BUITENLAimscirc HKÏmFrÊN Maandag avond heeft te Breda een tragisch-komisch voorval plaats ge had. Bij een slager werd door een paar rijks-ambtenaren eene koe benaderd, wegens te lage aangifte. Be heeren ambtenaren namen alzoo de koe mede, om die ten eigen profijte te verkoopen; pas waren ze met hun beestje op de Prinsenkade gekomen, of de koe rukte zich los en zette hel op een loopen. Een 16-jarig jongeling, met name Leonardus Kooien, wilde de koe tegenhoudenmaar werd door haar in de haven geworpen en verkeerde reeds in groot levensgevaar, toen twee mannen, met een bootje kwamen aanroeijen, die er in slaagden hem nog in tijds te redden. Be koe was intusschen de voormalige Waterpoort uitgeloopen en werd door de twee kommiezen nagezet, doch was niet te vinden. Naar men uit Middelburg meldt is er verandering gekomen in het reis- i plan van H. M. de koningin. H. M. zal, zonder Middelburg te bezoeken, van Hellevoetsluis naar Engeland vertrekken. Blijkens het thans verschenen algemeen verslag van het verhandelde in de sectien van den gemeenteraad, hij het onderzoek der begrooting voor 1873, hadden onderscheidene leden bezwaar tegen het hoogc eindcijfervooral echter tegen de vermeerdering der plaatselijke directe belasting als gevolg daarvan. Met leedwezen hadden sommige leden gezien dat die belasting tot een aanmerkelijk hooger bedrag was geraamd dan in het vorige jaar. Bij de behandeling der Inkomsten gaf een der leden te kennen met leed- i wezen uil het jongste jaarverslag omtrent den toestand der gemeente te hebben ontwaard dat de opbrengst der zoogenaamde markigeiden steeds minder werd; hij achtte dit een treurig verschijnsel. Hij wenschte dat mogt worden onderzocht of de eene of andere beperkende bepaling in de verordeningen daartoe aanleiding kon geven. De winst van de gasfabriek kou, naar het gevoelen van onderscheidene leden, ten gevolge van dealeer dere opbrengst der in het openbaar verkocht wordende cokes, hooger ge raamd worden, en wel mei ƒ2500. Het voorstel tot aflossing van de schuld brieven ten lasie van regenten der huiszitten- en diaconie-armen en van kerk meesteren der hoofdkerken gaf tot velerlei discussie aanleiding. Een lid bad daartegen drie hoofdbezwaren, t. w. hij kon zich niet verklaren waarom men thans tot de aflossing eener schuld zou overgaandie reeds bijna 80 jaren had beslaan, te meer daar thans de financiële toestand der herv. gemeente niet gunstig kon worden genoemd; voorts werd, blijkens een ingekomen bezwaarschrift, de opzegbaarheid der schuld betwist, welk punt vooraf diende uitgemaakt te worden, en ook was het vroeger, in de zaak van den afstand van den toren der Mare-kerk, geblekendat men des tijds bezwaar maakte tot die aflossing over te gaan. Hiertegen werd aan gevoerd dat de onderhandelingen in zake den bedoelden toren juist aanlei ding hadden gegeven tot de indiening van het voorstel. Onderscheidene leden waren overigens van oordeel dat bet misschien raadzaam zou zijn den post te schrappen, maar dat de zaak dringend regeling vereischle. vermits een slechts 2% pCt. renderende schuldbrief niet ten eeuwigen dage mogt bljjven bestaan. Bij de overweging der uitgeven werd door een der leden de wenschelijk- hcid betoogd van de aanstelling van eenen vierden wethouder, bepaaldelijk met bet oog op den omvang van liet onderwijs in den tegenwoordigen lijd. Andere leden konden zich daarmede niet vereenigen; het aantal schoolauto- rileilcii te vermeerderen kwam hun niet wenschelijk voor. Het voorstel tot verhooging der jaarwedden van de opzieners der gemeente-werken vond in twee sectiën weinig bijval. In ééne sectie waren al de leden cr voor en opperde een lid de vraag of ook de jaarwedde van den gemeente-archi tect niet te laag was voor den tegenwoordigen tijd en de werkzaamheden aan die betrekking verbonden. Ook het voorstel tot verliooging der jaar wedden van drie ambtenaren ter secretarie vond slechts in ééne sectie on dersteuning. In de andere sectien was men van gevoelen dat vooraf eene nieuwe organisatie Ier secretarie moest plaats hebben, waarvan het doel vermindering van