infanterieop zijn verzoek op non-activiteit te stellen, en op zijn verzoek eervol uit zijne tegenwoordige betrekking b(j de kon. militaire akademie te ontheffen den majoor J. C. J. Keoipees, van den staf der infanterie, wor dende hij in zijnen rang overgeplaatst bij het lsle reg. infanterie. De officier van gezondheid 2de kl. J. de Clercq Zubli, dienende bij het eskader in 0. I., is op zijn verzoek eervol uit de zeedienst ontslagen. De ministers van justitie en van oorlog zullen in deze week geen ge hoor verleenen. De verjaardag van H. K. U. de groothertogin van Saxen-Weimar- Eisenach, zuster des konings, is gisteren op de gebruikelijke wijze gevierd. In de zitting van de tweede kamer van gisteren is het wcls-onlwerp tot verhooging van hoofdst. V der staalsbegrooiing voor 1866 (ziekte onder het rundvee), nadat de som door den minister met ƒ20000 was verminderd, met algemeene stemmen aangenomen. Daarna kwam in behandeling het wets-ontwerp tot verhooging van hoofdst. V der staatsbegrooting voor 1867 (ziekte ouder het rundvee). De hh. van llappard, llingst, Reinders, van Naamen, van Nispen van Sevenaer, Godefroi, llafftnans, van Beyma thoe Kingma, Pynappel en Insinger spraken ten gunste van het voorgedragen stelsel, de hh. Saaymans Vader, Hoekwater, van Zinnicq Bergmann, Fok ker, van YVassenaer Catwyck, Hoffman en van Lynden van Sandenbnrg daartegen. Zij die zich met den voorgestelden maatregel vereenigden ver klaarden dit te doen, omdat, naar hun oordeel, de tijd tot het doen van zoodanige poging gekomen was, en pligt medebragt daartoe over te gaan, vooral om de streken, waar de ziekte nog niei heerschte, tegen het gevaar van besmetting te vrijwaren. Men achtte zoodanige handelwijze allezins ge- oorloo'd, omdat zij strekken moest om het land van eene reeds zoo lang woedende plaag te bevrijden Wel was men overtuigd, dat niet niet zeker heid te bepalen was, of het voorgeslagen middel afdoende helpen zou; maar vermits de grootste waarschijnlijkheid daarvan bestond, tnogt men, meenden zij, niet terugdeinzen. Zij die hel wets-ontwerp bestreden, zeiden dit te doen uit aanmerking van de omstandigheid dal bjj de invoering van derge- lijken maatregel gemoedsbezwaren gekwetst, veel ellende geschapen en de gelegenheid lol het nemen van proeven en waarnemingen omtrent de ziekte weggenomen wierd. liet was er intusschen ver van af, dat deze leden wenschten eene lijdelijke houding in dezen te zien aangenomen; zij ver langden integendeel alles aangewend te zien wal strekken kon om het ge vaar te weren. Maar daartoe zouden, naar hun oordeel, andere middelen dan de voorgeslagene, kunnen dienen, bij voorbeeld het naauwkcurig afslui ten der lijn van de besmette streek, en het aanwijzen van een zeker onvrij terrein langs zoodanige lijn waar geen vee zich zou mogen vertoonen en hel isoleren der stallen waar de ziekte mogl uitbreken. Het voorgedragen middel achtte men daarenboven niet uilvoerlyk wegens gebrek aan benoo- digd en geschikt personeel, terwijl men niet verzekerd was van de mede werking der bevolking, die men toch zoo zeer behoefde. Ook zoude daar mede de verspreiding der smetstof niet voorgekomen zijn, vooral niet daar het begraven van zoo veil op eenmaal afgemaakt vee den grond en bet water zouden moeien bederven. Onderscheidene leden zouden hunne stem laten afhangen van de nadere inlichtingen der regering omtrent de toepassing. In de zitting van heden werden de beraadslagingen voortgezet. De heer Thorbecke vereenigde zich met hel gezegde in eene brochure van den heer