Per Telegraaf. 's G R A V EN 11 AG E 11 September. De eerste kamer zul Donderdag be handelen hel wets-ontwerp betredende de inkwartieringen en anderen. BERLIJN, 10 September. De Nordd. Ztg. meldt, dal de onderhande lingen met Saksen nog geen betrekking hebben op de toekomstige stelling van Saksen in den Noordduilschcn bond. Prnisscn verlangt als loorafgaand beding voor de onderhandelingen de ontruiming der vesting Künigstcin. Waarschijnlijk zal die ontruiming binnen kort volgen. In de zitting van hel huis der heerrn van lieden is hel annexatie- ontwerp ter tafel gebragt. De commissie beval de onveranderde aanneming aan. Wet groote meerderheid heeft liet huis het ontwerp aangenomen. PETERSBURGII September. Generaal Mtirawief! is lieden morgen dood op zijn bed gevonden op zijne buitenplaats. Wen vermoedt dat hij aan een aanval van beroerte is overleden. Aanwinsten van liet Kabinet van PleisterbeeldenTec- keningenPrenten enz. van dc iloogcseliool tc Lcyden over 1805 180G. liet kabinet is over bet afgcioopcn jaar met het volgende verrykl AANKOOPEN. 1°. Tcckcningenals: eene in kleuren naar A. van Ostadc, door een onbekend kunstenaar, voorstellende een boer halverlijf; tien door onbekende meesters van dc vorige eeuw, namelijk negen landschappen, met O. I.inkt, dc pen en zwart krijt geteckcnd, en een stads gezigt, met U. I. inkt en spijkcrniklnog eene teckening, achterbuurtje, met 6. 1. inkt, door G. Ilnlscboom. 2°. Etsen, als: twee door A. Waterloo, La chaumière au haut dc la collinc en Le petit hatneau (Hartsch n°. 23 eu n°. 29.); vier door J. van den llecke 165(5 (B. n01. 145 cn 12); ccnc door L. de Deyster, Deux Amours (B ii°. 6); vijf door P. van Laar, tc weten: Le pat/san condni- sant un choral (B. n°. 9), Le cheval bnvant (B. n°. 10), Le c/teval qui pisse (B. ii°. 11), Le cheral et Ic chien (B. n°. 12) cil Les deux chcvaux au paturagc (B ii". 13); vier vrouwenfiguren door Gcertriiyl Rogman; eene ets van een onbekende, copic naar Les deux chetaux prés de la chamtc (B. n°. 25) van K. Dujnrdin; zes etsen door Ware dc Bye, naar P. Potter (B nos. 10, 11, 14, 17, 27 en 32); zes, landschappen, door L. Schenk; eene ets door J. E. van Varclcn, landschap. 1799; ccne. lig gende geil met landschap, door II. W. Schweickliardtmet Engclsch adres vijf etsen, landschappen, door lsaïtc Schmidt, 1780; eene, gedeeltelijk aqua- ini ta, schapenkop, door P. van Us; drie etsen, landschappen, door K. F. Beudorp; twee, een stil water met schepen en ecu landschap, beide door onbekende meesters; ccnc door J. Wuys, een rookend boertje, 1810; etsen van Hoogduitschc meesters, als; dansende beer (sum neuen Jahrdoor D. Burgdorfer; elf, landschappen, door C. L. von llagcdorti; en elf etsen door J. Klein, landschappen, dieren enz. 3#. Gravuren, als: een landschap met vee, door C. Visscher, naar N. Bcrglicm; Anciennc rue de Haarlemgravure naar J. Ruysdacl door J. Pli. Le Bas; vijf. door C. E. C. Hesste weten: L'êlévation de la croix, La descente de la croix, La sepulture, La resurrection cn L'ascension, allen naar schilderijen van Bcmbrandt, die zich tijdens de uitgifte, volgens de onderschriften, in de kcurvorsteljjkc galerij tc Dusscldorf bevonden; Joseph interpreting the dreams of Pharaoh's chief butler and baker door A Bamicrman naar J. Ribera; de twaalf bisschoppen naar A. Bloc- maerldoor F. cn C. Bloeroaeii; acht gravuren, door J. Jloyrcaii naar Pb. WoDwerman als: La marchande de ma ree li0. 