BUl'PKMLAtNDSCÏIK HK»1GÏKN.
klagt tegen hem ingesteld door ck Mosselman», Ie Groningen. l)ie aan-
klagt is gedaan wegens het door dr. van Vloten plaatsen in het Der. If hl.
van een brief van d-. Mosselmans, waarvan de inhoud niet zeer vereerend
zou zijn voor den schrijver. I)'. Mosselmans heeft bekend gemaakt dat
hij geen letter van dien brief heeft geschreven en dr. van Violen heeft de
waarheid van dit beweren erkend; maar de zaak willen doen voorko
men als een grap die de heer Mosselmans zeer naif voor ernst had
opgenomen.
Een bediende in een kruideniers-affaire te Zwolle, de heer Themans
uit Dalfscn. is de gelukkige winner van het hoogste lot in de Oosienijjk-
sehe premiën-lrekking van den lsUn dezer.
Men meldt uit Leeuwarden: Men weet thans wat hier op 1 April a. s.
van de fee tviering zal worden. Volgens programma zal hel feest worden
geopend met riugrijden met paard en chais, door paren; vervolgens zaj er
sprietloopenvaatjekruijen en geblinddoekt knippen plaats hebben, een en
ander om prijzen, het vaaljckruijen door meisjes, de overige spelen door
jongens, 's Avonds zal door de rederijkerskamer »van Ilalmael" een gecos-
tumeerde oplegt bij fakkellicht worden gehouden en ten slotte zal een
groot, schitterend vuurwerk worden afgestoken, liet stedelijk muziekkorps
zal deze feesten opluisteren. Zondags avonds te voren zal door genoemde
kamer in den schouwburg worden opgevoerd het bekende drama van Ruisch,
de Ifecs van Brussel.
Uit Breda meldt men omtrent het verblijf van den graaf deChambord
aldaar dat hij dagelijks bezoeken ontvangt van Franschen en Belgen
meestal zijn daaronder geestelijken. Ook den bisschop van Breda heeft hij
bij zich ontvangen. Hij gaat dagelijks naar de vroegmis en dan weder naar
eene andere kerk. Be geestelijken behandelen hem met hooge onderschei
ding. Hij heeft op het kerkhof te Ginneken het monument van Seelig, den
grafsteen van Uhassé, dien van de officieren der Citadel enz., bezigligd.
Aan de tweede kamer is toegezonden eene nota van wijziging op het
reeds vroeger aan haar toegezonden wels-cnlwerp, houdende: wijziging der
wetten van 19 Augustus 18(11 Slbl. n\ 72) en van 22 April 1864 (Stbl.
n". 22) betrekkelijk de nationale militie.
Deze wijziging strekt 1". om aan art. 127 der wet van 19 Augustus 1861
als eerste nieuwe zinsnede toe te voegen, hetgeen volgt: Aan de lolelingen,
die na hunne aanwijzing voor de dienst of inlijving bij de militie in een
toestand geraken, die. ware hij vroeger ontstaan, hun regt zou hebben ge
geven op de vrijstelling bij art. 47. 3°, of bij art. 48 toeserekend. wordt
op hnnnc aanvrage, door ons, voor hun geheelen diensttijd ontheffing van
de werkelijke dienst verleend.
2°. Art. 185 der wet van 19 Augustus 1861 wordt gelezen als volgt: Met
boete van ƒ200 tot /500 en gevangenisstraf van 2—t jaren, të zamen of
afzonderlijk, wordt gestraft hij, die zich door moedwillige verminking voor
de dienst bij de militie ongeschikt maakt of doet maken.
Als toelichting van deze beide wijzigingen zegt de regering: n, dat zich meer
malen het geval voordoet, dat een loteling na zijne aanwijzing voor de dienst
of inlijving bij de militie, door het overlijden van zijn broeder, eenige zoon
wordt, of dat, hetzij daardoor of door vrijwillige indiensttreding, van het
getal broeders een grooter deel tot de dienst is geroependan de wet eischt.
De billijkheid vorderde in zoodanig geval gekomen lolelingen, indien zij dat
verlangenvoor hun overigen diensttijd van de werkelijke dienst te ont
heffen, en b. dat de straf, tegen moedwillige verminking bedreigd, bovenmate
zwaar is. Vcrligting van die straf is noodig geoordeeld.