Snellen dat niet de Nederl. regering, maar een deel van het Ne- derlandsche volk de schuld draagt van de uitbreiding der ziekte. Spr. zou met den minister medegaan, zoo deze afmaking binnen de lijn loepassen wilde bij dalend zieklecijfer op de wijze als de afmaking ihans buiten de lijn geschiedt en zoo de minister daarvoor meer geld noodig bad. Spr. had echter bedenking, indien de minister eene soort van mechanische singling wilde invoeren; als hij in den wilde, zonder onderscheid, wilde afmaken. De minister van binnenl. zaken beantwoordde in de eerste plaats de alge meene vragen en opmerkingen. De verschillende beschouwingen op prijs stellende, ziet hij niet in het verband lusschen het bespreken van de maat regelen der regering lol beteugeling der ziekte en een votum over de geld middelen. De ingekomen adressen hebben op den minister geen indruk ge maakt, wegens hunne tegenstrijdigheid. De minister hechtte niet aan bedreigingen eu kende geen vrees voor verzet. Nopens het onzekere der uitkomsten van den maatregel, beriep de minister zich op de ondervinding. Het middel van verbranding zou zooveel mogelijk worden toegepast. De minister gaf toe dat vele beesten herstelden, maar dezen hadden door niel- afinaking twintigmaal meer runderen aangestoken. Wal het financieel be zwaar betreft, herinnerde de minister aan het groote belang dat het hier geldt: handel, verkeer, grondbezit zullen daaronder komen te lijden. De minister beantwoordde daarna speciale vragen en eindigde met te wijzen op den indruk die eene afstemming van dit ontwerp in het buitenland zou te weeg brengen. Nadat nog een aantal leden en ook de minister hun gevoelen hadden ontwikkeld, is bet ontwerp aangenomen met 51 tegen 17 stemmen. Tegen: de hh. Wintgens, BIooivan Lynden, Fokker, Hoekwater, Bergman, van Wassenaer Catwyck, Begram, Keuchenius, Virtily, Hoffman, Heemskerk, Birlion, Jonckbloel, Gnljé, Saaymans Vader en Beens. De zitting is lot morgen gescheiden; aan de orde is dan: ontwerp, hou dende voorziening omtrent den vee-typhus. Naar men verzeker! zal de tweede kamer in de aanslaande week hare werkzaamheden voor drie a vier weken schorsen. Na dal reces zou dan hel wets ontwerp nopens de schutterijen in behandeling komen. Voor het prov. geregtshof in Zuidholland zijn gisteren de pleidooijen voortgezet in de procedure lusschen de commissie, belast met bet beheer der kerkelijke goederen en fondsen, loebehoorende aan de Ned. herv. ge meente te Leyden (de hh. Stuffken c. s.) appellante, en de gemeente-com missie van bet Ned. herv. kerkgenootschap (de hh. van Putlkammer c. s (geinliraeerde). De heer mp. J. Kappeyne van de Coppello is voor de ap pellante in repliek getreden van het pleidooi van den heer G. Dl. van der Linden, advocaat vour de geïntimeerden. Maandag aunst. zal de heer van der Linden dupliceren. b I, rf en landslide be rig ten. £NKkLA v EJ. LON DEN 7 April. In eene bijeenkomst van liberale leden van hel lagerhuis is besloten zicli voor de hei vormingsbill der regeling te verklaren, miis zij in dien zin gewijzigd worde dat 5 de uiterste grens van liet sieiuregl zij. De Mom. Jti-r wil weten dat de legering deze wijziging zal bestrijden eu de aanne ming als een votum van want ouwen zal aanmerken. F.en telegrafisch bengt uit Malta meldt dat de Britsche gepantserde vlooi onverwacht bevel ontvangen hei 11 om zee te kiezen De Prince Con sort en de Royal Oak zullen mei verzegelde orders vertrekken. Naar men gelooft slaat deze maetrcgel in verhand mei de moeijelijUhedendie Ier zake van het