PER TELEGRAAF. fdo PRUISSE X. 'tin BERLIJN, 3 Februarij. nal' Aan de Augsburger Allg. Zeit. wordt uit Rome gemeld dat de kardi- 2' naai Caterini den aartsbisschop van Miinchen gelast heeft, aan de studenten 11 h jn de godgeleerdheid de bijwoning der lessen van den hoogleeraar Döllinger 01 te verbieden uit hoofde van 9e kettersche gevoelens van dien godgeleerde. ftc GO»TE Vit IJ K. Te Praag zijn oproerige proclamaliën en spotprenten aangeplakt gewor- W>" den; de laalstgemeldcn stellen de ministers Herbst, Giskra en von llasner tw aan eene galg hangende voor. Volgens berigten uit Rusland zijn er in de gouvernementen Kiew en mt Cherson revolutionaire woelingen ontdekt, welke in verband zouden staan met Ij de onlangs te Moskou ontdekte zamenzwering tot bewerking eener socialis- tische revolutie. Er zijn wederom verscheiden medepligtigen van Netschajeff me in hechtenis genomenwaaronder eene dame bij welke revolutionaire pro- ((J clamatiën gevonden zijn. WEENEN. 3 Februarij. In de heden gehouden zitting van den rijksraad 'v' heeft de minister-president het programma van het nieuwe kabinet ontwik- ;>d' ]^eid. Daarin wordt o. a. gezegd, dat bet ministerie den vrede des rijks r hooger zal stellen dan het doordrijven van individuele gevoelensen dat de De regering de materiële en geestelijke ontwikkeling des volks zal bevorderen. PARUS, 3 Februarij. In de zitting van het wetgevend ligchaam heeft de heer Desceaux betoogddat de handelsverdragen gunstig zijn voor den bloei van den handel. MADRID. 3 Februarij. Volgens gerucht zou de regering, daartoe genoopt 'Bt door de kuiperijen der partijenbesloten hebben binnen zeer korten tijd r« aan de cortes een nieuwen candidaat voor den troon voor te stellen. HULP AA\ Di:\ IIAXPLL. d Al te dikwijls gebeurt het, dal handelaars, die door ontoereikende fondsen en aan hunne zaken niet de gcwenschtc uitbreiding kunnen gevenof die ten gevolge van een crisis, van een al te grooten voorraad koopwaren in maga- efc zijn, of eene andere oorzaak, zich in oogenblikkelijke moeijelijkheden rt gebragt zien, vcrpligt zijn, ten einde aan die moeijelijkheden het hoofd te ijt bieden en voor alles bun crediet staande te houdentot buitensporige opof- ife feringen óver té gaan. IB Le Mandrttalrc Commercial, 172, Faubourg Saint-Denis, hoek rue d; Lafayette, te l'arijsopgerigt en bestuurd door den Heer L. F. VIGNERON, i heeft ten doel den handel te hulp te komen op weinig bezwarende voor in waarden. 1 De operatiën van den Maiidatatre Commercial bestaan in: Voorschot In specie op koopen van allerlei aard en verkoop daar in van; des noods onmiddellijke realisatie; It Voorschot In specie op alle Fransche en vreemde waren, renten, li actiën, obligatie», enz.; ;e Verleening van crediet, voorschot van hankivaarden, op at informatie en eenvoudige verbindtenis tol betaling op vastgestelde termijnen; ■II Vertegenwoordiging, verkoop in commissie en depot van j koopwaren van allerlei aard. Voor inlichtingen en voorwaarden wende men zich franco tot den Heer L. F. VIGNERON. x c k x o i<: ii Ik had het genoegen het drama "Maria Antoinette" van vier verschillende t actrices te zien en vermeen volmoildig te mogen zeggendat Mevr. Kleyne bijna gelijk staat met Mevr. Ristori en dat Mevr. Valois-Sablairolles het verre wint van Mevr. Santrock ten Ilage. 1 Dat de schouwburg Maandag 11., bij de opvoering van Maria Antoinette, stampend vol was, verwonderde mij niet, maar het verwonderde mij zeer i in het Leidsch Dagblad van den 21"1 dezer zulk een kritiek te zien over het stuk en de vertooners. Vroeger heb ik het den jongen man wel eens vergeven, toen hij blijken gaf van niet beter le weten: ik heb wel eens de schouders opgehaald, wanneer hij een oud, maar toch een erkend genie een invaliede noemde, en medelijdend glimlachte ik wanneer ik hem dat leelijke woord "liefhebberen" zag bezigenwanneer bij van een liefhebberij-gezel schap sprak. Maar nu die jonge man er niet meer is, kan ik hem dat artikel in ir. 3001 niet wijten; was hij nog hier, dan zou ik bepaald zeggen: hier loopt iets van St. Anna onder, maar nu durf ik niet iets vermoeden blijl ik evenwel. Wanneer men in den schouwburg spectakelstukken opvoert, dan vindt het publiek dat mooi, vooral als het er in dondert en stormt, als een huis verbrandt of een schipbreuk er in voorkomt, en vooral als er een moord of wat in-voorkomt of een gevallen meisje tol wanhoop komt. De