CODUANT.
IN". 93.
DONDERDAG 20 APRIL.
STADS-BER1GTEN.
BINNIvNLANI)S(NIL BKBIGTKN.
De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars ƒ3.franco p.p. f 3.50;
met het Verslag der Handelingen van den Gemeenteraad f 3.35, franco p. p. f 3.85. Het verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor ƒ2.50
's jaars, buiten de erpeditiekosten. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Cents, franco p. p. 6 Cents
De prijs der Advertenliën is van 1- 4 regels f 1.- iedere regel meer 25 cents.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN,
Gehoord Stads-Gëneeskundigen
Brengen lev kennis der -ingezetenen dat de gelegenheid tot de vaccinatie
en revacclnatle voor de onvermogendenaan de Stads-YVaag, kosteloos
zal worden opengesteldop
Zalm-dag 11 Maart, Vrijdag 7 April,
Dingsdag 14
Maandag 20
Woensdag 22
Dingsdag 28
Donderdag 30
Woensdag 5 .April
Donderdag 13
Zaturdag
Vrijdag
Maandag
Zatnrdag
Dingsdag
15
21
24
29 «r
2 Mei,
en
te een uur voor de vaccinatie, en te twee uren voor de revaccinatie.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
v. d. BRANDELER, Burgemeester.
Leiden, 8 Maart 1871. v. PUTTKAMMER. Secretaris.
LEIDEN. 19 April.
Sedert de vorige opgave zijn alhier door pokken aangetast 12 personen,
als hersteld opgegeven 7, overleden 2, zoodat nu in behandeling zijn 193.
Op 10 Mei aanst. zal aan het ministerie van financien te 's Ilage aan
besteed worden: 1". het dagclijksch vervoer der brievenmalen van 's rijks
posterijen, gedurende den tijd van 4 jaren, te beginnen met 1 Julij 1871 en
eindigende 30 Junij 1375, tusschen onderscheidene plaatsen, waaronder van
Amsterdam over Haarlem en Leiden naar 's,Graveuhage en v. v. en Alphen
naar Leiden v. v.; 2°. het dagelijksch vervoer-als boven, gedurende het bp-,
venvermclde vierjarig tijdvak, tusschende. postkantoren te: Amsterdam,
Arnhem. Breda. Groningen, Haarlem, 's HertogenboschLeiden, Maastricht,
Rotterdam, Schiedam, Utrecht. Zutpben cu Zwolle, en de respective spoor
wegstations of aanlegplaatsen, in de voorwaarden van aanbesteding breeder
omschreven, benevens het ligten der brievenbussen te Amsterdam en Roltcr-
dam; 3'. hel dagclijksch vervoer der brievenbestellers, gedurende het boven
vermelde vierjarig tijdvak, tusschen het postkantoor te Arasterdam en de
onderscheiden bestelwijken in die stad.
Donderdag, 4 Mei zal in liet lokaal de Eensgezindheid, te Amsterdam,
eene algcmecnc vergadering worden gehouden van aandeelhouders in de naam-
looze vennootschap: hetBestelhuis van den Nederlaudschen Boekhandel."
Te dezer vergadering zal de commissie voor de oprigting der vennootschap
verslag uitbreng,en over hare werkzaamheden en zal de vergadering eene
keuze moeten doen voor de zamenstelling cener commissie tot de verdere
uitvoering van hel besluit der verceniging ter bevorderingvan. de belangen
des boekhandels, dd. 8 Augustus 1870.
Naar men verneemt is de regering voornemens in de volgende maand
een detachement suppletie-troepen langs bet Sucz-kanaal naar Java te
zenden.
Donderdag 11. werd op den straatweg van Dordrecht naar Willemsdorp
door Willem de Jong, landbouwer, en den postbode Tennis Alblas, op de
hoogte van Amslelwijk elkander ontmoetende, tegelijkertijd eene portefeuille
gevonden, welke bleek toe te belmoren aan II. Jas, wonende op Gravesteiu,
en o. a. inhield eene Oostenrijksche obligatie groot 1000 li De portefeuille
werd aan den eigenaar terugbezorgd, en deze heelt aan den postbode eene
belooning van 25 cents gegeven.
Te Dubbeldam werd Zaturdag jl. door de bemoeijingen van den veld
wachter dier gemeente gearresteerd een persoondie met nog een tweeden
aan den Krommendijk bezig was met het begraven van een pak manufacturen,
hetwelk door hen beiden ontvreemd was uit den winkel van mej. Bekkers, in
de Wijnstraatte Dordrecht. De dieven hadden eerst op den Vriezepoortsweg
getracht het gestolene in een tuin in bewaring te gevendoch men weigerde
dit daar. Hunne handelingen wekten de achterdocht van een paar personen
die den veldwachter waarschuwdendeze slaagde er in een der twee dieven
aan te houden
Eene nabij Rijssen woonachtige behoeftige weduwe, met twee kinde
ren, waarvan het oudste 7 jaren telt, ging dezer dagen naar het land, hare
beide kinderen te huis achterlatende. Na ecnigen tijd aan den arbeid te
zijn geweestkwam het oudste kind haar vertellendat haar broertje in
een hoek van de deel een vuur had aangestookt, dat reeds hoog opvlamde.
