PER TELEGRAAF. veroordeelden aan boord genomen, waaronder zich bevinden: Paschal Grous- set, Jourde. Verdure en Motirol, gewezen secretaris van Rochefort. De abten Junqua en Mouls, reeds vroeger door de reglbank te Bordeaux veroordeeld wegens liet dragen van het priesterlijk kleed, hetwelk de kar- 1 dinaal-aartsbisschop hun verboden hadzijn op nieuw vervolgd wegens be- leediging van de godsdienst en de zcdeleeralsmede wegens ophitsing lot haat van den eenen burger jegens den anderen, door middel van dagblad artikelen, en zijn deswege elk veroordeeld lot twee jaren gevangenisstraf en 3000 fr. boete, de abt Mouls bij verstek. Betreffende de eerste vergadering van de algemecne synode der her vormde kerk, die te Parijs wordt gehouden, verneemt men dat de heer Guizot, afgevaardigde van Parijs, na het woord te hebben gevraagd, zijne innige voldoening heeft betuigddat na eene eeuwenlange staking eindelijk weder eene hervormde synode bijeengekomen was, en daarvoor aan het gouvernement der derde republiek zijnen dank toegebragt. De omwenteling van 1789, zeide hij, bad aan de protestanten de vrijheid van geweten te ruggegeven, en alle regeringen, die elkander in Frankrijk sedert hebben opgevolgd, hadden van hare sympathie jegens de hervormde kerk doen blij ken, maar bel tegenwoordige gouvernement had het bestuur dier kerk aan haar zelve teruggeschonken, liet door hem vervolgens gedane voorstel om eene commissie te benoemen, die aan den president der republiek den dank der protestanten deswege zou gaan overbrengen, is met eenparige stem men aangenomen. Door de liberale partij is bij voorbaat geprotesteerd tegen elke poging, die door de synode rnogt worden aangewend om in de hervormde kerk, door het vaststellen ecner «verpligte en exclusive geloofsbelijdenis" eene scheuring te veroorzaken. De regtcr zijde der vergadering heeft te gelijker tijd eene korte geloofsbelijdenis ter tafel gebragl, die zij wenschl dat door de synode zal worden aangenomen. IPAXJR In de cortcs heeft de heer Margall eene geheele conversie der staats schuld aanbevolen en een allertreurigst tafereel van den toestand der finan cien medegedeeld. De minister van financiën erkende den ongnnstigen toe stand der financiën, maar zeide dat de conversie het bedrag der schuld slechts zou vermeerderen. Hij voegde er bij dat indien de hulpmiddelen, welke hij aangevraagd heeft, niet vóór hel einde van de loopende maand bewilligd werden, hij als minister zou aftreden, en het land in eenen neteligen toestand zou geraken. ITALIË Volgens berigten uit Rome blijkt het ten duidelijkste, dat de openbare meening zich langzamerhand sterker tegen Frankrijk begint te verklaren. De Fransche bladen, evenmin als de Fransche staatslieden, hebben het ont veinsd dat zij de nationale eenheid van Italië afkeurden. Thiers en Favre zelf bebBen deze meening luide verkondigd, en nog onlangs schreef een blad, dal indien Napoleon III nog regeerde, de zetel der Italiaanschc regering nimmer te Rome zou zijn gevestigd. Wat wonder dus dal er in Italië ver- bitlering is ontstaan tegen Frankrijk, waar alle partijen in hunne antipa thie tegen bet nieuwe Italiaansche rijk overeenkomen, en dat de pers zich de tolk maakt van deze gevoelens en de natie waarschuwt voor de gevaren die haar van Fransche zijde bedreigen. Een ander voorval heeft nog de spanning verhoogd. De baron d'Hennesy, 3C secretaris van het Fransche gezantschap bij den II. Stoel, zich te Rome aan het spoorwegstation bevin dende bij het vertrek van prins Humbert naar Berlijn, ging opzettelijk eenige malen den prins en diens gevolg voorbij zonder te groeten, en groole rookwolken uit zijne sigaar voor zich uit blazende. Deze onwellevende han delwijze ergerde het gevolg van den prins zeer. De zaak is geschikt, en de heer d'Hennesy is door zijne regering naar Athene verplaatstmaar de slechte indruk is gebleven. Het weder Is in den laatstcn tijd zeer ongunstig en door stortregens wordt groote schade aangerigt, vooral in Opper Italië, waar meren en rivie ren builen hunne