voor ecnigen lijd in verschillende dagbladen voorkwamen nopens eenige
jonge dames, die met het hegin van dezen akademischen cursus zich als
student aan de hoogeschoo! alhier zouden doen opnemen, zijn gebleken
voorbarig geweest te zijn. immers de 3 jonge dames, die inderdaad voor
noemd voornemen hebbendenken daaraan eerst over een jaar gevolg te
geven. Naar het zich laat aanzien, zullen zij zich dan gedeeltelijk aan de
letteren en aan de natuurkundige eigenschappen wijden. Zij hebben teregl
begrepen, hel loopende jaar met vrucht le kunnen bezigen, om zich nog
meer voor te bereiden voor hare aanstaande loopbaan.
L'it de lezing van den uitmuntend zaamgestelden en veelomvattenden
(5696 nommers op 253 bladzijden) catalogus der boekerijnagelalen door
dr. 11. Riedel, oud-conrector van het Grouingsche gymnasium, blijkt, lol
verbazing van hen die in de eerste plaats in deze verzameling de uitgaven
van en over Lioratius willen naslaan daj niet een enkel nonmier door dien
lieveling-dichter van Riedel is ingenomen. Re voorrede van den auctionaris,
de.a lieer R. J. Schierbeek te Groningen, geeft den sleutel tot dit raadsel.
Op bel verlangen, door dr. Riedel uitgedrukt, beeft de familie Harinxma
tlioe Siooten, waarvan verscheiden leden aan den overledene hunne weten
schappelijke opleiding le danken hebben, de verzameling lloratiana aange
kocht van de erfgenamen en haar geschonken aan de boekerij der hoogeschool
te Grouingan. Die verzameling, de meest beduidende ter wereld sedert de
verspreiding, in 1869, van de Uoraliaanschc bibliotheek des heeren C. de
Bjelke, le Berlijn, bestaat uit meer dan duizend nommers. Zij omvat ruim
400 uitgaven van volledige werken van dien dichter, 200 drukken van en
kele gedeelten afzonderlijk en ongeveer 500 vertalingen en verhandelingen
over liet geheel of cenig gedeelte van die werken. Deze daad van het ge
slacht Harinxma tlioe Sloolen. even Weldadig voor de grondige studie van
lioratius als vereerend voor haar zelf, verdient meer algemeen bekend ge-
maak' te worden. (/V. Sped.)
's GRAVENI1AGE. 17 October.
De luit. ter zee le ltl. C. ten Bosch wordt geplaatst in de rol van het
wachtschip te llellevoetsluis en gedetacheerd op het flolille-vaartuig Hector.
-- Heden is alhier aangekomen de heer F. von Nielhammer, buitengewoon
gezant en gevolmagtigd minister van Beijeren bij het Nederlandsche hof,
ten einde aan Z. M. den koning zijne brieven van terugroeping als zoodanig
te overhandigen. Zoo mest weet is door de nieuwe orde van zaken in
Duitschland o. a. het Beijersch gezantschap bier en te Brussel opgeheven, en
zullwi de function daarvan in handen van den vertegenwoordiger van Duitsch
land overgaan.
lil de zitting van de tweede kamer van gisteren, hij de algeineene be
raadslaging over de Indische begroot ing, heeft de heer Nicrstrasz de berigten
uit de dagbladen in Ned.-lndië gereleveerd, ten einde den treurigen toestand
in Indie te schetsen, zijns inziens een gevolg van bet .regeringsbeleiddat
thans in koloniale zaken wordt gevoerd. De minister van koloniën, hierop
antwoordende, zeide zich niet te kunnen onthouden van de volgende opmer
king. Vroeger ivas het de gewoonte, dal men in Indië moest geweest zijn
om er iets van te wetenen dat men niet moest hechten aan couranten-
praatjes of particuliere berigten, maar dat men alleen op officiële berigten
moest afgaanterwijl die spreker nu geen geloof hoegenaamd meer hecht
aan de officiële berigten, maar wel onvoorwaardelijk geloof slaat aan berig
ten in de dagbladen en aan particuliere opgaven of brochures. Intusschen,
hoe gaat het dikwerf in Indië evenals hier met die berigten De couranten
moeten worden gevuld, en veelal worden dan op zichzelf luttele berigten
zeer uitvoerig behandeld. Zal men nu hier le lande alles volkomen juist
vinden wat in velerlei berigten slaat? Zoo is het ook in Indië! Dikwerf
wordt met veel ophef eenig berigt medegedeeld, en als men het op den
keper beschouwtheeft het niet veel te beteekencn. De minister heeft dik
werf dergelijke berigten nagegaan en gecontroleerd, en dan is het hem ge
bleken dat ze onjuist waren, en dikwijls ook bleek het dat het een valsch
alarm was. Dit ten betooge, dat de minister zich aan de officiële rapporten
houden moet. Zeer dikwerf vraagt de minister zelfs inlichtingen, naar aan
leiding van couranlen-beriglen, ten einde ze le controleeren. Maar zijne
ondervinding heeft hem niet geleerd dat hij aan de officiële berigten minder
zou moeten hechten dan aan sommige berigten in couranten of brochures,
waarbij soms ook particuliere inzigten en belangen verbonden zijn. De heer
Mirandollc sprak over de klaglcn over het Indische bestuur, door den minis
ter in de memorie van toelichting geuit. Niettegenstaande des ministers
verdediging met een beroep op de afscheiding tusschen zijne verantwoorde
lijkheid en die van den gouverneur-generaal was zijne zienswijze niet ver
anderd en moest hij verklaren, dat die klagt niet gepast is. Spr. stelde dit
dilemma: óf de schuld ligt bij de ambtenaren, maar dan is de gouverneur-
generaal alleen bevoegd lot ontslag en benoemingen dan heeft deze zijn
pligt verzuimd om tusschenbeiden te komen; óf de schuld ligt in de organi
satie van de departementenen dan is het ook de pligt van den gouverneur-
generaal daarin verandering le brengen. En blijft hij nalatig, dan is de
minister van koloniën verpligt zich te doen geldenmaar in geen geval kan
de Indische regering tusschen het ministerie en de kamer geschoven worden.