neachle heeren verslaggevers keuren die stukken af, en niet ten onregte, zij willen wat beters opgevoerd zienomdat het tooneel eene school der zeden moet zijn. Goed gedacht. Zij verwijten zelfs den Nederlandschcii tooneelschrij- vers, dat ze hun tijd niet wat meer aan het tooneel toewijden, door hét geven van goede Hollandsche, en dus oorspronkelijke stukken. Een van die referenten stelde zelfs als voorbeeld den genialcn Cremer (die deed lrct wel) en gaf aan het schromelijke succes dat "Emma Berthold" te Rotterdam heeft ondervonden; maar ref. heeft zeker nooit "Emma Berthold" gezien, want dan zou hij, als hij eerlijk wilde zijn, met mij erkennen, dat het genoemde stuk een prul is - en dat het schromelijke succes te danken is aan den invloed van eene rijke Uotterdamsche familie, die de directie dwong het stuk op te voerenterwijl het te Amsterdam's llage en Arnhem viel en te Utrecht, te Leiden en te Dordrecht niet beviel, ik spreek hiervan, omdat die ref. een voorbeeld noemt in den heer Cremer. Ik doe aan zijne hooge verdiensten niets te kort, maar ken hent den lof als tooneelschrijver niet toe; dat is voor hem een onbekend terrein. Ik zou vrede hebben, wanneer men als voorbeeld gesteld had den voor dat werk uitmuntenden 11. J. Schimmel. Maar waarom wijdt ook die zich niet meer toe aan het tooneclwerk. Omdat het te ondankbaar is en het publiek niet weet wat comedie en comedicspelen is. Voer eens op: "Joan Wouters" van Schimmel, «De Neven" van Hclvetius van den Bergheen leege zaal en uit de Fransche school "Vrienden van ons" een leege zaal. En wat vindt de directie van den Amsterdamsehen stads-schouwburgwanneer zij een nieuw oorspronkelijk en goed stuk op laat brengenzoo als nog dezer dagen het geval was met "De burggraaf van Abcou", een leege zaal. Het publiek wil bombast ende direction willen dubbeltjes. Aanmoediging voor een Ned. auteur is er dus niet. En nu het drama «Maria Antoinette". Wanneer een onzer geachte pro fessoren tot driemalen toe naar Amsterdam gaat om uitsluitend dat drama te zien, dan mag men toch wel veronderstellen dat er in liet stuk zelf ver dienste zit. Die hoogleeraar ging naar de IIoll. voorstelling en deed meer malen moeite het stuk ook hier opgevoerd te krijgen, doeh de heeren Tjasink en Roobol weigerdenomdat het schouwburglokaal hier te duur is en zij te groote kosten moesten maken Wat betreft hun personeel en alles niet kan opwegen tegen de hoogste recette. Ik wil nu niet ontkennen dat Mevr. Kleyne boven Mevr. Valois staat en de Amsterdainsehe artislen misschien boven de llaagsche staan; maar toch durf ik volhouden dat beide de vertalingen, die van Peypers en die vaii Spoor, verdienstelijk zijn en zeer goed zijn overgebragt vóór ors tooneel. Ref. van het L. D. noemt bet Maandag opgevoerde stuk geheel en al zon der kunstwaarde, dat alleen op de zenuwen van het publiek werkt en te vens de vertooners afmat. Maar, bij «liet gebed der schipbreukelingen", «Ben Leil", »De schipbreuk der Medusa" en meer dergelijke stukken huilt het publiek zich ook half ziek; waarom mag het dan nu ook niet eens huilen bij een stuk van betere constructie? De geschiedenis van Lodewijk XVI en zijne echtgenoote Maria Antoinette geeft een reinen blik in dat familie-leven, waarin deugd en grootheid van ziel voorkomen en uit dat familie-leven werd het stuk genomen, een stuk dat onopgesmukt is, dat niet gevuld is met liefdes-avonturen, die meestal kant noch wal raken. Elke vrouw kan dat stuk zonder blozen zienen het is niet te verwonderen dat de vrouw hare heete tranen wijdt aan zooveel lijden als Maria Antoinette, als vrouw en moeder, moet doorstaan. Ik ben zeker dat niemand der talrjjke bezoe kers, na de tehuiskomst, zal gezegd hebben: Och! ik was zot dat ik huilde, want het is toch maar comedie: maar dat bet bij velen wel iets degeljjks zal hebben nagelaten en zij tevreden zullen zijn dat stuk gezien te hebben, al is het dan ook niet van Ristori of Kleyne. Ref. spreekt over historische onjuistheden in dit drama. Ik geef het toe dat er met de historie een beetje geknoeid is; maar eilieve, boe kan dal anders in een drama? Hoe wordt de geschiedenis niet meermalen gerad braakt in een historisch verhaal, waar men al dikwijls personen insmokkclt die nimmer bestonden. In zulk een verhaal heeft de schrijver alles voor, dal de tooneel-auleur mist; want deze is aan alles gebonden en moet boven dien zijne handeling lot