LEIDSCIIfi COURANT. 1869. DINGSDAG 9 NOVEMBER. N°. 191. Be Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. Be prijs der Courant is per vierendeel jaars ƒ3.franco p.p. 3.50; met het Verslag der Handelingen van den Gemeenteraad 3.35, franco p. p. ƒ3.85. Het verslag afzonderlijk is verkrijgbaar voor ƒ2.50 's jaars, buiten de expediliekosten. Afzonderlijke nommers der Courant zijn verkrijgbaar voor 5 Cents, franco p. p. G Cents. De prijs der Advertentiën is van 1—4 regels f 1.— iedere regel meer 25 cents. IC 26 niNNENLANDSCHE BERIGTEN. lil! 211 LEIDEN1. 8 November. Wij vestigen er de aandacht op dat de kunst-tentoonstelling van glas- photographifen van de hh. Koerster en Engelmannin het gebouw der maat schappij tot Nut van 'tAlgemeen, aanst. Woensdag gesloten wordt. Deze schoone en belangrijke collectiewaarover wij reeds vroeger hebben gespro ken, is een bezoek ten volle waardig. Door het genootschap van leeraren aan de Nederlandsche gymnasiën en hoogere burgerscholen is besloten, zich bij adres te wenden tot de tweede kamer, betreffende het aanhangige wets-ontwerp tot regeling van het hooger onderwijs; en ecne commissie is benoemd om een rapport op te stellen, inhoudende bedenkingen tegen genoemd wets-ontwerp. Dat rapport, hetwelk gereed is, zal in eene algemeene vergadering, te houden in de Kersvacantie, worden besproken. Door het llaagsche genootschap tot verdediging van de Christelijke godsdienst is de uitgeloofde eereprijs van f 400 toegekend aan den heer Al- bert Bitzius, pred. te Twann in Zwitserland, voor de beantwoording der door genoemd genootschap gestelde prijsvraag omtrent de doodstraf. Daarbij is besloten die verhandeling, van eene Nederlandsche vertaling vergezeldin de werken des genootschaps op te nemen. Nog zijn twee zilveren medail les toegekend, eene aan eene in het Iloogduitsch en eene aan eene in de Neder landsche taal geschreven verhandeling, zoo de schrijvers zich bekend willen maken. Bij het athenaeum illuslre te Amsterdam zijn voor het studiejaar 1869- 1870 nieuw ingeschreven 48 studenten. Het gezamenlijke aantal stu denten bedraagt 227, namelijk: 40 in de godgeleerdheid, 37 in de regten, 14 in de letteren, 127 in de medicijnen (waaronder 21 civiel, 83 militair en 23 pharmaceuten)en 9 in de philosophie. Door de prov. staten van Zeeland is aan gedep. staten, op verzoek van het gemeentebestuur van Middelburg, een crediet van ƒ800 toegestaan, ter tegemoetkoming in de kosten van het in 1870 aldaar te houden Ned. taal- en letterkundig congres. Ook is besloten ƒ2000 beschikbaar te stellen ter bevordering van een meer getrouw schoolbezoek. Bij de Ned. hervormde gemeente te Culemborg is tot predikant be roepen ds. Nyhoff, pred. te Drimmelenbij die te Harderwijk en bij die te blundert, ds. Rappard, pred. te Sexbierum; bij die te Leiderdorp d5. Schouw Santvoortpred. te Arnhembij die te Kiunre d'. van Doornpred. te Steen- wijkerwold; bij die te Feerwerd ds. Leemhuis, pred. te Blokzijl; bij die te Tjamsweerd d\ Bleeker, pred. te Fynaard; bij die te Nederhorsl den Berg, de cand. II. Smeding. Donderdag 11. had in de nabijheid van Almelo eene ijzingwekkende vechtpartij plaats. Ten gevolge van huisselijke oneeniglieden was al sedert eenigen lijd de goede verstandhouding in het huisgezin van den landbouwer L., te Ambt Almelo, in hooge mate gestoord; toen kwam het zóóver, dat de inwonende zoon en diens vrouw hunnen vader op verregaande wijze mishandeld, ja bijna doodelijk verwond hebben. Men heeft met zekerheid vernomen dat den vader eene beduidende hoofdwonde is loegebragt en twee ribben stuk geslagen zijn. Uit Assen meldt men: Eenigen tijd geleden werd hier een advocaat in gijzeling gesteld, omdat hij weigerde een stuk af te geven, dat hem als advocaat was toevertrouwd door zijn client. Een dergelijk feit heeft nu weder met denzelfden advocaatmr. Oldenhuis Gratamaalhier plaats gehad. Door den rcgler-commissaris gedagvaard oin getuigenis af te leggen in de zaak van het openbaar ministerie tegen zekeren Roelof lviers, te Wapse, ge meente Diever, die beschuldigd was van liet wederregtelijk opbreken van een voetpad aldaar, werd hem door den eersten gevraagd, of hjj in die zaak aan Kiers een advies had gegeven. Op het toestemmend antwoord van den advocaat, vroeg de regter-commissarishoedanig dat advies geweest was, en daaromtrent meende de heer Gratama zich te kunnen verschoonen van het geven van getuigenis, omdat hij dat advies in z jne qualiteit van advocaat had gegeven. De regtbank heeft mitsdien bevoleii, dat bedoelde advocaat in gijzeling zal worden gebragt en gehouden, totdat hij aan zijne verpligting zal hebben voldaan. De heer Gratama heeft zich aan de ten uitvoerlegging van het vonnis onttrokken, door zich buitenslands te bege ven. Hij is voornemens van dit vonnis in appel te komenof heeft dit