Onmiddellijk begaf de vrouw zich naar huis, maar Tóen zij daar kwam
stond het geheele gebouw reeds in volle vlam. Slechts weinig kon zij van.
den inboedel, die evenmin als het huis verzekerd was, redden, liet kind
had zich in tijds door de vlugt gered.
Naar men uit Coevorden meldt, vertrekken in den loop dezer maand
uit dien omtrek, en wel voornamelijk uit de veenkoloniën Nieuw Dordrecht
en Nieuw Schoonebeek, weder cenige huisgezinnen naar Noord-Amerika. De
meestcn van hen vestigen zich in den staat Michigan; ook uit eenigc grens
plaatsen in Pruissen zal, naar men zegt, een aantal personen naar genoemd
werelddeel vertrekken.
Men meldt uit Leeuwarden: De uitnoodiging van den commissaris des
konings aan de gemeentebesturen dezer provincie om, met het oog op de
heerschende pokken-epidemie, de kermissen niet te doen doorgaanHeeft
reeds ten gevolge gehad, dat door den raad der gemeente Wonseradeel is
besloten de kermissen te Makkum en Parraga dit jaar. niet te houden. Het
is te voorzien en ook te wenschen, dat ook andere gemeenteraden aan die
roepstem gehoor zullen geven.
Met de werkzaamheden der droogmaking van de Fricsche wadden en de
aandamming van Ameland zal, naar men verneemt, binnen kort een aan
vang worden gemaakt; met het aanvoeren van liet benoodigde materieel'is
men reeds druk bezig; het begin van het werk hangt echter veel af vau de
jyeersgesteldheid. De schipperij is er bereids op gewezen de werken te ver
mijden, daar er anders ligtelijk schade zou kunnen worden toegebragt,
zoowel aan die werken als aan de schepen zelve.
De 40-jarige herinneringsfeesten der voormalige flankeur-compagnie der
Groninger en Franeker studenten zullen in September of Augustus e. k,
gehouden worden.
Bij de beantwoording van het voorloopig verslag der tweede kamer om
trent hoofdst. VIII der staatsbegrooting heeft de minister van oorlog, gevolg
gevende aan den geuiten wensch dat gewezen worde op de meest in het
oog vallende leemten en gebreken, welke zich bij ons krijgswezen hebben
doen kennen, vermeld, dat die hoofdzakelijk hebben bestaan in de geringe
getalsterkte der troepenterwijl hunne geoefendheid en bruikbaarheid vopr
den oorlog te wenschen hebben overgelaten; in de onvoldoende organisation
der verschillende staven en dienstvakkenwaardoor vele officieren aan hunne
dienst bij den troep moesten onttrokken worden en het reeds ver van ruime
officicrskader dikwijls ongenoegzaam werd, in gebrek aan paarden bij de
cavalerie en artillerie, zoodat de veld-escadrons bij de cavalerie niet spoedig
genoeg op hunne organieke sterkte konden gebragt worden, en de batterijen
veld- en rijdende artillerie te veel tijd behoefden om met zes stukken en de
daarbij behoorende voertuigen te kunnen uitrukken. Het in batterij stellen
van het geschut in de vestingen en versterkte plaatsen vorderde te veel
tijddaar waar de vuurmonden en het verder materieel niet in de nabijheid
der batterijen waren opgelegdterwijl het in staat van verdediging brengen
der vestingen in liet algemeen meer tijd vorderde, dan waarover bij plotse
linge en ernstige bedreiging in sommige gevallen welligt zou mogen worden
beschikt. Voorts was de voorraad patronen niet voldoende, hetgeen veroor
zaakt was door de opgedane ervaring, dat de messingen hulzen niet vol
doende bestand zijn tegen bewaring in de magazijnenten gevolge waarvan het
raadzaam was geacht, de proefneming af te wachten, welke tot eene meer
dunrzame huls moest leiden; zijnde deze thans in eene buis van getrokken
rood-kopcr-plaat gevonden. Eveneens bleek de aanwezige voorraad kleeding
en uitrustingstukken bij de opkomst der vier afwezige ligtingen van de
militie niet dadelijk voldoende om in al de behoefte te voorzien; verder
bleken de voorhanden paardentuigen voor een groot deel niet meer geschikt
voor het doel. Terwijl eindelijk belemmeringen van onderscheiden aard
zich bijzonder hebben doen kennen als een uitvloeisel van de omstan
digheid, dat bij de bestaande wetgeving slechts op twee scherp afgelee-
kende locstanden, die van vrede en van oorlog, wordt acht gegeven
en dc toestand van voorbereiding tot den oorlog geheel builen beschou
wing wordt gelalen. Hoezeer het buiten ecnigen twijfel is, dat dit
alles verbetering en spoedige verbetering eisclitzoo mag bij hel beoor-
deelen van den loestand onzer strijdmiddelen tijdens de mobilisatie van
het vorige ,;aar toch niet uit liet oog worden verloren, dat die toestand
voor een goed deel een gevolg was van een bijna 40-jarig tijdperk van vol
komen vrede, en voorts van den overgangstoestandwaarin vele zaken zich
bevonden. Nederland was geenszins de cenige slaat, die in liet vorig jaar