gesnuffeld. Een van hen vond een ouden tabakszak, waarop een prentje stond, en nam dien mede naar huis. Eenige dagen later kreeg toevallig de vader den zak in handen en ontdekte, dat die eene waarde van ongeveer ƒ170 aan coupons bevatte. Al spoedig werd nu de zaak ruchtbaar, en behalve de vinder meenden thans zoowel de erven O., die het huis hadden verkocht, als de koopers van dit laatste op die gelden aanspraak te hebben. Ten slotte zijn de eersten in het bezit gesteld, terwijl de arbeider, wiens kind den schat vond, een derde gedeelte heeft gekregen. 'sGRAVENliAGE. 27 Januarij. Tot ontvanger der directe belastingen te Dordrecht is benoemd de heer W. F. Lamoraal Wichers, thans in die betrekking te Gorinchem. De hooge raad der Nederlanden heeft heden uitspraak gedaan in de bekende zaak van den heer Angelbeek tegen den staat der Nederlanden, en na uitvoerige uiteenzetting der feiten en wederzijdsehe conclusion gecon cludeerd dat, zoo de eischcr heeft eene burgerregterlijkc schuldvordering, deze alleen aangaat de regering in Ned. Indië, en dal de eischer haar langs den weg van art. 159 der wet op de regt. organisatie in Ned Indië, aldaar kan en moet doen gelden; dat derhalve de ingestelde vordering in haren ganschen omvang en zamenhang is niet ontvankelijk tegen den gedaagde. De hooge raad heeft den eischer verklaard niet ontvankelijk tegen den ge daagde in zijne ingestelde vordering en hem veroordeeld in de kosten van het geding. De hooge raad. zamengcsleld als raad van revisie, heeft uitspraak ge daan in de zaak van de Ned. Rijnspoorwegmaatschappij, eischeresse, tegen den staat der Nederlanden, gedaagde. De raad heelt den eisch in revisie, door de Ned. Rijnspoorwegmaatschappij ingesteld, ongegrond verklaard, ver- worpen de ingestelde voorziening en bevestigd het arrest van den hoogen raad den 27elsn Januarij 1870 in deze zaak gewezen, waarbij is verwor pen eene door de spoorwegmaatschappij opgeworpen exceptie als zoude de hooge raad onbevoegd zijn, om als regler in eersten aanleg kennis te nemen van eenen eisch in vrijwaring, door den staat tegen genoemde maat-: schappij ingesteld. In de jongstleden door den gemeenteraad alhier gehouden zitting is ingekomen de volgende missive: 'sGravenhage, 19 Januarij 1871. Aan hceren burgemeester en wethouders van 's Gravenhage. »Uw schrijven van den I3,1en dezer, n°. 189/175. 2* afd., gaf mij aan leiding kennis te nemen van de briefwisseling betreffende het verzoek om een rijkssubsidie ten behoeve der hoogere burgerschool uwer gemeente. Hetgeen door 'sGravenhage uil eigen beweging, zonder hulp der regering, voor het middelbaar onderwijs is gedaan, doet zien, dat dit gewiglig belang hier ter stede niets dan uwe voortdurende zorg behoeft. Voor de eerste oprigting, vijf of zes jaren geleden, kon, zooals in andere aanzienlijke ge meenten geschied is, zijn getwijfeld, of men zonder bijstapd.des gouver- ncments het doel zou bereiken. Nu evenwel die school sedert eenige jaren bestaat en in bloei toeneemtblijkt dat de gemeente leregt op eigen kracht vertrouwde, en hetgeen zij ondernam, haar niet te zwaar is. De minister van staat en van binnenl. zaken, Thoiibecke." Op eenen brief van den voorzitter der vereeniging tot onderzoek der middelen ter verbetering van den gezondheidstoestand alhier, inhoudende dat het wenschelijk zou wezen in eene der stralen van de residentie, waar dc pokken hevig heerschenteer te doen branden, hebben burg. en welli. daaromtrent het gevoelen gevraagd van den inspecteur voor het geneeskun dig staatstoezigt in Zuidholland. De heer inspecteur deed daarop aan burg. en welh. een schrijven geworden van dezen inhoud: //In UE. A. missive van 18 Januarij jl. wordt, naar aanleiding van een tot ti gerigt schrijven, hetwelk hierbij teruggaat, mijne meening gevraagd over het branden van teer, als middel tol reiniging der lucht hij de heer- j schende pokken-epidemie. Dat de smetstof der pokken zou zweven in de j lucht op dc straat is niet aan te nemen. Slechts indien dit zoo ware, zou, naar mij