Zeker is er onder de talrijke tooneelspelendoor Molière geschreven, geen,
waaruit zoo in ieder karakter zijn vernuftige satirische geest spreekt, als
de /'Tarlttle." De lotgevallen van dit stuk zijn er zeker de welspre
kende bewijzen van. Immers na de eerste opvoering, op den DA" Augus
tus 1667, gelukte het de hooggeplaatste personen, die in den Tartufe zich
zeiven herkenden, van den koning Ie verkrijgen, dat hij dg opvoering van het
stuk verbood. En op welken grond Molière zegt het zelf in een verzoek
aan den koning, waarbij hij vraagt dit verbod op te heffen: «Men heeft
gebruik weten te maken, sire, (schreef hij o. a.) van de fijngevoeligheid
uwer ziel op hel punt van godsdienst en men heeft u welen te vatten op
de enkele plaats waar gij te treffen waart, t. w. eerbeid voor heilige zakem
De tarlufes, in uwe nabijheid, zijn siitn genoeg geweest, om genade bij
uwe majesteit te kunnen vinden, de originelen hebben er de copie van
weten te verdringen, hoe onschuldig deze ook was en hoe goed gelijkend
zij ook werd bevonden." Lodewijk XIV erkende eerst twee jaren later de
waarheid hiervan, want op den 5d,n Februarij 1669 hief hij eerst het in
67 uitgevaardigde verbod op. Toen mogt hel eerst op het tooneel aanschou
welijk worden voorgesteld, op welke wijze zich dikwijls, onder het masker
van hei'igheid en godsdienstzin, een inensch, die deugd, eer en godsdienst
met voeten trapt, een zwarte ziel, een schijnheilige verbergt; hoeveel
berekening en nederige hoogmoed er soms verscholen ligt in de verzeke-
ring van eigen nietigheid en tekortkomingen. En dit meesterstuk vari
Molière werd Maandag avond door het Fransche looneelgezelschap, uit Am
sterdam, onder directie van den heer Depay, uitstekend teruggegeven. Tar-
Infe. de heer Depay, vervulde deze moeijelijke rol onverbeterlijk, zijn
mimiek, die vooral hier een groot deel van zijn karakter uitmaakte, was
natuurlijk en geestig. Orgon, de lieer Perrier, was bij zijn optreden niet
de «bonhomme", dien men zon verwachten. In zijn »le pauvre homme"
lag daarvoor te veel humor. In de latere acten was hij echter volkomen
op zijn plaats. Mevr. Haquelte was eene zeer snaaksche en ondeugende
Dorine, die al'er goedkeuring verwierf, en ook het spel van mevr. Tomsonn
werd zeer ge-vaardeerd. Beiden werd een bouquet vereerd. Mevr. Bailleux
gaf de oude grootmoeder, l'ernelle, zeer geestig terug en de rol-'van
Marfane werd door mile Brassine ook allerliefst vervuld, llaar spel met
dat van Vtière, de heer Divoor, daar waar de twee gelieven door Dorine
worden verzoend, was zeer aardig. W'jj kunnen teu slot Ie volmondig ver
klaren. dat de opvoering van den «Tartule" volkomen is geslaagd; het
geen zoowel den verdienstelijken directeur, als het gcheele gezelschap, tot
eer verstrekt.
Het nastukje «La Tasse de Thé" werd mede flink afgespeeld en mile Bras-
sine verwierf hierin ook een bouquet uls eene welverdiende hulde.
s G BA VENTAGE. 6 Maart.
Door Z. M. is vergunning verleend aan den heer C. A. Eckstein, ad
junct-commies bij de lopographische inrigting, tot het dragen van de ver
sierselen van ridder der Wasa-orde, hem door den koning van Zweden eo
Noorwegen geschonken; aan den heer mr. 11 W. du Perron, vice-president
van het hooggeregtshof van Ned. Indië, aan den heer R. F. de Seyff, gep.
kolonel der infanterie van het leger in Ned. Indië, lid van hel comité van
bestuur der Ned.-Indische spoorwegmaatschappij, en aan den heer J. B.
Ooslewcghel, hoofdschout te Weltevreden, tot het aannemende eerslge-
noemden van liet eereteeken genaamd Bhusana Bhornen den laatstgenoemde
van het eereteeken genaamd Bhadra Bhorn, hun door den eersten koning
van Siam geschonken.
- Door Z. M. zijn benoemd: tot voorzitter van het hof van justitie ia
de kolonie Curagao de heer mr. J. P. Smeelethans lid van dat hof, en
tol gegradueerd lid van dat hof de heer mr. Sol G. Heuriqucz, thans kan-
tonregier aldaar; voorts tot kantonregter te Waalwijk de heer mr. H. C. F,
Rits, advocaat te 's Ilcrtogenboschen lot griflier der arrond.-rcgtbauk
te Dordrecht de heer mr. M. Crommelin. thans substituul-grifïier bij dit
regtbank.
De minister van binncnlaudsche zaken zal Zalurdag aanst. geen gehoor
vcrleenen.
