stand te brengen. Zelfs was hij in 1839 benoemd tot voorzitter der com missie te Antwerpen, die zich met de uitvoering van het verdrag van Londen had bezig te houden, doch hij meende voor die onderscheiding te J moeten bedanken. De nieuwe regelingen, vooral het herstel der geldmiddelen in Nederland, deden op hem het oog vallen als minister van financiën, tot welke hooge betrekking hij den l*1'" Augustus 1840 geroepen werd. Onder de meest uit komende punten der loopbaan van dezen staatsman, behoort zijn bewind i over de geldmiddelen, dat hij niet aanvaardde dan onder voorwaarde dat het amortisatie-syndicaat zou worden afgeschaft, de staal van 's lands financiën geheel zou worden blootgelegd, en dat de eerste grondslag ter verbetering zou zijn de vervroegde overgang der uitgestelde en werkelijke schuld. Men voege bij die maatregelen de vereffening der geldelijke vraagstukken met België, en de nieuwe regeling der algemeene rekenkamer in verband met dc in 1848 aangenomen regeringsbeginselen. Nog uitgestrekter ontwerpen had de minister beraamd: een conversieplan, dat echter na een hevigen strijd in Junij 1843 met eene zeer geringe meerderheid door de tweede kamer werd afgestemd. Daar hij bij zijne overtuiging nopens zijn ontwerp bleef, en dat j niet meende te mogen noch te moeten wijzigen, diende hij liever zijn ont slag in en gaf daarvan met tredende woorden ook aan de kamer kennis. Ook in 1841 had de heer R. van zijne bekwaamheid als diplomaat blijk ge geven, door de regeling van dc zaken van Luxemburg; na zijn ontslag als minister van financiën, werd hij tot gezant in België benoemd, waar hij Falck had te vervangen. Zonder dat hij dezen zoowel in Nederland als in België hooggevierden staatsman kon doen vergeten, wist hij mede aan beide zijden ruimschoots de genegenheid tc verwerven in een nog altijd moegelij ken tijd van verefleuing van zaken en wegwisschiug van veeten. Van Julij 1843 tot Februarij 1845 vervulde hij den post van gezant te Brussel en vlerjend waren de betuigingen van leedwezen over zijn vertrek. Koning Willem 11 had hem echter lot nog hooger werkkring geroepen; de heer Roclmssen werd benoemd tot gouverneur-generaal van Neêrlands-Indië. Van 28 Sept. 1845 tot in 1851 vervulde hij die gewiglige betrekking, gedurende welken lijd hij vele moeijelijkheden had tc boven te komenverbonden zoowel aan innerlijke regelingen, aan uitbreiding van den aanplant van verscheiden producten, van de invoering van de nieuwe wetgeving, als aan krijgsonder- ncmingen tot handhaving van 'stands gezag. De gewezen landvoogd heeft, na zijn terugkeer, zijne handelingen en maatregelen als zoodanig in een daartoe opzettelijk bestemd geschrift geschetst. Na zijn terugkomst in het vaderland, deed de werkzame staatsman verscheiden reizen buiten 's lands, ook om van zware huisselijke rampen te bekomen (hij was voor de tweede maal weduwnaar). In 1856 zag men hem het openbare leven weder intre den. Hij werd van wege het district Alkmaar ter tweede kamer afgevaar digd, en kenschetste zich door menige beschouwing over financiëele en koloniale vraagstukken, gelijk door zijn voorstel tot onderzoek van het misbruik van sterken drank. In 1857 zijn ontslag genomen hebbende als volksvertegenwoordiger, legde hij weder veel werkzaamheid aan den dag in dc commissie nopens de kolonisatie in Indië. Een jaar later werd hij met de zamenstelling van een nieuw ministerie belast, en bleef hij tot I860 het beleid van de koloniën behouden. Ook nu trad hij liever af, na een votum van de tweede kamer, dan zijne overtuiging op Ie offeren. In 1869 viel hem de eer te beurt als afgevaardigde ter tweede kamer uit Amsterdam te worden verkozenen geen gelegenheid liet bij in of buiten de kamer voorbijgaan om zijne meening over vraagstukken ,van kolonialen aard en op ander gebied kenbaar te maken, meeningen, fiier gedeeld, daar bestreden, maar die toch altijd van degelijk onderzoek getuigdenen geuit in den fijn wellevenden loon, op de duidelijke wijs, Rochussen eigen. 'sGRAVENHAGE. 