voorkomt, het branden van leer op straat nuttig zijn. Teerdam- pen in de woningen en ziekenvertrekken der poklijders te ontwikkelen, ware welligt nuttig, maar dit is niet doenlijk. Over het branden \an teer werd ook in Julij 18ti0, bij het heerschen van cholera, door EE. A. mijn gevoelen gevraagd. Ik veroorloofde mij toen, in mijn schrijven van 19 Julij 1866, EE. A. te doen opmerken hoe dit middel, in vorige eeuwen zeer ge bruikelijk, ook in lateren tijd tegen verschillende besmettelijke, ziekten werd aangewend, doch zonder vrucht. Kort daarop, in een brief van 25 Julij 1866, deelde ik ook aan UE. A. de uitkomst mede van mijn onder zoek naar de juistheid van een dagbladbcrigt, betreffende den heilzamen invloed, dien het branden van teer te Uitgeest zou gehad hebben. Dit bè- rigt bleek geheel onjuist. Het komt mij voor dat ook bij de thans heerschende epidemie zeer wei nig grond is om van het branden van teer heil te verwachten. Wenschelijk ware hel, dal de ingezetenen, in plaats van in dergelijke uitwendige mid delen hun heil te zoeken, zeiven de verbreiding der ziekte tegengingen door j algemcenc koepokinenting, door algemeene reinheid, door zuivering van alles wat in de nabijheid van een poklijder is geweest en het zooveel moge lijk isoleren der besmette woningen. Men verzuimt de voorbehoedende vac cinatie, men stelt zichzelven en anderen roekeloos aan besmetting bloot, en als de ziekte zich verbreidt, wil men dat de epidemie, die men zich zelve op den hals heeft gehaald, van regeringswege worde weggenomen!" RUI T K X LA N USCIl K 1 SEi IG T K NI ElVGELANBi LONDEN 26 Januarij. De demonstratie ter eere van Jules Favrc heeft, gelijk berigt werd, plaats gehad zonder diens tegenwoordigheid. Volgens de Globe liep deze demonstratie, gelijk meermalen met plegligheden van dien aard het get aa is, bespottelijk af. Twee uren lang liet een volksmassa, grootendeels u <h gepeupel bestaande, zich natregenen op Trafalgar-square Aan zakkenroller de verwarring en geschreeuw ontbrak het niet, vooral, daar liet avond wa: n( en de pogingen om het plein met petroleumlampen te verlichten grootelijl uitliepen ten nadeele van de omstanders, die, ten gevolge van het gedram met het brandende vocht ruimschoots besprenkeld werden. Een dronki ,0 soldaat, die zich door de menigte een weg had gebaand, gaf drie //hoera voor Frankrijk, «uit naam van het Britsehe leger", en werd uitbundig to 01 gejuicht. De heer Odger presideerde: en redevoeringen werden gehoudi Fi door Fagan, een Iersch werkman, Weber, een Duitsch radicaal, en andere ve Hier te lande is een schrijven uit Zanzibar van 8 December jl. ontva ni gen, bijzonderheden mededeelende, waaruit naar het oordeel van deskundige 111 blijkt dat Livingstone van zijne reis in Afrika's binnenland behouden leri verwacht mag worden. r« Naar men uit Konstantinopel aan de Times meldt heeft aldaar eei 21 vechtpartij lusschen de twee partijen der Armcnisch-kalholijke kerkgemeen sc plaats gehaden wel wegens hel gebruik van zeker kerkgebouw. Dc Turl g< sclie policie moest tusschen beiden komenom te verhoeden dat die christei vi broeders elkander vermoordde!!. gi -De prins van Joinvillc heeft in een schrijven aan de Times eenige c w heldering gegeven omtrent zijn verblijf in Frankrijk. Naar hetgeen 1 w schrijft, deed hij onlangs aan den generaal d'Aurelles het aanbod ondt w eenen valschen naam in het Loire-leger dienst te doenmaar werd dit aai vv bod door dien generaal afgewezen. Toen Chanzy aan hel hoofd van d D leger gel reden was, bood hij dien de dienst van zijnen degen aan. Cham li nam die aan, doch wendde zich lot Gainbetta met verzoek om goedkcurii v; van zijn besluit. Daarop werd de prins ingevolge een bevel van het bewk w in hechtenis genomen en naar Engeland gezonden. De prins verklaart ve d der, dat hij zich aangaande Gambelta nooit heeft uitgelaten in zulken gee d als sommige dagbladen hebben verzekerd, en dat hij dien heer nimmi d heeft gesproken of gezien. v De correspondent van het Daily News schrijft: Gambetta