In de zitting van de tweede kamer van heden zijn de algemeene be
raadslagingen over het wcls-onlwerp tot vervanging van de artt. 44416
Wetb. van Strafregt (coalitiën van arbeiders) voortgezet en ten einde ge-
bragt. De minister van justitie heeft de voordragt breedvoerig verdedigd.
Hij wederlegde de hoofdbezwaren der tegenstanders, die hij meende aldus
te kunnen zamenvatten: 1°. de niet opportuniteit, de niet urgentie der voor
dragt; 2°. de gevaarlijke strekking van het ontwerp, dat bedoelingen be
vordert en verwachtingen voorspiegelt, die niet verwezenlijkt kunnen wor
den; 3°. het verkeerde begrip, dat de regering zich van den bestaandeu
toestand maakt. Onderscheidene leden hebben den minister gerepliceerd
Morgen zijn de bijzondere artikelen aan de orde.
Het voorzitterschap der commissie voor het examen van onder-officie
ren, dingende naar den rang van 2I|M luit., dat gedurende een tal van jaren
op waardige wijze door den luit.-generaal Engclbregl werd bekleed, is, teu
gevolge van diens pensionering, thans opgedragen aan den generaal-niajoor
Mac-Leod, onlangs benoemd lot inspecteur van het wapen der infanterie.
Hel examen zal in de helft van dezen maand alhier aanvangen. Hel getal
der opengestelde plaatsen voor 2e luit. bedraagt bij de infanterie 30, cava
lerie 3 en artillerie 2
11. van As, huisvrouw van II. Ilage, winkelierster te Scherpenisse,
werd bij arrest van het prov. geregtshof in Zeeland van 3 Maart 1871 schul
dig verklaard aan moedwillige brandstichting, en werd te dier zake veroor
deeld tot eene tuchthuisstraf voor den tijd van 5 jaren. De veroordeeldt
voorzag zich tegen dit arrest in cassatie. De hooge raad vernietigde het
arrest den 23s,e» Mei jl. en verwees de zaak naar het prov. geregtshof in
Noordbrabant, dat den 12'™ Oct. jl. het arrest van het Zeeuwsclie hof
bevestigde. De veroordeelde voorzag zich wederom in cassatie, de hooge
raad bleef bij zijn vroeger gevoelen, met dit onderscheid echter, dal de raad
de zaak naar het prov. geregtshof in Zuidholland verwees. Donderdag II
Maart aanst. zal die zaak voor laatst gemeld college dienen.
ENCtELjilV».
LONDEN. 4 Maart.
Zondag II. is. op uitnoodiging en onder leiding van Odger en Brad-
langh, twee bekende woordvoerders der ultra-democratische rigting.eei
aantal van 3- a 4000 menschen in Hydepark zameugekomen en na eeut
ordelijke beraadslaging overgegaan tot het uitbrengen van een plegtig pro
test tegen dc voorgestelde wet omtrent de wandelplaatsen, volgens welkeer
geene volksvergaderingen uieer in de parken of openbare tuinen mogen ge
houden worden. In die vergadering is verklaard dat die bepalingen, indiet
zij kracht vart wet bekwamen, door het volk niet zouden worden nageleefd.
Gdger verklaarde onbewimpeld dat de democratie niet rijk genoeg vi-as on
50 aan zaalhuur voor eene meeling te betalendat een openbaar plein
als Trafalgar-square, minder geschikt voor het houden van redevoering
was, en dat alzoo hel den Engelschman gewaarborgde regt van vergaderig
zijne waarde voor het volk vei'loor, indien hel houden van volksvergif
ringen in parken, die aan het land, dat is aan het volk toebehoorden-
belet wierd.
Een policie-beamble verhaalt aan DaiUj News dat hij een dankzeggig
doet dat de dankdag voorbij is. llij voelt zijn ledematen niet meer, if
voeten gelijken twee kolen vuur; men heeft er op getrapt, tegen geschopt
op gehotst, ja zelfs er op gedanst, llij slaapt waar hij gaat en als hij zid
neèrlegt, schreeuwt hij liet uil van dc pijn. want overal heeft hij knepen
schoppen en stootcn gekregen. Het was dan ook die dagen een gedrang
waarvan de verbeelding duizelt. Beschonken kerels, die zich op straatf
vonden, konden niet omvervallen, want overal vonden zij steun aan nW'
schelijke ligchamen; zij werden dan zoo lang door den menscheiistroo»
medegevoerdtot zij vveêr nuchter waren.
Dat de opstand der Kooka's in noordwestelijk Indië met barbaarse!*
gestrengheid onderdrukt is, wordt van regeringswege bevestigd. Op ee«
interpellatie van Ilaveland-Burke in het lagerhuis verklaarde de onder-secre
taris van staat voor Indië, dg lieer Grant Duff, hel volgende: 1». dat*