PEK TELEGRAAF. uwe uiedepligtigcn van 1851 er te eeniger tijd toe, ecne boetkapel te bou wen, dan kan zij daarin eene geschikte plaats vinden. Voor Parijs hebben de Duilsche soldaten, hunne officieren erkennen liet, weinig verschoond. De kasteelen Mctlemich, Malmaison, Beauregard zijn verwoest, spiegels en tapijten verbrijzeld en vernield. Uit de kost baarste voorwerpen zijn verschansingen gebouwd; een onder andere verte genwoordigt eene waarde van ƒ18000. Gravures, schilderijen, pianino's, vleugels, geheele bibliotheken, porseleinen voorwerpen, alles wat voor de hand lag is er voor gebruikt. In het kasteel Malmaison hebben de soldaten een groole tafel gedekt en op elk bord een stuk van een Parijscben bom gelegd; aan het hoofdeinde prijkt op een kostbaren fluvveelen fauteuil een niet-gesprongen renzenbom. PHCISSEV. BERLIJN. 4 Januarij. Eene deputatie van het heerenhuis heeft zich naar Versailles begeven om het door dat huis vastgestelde adres aan den koning over te brengen. De dagbladen deelen het antwoord mede, hetwelk de deputatie van den koning ontvangen heeft. Z. M. zeide hoofdzakelijk: De inhoud van hel door tl voorgelezene adres van het heerenhuis kan mij niet dan verblijden, en te regt hecht gij aan de plaats en den dag, waarop ik het adres van u aanneemeene zijne waarde verhoogende bcteekenis. Wat het heeren huis zegt van de gewigtige gebeurtenissen, welke ons herwaarts gebragt hebben, doet mij denken aan het leger, aan hetwelk wij deze overwinnin gen te danken hebben, maar noopt mij tevens dien dank ook aan het heerenhuis te betuigen voor de juiste waardering en vaderlandlievende onder steuning van mijne reorganisatie des legers, welke zoo langdurige tegen werking moest ondervinden: die medewerking van het heerenhuis zal ik nooit vergeten. Nog van ecne andere hoogst gewigtige gebeurtenis, die ons nog wacht, gewaagt uw adres, eene gebeurtenis die als zinnebeeldige voor stelling van de zoo lang vurig gewenschte eenheid van Duitschlatid te be schouwen is. Met li zeg ik: moge die eenheid zich tot eere Gods en tot vreugde der menschen bevestigen; maar moge het ook nooit vergeten wor den. dat het de gansche historische ontwikkeling van Pruisscn is. die lot het thans bereikte doel geleid heeft. De Augsb. Allg. Zeil. schrijft betreffende de Luxemburgsche quaeslie: In onze diplomatieke kringen wordt er niet aan getwijfeld dat Luxemburgs staalkundige positie, zoo niet voor, dan toch in alle geval bij het sluiten van den vrede eene verandering zal ondergaan, waardoor voor het vervolg dergelijke verwikkelingen zullen worden voorkomen, gelijk zich in 1867 hebben voorgedaan en overigens uit de onzijdigheid van zulk een klein land ligt kunnen voortvloeijen. Het wordt er voor gehouden dat het eenvou digste en meest waarschijnlijke middel lot oplossing der bestaande quaestie hierin ligt: dat het groothertogdom aan prins Hendrik der Nederlanden af gestaan en in den Duilschen bond opgenomen wordt,-op denzelfden voet als de tegenwoordige Noord-Duitsche bondstaten. Van een verkoop van dat land aan de Pruissische kroon is tot nog toe niet ernstig sprake geweest, en er zijn ook geen kenteekenen, waaruit men kan opmaken dat hier tot zulk een aankoop eenig plan bestaat. Bij de overgave van Mézières zijn 2000 gevangenen, waaronder 98 officieren, 106 kanonnen en een aanzienlijke voorraad levensmiddelen in onze handen gevallen. Vroeger is reeds gemeld dat van wege den Noord-Duitsehcn bond bevel is gegeven tot het formeeren van zoogenaamde garnizoensbataillons. Thans worden nadere bijzonderheden dienaangaande openbaar gemaakt. Elk der 12 groote divisiên des lands, welke een afzonderlijk armcccorps vormen dragen tot de bedoelde nieuwe troepenformatie bij 4200 man. Het totaal dier bataillons is bepaald op 80, tellende 600 man elk, hetgeen een sterkte geeft van 48.000 man. Men onderstelt, dat definitief