oevers zijn-getreden, l-e wateren van de Po hebben den dijk in de nabijheid van Rho doorgebroken en eene groote uitgestrektheid land overstroomd. Overal is op groote schaal hulp verleend, maar de aan- gerigte schade is ontzettend. De oogst is verloren en verscheidene huizen zijn vernield. Den 4d'n Junij. den dertienden verjaardag van den veldslag van Ma genta, is met veel plegtigheid liet gedenkteeken ingewijd, hetwelk op kosten der te Milaan gevestigde Franschen, op het slagveld bij eerstgenoemde stad, ter nagedachtenis der aldaar gesneuvelde Franschen is opgerigt. Niet alleen de Fransche en de Italiaansche vlag, maar ook de Oostenrijksche, welke bij die gelegenheid zijn uitgestoken, waren met rouwfloers omhuld. De Oostenrijksche consul-generaal heeft uit Milaan naar de vlakte van Ma genta eene ongemeen groole bloemenkroon doen overbrengen en de dappe ren. die in genoemden slag aan Oostenrijks zijde gevallen zijn, herdacht door eene enkel uit bloemen zamengestelde inscriptie. DiriTIClILANH. Bij den rijksdag is het wets-onlwerp ingediend, waarbij het tijdstip der invoering van de rijksconstitulie in Elzas-Lotharingen, hetwelk bij de wet van 9 Junij 1871 op 1 Jannarij 1873 bepaald was. op 1 Januarij 1874 wordt vastgesteld. In de memorie van toelichting wordt herinnerd dat in de eerste voordragt der wet van 1871 de invoering der constitutie in de rjjkslanden op 1 Januarij 1874 bepaald was geworden, doch dat de rijksdag dit voorstel niet aangenomen en den termijn een jaar korter gesteld had, met welk besluit de regeringen zich vereenigd hadden uil aanmerking dat alleen de ondervinding omtrent de keuze van het juiste tijdstip zou kunnen beslissen. De inmiddels opgedane ondervinding en de tegenwoordige stand van zaken pleiten intusschen voor eenen terugkeer lot het eerste plan der regering. De invoering der constitutie zou ten gevolge hebben, dat in Elzas-Lothai'iugcn afgevaardigden voor de eerstvolgende zitting des rijks- dags gekozen en de geheele wetgeving der rijkslanden van 1 Januarij aanst. af aan de wetgevende magt des rijks overgedragen zou moeten worden. Het een en ander leverde groot bezwaar op. Wat het eerste punt betreft, verkeerden volgens alle berigten de gemoederen ter zake van de quaestie der optie in eenen staat van opgewondenheid, die, door geheime woelingen gevoed, eene onverwachte hoogte had bereikt en de bevolking voor het oogenblik ongeschikt maakte om het hooge belang der keuze van goede afgevaardigden te beseffen. Er zou een geruime tijd noodig zjjn om de ge moederen zoo ver tot bedaren te brengen dat er eenige zekerheid bestoud dat de verkozen afgevaardigden wezenlijk de belangen van het rustige en bezadigde gedeelte der bevolking vertegenwoordigden. Wat de wetgeving betreft was er voor de rijkslanden nog zoo veel te regelen, dat het onmo gelijk met den vereischten spoed in de gewone zittingen van den rijksdag kon worden afgedaan, en de verlenging van het zoogenaamde dictatoriale gezag in het belang dier gewesten eene volstrekte noodzakelijkheid was. Te Berlijn is eene volksvergadering gehouden, ten einde te beraadsla gen over middelen ter voorziening in het dringend gebrek aan woningen, bepaaldelijk voor den werkenden stand. Een groot aantal aanwezigen be hoorden tot de sociaaldemocratische partij. Hel comité, van hetwelk de bijeenroeping was uitgegaan, stelde voor, dat de vergadering zich tot den rijksdag zou wenden met een adres, waarin verzocht werd het volgende in overweging te nemen: «Iedere gemeente is verpligt te zorgen voor een vol doend aantal woningen ten behoeve harer ingezetenen, zooveel mogelijk voor elk gezin eene afzonderlijke woning. Iedere gemeente moet worden gemag- tigd alle binnen haar geb'ed liggende particuliere en andere onbebouwde gronden tot den aanbouw van woningen te onteigenen. De hiertoe noodige gelden verschaft de slaat, en wel als renteloos voorschot. De termijn van terugbetaling wordt voor elke gemeente bij afzonderlijke overeenkomst vast gesteld. De woningen worden door de gemeente tegen