personeel moest zijn. Het voorslel om de vergoeding aan den concierge van liet raadhuis, voor het schoonhouden der lokalen, te ver- lioogenkon ook slechts in ééne sectie goedkeuring vinden. Wal betreft de kosten voor werken tot de openbare dienst bestemd, werd gewezen op den slechten toestand van de bestrating op sommige plaatsen; men meende dat er te weinig opmerkzaamheid werd geschonken aan de vele kuilen waarvan de spoedige aanvulling dikwijls belangrijke herstellingen koude voorkomen. Naar aanleiding van hel voorstel tol vernieuwing van de Kwaakbrug over de Langegracht werd gewezen op de noodzakelijkheid om de Langegracht toegankelijk te maken voor kolenschependaar deze thans niet verder konden komen dan de Oude Vest. Aan de zijde van de Oude Heerengraeht zou daartoe een draaibrug moeten worden gelegd. Men wenschte daarom den post te doen vervallen, ten einde bedoeld plan niet voor langen tijd te verijdelen. Omtrent de schietbaan werd in de sectiën medegedeeld dat 3an de regering een voorstel was gedaan tot verlegging der baan in eene andere riatingdoch dat deze daartegen bezwaar had ge maakt op grond der daaraan verbonden kosten. Onderscheidene leden ver klaarden zich legen de aanschaffing eener tweede waterschuit voor den aan voer van duinwater; zij wilden den uitslag afwachten van het onderzoek der commissie in deze zaak werkzaam. Hiertegen werd aangevoerd dat de directie der grofsmederij de schuit voortaan niet meer wenschte te verhuren. Verder werd medegedeeld dat de bedoelde commissie een plan tot aanvoer van duinwater in handen had gesteld van een ingenieur, ten einde eene be rekening van kosten te maken en dat in overweging was genomen door middel van filtratie goed drinkwater te bekomen. In eene afdeeling werd de wensehelijkheid besproken van het terugkomen op het besluit om het water aan iedereen kosteloos Ie leveren. Het voorslel lot demping van de Bhinenvcstgracht bij het Plantsoen werd in twee sectiën bijna algemeen afge keurd, voornamelijk op de gronden in liet rapport der commissie van finan ciën ontwikkeld. In de andere sectic had men daartegen minder bezwaar; door een lid werd het aanbevolen. In eene sectie werd de wensch uitge drukt een onderzoek in te stellen of de hervormde gemeente genegen zou zijn den klokkentoren van de Hoog'aiidsche kerk over te nemenzoo dit het geval niet mogt zijnden toren af te breken en de klok te- verkoopen. Tegen de verliooging van de bezoldiging der slads-werklicden met 10 pCt. bestond over het algemeen geen bezwaar. Enkele leden zagen de noodzake lijkheid niet in van het plaatsen van een hek voor het standbeeld van Boer- haave. Be geschiktheid van de Lakenhal voor de plaatsing der schilderijen werd door sommige leden betwijfeld; anderen meenden dal, nu er reeds eene som van ƒ5000 voor dat lokaal was uitgegeven men zich met het bestaande moest ver genoegen en de noodige verbeteringen aanbrengen. Tot verliooging van de tractementen der inspecteurs en agenten van policie, naar aanleiding van een door hen ingezonden adres, was de meerderheid niet ongenegen. Een lid was van oordeel dat het toestaan van hel verzoek niet kon geschieden zonder eenigzins onbillijk te zijn, daar men de verliooging der jaarwedden van drie ambtenaren ter secretarie had afgekeurd, lil twee sectiën was de meerderheid voor het. aanschaffen van noa eene nieuwe brandspuit. In de andere afdeeling werd de wensehelijkheid besproken van hel aanschaffen van een of meer stoom-brandspuiten. Enkele leden wenscliten ingelicht te - worden ol door de opening van hel nieuw akademisch ziekenhuis het getal stads-doctoren niet kon worden verminderd, en of er bezwaren waren legen de geheele opheffing van het stads-ziekcnhiiis. Sommige leden achtten liet wenschelijk, nu de kosten van hel verplegen van krankzinnigen te Belft tot ƒ240 per jaar waren gestegen, pogingen aan te wenden om die lieden elders le doen verplegen. Een lid gaf het oprigten van een krankzinnigen gesticht van gemeentewege iu overweging, maar dit denkbeeld werd alge meen bestreden. Be thans voor de eerste maal op de begrooting, in ont vangst en uilgaaf, voorkomende post wegens voorschotten tot het doen van dagelijks voorkomende uitgaven, gaf tol geene bedenkingen aanleiding, 's GRAVENHAGE 11 October. Door Z, M. zijn benoemd tot president der arrond.