slatioi) den trein verlaat. Intusschen zijn de beëedigde beambten en bedien den van den spoorweg alleen bevoegd tot liet opsporen der overlredingen van de spoorwegwet, van den algemeenen maatregel van inwendig bestuur, in art. 24 dier wet vermeld, en van het in art. 4 bedoeld reglement. Die bevoegdheid kan niet worden uitgebreid en in vermeld geval hare onregt- malige uitoefening nimmer aanleiding geven tot strafvervolging. Verder te reizen dan bet station, waarvoor plaatsbewijs is genomen, zonder kennis geving aan den hoofd-conducteur en bijbetaling van de bijkomende vracht, is strafbaar, maar niet strafbaar is minder ver te reizen dan het station, waarvoor het genomen plaatsbewijs geldt. Te Bodegraven is eergisteren de eerste steen gelegd van liet te bouwen nieuwe raadhuis. De gemeenteraad van Amsterdam heeft zijn vroeger genomen besluit, dat de zoogenaamde voorjaars-kermis aldaar niet zal gehouden worden, in zooverre gewijzigd, dat. op voorstel van burg. en weth., aan kramers, die aldaar woonachtig zijn en op het bevolkingsregister als zoodanig bekend staanvergund is kramen op te slaar.mits deze aldaar aanwezig zijn en onder de waarborgen door burg. en weth. noodig geacht. Dit besluit werd na eenige discussie met 25 tegen 8 stemmen genomen. Te Spaarndam bevond zich dezer dagen het 3-jarig zoontje van den werkman C. Ruygvoorn aan de binnenzijde der kleine sluis op de straat, en geraakte niet ver van de sluisdeuren verwjjderd te water. De sluiswach ter A. Spaans, die zelf vader van een nog jeugdig kind is en niet kan zwemmen, sprong, toen hij het gevaar bemerkte, waarin het kind ver keerde, geheel gekleed te water, en slaagde er in, na groote inspanning en gevaar voor eigen levenliet zinkende knaapje te redden. Te Leeuwarden is üingsdag avond, omstreeks 10 uur, brand ontstaan in eene bakkerij op de Nieuweburen. De bakkerij, zoomede de bergplaats van- en de daarin aanwezige brandstollen enz. zijn daarbij een prooi der vlammen gewordenook moeten er een paar varkens zijn omgekomen. De brand, door den wind aangewakkerd, had eerst nog al een dreigend aan zien maar door de werking van een zestal spuiten was men na een goed uur haar volkomen meester. De oorzaak moet, naar men zegt, aan onvoor- zigligheid worden toegeschreven. De bakkerij enz. was bij de stads-brand- kas alhier verzekerd. Te Beerta is een persoon, die een praam met kalk gelost had, en daarbij veel gedronken had, waardoor in de door hem binnengekregen kalk waarschijnlijk een scheikundig proces ontstond, aan de gevolgen daarvan overleden. Een ander kreeg onder dezelfde omstandigheden verschrikkelijke maagpijn, maar deze raakte aan het braken, en had daaraan misschien zijn behoud te danken. Men meldt uit Groningen: Terwijl een der meest geachte geneesheeren in deze stad, dr. de la Faille, zijn gewone bezoeken aflegde, ging eensklaps bet paard van zijn rijtuig op hol. Genoemde heer trachtte, door uit deu wagen te springen, zich voor erger onheilen te vrijwaren, met dit ongeluk kig gevolg evenwel, dat hij zeer ernstige wonden heeft bekomen, en er zeker vrij wat tijd zal moeten verloopeueer hij in slaat zal wezen, zijne gewone bezigheden te hervatten. Te 's Hertogenbosch had eergisteren een treurig ongeval plaats. Een 13-jarig jongeling, werkzaam in de linlfabriek van de hh. van der Heyden en Windelinx, is tusschen het vliegrad der stoommachine geraakt; eenige malen rondgeslingerd, werd zijn hoofd verbrijzeld en was lijj terstond een lijk. De minister van financiën heeft geantwoord op het verslag van de tweede kamer nopens het ontwerp tot aanvulling der wet op de middelen. Voor zooveel die voorgestelde wijze van aanvulling voor het dienstjaar 1871 reeds bij de algemeene beschouwingen over de definitief vast te stellen begrooting ter sprake is gebragt, kan de minister van zijne zijde zich aan het antwoord op die beschouwingen gedragen. Dit geldt bepaaldelijk ten aanzien