billijke prijzen ver huurd, maar blijven haar eigendom." Dit voorstel werd door enkelen ten sterkste afgekeurd. Het sprak van zelf dat de werklieden aan woningen moesten geholpen worden; maar vooralsnog waren zij die hulp niet waard; zij waren te flaauw, te laauwhartig; zoolang zij bang waren de roode vlag te hijscben. was er geen helpen aan! Zij moesten niet vragen, maar eischen Men verlangde ten slotte toetreding tot liet algemeen Duitsch arbeiders-ver bond, ten einde langs wettigen weg zamen te werken lot oplossing dei- sociale quaestie, waarmede alsdan de quaestie aangaande de woningen van zelve zou worden opgelost. LONDEN, 10 Junij. Bij den gehouden internationalen roeiwedstrjjd heb ben de Amerikauen de nederlaag geleden. Zij bleven 20 bootslengten achter. De strijd werd door eene verbazende menigte bijgewoond. WASHINGTON, 10 Junij. Naar men verzekert heeft lord Granville aan onze regering doen weten, dat eene verdaging van de arbitrage noodzake lijk is voor het behoud van het tractaat van Washington, en beeft hij voor gesteld dal de scheidsregters hunne bijeenkomst 8 maanden zonden uitstellen. BERLIJN, 10 Junij. De rijksdag heeft bij tweede lezing, met 185 tegen 75 stemmen, aangenomen het wets-ontwerp tot verlenging der werking van de rijks-grondwet in Elzas-Lotharingen tol 1 Januarij 1874. De beide hui zen van den landdag zijn verdaagd tot 21 October. LONDEN, 10 Junij. Aan het einde der parlementszitling gisteren werd door de regering aangekondigd dat zij heden eene mededeeling betreffende de Alabama-quaestie zou doen. LONDEN, 11 Junij. Gisteren is hier onder groote geestdrift eene Iersche volksvergadering gehouden tot aanbeveling van de instelling van een afzon derlijk parlement voor Ierland. PARIJS, 11 Junij. Nationale vergadering te Versailles. Voortzetting dei- beraadslaging over de legcrwet. De heeren Chareton, Guillemaut en keiler verdedigen den diensttijd van vier jaren. De heeren Changarnier en Chasse- loup-Laubat bepleiten den vijfjarigen diensttijd. Thiers voert het woord ter wederlegging van een door den lieer Laverne geopperd beweren, en ontkent dat de buitengewoon sterke contingenten aan de bevolking hebben belet een hooge vlugt te nemen. Hij beweert dat de diensttijd van minder dan vijf jaren liet geregeld bijhouden der kaders onmogelijk zal maken. Hij bestrijdt nadrukkelijk den vierjarigen diensttijd, verklaart dat het dwaasheid zou zijn er toe te besluiten, en voegt er bij dat hij er niet in zou kunnen bewilligen zulk eene wet uit te voeren, maar genoodzaakt zou zijn ontslag te nemen. Van deze gelegenheid maakte hij voorts gebruik om te herhalen dat Frank- rijks politiek eene politiek van vrede is. Eene hevige gisting openbaart zich in de vergadering. De lieer Kerdrel verlangt schorsing der discussie tot mor gen, daar de woorden van Thiers de vergadering in een toestand van on mogelijkheid brengen. Thiers vraagt dadelijke stemming over het amende ment tot vaststelling van den vierjarigen diensslijden dit amendement wordt verworpen niet 495 legen 59 stemmen. FKOGKAUMA VA1V IILZIEHIITVOEKIVGEX. Musis Sacrum. Buitengewoon Militair Concert op Donderdag 13 Junij 1872, des avonds te half achtdoor het Slafmuziekcorps van het resiment Grenadiers en Jagers te 's Gravenhage, onder directie van den heer F. Duukler. le Aid. 1. Kriegsmarsch der Priester uit «Athalia", Mendelssohn; 2. Sym- phonie N". 3, Mendelssohn: a. Indroduction en Allegro; b. Scherzo assai Vivace: e. Adagio Cantabile; d. Allegro guerriero en Finale maestoso; 3. Groote Fanlaisie over motiven uit de opéra van Thooft: «Aleida van Hol land", Dunkier. 2' Afd. 4. Ouverture: «Oliéron", C. M. von Weher; 5. «Sou venir de Wiesbaden", Fanlaisie et Air varié. Dunkier; (Solo voor Fluit, klarinet, Trompet, Oboe en vier Saxophones): C. a. Liebeslied, Schumann; b. Turksclic Marscli uit «die Ruïnen von Alben", Beethoven; 7. Groole Fan laisie over motiven uit de opéra van Rossini: «Guiilaume Teil", Duukler.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1872 | | pagina 3