-regtbank te Amers foort de heer mr. S. J. A. van Walchren, thans officier van justitie bij die regtbank; tot officier van justitie hij de arrond.-regtbank le Amersfoort de heer mr. S. J. T. H. Nedcrmeijer ridder vail Rosenthal, thans officier van justitie bij de arrond.-regtbank te Gorinchern; tot officier van justitie hij de arrond.-regtbank le Gorinctiem de heer mr. A. J. E. Jolles, thans stibs.- officier van justitie bij die regtbank; lot substituut-officier van justitie bij de arrond.-regtbank tc Gorinehcm de heer mr. A. Telders. advocaat te Utrecht. Be luit. ter zee le kl. J. A. Waldeck, van de rol van liet wachtschip te Hellevoetsluis, wordt op non-activiteit gesteld. Z. lv. II. prins Hendrik heeft zich gisteren naar Delft begeven om den kon. grafkelder le bezoeken. Z. K. 11. was vergezeld van de voormalige kamenier van wijlen zijne gemalin, dragende een krans van witte rozen en frisselie bladeren, die door Z. K. 11. op liet graf werd nedergelegd. In de zitting van de tweede kamer van heden zijn de algemeene dis- cussiëu afgeloopen over art. 1 van het O. I. tarief en hel amendement van den heer Bredius, strekkende om niet dan voor enkele artikelen in- en uit- voerregten in Indië te behouden gedurende een bepaald overgangstijdperk, waarna liet geheele Nederlandsche gebied eene groote vrijhaven zal worden. i Daarna kwamen in alphabetische orde de verschillende posten van liet tarief zelve in behandeling. Be heer van Lijnden heeft een amendement voorge steld om het oorspronkelijk artikel Gedistilleerd, ad ƒ40 per hectoliter weder in de lijst op te nemen, in stede van te wachten lot de invoering der accijnswet in Indie. Hierover zal later gestemd worden. Be discussie is gevorderd lot den post Manufacturen. Morgen voortzetting. Door den lieer Kappeyne van de Coppello is op het wets-ontwerp nopens de tariven van in-, uit- en doorvoer in Ned. Indië een amendement voorgesteldstrekkende om de artt. 3 en 4 te vervangen door een nieuw artikel luidende: "Op den uitvoer en den doorvoer worden geene regten gelieven.'' Gisteren zijn geexamineerd 19 candidaten voor de acte van hoofd onderwijzer. 3 trokken zich lerug; afgewezen zijn 4; toegelaten 12, zijnde de hh. W. Brouwer, I. Brevée, B. Beger, K. van Bellen, A. BoelemanP.J. Heymans, W. Haaring.. J. vail Rhijn G. M. Sluiters. L. van Weel en C. G. Wemmerslager. ïi ft «i E E A M ÜS», LONDEN. 10 October. Be G/ubu deelt onder de hofberigten mede dat de koningin der Ne derlanden tegen het einde der volgende week uil 's Hage te Londen zal aankomen en gedurende haar verblijf aldaar haren intrek in Claridge-hötel zal nemen. De algemeene vereeniging van mijnwerkers heeft in eene dezer dagen gehouden bijeenkomst een besluit genomen, waarbij aan haar uitvoerend comité opgedragen wordt -van mijnwerkers en andere werklieden in schrijvingen te verzamelenmet het dóel om bij voorkomende gelegenheid de kosten te dekken der verkiezing van een lid of van leden van het lager huis, die de mijnwerkers en andere arbeiders reglslreeks aldaar vertegen woordigen zullen. Te Londen zijn in den laatsten lijd vele winkeliers gestraft wegens het verkoopen van vervalsclite levensmiddelen. Zoo o. a. een kruidenier, die een mengsel van cichorei en koffij voor koffij verkocht; een ander, wiens boter 30,31 pCt. water en 7.63 pCt. zout bevalle; ook eene melkvrouw, wier melk 20 pCt. te veel water en slechts 2 pCt. room inhield. Te Morley, nabij Leeds, had Dingsdag 11. eene ontploffing in een ko lenmijn plaats. Men schal het aantal dooden op 40, dat der gekwetsten op even zooveel. Er bestaat grond om te vermoedendat dit ongeluk we der te wijlen is aan de onvoorzigtigheid van een der mijnwerkers, op wiens lijk een doos lucifers is gevondenwaarvan hij er slechts één behoefde te ontstekenom de ontploffing te doen volgen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1872 | | pagina 2