'sGRAVENHAGE, 29 Junij. Z. M. heeft Vergunning verleend aan den lieer mr. A. M. Pareau, kan- tonregter te Woerden, tot het dragen der versierselen van ridder der Dane- brogs-orde 3dc kl.hem door den koning van Denemarken geschonken. Tot commies der posterijen 3de kl. is benoemd de heer C. R. van Len- ncp, thans surnumerair der posterijen. Z. M. heeft goedgevonden: den kapitein Schade van Weslrum uit de militaire dienst te ontslaan en aan hem lot levensonderhoud toe te kennen een voortdurenden onderstand ten bedrage van ƒ340 'sjaars; den Iuit.-kolo- nel W. F. M. Fund ter, van het 3dt reg. huzaren, op zijne aanvrage, op pensioen te stellen; en bij het wapen der cavalerie te benoemen: bij het jste reg huzaren, tot ritmeester 3de kl., den lslc" luit. J. C. Rijnbende, van het corps, en tot lstcn luit., den 2den luit. J. C. Lagerwerf!", mede van het corps; bij het 2,e reg. huzaren, tot majoor, den ritmeester jhr. F. A. Meijer, instructeur bij het corps; bij het 3dc reg. huzaren, tot luit.-kolonelden majoor A. J. Pels Rijckenvan het 2,lc reg. huzaren. -- De minister van binnenl. zaken zal Zaturdaga. s. geen gehoor verleenen. In de zitting van de tweede kamer van heden had de interpellatie plaats van den heer Nierstrasz, betreflende de Indische spoorweg Samarang- Vorslenlanden. De heer Nierstrasz zeide dat. de berigten, door de Indische bladen over den stand der werken zoowel als over den toestand der maat- schappijzeer onrustbarend waren, bevatten die berigten waarheid, dan zouden de werkzaamheden op de 3e en 4e sectie gestaakt zijn. Spreker had reeds gisteren aan den minister van koloniën de vragen ter hand gesteld. Zij zijn deze: 1". Is de arbeid aan den spoorweg Samarang-Vorstenlanden gestaakt en waarom? llij bedoelt daarmede niet kleine werken of exploi tatie, maar het groole werk. Wat kan de reden daarvan zijn? De regering heeft ons in der lijd de verzekering gegevendat door de nieuwe concessie de vollooijing van het werk verzekerd was. Hij veronderstelt daarbij dat de regering geheel op de hoogte is en reeds vroeger zal geweien hebben hoe de stand der zaken was. 2°. Zijn door de regering aan den gouverneur- generaal instructiën gegeven, of door haar maatregelen van voorziening ge nomen? 3". Heeft de regering nog dev overtuiging, dat de concessie de beide spoorwegen, liatavia-Builenzorg en Samarang-Vorstenlandenop de beslaande voorwaarden zal kunnen voltooijen? De minister v. koloniën dankte den spreker, dat hij hem vooraf de vragen had medegedeeld. Ilij zou daarop het volgende antwoorden Wat de 1". vraag betreft, daaromtrent is per laatste mail officiëel berigt ontvangendat de gouv.-gen. van den resident van Samarang een telegram ontvangen heeft, op 27 April, dat op dien dag de maatschappij alle werken heeft doen slakenwegens gebrek aan fondsen. 2". Instructiën zijn in den eigenlijken zin niet gegevende min. onthoudt zich zooveel mogelijk te treden in de bevoegdheden van den gouv.-gen. Hij heeft echter wel den gouv.-gen. inlichtingen gegeven, van de kennis, die de min. hier had en die hij wclligt ontbeerde, en er bijgevoegd een wenk. Art. 59 der concessie laat toe verlenging of uitstel van oplevering, en de min. heeft den gouv.-gen. in overweging gegeven om, als hij van die 1*^ voegdheid tot uitstel wilde gebruik maken, dan indachtig te wezen op het belang van den staatbij de vervallenverklaring der concessiedie eerst kan plaals hebben bij het eindigen van den nieuwen termijn van oplevering. Het is den min. vooralsnog onbekend of de gouv.-gen. maatregelen genomen heelt. Hij heeft den min. per laatste mail berigt dat juist bij het afsluiten van zijn rapport de laatste adviezen van den raad van Indië waren out- vangen en hij dus nog geen besluit had genomen. Als de min. de 3de vraag letterlijk wilde opvatten, dan zou hij haar zon der eenige bedenking bevestigend kunnen beantwoorden, want onder de voorwaarden der uitvoering behoort ook het uitstel der termijnen, maar als dit niet wordt verleenddan natuurlijk niet; maar hij wil de vraag liever anders opvatten en de inlichtingen geven, die hij kan. Voor de lijn Balavia- Buitenzorg is een afzonderlijk kapitaal onder