4, La fonlainc des chas seurs 11°. 12, La cascade n°. 14, Depart pour la chasse aux c/iicns cou- chuns n°. 23; Le colombier du maréchal n°. 26, Ij'hirer n°. 36, L'aca démie du manége n°. 43 cn Le petit pont de bois n°. 47, cn naar denzelfdcn meester, Depart, pour la chasse a l'oiseau, door Picqtienoten L'appari tion aux bergers, door Bcauuiont; eene gravure, door Blot (naar P. de llooghc?); eene naar P. G. van Os, door J. I'. Visser Bender; twee, boe ren binnenhuizen, naar van Ostadc door J de Visscher en J. Suyderhoef; zinnebeeldige prent op den moord «Ier dc Witten, in dc manier van Romein dc llooghctwee gravuren van T. Major naar J. Assclijn cn N. Bcrglicm; eene naar L. Backliiiy/cit door A. Daudetdrie eravuren naar N. Bcrglicm door J. de Visscher en Aliamet; Le ménage Uollandaisdoor Wartiny en J. Pli. Lc Bas naar A. van Ostadc; Petite vue d'Hollandsnaar P. Pot ter door J. Pli. Le Bas; Dame prenant sou thé. door P. Fillociil naar J. 11. S. ChardinLa surprise du renard, naar J. B. Oudry door J. F. Beau- varlct; Jason, door J. Boydell naar Salvaior Rosa; Diane et Acléon, naar C. Maraili door L. Desplaces, cn La Pier ge en contemplationdoor Kdouard Girardet naar P. Deiaroche. Ouder de gravuren vermelden wij ook reuc zwarte-kunslprcnidoor Ch. Spooner naar G. Schalken, de rommelpot, eu eene houtsnede, twee mannen uiel hellebaarden in een landschap, door Anionic van Worms, welke prent wij hij Barlsch niet vermeld vonden. 4°. Prcnticckcningcnals: zes naar .1. Both, J. Hackacrt, J. Buysdael, J, van der Lift, A. van de Velde en W. van dc Velde, door C. Brouwer, en van denzelfdcn graveur twee proeven van eene prentteekening naar een onbekend kunstenaar; voorts twee door een onbekend graveur naar bloem en fruitstukken van J. van lluysnm; zeven door P. F. C harpen tier naar Boucher, studiebecldjes; een naar Jan Luyken door G. Saint; vier verschil lende proeven van eene prentteekening naar A. van Ostadc, door een onbe kend graveur, en eene in krijtmauierstudie-beeldje naar liet gekleed mo del door P. dc Mare. 5n. Litliograpbiënals: II faut cn riregekleurd cn geteckcnd C; Les quatre parties dn jour. Portraits defemmes, lithographies d'après na ture par II. Grévedon, (cahier) met bet jaarmerk 1833; zestien door den- j zelfden, meest vroiiweiibiislen als: UéloiscAbeilardIlusse, UrichTyro- I lienneNimbourgoiseDalhiaen van eene reeks, mede vrouwenbustendc letters van liet alphabet dragende, ACJK!UÏVO, Icn X; i Veldslag bij IV alcrloo 18 J mi ij 1815, door C. Bos naar J. VV. Picncman IVatcrlooterhei ing ran Ch. Itochussen. Gedenkbladuitgegeven door het IVederlandsch Magazijn op 't vijftigjarig feest 18 Jnnij 1865; twee litliograpbiën door K. Botlmer. Combat de cerfs cn Au Bas-brcaupen danten, beide geziqten uil liet for ét de Fontaincbleau; Piste d'été en Piste d'hirertwee gekleurde litliograpbiën door Barrey naar Eng. Lepoittevin. I M U E V, O A I) E IV. Der redactie van liet Leidsche Dagblad schijnt de commissie van toezicht op liet middelbaar onderwijs een doorn in liet oog. Althans laat zij geene ge legenheid ontglippen om aan hare vitzucht en betweterij bot te vieren. Zij vermric zich in deze hare liefhebberij. De leden der commissie kunnen kalm blijven hij dc zweepslagen van iemand die wel klippen maar niet raken of treden kan. Ilun moet liet voldoende zijn il.it de burgerij meer cn meer vertrouwen stelt in dc inrichting, dal hel getal leerlingen merkbaar toeneemt dat do gang van liet onderwijs