23 Januarij. Aan den Heer mr. P. van (Uiteren is op zijn verzoek eervol ontslag verleend als burgemeester van Zoeterwoude, terwijl als zoodanig is benoemd de heer H. Doyer Jz.voorts zijn benoemd lot burgemeester van Pannerden 1 de heer G. L. Verwaayenen tot burgemeester van Lichtenwoude de heer J. A. Basten Batenburg. Tot regter in de arrond. regtbank te Nijmegen is benoemd de heer j mr. F. W. Ketjen, thans regter in de arrond. regtbank te Hoorn; en tot notaris te Nieuwleuzen de heer F. Salie, cand. notaris te Maastricht. De scheepsklerken J. Mets en F. J. Muller worden geplaatst op het fregat Admiraal van Jf assenaer. De volgende personen, die. onder overlegging van een getuigschrift wegens afgelegd eindexamen van eene der hoogere burgerscholen met vijf jarigen cursus, hadden verzocht om als leerling-telcgraphist in aanmerking te- komen, zijn als zoodanig toegelaten: C. F. J. 11. Boeken, te Venlo; J. Ycrsteegh, te SidderburenR. van der Vecht, te Dedcmsvaart; F. J. Schotel, te Dordrecht; L. J. Sanlman te Hengelo. Voorts zijn, na vergelijkend onder zoek, als leerlingen voor de telegraphie toegelaten: R. van der Meulen rijkstelegraafklerk te SncekG. van Diermenrijkstelegraaf klerk te Amster dam; R. van Noort, rijkstelegraafklerk te - Dordrecht; S. J. Courlander. rijkstelegraafklerk te Rotterdam; J. W. van Eek, te Loosduinen; 11. Leb bink, rijkstelegraafklerk te Amsterdam; W. J. Knocs, te Kuinrc; G. de Kroes, rijkstelegraafklerk tc Rotterdam; \V. C. G. A. Giesing, te Nijmegen; J. G. Wannee, rijkslelegraalklerk te Rotterdam; J. P. Nollen, te Tiel; P. Wejjers, te Leiden; C. Fransen, rijkstelegraafklerk tc Amsterdam; L. Schil- lemans Wz., rijkstelegraafklerk te Rotterdam; E. L. van Baak, rijkstele graafklerk te Amsterdam. Naar men verneemt is de kolonel Engelvaartgouverneur der kon. militaire akademie te Breda, alhier aangekomen en heeft hij een langdurig onderhoud gehad met den minister Thorbecke. Men brengt dit feit in ver- i band met de aanstaande vaceltire der betrekking van minister van oorlog. HII. KK. 1111. de prinsen van Oranje en Frcderik hebben gisteren mid dag bij de familie Rochussen een bezoek afgelegd, ten einde hunne deelne ming te betuigen in het smartelijk verlies door haar geleden. H. M. de ko- j ningin heeft heden dergelijk bezoek aan de familie gebragt. Het stoffelijk overschot van wijlen den heer Rochussen zal morgen ochtend ten half elf ure op eenvoudige wijze naar zijne laatste rustplaats, dc algemeene burgerlijke begraafplaats, worden geleid. BUIT KM, A NSCIJK BKMGTEN. EVCELANB. LONDEN. 22 Januarij. In de hoofdstad wordt niet alleen het toenemen de kinderziekte waar genomen maar ook de scharlakenkoortseene niet minder besmettelij ziekte, maakt talrijke slagtoffers. Volgens den correspondent van het Daily News te Versailles woi Parijs met de meeste gematigdheid gebombardeerd. De Duilsche arlillej toch wordt volkomen in staat geacht alle openbare gebouwen ten i den der Seine, alsmede duizenden particuliere huizen plat te schieten, koning wil echter niet tot uilersten overgaan. Volgens een schrijven aan de Times zullen de forlcn en wallen i Parijs niet worden bestormd, omdat de koning de daaraan verbonden opoi ring van mensehcnlevens wil vermijden. FRAS KR IJK. Betreffende het Noorderleger wordt door generaal Scatelli aan i comité van verdediging het volgende gemeldGeneraal Faidherbe berigt dat den f 9d"> een verwoede slag geleverd is in den omtrek van St. Queni Onze troepen, die op bewonderenswaardige wijze aangevoerd werden, hai haafden hunne positiën tot in den laten avond. De manschappen waf toen zóó uitgeput van vermoeijenis, dal hel onmogelijk was hen in hut positiën te houden. Op St. Quentin terug te trekken zou de stad aan t bombardement prijs hebben gegeven. Verscheidene granaten waren reeds de stad gevallen en hadden schrik en ontsteltenis onder de bevolking spreid. De Pruissen ontvingen bovendien aanhoudend versterking. Er vit toen bevel gegeven om op Kamerijk terug te trekken. Aan dat bevel w gedurende den naeht gevolg gegeven. Wij leden zware verliezen, maar i moeten den vijand ook zware verliezen hebben doen ondergaan." Voorts meldt men uit Rijsscl: liet grootste gedeelte van het leger i Faidherbe is alhier aangekomen. Het 23,le corps bevindt zich in een bel genswaardigen toestandhet 22,te kwam in goede orde aan. Gener, Bessol is gewond. Er heerscht eene