nil de dienst ontslagen manschappen, tot de plattelandsbevolking behoorendewelke des winters in het algemeen slechts gering loon kan verdienen, in grooten getale zich als vrijwilligers daarbij zullen aanbieden; wijders de personen, die, geringe ligcliaamsgebreken hebbende, tot heden om die reden van de militaire dienst zijn vrijgesteld, waarvoor zij echter geschikt mogen geacht worden; de ont brekende manschappen zullen des te gemakkelijker gevonden kunnen worden, dewijl het gegronde vooruitzigt bestaat, dat zelfs in geval de oorlog nog gedurende eenigen tijd mogt duren, de garnizoensbataillons spoedig ontbonden zullen worden; zoodra namelijk de ligting van 1871 voldoende in den wa penhandel zal zijn geoefend, zullen de garnizoensbataillons uit de dienst worden ontslagen. OOST K R B.5 H. De keizer heeft aan dr. Petermann, te Gotha, als erkenning van diens verdiensten jegens de wetenschap, vooral bij de Noordpool-cxpeditie, het kemmandeurs-kruis der Frans-Jozef-Oorde met de Ster verleend. De Presse bevat het volgende berigt uil Konstantinopel: AI de stam men in het noorden van Gelukkig Arabie en langs de kust der Roode Zee zijn in opstand. Mekka wordt ernstig bedreigd. De opstandelingen zijn van wapenen naar de nieuwste uitvindingen voorzien. Alleen de stam van Ha- dramaut is nog aan den Sultan gebleven. 's GRAVENHAGE5 Januarij. De verkiezing van leden voor de tweede kamer in .de hoofdkiesdislricten Assen en Dordrecht is bepaald op 31 Januarjj. De herstemming, zoo noodig, op 14 Februarij. LONDEN, 4 Januarij. De democratische partij bereidt eene demonstralie voor ter eere van Jules Favre, die hier verwacht wordt om de conferentie bij te wonen. R1JSSEL4 Januarij. De dag van gisteren was een dag van overwinning voor het Noorder-leger. Bapaitme en Behaignies zijn geheel afgebrand, Pe nnine is gebombardeerd en zoo gucd ais vernieldmaar het biedt nog altoos tegenstand. De weg naar Busigny is afgesnedendoch er is eene dienst tot vervoer van reizigers en goederen op Kamerijk .geopend. Nadere bijzonder heden ontbreken vooralsnog. BRUSSEL 4 Januarij. Hel dagLlad /c Nord deelt uit een correspondentie, welke het uit Parijs ontvangen heeft, en die van 30 December is gedag- leekend, mede dat verscheidene dagbladen, zooals de Patrio en de Temps, generaal Trochu beginnen aan te vallen, en een uitval eischen tot eiken prijs, terwijl anderen reeds Vinoy als opvolger van Trochu noemen. Onder- fusschen daalt de rente voortdurend en schijnt het onwankelbaar vertrouwen der verdedigers van Parijs zwakker te worden. BORDEAUX, 4 Januarij. De delegatie van het bewind heeft een door alle leden ondcrleekende nota gepubliceerd, waarin allen, die hiertoe in staat zijn, worden uitgenoodigd nu reeds het bedrag der belastingen over het ge heele jaar in eens te betalende overigen om zooveel in voorschot te beta len ais hunne middelen veroorloven, opdat de regering in staat zij de groote onkosten van den oorlog te bestrijden. De gemeenteraad van Tours heeft een protest openbaar gemaakt legen de bewering, die voorkwam iu eene dépêche door het Pruissische hoofdkwar tier te Versailles eenigen tijd geleden verzonden, dat namelijk Tours een Pruissisch garnizoen had gevraagd. Het leger, dat onder bevel van den hertog van Mecklenburg staat, „wordt geschal op 77000 man. In liet oosten van Frankrijk gaan de Duitschers voort zich zamen te trek ken. Generaal von Werder heeft belangrijke versterkingen gekregen van prins Frederik Karei. Aan het bewind is uit Chateau-Renault gemeld, dat eene afdeeüng cava lerie bij ecne verkenning een Pruissisch detachement heeft vervolgd, totdat zij lusschen Yendóme en Amboisc stuitte op sterke kolonnes. BORDEAUX, 4 Januarij. Eene depêche van Faidhcrbc uit Avesnes les Ba- paumc meldt: De slag van den 31s,r" Dec. onder Bapaume duurde van 3 uur 's ochtends tot 6 uur avonds. De Pruissen werden uit al