breede herinnering aan hare lotgevallen hier overbodig te maken. Niet alleen dat die concessie, welke eene aansluiting te Utrecht bedoelde, er toe noopte naast den Rijn spoorweg van Woerden naar Utrecht een tweeden weg te leggen en dus een aanzienlijk gedeelte van het kapitaal te besteden aan een werk, dat voor het pupliek schier geenerlei waarde had; niet alleen ook dat de wjjze, waarop men zich de vereischte kapitalen moest verschaffen, de zekerheid gaf, dat de nieuwe lijn buitensporig kostbaar zoude worden; maar daar enboven leverde hel vaste besluit van concessionarissen om de exploitatie van de nieuwe lijn aan de vennootschap, welke zij gingen opriglen, zelve over te laten, schier onoverkomelijke bezwaren op. Immers ook de kort- zigtigste moest inzien, dat eene kleine spoorweg-onderneming, tusschen de drie grootste spoorwegmaatschappijen vastgeklemd en bestemd om althans met twee van deze de mededinging te wagen, noodzakelijk tot onmagt zoude worden gebragt. Wat het publiek eischle: eene geregelde verbinding niet de verschillende te Utrecht uilloopendc spoorwegenzou door de open bare of heimelijke oppositie van de besturen over die wegen, zoo al niet geheeldan toch voor een goed deel worden gemist. Van al deze bezwaren nu blijkt uit het thans aanhangige ontwerp niets. Dit is al dadelijk geen gering voordeel, en uwe vergadering zal dit voordeel waarderen ook zonder dat wij daarop bijzonderen nadruk leggen, dat het verzoek om snbsidie geteekend is door drie mannen van welke de eerste algemeen be kend staat als een deskundige bij uitnemendheid op het gebied van spoor weg-aanleg, terwijl de beide anderen reeds om het hooge standpunt, dat zij in onze maatschappij innemen, elke verdenking buiten sluiten, als zoude zucht naar speculatie en uitzigt op voordeeligen verkoop van de eventueel te erlangen concessie de geheime drijfveer kunnen zijn van hunne tegen woordige bemoeijingen. Trouwens in hun adres wordt het met even zoo vele woorden gezegd, dal zij bereid zijn die eventneele concessie zonder eenige schadeloosstelling over fe dragen aan de vennootschap, welke zich met den aanleg van dc lijn belasten zal.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1872 | | pagina 1