aanhouden van de Queen Victoria met Spanje opgerezen zijn. Het departement van marine heeft bekend gemaakt, dat, blijkens oni- vangen berigten, het meerendcei der bijzonderheden, welke de Engelsche consul te Zanzibar omtrent het lol van dr. Livingstone bad vernomen, de tijding van diens dood bevestigde. j In de met 30 Maart geëindigde week zijn bier te lande vijf nieuwe gevallen van runderpestop twee boerderijen in verschillende landstreken voorgekomen, ter kennis der regering gebragt; buitendien zijn er 26 ge zonde runderen wegens aanraking met dat besmette vee afgemaakt. FttAN'lt Ei 5,5 H. PAKIJS, 7 April Blijkens de mededeelingen der dagbladen worden hier te lande ijverig toerustingen voor oorlog gemaakt, liet aanschaffen van wapenen wordt in aller ijl voortgezelen in de hospitalen worden aanstalten voor de verple ging van gewonden te velde gemaakt. De maarschalk Mac Mahon moet uil Algerië zijn ontboden. Een Belgisch blad, het Journ. de Bruxelles, berigt dat er in België gelijk in Engeland bestellingen van wapentuig voor de Fransche regering zijn ontvangen onder beding van levering op eenen bepaalden dag. Er zijn geruchten in omloop omtrent de aftreding van den markies de Moustier en zijne vervanging door den heer Drouin de Lliuys of graaf Lalour d'Auvcrgue. Met liet oog op den toevloed van vreemdelingen, die alhier verwacht wordt, zijn de huurprijzen belangrijk verhoogd, zoodat de studenten nage noeg uit bel quarlier Latin verjaagd worden. Volgens berigten uit Florence is de heer Ratazzi met de zamenstelling van een nieuw ministerie belast en is hij daarin reeds geslaagd. V R IT I 8 E W. BERLIJN, 7 April. In de Alhambra alhier is eene volksvergadering gehouden, waarin met eene groote meerderheid het volgende besluit is genomen De volksvergade ring verklaart dat Luxemburg nooit van Dnilscliland mag worden afgeschei den dat op de Duitsche natie de pligt rust om met alle krachten er voor op te komen dat die provincie aan Duitschland behoortopdat hare vereeni- giug met het Duitsche rijk ten spoedigste kan plaats hebben. Eene volks stem mi iiginLnxemburg^sbcpaaDlelj^ Per Telegriicii. PARIJS, 8 April. In de zining van bet wetgevend ligcliaam hebben de hh. Jules Favre, Lambrecht en Josseati aanvragen gedaan tot liet rigten van interpellaliën aan de regering met betrekking lot Luxemburg. De mi nister van buileiii. zaken gaf te kennen, dat bij van den keizer bevel had ontvangen om de kamer bekend te maken met de omstandigheden, waar onder de Luxeinburgsclie quaeslie in het leven is getreden, zoomede met den tegenwoordige!) stand dier zaak. De regering, bebcerscht door de belangen van Frankrijk, die hel behoud van den vrede medebrengen, had in deze quaeslie slechts denkbeelden van verzoening en bevrediging gebragl. Ook was bel niet de Fransche regering geweest, die de quaeslie had opgewor pen. De onbesliste toestand van Luxemburg en Limburg had tol besprekin gen geleid tusschen Frankrijk en Holland: besprekingen, die niets officiééls hadden, toen het Nederlandsclie kabinet Penissen heeft geraadpleegd, het welk aniwoorddde met het tractaal van 1839 in te roepen. De Fransche regering had nooit deze quaestie anders verslaan dan onder deze drie ge- I zigtspuntenvrije toeslemming van Nederland; eerlijk onderzoek der trae- laieu door de groote mogendheden; raadpleging van den wenscli der bevol king door middel van het algemeen stemregt. De Fransche regering was bereid de quaeslie niet de mogendheden te onderzoeken en geloofde dus, dat de vrede niet zou worden verstoord De