hunne position en al de door hen bezette dorpen gejaagd en leden groote verliezen. Onze ver liezen zijn ernstig. WEENEN, 4 Januarij. De lYcue Presss deelt het antwoord mede, dat graaf von Beust gegeven heeft op de depêche van von Bismarck, dd. 14 Dec. In de nota wordt met genoegen erkend, dal Bismarck met vriendschappe lijke gezindheid melding maakt van den Prager vrede. De heer von Beust acht liet evenwel beter in geen verdere uiteenzetting dienaangaande te tre den, en blijft bij de meening, dal beider belang medebrengt verdere dis cussie in deze rigting te vermijden. Hel is niet wcnschelijk, dat op dit oógenblik formeele interpretation en materiele regtsgronden tot een onder wierp van discussie gemaakt worden. Von Beust is veel meer genegen, in dê vereeniging van Duitschland onder Pruissén's leiding een gebeurtenis van historische beteekenis, een feit van den eersten rang te zienen dienover eenkomstig de aanstaande verhouding tusschen de tw ee rijken te beoordeelen. \>n' dit standpunt kan von Beust, terwijl hij de verder?, door de Pruissi sche regering aangekondigde mededeeling tegemoet ziet, nu reeds constate- rèn, dat in alle toongevende kringen van Oostenrijk en Hongarije de zeer oju-egle wensch heerscht, om met den nieuwen Duilschen slaat de beste, vriendschappelijke betrekkingen te onderhouden. Niet zonder regtmatig ver trouwen zegt hijdurven wij diensvolgens meenen dat juist nu voor de verwezenlijking van zoo veelbelovende uitzigicn een vruchtbaar terrein ge opend is, op hetwelk het gemeenschappelijk willen en handelen voor beide rijken een onderpand van blijvende cendragt, voor Europa een borg van duurzamen vrede kan worden. Gelijksoortige gezindheid bezielt den keizer, die de hartverheffende herinnering, hoe zijn dynastie in eene glorievolle geschiedenis van eeuwen met het lot van het Duilsche volk verbonden was niet anders zal opvatten, dan dat hij daardoor de warmste sympathie voor de verdere ontwikkeling van dat volk gevoelt en zonder voorbehoud den wensch koestertdat het in de nieuwe staatsvormen vyare onderpanden moge vinden voor eene gelukkigevoor zijn eigen welvaart zoowel als voor die van het daaraan in zoovele opzigten verwante keizerrijk zegenrijke toekomst. LONDEN, 5 Januarij. De Times meldt dat Jules Favre iu een door hem aan den heer Washburne, gezant van Noord-Amerika te Parijs, gegeven antwoord gezegd heeft, dat hij niets wist met betrekking tot de conferentie en Parijs niet zou verlaten VENDOME, 4 Januarij. Uit Ambroisé van den 2 Heden zijntcZouves en Monlaun uhlanen verschenen, die zich met geweld op de ongewapende bevolking wierpen en mannenvrouwen en kinderen vermoordden. BERLIJN, 2 Januarij. De Prov. Corr. zegt, naar aanleiding van het ant woord van graaf von Beust op Bismarcks nota over de vriendschapsbetrek kingen lusschen Pruisscn en Oostenrijk, hel volgende: «Inderdaad, verhef fend is het verwijzen naar de hooghartigheid des keizers, die uit de herin neringen, welke zijn huis in de luisterrijke geschiedenis der eeuwen met het lot der Duilsche volken verbinden, de warmste sympathie voor de verdere betrekkingen van hel volk, benevens den wensch uit dat het in zijne nieuwe staatsvormen de wezenlijke waarborgen van eene gelukkige toekomst moge vinden, in eene toekomst even rijk aan zegeningen voor zjjne eigene wel vaart als voor die van den keizersstaat met welken het op zoovele wijzen verbonden is. Wij behoeven naauw hierbij te voegen dat de Duitsche natie, even als de Duitsche regering, de grootmoedige opvatting des keizers met opregte blijdschap zullen waardeeren." FLORENCE, 4 Januarij. De heer Lonyay zal eerstdaags naar Weencn lerugkeeren, vóór dat de financiële moeijelijkhedeu uit den weg zijn ge ruimd. Men verzekert dal het stadhouderschap te Rome tot den 15 e» dezer duren zal.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1871 | | pagina 3