reeds gedaanen zal ten dage dat de zaak voor het hof zal behandeld wor den, terugkomen en dan daarvoor verschijnen. Naar men verneemt, is een schipper uit Hoogeveen, met turf na Holland vertrokken. Vrijdag 11. met schip en lading overzeild door de sloo boot naar de Lemmer, en is zulks veroorzaakt door het donker stormach weder, toen heerschende. De opvarenden4 personen sterk heeft men slecl met groote moeite kunnen redden. Te Groningen is Zaturdag in tegenwoordigheid van vele vereerder oud-leerlingen, vrienden en belangstellenden, het gedenkteeken ter eere v wijlen den heer B. Brugsma, in leven directenr der rijkskweekschool voo, onderwijzers aldaar, plegtig op diens laatste rustplaats op de Zuider-begra plaats onthuld. Naar men uit Middelburg meldt is door den buitengewonen hoogen waterstand de dijk van den Pierssenspoldergemeente Neuzen en Iloe! doorgebroken en staan die polders onder water. De bewoners eener daar;.: gelegen hofstede hebben zich nog bij tijds kunnen redden, daar het wal reeds het huis binnenstroomde voor zij ontwaakten. Eenige varkens z verdronken. Ter hoogte van Vlissingen is opgevischt een'koffer, waarin zich de scheeps papieren bevonden van het Noorweegsche schip Niord, met hout geladen en uit Noorwegen naar Engeland bestemd. Men heeft een bootje met de kiel naar boven en verscheidene lijken zien drijven, waaruit men opmaakt dat de bemanning van genoemd schip zich met de boot heeft willen redden maar dat die omgeslagen is. Te Maastricht liep dezer dagen het gerucht dat de lib. M. en A. Craha bankiers aldaar, onder de firma Gebroeders Crahay, heimelijk de stad bat den verlaten. Bij vonnis der arrond.-reglbank zijn zij in staat van faillis.- ment verklaard, een tekort achterlatende, dat men op ongeveer een h; millioen gulden begroot. Gemeld faillissement zal zware verliezen berokf nen aan den werkenden stand; het waren vooral lieden uit die klasse, aan genoemde heeren hunne spaarpenningen hadden toevertrouwd. Bij de overweging van het wets-ontwerp tot vaststelling van hoofd stuk VIII (Oorlog) der staatsbegrooting voor het dienstjaar 1870 hebben eenige leden gezegd, dat zij er bezwaar in hadden om het gevraagde cred et thans aan den tegenwoordigen minister van oorlog te schenken. Verschil lende omstandigheden hadden er toe medegewerkt, om de begrooting van dit departement voor 1869 als eene tijdelijke voorziening te doen beschou wen. De minister was toen pas opgetreden en men wilde ernstige bespre king uitstellen, tot dat de toegezegde wet op het vcrdedigingsslelsel in b handeling zoude komen. Eene daartoe strekkende voordragt is echter sede, i dien tijd niet ingediend. Deze leden, die deze beschouwingen mededeelde:, verklaarden, dat hun vertrouwen in dezen minister van oorlog door zijne voortdurende werkeloosheid gevoelig is geschokt. Aan deze beschouwingot knoopten zich andere omtrent het eindcijfer der begrooting vast. Eenige leden spraken er hunne teleurstelling over uit, dat daarop niet meer is be zuinigd. Zij achtten de uitgaven van het dep. van oorlog te hoog voor or ze financiële krachten; er werd op nieuw naar het vroeger als normaal ge noemde cijfer van 10,400,000 verwezen. Hiertegen is opgemerkt, dat deze som al spoedig ten eenen male onvoldoende was gebleken, en dat er sedert den tijd, waarin zij door een minister van oorlog genoegzaam werd geacht, vele jaren zijn verloopen en veel is veranderd. Wij hebben een leger noo- dig om onze onafhankelijkheid te kunnen staande houden; de ondervinding der laatste jaren heeft maar al te stellig bewezen, dat ook kleine staten steeds gewapend moeten zijn. In alle afdeclingen werd echter de meenim; voorgestaan, dat de regeling en voltooijing van het vestingstelsel niet vol doende zijn om onze verdediging behoorlijk te verzekerenmaar dat ook de zamenstelling van de levende strijdkrachten hij de wet moet worden bepaald Ook op de spoedige indiening van eene daartoe strekkende voordragt is doe vete leden met nadruk aangedrongen. Terwijl men zich over de waarde van onze passieve verdedigingsmiddelen, in afwachting der wet op het vesting stelsel, niet wenschte uit te laten, is de toestand onzer levende strijdkrach ten in verschillende afdeelingen vrij breedvoerig beprokeii. Daarbij is d<* meening voorgestaandal onze strijdmiddelen zeer goed toelaten om de vei dediging van het land tegen eenen overmagtigen vijand met goeden uitslag te voeren, wanneer de leiding daarvan aan bekwame handen is toev trouwd en de volksgeest haar krachtig steunt. Hierop en op de goede hoe danigheden van ons leger, niet zoozeer op zijne sterkte, zal het voorname lijk aankomen. De juistheid van dit gevoelen is niet betwist, maar ver scheidene leden waren van oordeel, dat er nog zeer veel aan het leger oei

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1869 | | pagina 1