in 1867 (ƒ2.658,437) toegenomen, en wel ntet 68,588.46Behalve de provincie Overijssel, waar eene vermindering van ƒ930.14 plaats had, deel- den alle provinciën in die toename. Behalve de bovengenoemde jaarwedden genoten nog 1346 openbare onder- j wijzers inkomsten uit andere betrekkingen, waarvan 1233 van kerkelijken aard. De onderwijzers, die bovendien kerkelijke betrekkingen bekleedden, i waren over de onderscheidene provinciën verdeeld als volgt: Noordbrabant 20, Gelderland 174, Zuidholland 174, Noordholland 162, Zeeland 90 Utrecht 55, Friesland 260, Overijssel 66, Groningen 172, Drenthe 49, Lim- burg 11. 'sGRAVENlIAGE, 31 Augustus. Z. M. heeft benoemd tot ridder der orde van den Nederl. Leeuw den kapitein A. E. Beuther, van het 2Je reg. vesting-artillerie. Z. SI. heeft vergunning verleend aan den lieer mr. \V. A. P. Verkerk Pisloriusreferendaris bij het dep. van financiëntot het dragen der onder scheidingsteekenen van officier der orde van hel Legioen van Eer, hem door den keizer van Frankrijk geschonken, en aan R. J. 11. Sevenstern, te Die ren tot het dragen van het kruis fidei et virtuti, hem door den Paus geschonken. Tot schoolopziener in het eerste schooldistrict der provincie Utrecht is benoemd de heer A. SI. E. van Deventer, te Utrecht, in de plaats van den heer mr. W. J. vau Iloytema, op zijn verzoek als zoodanig eervol ontslagen. Omtrent de huwelijksverbindtenis tusschen prinses Slaria der Neder landen en prins Wilhelm von Wied, verneemt men nog dat de vorstelijke personen, na hun huwelijk, het landgoed het huis de Paauw zullen be trekken. De prins zal, naar men verzekert, in Nederlandsche krijgsdienst treden. De hooge raad, kamer van vacantie, heeft heden uitspraak gedaan op de exceptie, voorgesteld door den staat, in het geschil tusschen de vereeni- ging tot landverbetering, gevestigd te Dordrecht, eischeresse, en den staat der Nederlanden, gedaagde. Zooals men zich zal herinneren betreft het in deze een eisch tot wegruiming van eenige werken ten behoeve van den waterweg van Rotterdam naar zee. door den gedaagde op gronden, der eischeresse toebehoorendeuitgevoerd. Op dien eisch werd door den ge daagde voorgesteld de exceptie van onbevoegdheid des reglers om van dit geschil kennis te nemen, naardien de beslissing over zaken den waterstaat betreffende alleen aan den koning is opgedragen. De hooge raad oordeelde echter, dat de door den gedaagde bedreven handelingen, waarop de eische resse hare vordering grondt, volgens de dagvaarding betreffen verriglin- gen op een deel der eigendommen der eischeresse en binnen de gren zen van haar eigendom; dat dus, wanneer bij de behandeling dei- zaak ten principale mogt blijken, dat alles, waarover de eischeresse zich be klaagt, is geschied krachtens het grondwettig regt des konings, van opper- toezigt namelijk over al wat betreft den waterstaat, dit slechts aanleiding zoude kunnen geven tot niet-ontvankelijk-verklaring of ontzegging der inge stelde vordering, geenszins tot onbevoegdverklaring van den regter daarvan kennis te nemen. De hooge raad heeft mitsdien de voorgestelde exceptie van onbevoegdheid des regters uithoofde van het onderwerp des geschils, verworpen en partijen bevolen ten principale voort te procederen. Op het adres aan den gemeenLeraad van den heer J. J. van Kerkwijk, om de gelegenheid te openen voor mingegoeden en handwerkslieden om tegen zeer geringen prijs gebruik te kunnen maken van de zeebad-inrigling te Scheveningenheeft de commissie van bijstand in het. beheer van het ge meente-badhuis dezer dagen rapport uitgebragt en daarbij burg. en weth. in overweging gegeven den raad voor te stellen dit adres te verwijzen naar het dagelijksch bestuur, om daarop te beschikken zooals zal worden be vonden. De commissie liet hieraan voorafgaan, dat het denkbeeld van den adressant haar zeer toelachte, liet zou alleen de vraag zijn hoe de prak tische moeijelijkhedenaan de