voorzitter deed opmerken, dat de verzoeken lot het houden van interpeliatiën hunnen gewonen loop zouden volgen en dus aan de afdeelingen zouden worden verzonden. De lieer Thiers nam daarop het woord, en betoonde zich erkentelijk, dat de regering het initiatief genomen had door de mededeelingen die men van den minister van buiten!, zaken vernomen bad; maar bij was van oordeel, dal die mededee lingen geen afdoende basis opleverden voor discussie; de regering behoorde de depêches over te leggen, die met belrekking lol de quaestie gewisseld waren. De beer Routier antwoordde dat de bewoordingen zelve van de mede deelingen des ministers van buitenl. zaken aanloonendat de quaestie nog niet op den officiëlen diplomatieken weg getreden was, zoodat de regering geen depêches had mede te deelen. De minister voegde er bijdat wanneer de afdeelingen verlof gaven voor de inlerpellaliën de regering bare ziens wijze omwikkelen zon, maar de niroens de regering reeds afgelegde verkla ring was, naar zijne meening, geschikt om voldoening Ie geven aan de gevoeligheid van de kamer en de publieke opinie. Na enkele opmerkingen I van de hh. Olliwcr en Berryer ziin de verzoeken om verlof voor de inter- pellatiën naar de afdeelingen verzonden. Aan hel Kaapsclie Volksblad van 19 Februarij II. - ontleeiien wij bet volgende stuk. DE JEUGDIGE HOLLANDSCUE EMIGRANTEN. IETS BETREKKELIJK DE JONGE LIEDEN DIE IN 1858 EN LATER UIT NEDERLAND NAAR DE KAAPKOLONIE ZIJN VERTROKKEN, OM ALDAAR ALS DIENSTBODEN GEPLAATST TE WORDEN. De vriendschapsbetrekking, die sedert een tal van jaren lusschen mij in zoovele inwoners van de Kaap de Goede Hoop bestond, bragt te weeg, dal, loen ik kennis kreeg van het plan, om eenige jonge lieden van hier der waarts over te zenden, ik, daartoe door de in Nederland gevestigde com missie aangezocht, mij gaarne bereid verklaarde, om in Leiden en omstre ken de, naar mij voorkwam bij uitnemendheid goede zaak te bevorderen. Lil de belanghebbenden, die zich bij mij aanmeldde», werd een negental achtenolgens door mijnen vriend, jiir. mp. F W. A. Beelacrts van Blok land, secretaris en lid der commissie in Nederland, aanbevolen en bij onder scheidene gelegenheden naar de Kaap overgebragl. Dc eerste berigten. voor zoover die door de jcu.'dige reizigers werden overgemaakt, luidden zeer gunstigzoowel betrekkelijk hunne reis, als hunne ontvangst en plaatsing In hel nieuwe vaderland. Maar die lijdingen bleven niet alujd voldoende, en bel bleek van lieverlede al meer en meer, dal de alhier opgeweklc ver wachtingen ginds op vrij grievende teleurstellingen uitliepen dal aan de voorwaarden, door de commissie aan de Kaap vastgesteld en hier bekend gemaakt, niet, althans niet in het disirict van Graaff-Reinetwerd voldaan, liet gevolg was,'dal de betrekkingen der jongelieden zich, zooals zeer na tuurlijk was, tol de in Nederland gevestigde commissieleden en wat Leiden en omstreken betrof, meer bepaald lot mij rigtien, om verantwoording we gens gebrek aan trouw in bel nakomen der aangegane verbiiidtenissen. Van de behandeling die de jonge lieden ondervonden wil ik niet spreken; al meenden eenigen hunner iu dit opzigt zich in hunne brieven aan hunne ouders en betrekkingenIe moeien beklagen, hunne meesters zullen ook wel eens redenen van ontevredenheid gehad hebben. Voor de godsdienstige opvoeding zal, naar wij hopen, zooveel de omslandigheden het toelieten behoorlijk zorg gedragen zijn. Voeding en klceding zijn zeker wel vol-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1867 | | pagina 2