heeft v Rijssel meermalen gesproken en verklaard dat Pruissen zijne laatste kaa t uitspeelt. Ooggetuigen van Pruissens krachtsontwikkeling mecnen dat i z aan dat land, betrekkelijkerwijze gesproken, niet zwaar is gevallen. Ma: Gambetta beweert dat Pruissen eerlang onder den last eener bovcnmenscli k lijke krachtsinspanning bezwijken moet. Doch in zijne gehouden redeye t ringen schijnt hij op twee punten een opmerkelijk stilzwijgen te hebben s acht genomen: terwijl hij blijft bij het besluit om geen duimbreedte Frans 1 grondgebied af te staanzegt hij geen woord van Fransche vestingeni 1 van hel «heldhaftige Parijs", het onderwerp der bekende rede, die hij i den nieuwjaarsdag te Bordeaux hield, wordt niet eens gewag gemaakt. i Te Parjjs is de ingenomenheid van het publiek tegen Trochuna dl i mislukten uitval van eergisteren, zoo sterk, dat er eenige voldoening dat t aan zal moeten worden gegeven, dewijl het anders tot eene geweldige t 1 barsting zou komen. De rooden in de voorstad Belleville dreigen reeds i eene beweging; zij hebben alles gereed, een nieuw bewind met Ledru Ut lin aan het hoofd, eene lijst van nieuwe ministers, en eene lijst van dj i pere patriotten, die de troepen zullen aanvoeren en de regelen der krijs i kunde, zoo zwaar bij Trochu wegende, stoutweg zullen ter zijde stelle i Sedert de dagelijksche uitdeeling van brood door de overheid is beperk 1 is het vrouwelijke deel der bevolking veel minder gestemd voor verwerii 1 tot het uiterste, dan zij vroeger was. Er zijn natuurlijk lieden, die tot li einde toe den kreet: verwering tot den dood! zullen doen hooren, ten eim 1 zich voor het vervolg eene plaats op het politieke tooncel te verzekerei doch ik denk dat, tenzij de stemming der bevolking in de eerstvolgem dagen veranderde, en dit kan zeer wel gebeuren, het slotlooueel der bel gering plaats zal grijpen zonder onlusten of opschudding van gevaarlijk! aard. Maar onze bewindslieden zijn zoo zwak, zoo wars van doortaslei dat een klein aantal vastberaden lieden aan hel hoofd van eenen kleinC volkshoop onheil zou kunnen slichten. De Globe deelt uit de dezer dagen ontvangen berigten uit Parijs 0, het volgende mede: Er zijn thans binnen Parijs 3''8 paren molensteen aan het werk, welke per dag 7800 centenaars goed meel leveren. De re? ring heeft vóór de insluiting eene groote hoeveelheid molensteenen gekocl en de molens werken in eenige spoorwegstations, waar zij door locomotii worden gedreven, in een groot etablissement, waar slooinvermogen a; kleine industriëlen verhuurd wordt, en bij de firma Cail Cie,particulie ondernemers. Gedurende deze maand worden alle paarden, die parliculi eigendom zijn, zonder onderscheid, naar gelang der behoefte, onteigen en het verlies van eigendom, hetwelk dit teweegbrengt, is vreeselijk. S is een geval bekend, dat een span koetspaarden, hetwelk een paar maand geleden 200 gekost heeftnaar de slaglerijen gezonden is en dat de ei; naar daarvoor 48 heeft ontvangen; en men zegt, dat een prachli Eneelsche hengst, die meer dan'1000 gekost heeft, tot dergelijken pri verkocht is. De paarden der omnibus maatschappij enz. brengen daarentejS meer op dan zij in gewone tijden voor den vilder waard zijn. namelijk of tien stuivers per pond levend gewigt. De beste stukken worden trouwt! later voor twaalf stuivers het pond verkocht. De honden en katten i zonder twijfel bijna allen verslonden. De brandstof levert groote moeij lijkheid op. Hel groene bout, hetwelk in de bosschen en elders gehakt i kost 30 stuivers den centenaar, en wordt ons afgeleverd bij partijen, i ongeveer voldoende zijn voor ée'11 vuur; het brandt iets beter dan eene na! spons. Sedert eenige dagen zijn timmerhout, steigerpalen en allerlei hoi soorten te koop; dit kost bijna tweemaal zoo veel, maar is viermaal» veel waard als groen hout. FRANKRIJK. Naar men uit Parijs meldt vielen den 18d"> verscheidene bommen het ministerie van koophandel cn landbouw, doch zonder er eenige scl»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1871 | | pagina 2