bakkers cm» brood, omdat zjj, bij gebrek aan gist, die dagelijks afgebeden spijze ons liever niet schenken, dan hun goeden naam te verliezen met slecht gerezen waar. Het lijkt hier dus niets op liet land van belofte. Binnen de stad is door het ijs de gemeenschap gestremd met dat gedeelte der stad, waar men zich van de Tonnenbrug bediende. Wijl er niet ge pompt kan worden, staat een groot gedeelte reeds onder water. Die de ligging van onze stad kent, begrijpt het groot ongerief. Nabij Brouwershaven, op het Nieuwezand, is een clipperschooncr ge strand de Seagull, van Wijborg naar Antwerpen bestemd. l)e equipage is met levensgevaar gered door de bemanning der reddingschokker en kotter en te Zierikzee aangebragt. De Schelde voor Antwerpen heeft zich gedurende de tegenwoordige vorst nog niet vastgezet. De rivier is echter bedekt met groote ijsschollen zoodat het overzetten alleen met roeibootjes kan plaats hebben. Ten ge volge van den aanhoudenden oostenwindis de waterstand op de Schelde lager dan men zich herinnert dien ooit gezien te hehben. In den omtrek der oude dokken zijn dientengevolge een bronzen stuk geschut en eenige keukengereedschappen van gegoten ijzer zigtbaar geworden en opgehaald, welke men vermoedt dat afkomstig zijn van de kanonneerboot van den lui tenant van Speyk, welke op dit punt in 1831 in de lucht is gesprongen. Te Ostende zijn Maandag 11. vier pinken door den storm op strand gewor pen. Een dier vaartuigen is nagenoeg geheel verbrijzeld. 'sGRAVENlIAGE, 18 Ecbruarij. Tot notaris te Mill, arrond. 's Hcrlogcnboschis benoemd de] heer If. C F. Eerstens, cand.-notaris, thans griflier hij het kantongeregt te Boxmeer, uit welke betrekking hem eervol ontslag is verleend. In eene heden door de tweede kamer gehouden zitting heeft de com missie in wier handenten fine van onderzoekwaren gesteld de geloofs brieven van den heer van Bccnengeadviseerd tot toelating van dien heer na eedsaflegging. In eene Maandag ten 11 ure te houding zitting zal be handeld worden de begrooting der staatsspoorwegendaarna het voorstel van den heer de Roo van Alderwerelt nopens de schadeloosstellingen wegens den aanleg van spoorwegen en eenige andere onderwerpenwaartoe ook behoort de interpellatie van den heer Fransen van de Putte, betredende den toestand van liet vaarwater van Rotterdam en Dordrecht naar zee. Tegen Maandag 28 dezer is de agrarische wet aan de orde gesteld. Op eene inter pellatie van den heer van Houtennopens den reglstoestand der coalitiën van arbeiders, heeft de minister van justitie verklaard dat een wets-ontwerp op deze aangelegenheid eerstdaags gereed zal zijn. -- Bij den hoogen raad heeft gisteren hel openb. ministerie zijne conclusie voorgedragen in de zaak van E. S. Witkamp, te Amsterdam, uitgever van het Volksblad, eischer tegen den staat der Nederlanden, gedaagde; in welke zaakgelijk men zich herinnertliet betreft eene vordering door den eischer tol teruggave van f 13.50 wegens volgens hem te veel van hem ge vorderd en door hem onder protest betaald frankcergeld van drukwerk, en welk drukwerk door den eischer bij wijze van bijvoegsel met het blad was verzonden. De procureur-generaal van Maanrninstemmende met de gron den van verwering, van de zijde van den gedaagde aangevoerdconcludeerde tot afwijzing der vorderingmet veroordeeling van den eischer in de kos ten. De uitspraak is bepaald op 25 Maart aanstaande. Gisteren werd voor den hoogen raad in cassatie behandeld een vorde ring tot vernietiging van een testament op grond van krankzinnigheid of onnoozelheid van den crtlater. In dit proces deed zich de belangrijke vraag voor of, als al de formaliteiten der wet bij het passeren van het testament blijken te zijn vervuld en er dus in vermeld staat dat de erflater buiten tegenwoordigheid der getuigen zijn wil aan den notaris zakelijk heef! opge geven en de vérdere vormen, bij art. 980 B. W. voorgeschreven, zijn in acht genomen, men om te bewijzen dat de erflater onnoozel was tijdens het makeit van het testament - getuigen kan doen hooren of het testament zelf van valschheid moet betichten (inscrire en faux). De regtbank te Utrecht had het eerste gevoelen