uitvoering verbonden, te overwinnen zullen zijn. Voor de verwezenlijking daarvan, die, naar de commissie meent, meer tot de bevoegdheid van den raad behoort, was echter het saizoen reeds te ver gevorderd, toen door den adressant zijn verzoek werd inge diend. Zij stelt zich echter voor de zaak te maken lot een onderwerp van naauwgezet onderzoek en overweging en de uitkomsten daarvan ter zijner tijd mede te deelen. De kamer van koophandel en fabrieken alhier heeft, naar aanleiding van het aangekondigde voorstel van een der leden, tol afschaffing der hon- denbelastingaan den raad in het belang van handel en nijverheid den wensch te kennen gegeven om bij de gemeentebegrooting voor 1870, indien er sprake mogt kunnen zijn van afschaffing van gemeente-belasting, in de eerste plaats het havengeld te doen verdwijnen van de lijst der plaatselijke belastingen. De ontvangst der gedelegeerden voor het internationaal statistisch con gres zal plaats hebben op Vrijdag 3 September, 'savonds ten 7 ure in het lokaal der sociëteit //de Vereeniging." Op Zondag 5 September wordt aan die heeren een diner aangeboden in den acclimatatie-tnin. Des Maandags 6 September, 'smorgens ten 10 ure, wordt het congres geopend in de hofzaal op het Prinsenhof. Des middags ten 1 ure nemen de werkzaamheden in de sectiën een aanvang. Des avonds wordt in den acclamatatie-luin een feest gegeven, waartoe de congresleden met hunne dames worden uitgenoodigd. Op Dingsdag, Woensdag en Donderdag, van 9 tot 12 en van 2 tot 4 ure en, zoo noodig, ook nog op Vrijdagmorgen, worden de werkzaamheden in de sectiën voortgezet, 's Woensdagsavonds ten 7 ure heeft er een feest plaats ia het Bosch, aangeboden door de gemeente 'sGravenhage en de lite raire sociëteit. De buiten 's Gravenhage wonende leden van het congres hebben daarbij met hunne dames vrijen toegang op het terrein der ge noemde sociëteit. Op Donderdag 9 September, des namiddags ten 6 ure, vereenigen zich de leden van het congres aan een gemeenschappelijk diner j op het gemeente-badhuis te Scheveningen. De inteekening voor dat diner is opengesteld aan het bureau der regelings-cominissie, tot en met Dingsdag 7 September. De prijs per couvert, met inbegrip van den wijn, is bepaald op 12. Des Vrijdags middags ten 1 ure en den volgenden morgen ten 9 ure worden wederom algemeene vergaderingen gehouden in de Hofzaal, ter bespreking van de rapporten der sectiën en lot het houden van voorloopige beraadslagingen over de plaats waar de volgende zitting van het congres zal worden gehouden. Des Zaturdags wordt het congres gesloten. Den vol genden Zondag zullen de buitenlandsehe leden van het congres met hunne dames een bezoek brengen aan de hoofdstad des rijks, aan de tentoonstel ling in het Paleis voor Volksvlijt en aan den tuin van het genootschap: //Natura artis magislra." Heden en volgende dagen zal alhier het vergelijkend examen worden afgenomen van de kandidaten naar de betrekking van hoofdonderwijzer in ïndië. De commissie tot afneming van dat examen beslaat uit de heeren: dr. Lindo, inspecteur van het lager onderwijs in Zuidholland; A. Moens, lid van de tweede kamer en schoolopziener; Humme, assistent-resident, met verlof; van der Toorn, schoolopziener in Noordholland, en dr. Dumontier, dirigerend officier van gezonheid in West-Indië, thans met verlof. Naar men verneemt is door wijlen den heer K. alhier aan de Veree niging //Licht, Liefde, Leven" eene som van ƒ2000 gelegateerd, uit te kee- ren na het overlijden zijner weduwe, die het vruchtgebruik dier gelden zal hebben. Aanstaanden Donderdag zal er op het groot stedelijk badhuis te Sche veningen wederom een luisterrijk vuurwerk worden afgestoken. BUITtëiNL\NDSCHE BEMGTBN. ENGELAND. LONDEN30 Augustus. De bisschop van Cork, in Ierland, heeft even als zijn ambtgenoot van Downmet het oog op de aanstaande reorganisatie van de Episcopale kerk in Ierland, eene conferentie van geestelijken