In cén geval ware een beroep op de Indische regering geoorloofd: wanneer
de afkeuring ware gepaard gegaan met eene voordragt tot terugroeping van
den gouverneur-generaal. Daarvan was evenwel hier geen sprake, en bij de
benoeming van een nieuwen gouverneur-generaal is de meest angstvallige
zorg gedragen dal de gouverneur-generaal zijne functiën den vollen tijd zou
uitdienen. Zijns inziens lag de schuld in de slechte organisatie van de
departementen, niet in de ambtenaren. De minister zeide hierop dal hij
niet gaarne lot terugroeping van den gouverneur-generaal zou zijn overge
gaan, alvorens duchtige bewijzen voor de redenen te hebben, die daartoe
moeten leiden; maar de wetenschap van de administratieve en financiële
achterlijkheid heeft hij eerst leeren kennen na zijne aftreding. Voorts de
kiaglen over het slechte beheer sloegen niet op personen. Dit laatste werd
door den heer Fransen van de Dutte wcêrsproken. Hij vroeg: wie durft
Hi
0
eld
jesl
;sra
rV<
aki
[Pil
dee
■en
lieer
lil ie
we, 1
I
2 H
hier opstaan om den aftredenden gouverneur-generaal le veerdedigen, om»
schillig zijne politieke rigtmg, zijn gebrek aan leiding, beheer en admi;
stralievc bekwaamheid? Hij betoogde dat de comptabiliteitswet zelfs
in de administratie vereenvoudigd heeft, maar dat de schuld der slechte
voering lag aan de administratie, waarvoor de gouverneur-generaal verani
woordelijk is Er was na de comptabiliteitswet noodig geweest een
lot riglige uitvoering. En dat was niet geschied. De lib. van Ziiylej,
Nierstrasz traden op ter verdediging van den heer Mijer. Volgens
laatstgenoemden spreker kon de gouverneur-generaal niet verantwoord*
gesteld worden voor alle maatregelen, terwijl door den minister van
Putte en den vorigen gouverneur-generaal verwarring in alle takken
bestuur was gesticht, die de gouverneur-generaal vond of moest helpen|a
stendigen. Z. i. had de heer Mijer al le getrouw aan de bevelen van ki
gevolg gegeven, maar hij bleef niettemin verantwoordelijk voor zijn
adviezenwaarbij het ware conservatisme of het echt liberalisme is verzail
Hij hield zich overtuigd dat. als de lieer Loudon zoo zal geslingerd vvori
door tegenstrijdige bevelen, het beheer niet beter zal worden en da:
bleef hij het afkeuren, dat door den minister en door eenige ledenI
Indisch bestuur door de modder gesleept werd.
In de heden gehouden zitting hebben hebben de lili. de Ruyler,
ker en van Lijnden van Sandenburgna het afleggen der gevorderde eek
zitting genomen. Daarna zijn de beraadslagingen voortgezet over de on4
deelen der Indische begrooting. Enkele wijzigingen zijn iu sommige artikel #sler
aangebragt, terwijl overigens vele punten, gisteren behandeld, op nieuwI
sprake worden gebragt. Men is gevorderd tol de Cd£ afdeel ing, departe®
van openbare werken.