der opmerkingen omtrent het uitstellen van het sluiten eener geld- leening voor de voltooijing der staats-spoorwegen. De gunstige toestand van 's rijks kas, waaromtrent opheldering werd gevraagdis inzonderheid aan de volgende oorzaken toe te schrijven. Vooreerst hieraan dat, terwijl de belastingen geregeld, op een betrekkelijk klein bedrag nareeds in hel jaar waarover de dienst loopt worden opge- bragt, een belangrijk bedrag aan uitgaven eerst in den loop van bet daarop volgende jaar betaald behoeft te wordenten andere aan de aanwezigheid in 's rijks kas van gedeponeerde provinciale en 's rijks bijzondere fondsen, onder welke laatste inzonderheid dat voor den aanleg der staats-spoorwegen, waarvan hel saldo op uit. Februarij II. nog eene som van ongeveer/C.fiOO.OOO bedroeg, en ten derde aan de zeer gunstige werking, in dit opzigt. van de wel van 23 April 1884 Staatsblad n". 35) tot regeling van de wijze van beheer en verantwoording der geldmiddelen van Nederiandsch Indië. Inge volge die wet worden zeer belangrijke bommendie onder de vroegere orde van zaken lijdelijk onder berusting bleven van de Nederlandsche handel maatschappij, thans, zoodra zij beschikbaar zijn, in 's rijks schatkist over- gebragt. Op 1" Januarij 1871 bedroeg het beschikbaar saldo van het depar tement van koloniën, na aftrek der gehecle bijdrage aan 's rijks schatkist over 1870. ruim ƒ12,600,000 en thans is het na aftrek van een evenredig gedeelte der bijdrage over 1871 tot ongeveer 4,890.000 geklommen. In de behoeften der Indische kassen wordt sedert eenigen tijd voor een groo:cr deel dan vroeger door afgifte van gonvernementswissels voorzien. De uitzending van specie, die, uit den aard der zaak, steeds eenige maanden iroeeer dan de betaling der wissels geschieden moet, kon daardoor worden ingekrompen. Ook deze maatregel heeft tot de belangrijkheid van het laatst bedoelde saldo bijgedragen. Voorts heeft lol de beperking der uitzendingen en dus tot de ruimte van kas hier te lande kunnen medewerken de aanwezigheid in de Indische kas sen van de saldo' der diensten 1866 en vroeger. Ook het voorhanden zijn van een nog builen bestemming gebleven saldo op de dienst 1867 der Indische begrooling zal daartoe hebben bijgedragen. Voor snelle en aanzienlijke vermindering der kas behoeft dus, naar het schijnt, vooreerst nog geen vrees te bestaan. 's GRAVENHAGE. 6 April. Door Z. M. is aan den heer jhr. J. G. F. van Spengler, arrond.-betaal- meester te Winschoten, vergunning verleend tot het dragen der onderschei dingsteekenen van kommandeur der orde van Isabella la Catholica, hem door den regent van Spanje geschonken. Aan den met verlof hier te lande teruggekeerden kapitein-kwartier- meester van het leger in Ned.-Indië A. W. H. de Haan is, wegens ligchaams- gebreken, eervol ontslag uit de militaire dienst verleend. De minister van binnenl. zaken zal Zaturdag aanst. geen gehoor verleeneu. Een aantal ingezetenen heeft zich bij adres tot den raad gewend met verzoek de kermis dit jaar te doen plaats hebben in de maand Julij aanst. Burg. en weth. verklaren in hun praeadvies aan den gemeenteraad, dat dit adres door hen niet kan worden ondersteund. «Uw besluit toch. zeggen burg. en weth., van 7 Maart jl. was gegrond op de overweging dat de pokziekte, al mogt zij in Mei geheel zijn geweken, zeer ligtelijk weder zou kunnen worden bevorderd door de omstandigheden, onafscheidelijk met de kermis verbonden. Maar de ervaringzoo hier als in andere bevolkte ge meenten verkregen, heeft geleerd dat de verschijnselen der ziekte, die wij sedert het najaar van 1870 te betreuren hebben, doorgaans gedurende een vol jaar en soms zelfs nog langer tijd aanhouden. Tegen het laten door gaan der kermis in Julij gelden derhalve, zoo al niet volmaakt dezelfde, dan toch nagenoeg gelijke bezwaren als tegen eene kermis in Mei, zoodat burg. en weth. in bedenking moeten geven op der adressanten verzoek af