en leeken doen plaats hebben. Daarin is besloten tot het instellen eener dioeesale synode. De nieuwe Turksclie leening van 12 millioen is door de Ottomani- sche bank volgeteekend. Sommige bladen deelen mede dat dr. Livingstone door den koning van Cazamba gevangen wordt gehouden, en wel in de hoofdstad van zijn rijk, Bunda genaamd. De Arabieren van Muskate, die veel invloed op dien vorst van Cazamba uitoefenen, stellen alle pogingen in het werk om te beletten dat de beroemde reiziger in vrijheid gesteld worde. Dr. Livingstone wordt door de Arabieren zeer gehaat. Uit Dublin wordt gemeld, dat kolonel Tigle, van Woodstock, voorne mens is 10000 aan de toekomstige //Vrije anglikaansche gemeente" Ie schenken. Te Chawleigh, een dorpje in Devonshire, speelden dezer dagen eenige kinderen met lucifers in een timmermanswinkel. Er ontstond daardoor brand, die 21 huizen, van slroodaken voorzien, vernielde en 74 personen van huisvesting beroofde. Gebrek aan water benam alle hoop op blussching. In het Septembernonnner van Macmillan's Magazine komt een opstel voor van de hand van mevrouw Beecher-Stowcdat in hooge mate de aan dacht trekt. Het voert den titel: //De ware geschiedenis van het leven van Lady Byron", en de schrijfster doet daarin mededeelingen, die, als zij echt zijn, een treurig licht werpen over de zoo veelvuldig besproken verstand houding, die tusschen lord Byron en zijne vrouw heerschte. Mevrouw Beecher-Stowe zegt dat zij het besluit heeft genomen dit opstel in het licht te geven, ten einde dat, hetwelk voor eenigen tijd door de gravin Guiccioli werd geschreven en waardoor een smet werd geworpen op het leven van Lady Byron, te ontzenuwen. Kort nadat Lady Byron was ge trouwd, ontdekte zij dat haar echtgenoot voor het huwelijk schandelijke betrekkingen had aangeknoopt met eene bloedverwante, die, indien zij aan het licht kwamen, lord Byron onvermijdelijk uit alle kringen zou verban nen, en tevens zag zij spoedig in dat hij van haar wcnschte ontslagen te zijn. Lady Byron had ter naauwernood aan een dochtertje het levenslicht geschonken, of zij werd op de meest wreede wijze uit. haar huis verdreven. Op den ochtend van haar vertrek trad zij de kamer binnen, waar hij en zijne medepliglige zich bevonden en zeidc: «Byron, ik kom u vaarwel zeg gen," terwijl zij hem tegelijktjjdig hare hand reikte. Lord Byron trok de zijne evenwel terug, liep wat achteruit, en zijne vrouw aanziende, sprak hij onder een sarcastisch lachje: «Wanneer zullen wij elkander weder ont moeten?" waarop Lady Byron antwoordde: «Ik hoop in den hemel!" dit waren de laatste woorden, die zij tot haar echtgenoot sprak. Lady Byron had de aanleiding tot de scheiding altijd geheim gehouden, maar daarvan toch in later tijd aan hare vriendin, mevr. Beecher-Stowemededeeling gedaan. FRANKRIJtH. PARIJS, 30 Augustus. Bij den algemeenen raad van het dep. Pas de Calais is door 13 leden de volgende verklaring voorgesteld: «In gewone vergadering vereenigd zijnde, maakt de raad gretig gebruik van de gelegenheid om aan 'skeizers regering te betuigen dat de boodschap van 12 Julij de bevolking van het dep. Pas de Galais innig heeft verblijd. Zij wacht met vertrouwen de nu zekere ontwikkeling der voor Frankrijk noodzakelijke vrijheden." De raad heeft echter geoordeeld dat dit voorstel buiten zijnen werkkring lag, daar hij volgens de wet enkel de belangen des departments te behandelen beeft. Ook andere algemeene raden houden zich, ten spijt der liberalen, strikt binnen hunne wettige bevoegdheid. Zoo is een voorstel, om te vragen dat de gewestelijke vertegenwoordiging voortaan over de indeeling des rijks in kiesdistricten geraadpleegd zou worden, door den raad der Rhóne-monden ter zijde gelegd. Doch de algemeene raad van Ille en Vilaine heeft zijne blijdschap over Frankrijks intreding in de baan der vrijheid betuigd, en in

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1869 | | pagina 2