omhelst, het hof in Utrecht het laatsgenoemde, ter wijl uit de pleidooijcn van den advocaat des eischers bleek dat in 1862 de regtbank "e Tiel en hel hof in Gelderland juist in andere orde hadden be slist. namelijk de reglbank voor inscription en faux, het hof voor getuigen- bewijs. De hooge raad zal thans in deze betwiste vraag een voor de juris prudentie gewigtige beslissing te geven hebben. Voor den eischer trad op mr. A. H. Jacobson, voor den verweerder nr. J. G. Rochussen. De advocaat- generaal mr. Karseboom zal den 4l,n Maart conclusie nemen. -- Voor het prov. geregtshof van Zuidhelland stond gisteren leregt L. v. d. E., oud 20 jarenbeschuldigd van diefstal van een paard uit de weide en dief stal bij nacht in de 3anhooriglieid van een bewoond huis. Uit de behande ling dezer zaak is gebleken, dat de besch. in den avond van 29 op 30 Sep tember jl. als laatste werk door zijn meester, te Rijpwetering bij Leiden woonachtig, en bij wien hij tegen daggeld in dienst was, doch welke dienst hij tol het ondergaan van gevangenisstraf moest verlaten, was opgedragen een bruin langstaart merrie-paard in de weide ie brengen. Daaraan scheen hij te hebben voldaan, want hij bragt later hoofdstel en leidsel terug, dat door zijn meester in de kolfbaan, achter zijn woonhuis gelegen, werd ge borgen. Den volgenden ochtend ging de meester naar de weide om het paard te halen doch het hek stond open en het paard was niet te vindenook hoofdstel en leidsel waren verdwenen. Het paard werd volgens verklaring van getuigen aan een ander te Haarlemmermeer voor ƒ40 verkocht. Ofschoon "de verklaringen der getuigen door den besch. niet werden tegengesproken, kan hij zich toch niets herinneren van den diefstal en ook niet dat hij in verschillende tapperijen heeft aangelegen en na den verkoop onderscheidene malen op wijn en jenever heeft getractcerd aan verschillende personen, die dit echter voor het hof onder eede hebben verklaard. Een der getuigen zeide hem vooral te herkennen aan liet priksel van een jaartal op zijn reglerarm. hetgeen ter teregtzitting bleek juist te zijn. Besch. bleef echter bij zijne onlkentenis volharden. Hij werd in 1807 door de regtbank te Leiden tol 1 jaar, in 1889 door dezelfde regtbank tol C weken en laatstelijk door JL eêI bof tot 0 maanden gevangenisstraf veroordeeld, welke straf juist inging 0(Q<jern den dag waarop hij den diefstal zou gepleegd hebben. Het openb. ministerii requireerde tot schuldigverklaring aan het hem ten laste gelegde en verooi^ deeling tot tuchthuisstraf van 5 jaren tot 13 jaren en 4 maanden. Mr. va; B tc der Burghdie als verdediger aan den besch. was toegevoegdmeende dat. hoewel 25 getuigen waren gehoorder nog veel duisters in deze zaak was n a! dat nog niet was opgehelderd; hij geloofde dat de getuigen zich zeer goe ee'v in den persoon konden hebben vergist en besloot met de vrijspraak voor zij^ an(j cliënt aan het hof te verzoeken. Heden heeft het hof in deze zaak uitspraak gedaanniettegenstaande d> onlkentenis van den beschuldigde heeft het hof het ten laste gelegde ovei°en tuigend bewezen geoordeeld en hem daaraan schuldig verklaard, metveroor. deeling tot 5 jaren tuchthuisstraf. e' Het hof heeft heden in de zaak van A. v. d. II.beschuldigd van diefsta" bij nacht in een tot bewoning dienende schuit en van hetzelfde misdrijf i; eene andere schuit door middel van huilenbraak, uitspraak gedaan. Van zaak werd acht dagen geleden reeds melding gemaakt. Het hof hee[nn.-u den besch. aan het hem ten laste gelegde schuldig verklaard en veroordeel; j tot gevangenisstraf van 1 jaar. 0 J - fr sh li UIT li N L NI >SC 11 li li li i i IG T li NF ENRELANB. LONDEN, 17 Fcbruarij. )lllZc De Times toont zicheven als de Daily News, ingenomen met diCben door den heer Gladstone ingediende wet betreffende de lerschc landquaestii^/^. Door die wet, zegt dit blad, zal de toestand van den lerschen landbomvt inderdaad verbeterd worden. Zij geelt den pachter geen voortdurend paclii regl, maar wel de zekerheid dat hem niet willekeurig de pacht kan woi den opgezegd. Als de bill wordt aangenomen, dan zal hij, die den groit "e bebouwt, verzekerd zijn dat hem dit privilegie