bewaring der regering gesteld. En nu zijn alle herziene begrootingen van dien aard, dat men mag verwach ten, dat die weg voor 4 ton minder dan de afgezonderde som kan gelegd en in exploitatie gebragt worden. Men meent dus 4 ton te zullen overhouden. Maar als spr. nu vraagt: heeft de regering de overtuiging dat het werk voor die som zal worden voltooiddan is dat een sterk woord. Na de vele teleurstellingen, in het vorig jaar ondervonden, is het moeijelijk voor de regering te zeggen: zekerheid. De ingenieurs kunnen zich vergissen. En nu de lijn Samarang-Vorstenlaiiden. Daaromtrent zijn de tijdingen in den kaatsten tijd steeds ongunstiger geworden. Weinige maanden geleden dacht men aan vier ton tot gereedmaking van de lijn lot Djocjo, overstaande tegen de vier toil die van Balavia-Bnitenzorg zouden overblijven. Maar later is gebleken dat grootere sommen noodig zullen zijn ook voor dien zijtak. En nu is gisterenavond eene algemcene vergadering van aandeelhouders ge houden en volgens het berigt, dat de minister heden ochtend van den gou- vernemenls-conimissaris ontvangen heeft, hebben de aandeelhouders besloten den raad van beheer te magtigen over de overgebleven gelden der concessie te beschikken als blijken zal noodig te zijn ter verkrijging van twee mil- lioen effectief, die tot voltooijing van de gehecle lijn worden vereischt. Dus heeft de maatschappij besloten om door opoflering van renten en zonder hulp der regering te trachten de voltooijing van den weg te bereiken mits eenige verlenging van den termijn worde verleend. Zoowel de vragen als liet gegeven antwoord lokte een langdurig debat uit, waaraan onderscheidene leden deel namen. Op eene aanmerking van j den heer Stieltjes verklaarde de minister dat zelfs de maatschappij niet ver wacht had dat de geldmiddelen zoo spoedig zouden zijn verbruikt. Dit punt vereischle nadere toelichting. De interpellatie werd gevolgd door eene mo tie, houdende afkeuring van het regeringstoezigtwelke motie cehtcr ten slotte door den voorstelier werd ingetrokken. De kamer ging nog over tot het opmaken der nominatie voor het lidmaat schap der algemeene rekenkamer. Tol eersten candidaat werd bij de vierde stemming gekozen de heer W. A. van Reës, gep. majoor-titulair van fe Indisch leger, met 39 van de 69 uitgebragte stemmen. 30 stemmen werè rec uitgebragt op den heer W. J. L. Grobecte Maastricht. Morgen zullen onc' overige candidaten gekozen worden. bnr De hooge raad heeft heden verworpen het beroep in cassatie, ingest» door H. Strikker, tegen een arrest van liet prov. geregtshol in Zuidhollani D waarbij hij wegens moedwilligen doodslag en diefstal tol 15 jaren tucl is 1 huisstraf is veroordeeld. I1U IT K N L A M)SC 11E K m G T K N ENKEL4N». LONDEN28 Junij. De jury te Dublin heeft zekeren Barrett, beschuldigd van cenen at slag. op het leven van een Engelschen grondeigenaar in het graafschap Ci way, niet-schuldig verklaard. De man had reeds op twee andere plaats» in Ierland onder die beschuldiging teregt gestaan; doch aldaar was l> regtsgeding op niets uilgeloopen door dat de jury zich niet onderling oi treilt de te doene uitspraak kon verstaan. Barrett is nu door de overlie op vrije voeten gesteld, hoewel het publiek hem voor den schuldige hou, Sir Philip Wodehouse is uit dc Kaapstad alhier aangekomen, na. Kaapkolonie gedurende acht jaren als gouverneur te hebben bestuurd. Blijkens de van de Kaap dc Goede Hoop ontvangen berigten liep den Oranje-Vrijstaat liet gerucht, dat president Brand plan heeft, zijn ot slag bij den raad in te dienen en zijne betrekking met het einde des jai neder te leggen, of zoo spoedig als men een geschikten opvolger heeft l komen. De redenen hiervan zijn het ontoereikende vau zijn salaris, moeite en kostenwaartoe hij gedreven wordt om zijne kinderen in Kaapstad te laten opleidenen het onaangename voor hem zeiven en zij echtgenoote om van hunne kinderen gescheiden te leven. Het blad driit er bij den raad op aanhet salaris van den heer Brand liever tot 2000 per jaar te verhoogendan hem toe te laten het land te verlaten cou scli 1) gev biet hee gen ling mil voo J. bela nad was in dire bek geld aan op echt