groole ontsteltenis Het groot gedeelte van het 23<u' corps bestond uit gemobiliseerden. Het spoorw station was vol vrouwen en kinderendie in tranen zich baadden. I schouwspel was aandoenlijk. Het hoofdkwartier is te Kamerijkandei zeggen te Douai gevestigd. De lieer Gambetla heeft zich naar Rijssel begeven en is aldaar dt de bevolking met geestdrift ontvangen. Hij heeft voor het hotel der p fectuur eene rede gehouden, die zeer toegejuicht werd. Hij zeide dat strijd tot het uiterste moet voortgezet worden en verklaarde zich nadri kelijk tegen de voorstanders van den vrede tot eiken prijs. Hij gaf dei ken aan de verachting der openbare meening -in Frankrijk prijs, die spo leren op gedeeltelijke nederlagen, ten einde te kunnen verklarendat voortzetting des oorlogs onmogelijk is, en die den vrede als het ware overrompeling wilden bezorgen. Verder protesteerde Gambetta tegen denkbeeld, alsof hij eene dictatuur wilde uitoefenen. Hij verzekerde dat zijn pligt wil doen uit naam van de eenheid en van de revolutie i Frankrijk. Ten slotte zette hij uiteen, dat de voortzetting des oorlo: zelfs al leden de Franschen de nederlaagden vijand zou te gronde rigt Maar, liet hij er opvolgen, Frankrijk zal ten slotte de zege behalen. De heer Gambetta heeft bepaald dat er geene corpsen vrijschutl meer zullen worden gevormd, en dat, waar de vorming van zoodanig coi aangevangen en nog niet ver gevorderd was, deze moest worden gestaa: De kerk Saint-Sulpice te Parijs is wegens de vele kogels, die er geworpen zijnvoor de godsdienstoefening gesloten geworden. PRUISSEN. BERLIJN. 22 Januarij. Uit Versailles zijn de volgende officiële bcrigten ontvangen van i 21,Un: De vijand heeft zich gisteren geheel op Parijs teruggetrokken. 1 hoogte van St. Cloud werden nog 15 officieren en 250 man gevangen nomen. Het aantal ongekwetste krijgsgevangenen te St. Quentin beloc 9000. In de stad zelve zijn 2000 gekwetsten gevonden. De dooden en gewonden, die nog in den omtrek liggen, zijn hieronder niet begrepe zoodat het verlies des vijands veilig op 15000 man kan geschat wordi Hij is op Valenciennes en Donai teruggetrokken en heeft Kamerijk w dar bezet. Het bombardement van Parijs is in dc laatste dagen onafaebroken vooi gezet. Den 2lst'" opende het belegeringsgeschut het vuur tegen St. De» j Eene poging in den nacht van den 2lslr" uil Langres ondernomen om tv in de omstreken van Chaumont geposteerde landwehr-compagniën te ovi rompelen, mislukte geheel. Von Treskow meldt dat de onzen in den nat van den 20"fn op den 21N,t" de door den vijand sterk bezette en verschat» bosschen Taillis en Bailly alsmede het dorp Perous veroverd hebben,! welke gelegenheid 5 officieren en 80 ongekwetste manschappen werd krijgsgevangen gemaakt. Ons verlies was niet van zoo geringe beteeken De Utaais-jénz. bevat ook eene depêche van graaf von Bismarck a den heer KernZwitsersch gezant te Parijster beantwoording van f door dezen en andere diplomalen ondcrlcekend schrijven, het verzoek I vattende, dat het thans nog aan hunne landgenooten mogelijk gemaakt i worden Parijs te verlaten. De heer von Bismarck verklaart daarin dat i verlangen volgens het volkenregt niet gegrond is; hij herinnert zijne nol: van 26 September en 4 November, waarin gewezen werd op het gevaa lijke van het vertoeven te Parijs. Noch het volkenregt, noch het oorlo; gebruik, vordert dat aan belegerden vooraf kennis gegeven worde van operaliën der belegeraars. Bij den verlengden tegenstand van Parijs b men verwachten dat tot het bombardement der stad zou worden overgegai Men verneemt dat Jules Favre den 13(ltn een vrijgeleide heeft verzoet ten einde zich naar Londen te kunnen begeven. De heer von Bismar: heeft den ie11"1 een weigerend antwoord gegeven, op grond dat het comi van nationale verdediging van Frankrijk geen bevoegdheid heeft om in nai van Frankrijk te handelen en in staatsreglelijken zin niet geacht kan wt den hel Fransche volk te vertegenwoordigen. Het toestaan van een vii geleide ter bijwoning van de Londensehe conferentie zou van de zijde Pruissen de eerste stap zijn om de wettige bevoegdheid van het comi van verdediging tej erkennen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1871 | | pagina 2