gelijk het onderwijzend personeel minder wel licht dan in eenige andere dergelijke inrichting le wensclien overlaten, dat eindelfjk de verhouding van de commissie tot den directeur en leeraren als die tot het gemeentebestuur is dc meest genoegelijkeen wal wonder? waar het niemand hunner tc doen blijkt tc zijn om kleingeestige machtsoefening cn uiterlijk vertoon, maar veeleer allen bezield zijn door de zucht om de instelling, aan hunne zorg toevertrouwd, op lc voeren lol die hoogte dal eens de burgerschool erkend zal worden Leiden lol room en tot zegen te z(ju geweest Aan hel Leidsche Dagblad alzoo hel rusteloos vitten! Aan anderen rustig en bedaard hunnen weg tc vervolgen. Toch kan het zijn nut hebben op de onwetende aanmatiging van liet dagblad van lijd tot tijd opmerkzaam lc maken, ten einde de burgert) in tc lichten en legen oppervlakkige voorstel lingen te vrijwaren. In een ingezonden en door de redactie gebrodeerd artikel van gisteren avond worden aan de commissie eenige ongeoorloofde handelingen verweten, b. v. dal prof. Rjjke den overmoed en de vermetel heid gehad heeft prijzen uil le dcelenen godbetertvooraan tc zitten terwijl een weihouder (onvergeeflijke zonde) onder de toehoorders was ge plaatstdat de commissie examens afneemt (wel foei!), dat de commissie zoo dikwijls de school bezoekt (wat een gruwel)alles even onwettigwant I. Volgens de wet bezoekt de commissie de scholen ten minste twee ma len 'sjaars, derhalve geen dagelijkschgeen wekelijksch geen druk bezoek. II. Alleen aan burg. cn weth. is opgedragen liet beheer en het bestuur. III. Examens van overgang, prijs-uildeeling enz. geschieden alleen door burg. en weth., zonder eenige tusschcnkomst of medewerking der commissie van toezicht. Dat elke dezer drie stellingen ccnc onwaarheid is, valt inderdaad niet moeilijk tc bewijzen. Men heeft slechts dc wet cn dc plaatselijke verorde ning ie lezen. 1° is het onwaar dat aan Burgemeester en VVcihoudcrs beheer of bestuur is opgedragen. Dc wel erkent, wat liet beheer betreft, alleen den directeur als hoofd, dc plaatselijke couimissien en de inspecteurs als belast met liet toczigt (art. 46). Hetgeen het gemeentebestuur tc verrigten heeft is uitslui tend liet vaststellen van een plan van inrichting van het ouderwijs (art. 21) en hel benoemen van dc leeraren. Al wal verder de uitvoering gelijk het dagelijksch loezcihL betreft, blijft vreemd aan deo werkkring van burgemees ter cn wethouders. In dien geest bepaalde dan ook art. 9 van liet raads besluit van 25 Aug. 1864: liet dagelijksch beheer van de school is onder toezicht van de commissie aan den directeur toevertrouwd." 11°. Omdat de wet minstens twee malen 'sjaars liet schoolbezoek voor schrijft, mag de commissie niet wekelijks of maandelijks de school bezoe ken. Logica van) het Leidsche Dagblad! dat trouwens vergeet art. 51 der wet. De scholen zyn steeds toegankelijk voor de Icdcu der commissie van toezicht. Maar onafhankelijk van dc wettelijke voorschriften kan iemand het laken dal dc leden der commissie niet een schijn- maar een wcrkcljjk toezicht houden op den gang van het onderwijs? Of is het soms te vergen van den burgemeester, den wethouder van financiën of van fabricage dat ook zij zich op de hoogte stellen van al wal tot het middelbaar onder wijs betrekking heeft, dal zjj kennis nemen van en oordeelen over dcscliool- belioeftcn, over dc schoolboeken en over dc physischc en chemische instru menten die