wijzend te beschikken." Burg. en weth. hebben het volgende voorstel aan den gemeenteraad gedaan: Bij de overweging der aangelegenheden van den schouwburg alhier, is in de vergadering van burg. en weth. de vraag gerezenop welken grond de localeu, zonder eenige vergoeding te vorderen, plegen te worden in ge bruik gegeven aan vereenigingen buiten de directiën van den koninklijken Hollandschen schouwburg. De opmerking kwam juist voor dat het niet meer dan billijk en regelmatig zoude zijn, wegens dat gebruik aan de ge meente eenige vergoeding te verzekeren voor de kosten van onderhoud der zaal en decoratiën, alsmede eene bijdrage in de kosten van het regt van' patent, hetwelk door baar voor alle voorstellingen zonder onderscheid wordt gekweten. Het ligt niet in de bedoeling zoodanige vergoeding dermate op te voeren, dat zij een bezwaar wordt voor de ondernemers, terwijl zij ooknaar het voorkomtwegens uitvoeringen met een be paald liefdadig doel, gelijk b. v. de concerten der maatschappij /«de Toe komst," niet zou moeten worden ingevorderd. Naar aanleiding van hetgeen voorafgaat hebben burg. en weth. den raad voorgesteldvoor het gebruik van den schouwburg, voor zoover dat niet wordt gevraagd, met een uit sluitend weldadig oogmerk, per avond te vragen eene bijdrage van 50 in de kosten van onderhoud en palent. BUITENLANDSU1E BEItlGTKiN. ENGELAND. LONDEN5 April. De koningin heeft Maandag 11. eeu bezoek gebragt aan de familie van den ex-keizer te Chislehurst. - Het lagerhuis heeft met bijna eenparige stemmen besloten lot de tweede lezing van de voordragt der regering ter invoering van de geheime stem- uitbrenging en van andere verbeteringen bjj de verkiezing van leden voor het parlement en voor de gemeenteraden. Enkele leden zagen in de voorge- dragene veranderingen eene volslagene omkeering van het bestaande kies stelsel en meenden dat het lagerhuis met het aannemen daarvan een ver- oordeelend vonnis over het kiesstelsel waaruit het is voortgekomen, dus mede over zich zelf,- zou uitspreken en alzoo terstond na het lot stand komen dezer wet ontbonden zou moeten worden. FUAN KR IJ K. Met betrekking tot den jongsten strijd voor Parijs verneemt men dat de troepen der Commune ongeveer 60,000 man sterk waren, verdeeld in drie colonnes, onder het opperbevel van generaal Bergeret, een man zonder militaire kennis. Die kolonnes zouden zich te Versailles, het doel van den aanval, ontmoeten. Bij den uittogt was de geestdrift groot, zoo zelfs dat men behalve de gewone kreten, ook nog hoorde dien van />a Berlin!" De afloop was voor deze troepen zeer noodlottig en in ontredderden toestand bereikten de meestcn de hoofdstad. De nationale gardes geven voor dat men had verzekerd dat de Mont-Valérien in handen der Commune was en dat dit verraad hunne nederlaag heeft beslist. Volgens een ooggetuige wer den de gevangen genomen vluglelingen niet zeer zacht behandeld. Hij had velen van dezen zien gevangen nemen en onder verschijnselen, die van minder welwillendheid getuigden dan waarop de communisten gerekend hadden. De soldalen namelijk overlaadden de gevangenen met allerlei ver- wenschingen. Een hunner, die in de uniform der linie-troepen was, ontving met de kolf van het geweer slag op slag. Drie gevangenen schenen gevaar te loopen van op staanden voet gefusilleerd te zullen worden. Maar een generaal kwam tusschen beiden en zeide dat zij erger lot verdiend hadden; dat zij, namelijk, met de diepste verachting behoorden behandeld te worden. Zelfs zij, die het zwaarst gekwetst werden, vonden geen mededoogen. Zij werden onbarmhartig bespot. De verbittering kon van weerszijden kwalijk grooter geweest zijn. De gendarmes waren nog het minst vatbaar voor medelijden. Men hoorde een hunner zeggendat het niet noodig was touw te zoeken om de gevangenen te binden, want bij de minste poging om te

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1871 | | pagina 2