war de te l FKWKKU K. PARIJS, 28 Junij. De oorspronkelijke tekst van de vroeger reeds meer dan eens vermei zaa| depêchedoor den heer Ollivicr, als tijdelijk minister van buitenl. zake tijd aan den Franschen gezant te Rome gezonden, wordt door de Augsburg Allg- Zcit. medegedeeld. Zij luidt als volgt: »I)e regering des keizers heeft zich niet bij het concilie doen vertega woordigen, hoewel zij hiertoe gcregtigd is als lasthebbende der leekem de kerk. Om te beletten dat dc overdreven gevoelens geloofsartikelen wit den* achtte het de wijsheid der bisschoppen en de voorzigtigheid van il< II. Vader toereikend. Om onze burgerlijke en politieke wetten te verdd gen tegen de aanmatigingen der theocratie achtte het de vaderlandslied der Fransche katholieken, het doorzigt des publicks, en dc gewone midi len van bekrachtiging, waarover het beschikt, toereikend. Zij heeft die tengevolge hare gedachten gevestigd op het doorluchtig karakter cener vs gadering van prelaten, vereenigd om over de groote belangen der ziel des geloofs te beslissen, en zij heeft zich maar ééne taak gesteld, nameljjl de volkomene vrijheid der kerkvergadering te verzekeren en te beschermt Door de in Europa verspreide geruchten verwittigd zijnde van de gevarci welke de kerk door zekere onvoorzigtige voorstellen zou Ioopen, en geei aangroeijing wenschende van de legen het godsdienstig geloof zamenspai ncude krachten, is 'skeizers gouvernement eene korte wijle van zijne to ziende houding afgegaan om raad te geven en opmerkingen in te dient: De priestervorst heeft niet gemeend onzen raad of onze aanmerkingen I moeten aannemen. Wij willen niet aandringen: en wij keeren terug li onze lijdelijke en afwachtende houding. Gesprekken met den Paus of mi den kardinaal Anlonelli over de zaken van het concilie moet der voot zijn pen. alle geni s stof! een Blau vers Qiiig baai over Chai Li Iersi LI gij voorla» non niet zoeken noch u in zoodanig gesprek inlaten. Gij moet u bepalen It spoo het inwinnen van narigten, om u bekend te houden met hetgeen er voot doen valt, met de inzigten, waardoor het is voorbereid, en met de indrukkend> zïva] het gemaakt heeft. Gelief aan onze Fransche bisschoppen Ie zeggen di onze lijdelijke houding geene onverschilligheid is; voor hen beduidt zij eer ,jer bied en bovenal vertrouwen. Hunne nederlaag zou zeer grievend zijn, indi(f= het burgerlijk gezag vruchteloos zou hebben gepoogd ze te belettena hunne overwinning zal dan eerst hare volle waarde hebben, indien zij di enkel aan hunne eigene krachtsinspanning en aan de magt der waarhei te danken hebben." - De Mon. Univ. geeft liet volgende verslag van hetgeen voorgevallen i bij de pleglige troonsafstand van koningin Isabella. Toen al de tot die ple™'e tigheid genoodigden bij elkander waren nam de koningin het woord e verklaarde dat zij abdiceren en haar volk met de redenen van dezen sla. 0pZU bekend maken wilde. Vervolgens las zij'een aai! de Spaansclie natie gerit hart: manifest voor, waarin zij den loop barer 35-jarige regering schelste. Daan!»Ge< werd herinnerd dat zij uit de wieg, om zoo te zeggen, op den troon vva ®eu geroepen: dat zij was opgegroeid onder burgertwisten, die Spanje vanen ®.|®r reten; dat zij als kind, als meisje en als vrouw had geregeerd onder een driet schier onafgebroken worsteling der partijendie elkander het bewind litdwii twistten; hieruit werd in het manifest de gevolgtrekking afgeleid, dat tjnog buiten staat was geweest zoo veel goeds voor haar land te doen, alsiiHi1' wcnschte. Aan liet slot werd gezegd dat zij aan niemand verwijten doe wilde, dat zij vergiffenis schonk aan allen, die haar kwaad hadden gedaa)Uaaj en dal zij haren zoon aan den edelaardigcn geest van het Spaansclie vollwaai toevertrouwde. Daarna werd dc acte van afstand voorgelezen, door de aankom: w ezigen als getuigen mede-onderteckenden aan dc koningin ter hand gf doch V< stelil om daarvan ter regter tijde gebruik te kunnen maken. Door i koningin werd aan den Paus mededeeling gedaan van het gebeurde, m^rani verzoek om zijnen zegen voor haar en haren zoon. boud verst

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1870 | | pagina 2