vcreisclit worden? En is liet niet juist daarom dat zoowel dc algemecne als de plaatselijke wetgever verordend heeft een toezicht uitgeoe fend door hen die ieder in zijn specialiteit geacht kunnen worden mcl liet doel van hel onderwijs en den gang van dc wetenschap bekend te zijn? 111®. Dc examina geschieden door burg. cn weth. zonder eenige tnsschen- komst of medewerking van de commissie! Eilicve? is dal waar? Dc wei spreekt van dc jaarlijksclic examina op dc burgerscholen uielen laat dus ook dit punt geheel aan den plaatselij ke» wetgever over; en wal nu bepaalt het aangeh. raadsbesluit? Art. 19. «Door dc zorg van dc commissie van toezicht wordt dc tijd wan neer cn de plaats waar zij zullen plaats hebben, ter algemecne kennis gebracht." Art. 20. »Dezc examina worden afgenomen door of ten overstaan ran eene commissie, bestaande uit een lid van de commissie van toezicht, door haar zelve aan te wijzenden directeur der school en twee of drie leeraars." En wat nu betreft dc overgangs-examina. Art. 21. Jaarlijks worden voor het einde van den cursus ten overstaan van de commissie van toe zicht of hare afgevaardigdende examens afgenomen van dc leerlingen ter bepaling of zij lot eene hoogere klasse bevorderd kunnen worden." Est-cc clair! monsieur le redacteur? Ik zcidc zoo even dat dc wet over dc jaarlijksche examina op dc burgerscholen niets verordend heeft, maar wat haar geest hieromtrent is geweest, blijkt hieruit dat volgens art. 56 het cind-cxamen voor de burgerscholen niet wordt afgenomen door burg. eu weth., maar door ccnc commissie, zamengestcld uit een lid der commissie door haar zelve aan te wijzen als voorzitter, dcu directeur der school cn de leeraren. En wat nil eindelijk dc prjjsuildccling bctrcflbepaalt art. 23 van liet aangeh. raadsbesluit: «Alles wal betrekking beeft op het beloonen der leerlingen, wordt bij huishoudelijk reglement door <lc commissie van toe zicht in overleg met den directeur bepaald." Est-ce clair! monsieur Ie rédacteur? Mag ik u nu raden in liet vervolg u niet meer te bemoeien met onderwerpen, die gij niet kent noch bestudeerd hebt? Bet ware inderdaad voor iiw slceds meer en meer zinkend credict noodzakelijken dc burgerij heeft behoefte aan licht cn waarheidniet aan duisternis cn schccvc voorstellingen. Leiden, 11 Sept. 1866 Gewezen vonnissen in strafzaken, door liet Kanlongcrcgl tc Lcydcn, op den 3dcn September 1866. 10 wegens het zich oj> dc openbare straat in kcnnelijken staat van dron kenschap verloonen. 4 wegens het maken van nachtelijk burengerucht. 6 wegens liet op straat laten van honden, niet behoorlijk gemuilband, gedurende den door Burgemeester cn Wethouders bepaalden tijd. 2 wegens het baggeren jn boezemwater van Rijnland, zonder de ver- cisclite toestemming. 2 wegens liet in den winkel voorhanden hebben van brood, dal niet goed gaar is. 1 wegens bel rijden door dc Donkcrsteeg in verboden rigling. 1 wegens hel rijden met eene kar, waaraan oen niet gemuilbande bond is gespannen. 1 wegens het laten losloopen van een bond, welke men als trekdier gebruikt. 1 wegens het zonder consent baggeren in de siugelgracht. 1 wegens liet werpen van vuilnis in bet water. 3 wegens hel innemen van gemeentegrond, zonder schriftelijke toestemming van Burgemeester cn Wethouders. 1 wegens bel buiten de liondenmnrkt op straat vastleggen van een bond welke niet aan ecu kar of wagen is gespannen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1866 | | pagina 3