- Naar wij vernemen heeft mevrouw Mcrktis geb. Schuurman, die a aakrij
verleden jaar zoo bijzonder onderscheiden beeft, wegens hare zorg ter tl'
plegmg van gewonden en zieken in de Nederlandsche ambulances, de de
ralie bekomen van het kruis van verdiensten en eer van Z. M. den lei
en 11. M. de keizerin van Duitschland. ling
Met ingenomenheid, zegt het f>bl.bezigtigden wij een ontwerf ier>
gips voor het te Ginneken op te riglen grafmonument, dat door het!
derlandsche volk aan de nagedachtenis van de citadel-helden zal woij r'eiDe
gewijd. Een gewonde leeuw ligt uitgestrekt op een catafalk. aan m Pfn
voorzijde een treurende maagd immortellenkransen op de graven stro: r"1 eI
terwijl tegen de achterzijde een militaire tropee rnst. Het ontwerp, in:
details zeer verdienstelijk uitgevoerd, is dei^ naam waardig van den '°'111'
gaafden beeldhouwer F. Slracké; eenvoud en waarheid waren tocht! ®naf
baar de hoofdgedachtendie den kunstenaar inspireerden bij het ontwei) N™
van een model, dat wij ten dringendste aanbevelen in de aandacht van 'n
beminnaars van het waarlijk schoone. Naar wij vernemen, zal eersldi
heL ontwerp in gips, in het gebouw der teekeii-akademievoor liet pul ^aai
ter bezigliging worden gesteld. tt eil
Gedurende de laatste avonden, voornamelijk gisteren avond, hel fêer'l
zamenscholingen en volksoptogten alhier plaats gehad, even als in vt W d'
jaren. Dit heeft aanleiding gegeven tot de afkondiging door den bu aJ''
meester eener bekendmaking, houdende herinnering aan de voorschri 1
der algemeene policie-verordeningwaarbij een en ander, zonder toeslf" w
tuien,
illes
lelt
;el d
Idoc
In h
novi
-V(
ar me
ming van den burgemeester, op straffe is verboden.
BUITMLANDSCi IK BCBIGTC,N
ich d
ter o]
ENGELANa
LONDEN, 1G October.
Blijkens de jongste berigten uit de Vcreenigde Staten is door uilgiSfr,
ken leren en Icrschgezinde Amerikanen wederom een gewapende invi
het grondgebied der Brilsche kolonie Canada ondernomen, maar is
ditmaal weder door het bewind der unie tegengegaan. Dit berigt is
groot genoegen vernomen; liet heeft er eenen indruk gemaakt, die dei:
mcling van giften ter leniging van den nood in Chicago bevordert.
F K A Ni li ïS IJ H.
Onderscheidene dagbladen geven hunne ingenomenheid te kennen
de tusschen Duitschland e:i Frankrijk gesloten overeenkomsten.
Constitutioneel komt daarbij weder eeuigzins de nationale ijdelheid aai:
licht. Dit blad zegt: Onze regering heeft eene overwinning behaald,
eene nationale overwinning mag worden genoemd. Zijn er bij deze sd
king bewilligingen gedaan, dan is het van Duitschlands zijde geschied,
eene uitkomst zal gansch Europa treffen; bespeurende dat onze vijand,
overwinnaar ons zoozeer ontziet, zal Europa eenen hoogen dunk van
kracht en van de sterkte onzer tegenwoordige regering opvallen; hel!
ten gevolge zal hebben dat ons bondgenootschap weder gezocht wordt
dat Frankrijk weder stent iu Europa's raadsvergadering krijgt. Een nat»
voordeel is de dadelijke ontruiming onzer oostelijke departementen, tal
w anneer onze srond-door'geAe buitenlandsche troepen meer wordt k
den, dan. en dan eerst, zal Frankrijk weder meester van zich zelf
de beschikking over zijne magt en hulpbronnen hebben. Inzonderheid
merkelijk is de waarlijk onverwachte houding van den lieer von Bistro
die hardvochtige en achterdochtige staatsman beloont zich inschikkeljjl
vol vertrouwen jegens den lieer Thiers en den lieer Pouyer-Querlicr.
moet dan wel eenen zeer hoogen dunk van die Fransche bewindslied»
van onze tegenwoordige regering hebben.
Naar men aan de Times meldt zett de regering besloten hebben Ij
hervatting van de zittingen der nationale vergadering niet meer aan ltl
gcii op hel belasten der weefbare stoffen niet een rigt van een vpt
waarde, eene belasting, die onlangs door den heer Thiers en door dtt
uister van financiën als eene van de middelen ter voorziening in dt
tengewone behoeften der schatkist was voorgeslagen. De budget-count
had destijds vele bedenkingen tegen dat voorstel en gaf de voorbeur
De 1
legen
gtstre
laats
keil
uitg
n va
■erkza
euwci
oemdc
tlieid
uitg
ars g
er
et et
orden
invc
witsel
In I
inkr
(gin
raaroj
enden
aren
enkon
'egelij
omst,
thillei
en he
et ha
oor d
amis
an d
tiend:
ranl