niet zal kunnen wordtHöfk ontnomen, tenzij hij daartoe zelf aanleiding geeft, door in gebreke te blijoube ven zijne huurpenningen behoorlijk te voldoenof door het gepachte nitzegt te behandelen zooals het behoort te worden behandeld. De landheer is bi - opzegging van de huur verpligt aanzienlijke schadevergoedingen tc verlet woo ncn, dat hij niet dan op grond van zeer deugdelijke redenen tot dien maal dat regel zal overgaan. Aan den anderen kant zijn den landeigenaar mecrdmwoo wettelijke regten tegenover den pachter toegekend. De wet zorgt voor din li geldelijke belangen van den landheer. FRiLNHRIJ K. PARIJS, 17 Februarij. In het .wetgevend ligchaam is door den heer Giraud een voorstel gtu°S' daan, waarvan de strekking is den volksvertegenwoordiger, die tot gevao genisslraf mogt veroordeeld wordenzijne regten als gedeputeerde te laten _uiet dien verstande, dat hij in het gebouw der kanier van afgevaardigden gevangen zal worden gehouden, met. vergunning al de zittingen bij te wo-A ncn. Voorts heeft de heer de Ivératry drie wets-ontwerpen ingediend ,]C 1°. om het leger en de reserve te reorganiseren ook door opheffing van dt plaatsvervanging; 2". om in Algcrië een eigen mililie in bet leven te roepa een Al deze voorstellen zijn naar bijzondere commissiën verzonden. Meer en meer begint men de ontbinding van het wetgevend ligchaam waarop tot nu toe slechts de linkerzijde aandrong, wenschelijk te achten Zelfs de heer Trevost-Paradol in de Dêb. acht die dringend noodzakelijk Men meent dat het ministerie er toe genoopt zal worden in deze aan dt rae' publieke opinie toe te geven. sta Het Journ. des Uéb. betwijfelt de waarheid van het door de Tim» gegeven berigt dat de pauselijke regering eene uitnoodiging van wege hel a,s kabinet der Tuilcriën beeft ontvangen om bet bestuur van den Kerkelijke! vr( Staat in liberalen geest te hervormen. Zulk eene uitnoodiging, zegt hel &al blad, zou eene nieuwe poging zijn om de pauselijke regering te bewegei lot liet aannemen van liet programma, door Napoleon III als president d« vo' republiek in het jaar 1849 geschetst in zijnen vermaarden brief aan Edgai sc' Ney; en daar de vorige pogingen van dien aard geheel mislukt zijn, is hel Pc moeijelijk te begrijpen waarom men zich thans als moedwillig aan het gevaat (le eener nieuwe mislukking zou blootstellen. Dit gevaar zou ditmaal no; l'° grooter, de mislukking nog zekerder te verwachten zijn, indien bij dit uitnoodiging de verzekering ware gevoegd dat de wereldlijke heerschappï van den Paus in allen gevalle onder de bescherming der Fransche vlag z« blijven staan. Buitendien zou het tegenwoordige tijdstip uiterst slecht vooi g zoodanige uitnoodiging gekozen zijn; immers bet Vatieaau is juist thans bi bezig het concilie eene leerstellige veroordeeling over al de punten van dal vermaarde programma tc doen uitspreken; dit is thans niet meer te betwij felen, nu bet publiek door de Augsburger Allg. Zr it. bekend is gcmaakl met de XXI canones rakende de kerk en hare betrekking tot den staat, welke aan den Syllabus ontleend en aan het concilie voorgedragen zijn. Pat die reeks van canones een echt stuk is wordt door l' Huivers erkeml; immers dit dagblad verklaart dat een verrader die voordragt aan bet dagblad van Augsburg heeft medegedeeld. Er bestaat dus werkelijk zulk eene voor dragt; anders zou de mcdedceling door ecnen verrader eene onmogelijkheid zijn. Ook la France gelooft niet, dat de Fransche regering is afgeweken van de afwachleiule houding, die het in den zomer van het vorige jaar len aanzien der zaken van Rome heeft aangenomen. De Gaulois berigt dat de heer Ollivier o. a. bet volgende heeft gezegd tot eenige jongelieden mede onderteekenaren van hét adres van hulde hem t aangeboden wegens de krachtige handhaving .der openbare orde: //Ik ben zeer gevoelig aan den slap door 11 gedaanik gevoel mij daardoor aange- moedigd op den ingeslagen weg voort te gaan om de vrijheid te beves- ligen en om zoowel tegen de ongeduldigeii Ie strijdenals tegen ben die langzaam vooruil willen. Indien de openbare meening ons niet steunt, zal

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1870 | | pagina 2