zelfs op een half uur bepalen: hij moet het rede- neerende laten wegvallenom op het tooneel niet vervelend te worden, en moet daardoor den draad der geschiedenis wel eens loslaten, dat als van zelf leemten veroorzaakt, en hij moet in het karakter van eiken verlooner effect leggen, omdat zijn werk niet gelezen, maar gespeeld wordt. Doch het lust mij niet de verdiensten van het drama «Maria Antoinette" nader aan te geven boven zoovele anderen, die waarlijk niets beteekenen. Gaarne laat ik dat aan bekwamer handen over, doch wil ten slotte liever nog eene vraag doen aangaande mijn vermoeden. Heeft de redactie of ref. van het L. D. iets tegen het tooneelgczelschap van den Heer Valois? Ik vermoed het. Wat, weet ik niet; maar ik mag toch wel zeggendat het onbillijk is Mevr. Valois en den lieer Spoor zoo door liet slijk te slepen. Dat Mevr. Valois ieder jaar een jaar ouder wordt en daardoor in kracht vermindert, is haar schuld niet; maar zij, de lievelinge van het Leidsche publiekheeft zij ooit iemand gehinderd door onbehoorlijk of onzedelijk te zijn in hare rollen? En moet nu die vrouw miskend worden, omdat men begaafder vrouwen op ons tooneel gezien heeft. Is Mevr. Valois gedoemd in haar emplooi altijd op het hart te werken en de zenuwen in beweging te brengen, zij mag boven eene Mevr. Corijn b. v. aangeschreven slaan, die in waarde als actrice niet gelijk met haar kan gesteld worden. De tooiicelspeelkunst is eene hoogst inoeijelijke, en die het tot eenige vol maaktheid heeft weten te brengen, die moeien wij ceren, maar niet bclee- digen of verguizen: want wanneer Mevr. Valois er'eens niet meer is, wie zal haar dan aan den kon. schouwburg vervangen? Zoo er niets beslaat, waarom den ijverigen Spoor zoo in hel aangezicht geslaaen. Ik-ken dien man, die op en van het tooneel altijd de fatsoenlijke en degelijke man was; ik heb hem gevolgd van het oogenblik af aan dat hij zich bij het Zuidholl. tooneel engageerde, en volmondig zal menigeen ge tuigen dat Spoor door ijverige studie zich wel dcgeljjk zijn talent heeft waardig gemaakt en hij de naam van artist verdient, al gelukt dan ook alles niet even goed. En nu nog wat, dat niet den ref. van het. L. D. aangaat. Wat betcckent liet per post zenden van een naamloozen brief aan den Heer J. C. Valois, waarin hem wordt aangeraden de pauseering niet zoo ruim te nemen, want dat hij verdacht wordt gemeen spel te spelen met den Heer Taverne, pachter van het buffet in de koflïjkamer. Het regelen der pauseering tusschen bedrijven gaat niet den ilecr Valois aan. maar wel den tooneelmcester (régisseur); hij kan niet doen ophalen, waiineer niet alles gereed is, en bovendien staat in hel contract, van den Heer Taverne, dat hij een half uur pauseering moet hebben. Is die naamlooze brief een zoeken om Valois of om Taverne te plagen De handelwijze keur ik ten hoogste af; ze beleedigt het gevoel van den Heer Valois en ze beperkt de regten van Taverne. Heeft de schrijver van dat vod geene behoefte, na een ge- heelcn avond in een volle en warme zaal gezeten of gestaan le hebben, iets tot vcrversching te gebruikenzooveel anderen zijn er die er naar verlangen en de kofFijkamer bezoekenom eens uit te blazen of over het stuk te spreken. De naamlooze briefschrijver vindt afkeuring bij ieder, die met zijn naamloos geschrijf bekend is. Gewezen vonnissen in strafzaken door het Kantoiigeregt te Leiden, op den 2ls,1'n Januarij 1870. 1 om reden dat de deuren der sluizen van de Voor- en Dobbewatering in den hoogen Rijndijk niet gesloten warenniettegenstaande het sein daartoe gegeven was. J wegens zonder consent van den eigenaar op diens grond gejaagd te hebben. 1 wegens een hondenkar los en zonder tcezigt te hebben laten staali. 2 wegens in den Rijn gebaggerd te hebben zonder consent van 11, II. van Rijnland. 1 wegens overtreding van art. 254 Algem. politic-verordening. 4 wegens builen een daargesielde waterplaats (urinoir) datgene vrrrigl te hebben, waartoe die inrigtingen bestemd zijn. 1 wegens met centen gepleid le hebben. I wegens zonder consent gemeentegrond ingenomen te hebben. 3 wegens in verkeerde rigling gereden te hebben. 3 wegens over de klinkerslraat gereden te hebben. 3 wegens bij avond een wagen le hebben laten staan zonde.' daarbij iemand Ier waarschuwing te stellen. 1 wegens op straat met steenen geworpen te hebb n.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1870 | | pagina 3