BIJVOEGSEL, behoorende tot de Leydsche Courant
van Maandag 2 October Ó865N°. ó2d.
Algemeene Vergadering van het Reken-,
/Vis-, Teeken-, Bouw-, Natuur- en Werk
tuigkundig Genootschap te Ley den, onder
de zinspreuk: Mathesis Scientiarum
Genitriasopgerigt in den jare Ó785.
De 80»te Algemeene Vergadering der leden van het Genootschap
Mathesis Scienliarum Genitrix werd gehouden op Woensdag den
20 September 11. De Heer Burgemeester en de Heer Wethouder
stoffels, alsmede de tilt. j. vak heükelom Jr. en d. l. wolfson, als
afgevaardigden uit de Commissie van loezigt op de scholen van middel
baar onderwijs, vereerden deze vergadering met hunne tegenwoordigheid.
De President, Dr. de coeje, bragl het jaarlijksch verslag uit, dat wij
met zijne toestemming hier in zijn geheel laten volgen.
Edele Heercnvertegenwoordigers van het Collcgie van Dage-
lijksch Bestuur en van de Commissie van Toezicht op de
scholen voor middelbaar onderwijs in deze gemeente! HU.
Leden en Bestuurders van het Genootschap M. S. G.!
HIL Onderwijzers en Leerlingen der scholen hier tegen-
ivoor dig! Geachte Toehoorders!
Wij zijn wederom aan hel einde van een Genootschapsjaar gekomen,
en volgens ouder gewoonte zal het besloten worden met een kort ver
slag van al hel geen er in den kring der vereeniging merkwaardigs is
voorgevallen. Niet zonder schroom aanvaard ik de eervolle taak om
uit naam mijner medebestuurders tot U hel woord te voeren. Schenkt
mij uwe toegevende aandacht.
Ik zal een begin maken met het collegie, waaraan het beheer en
toezicht over hel Genootschap M. S. G. is opgedragen. Van de vier in
de vorige vergadering gekozen leden des Bestuurs, lieten de hh. schaap,
bierens de haan en van dijk zich de benoeming welgevallen, de heer
montagne bedankte voor de eer der keuze. In zijne plaats werd door
het Bestuur, volgens art. 21 der wet, met algemeene stemmen geko
zen de heer t. hooiberg, die zich bereid verklaarde zitting te nemen.
Sedert kwam er in het personeel des Bestuurs geene wijziging. Tol
president werd spreker verkozen, lot vice-president de heer v. lith,
terwijl secretaris en penningmeester zich bereid verklaarden hunne func-
tiën te blijven behouden. Tot leden der schoolcommissie werden be
noemd de hh. schaap, mecwveen, bierens de haan, giezen en
de goeje. De heer de haan werd lol voorzitter, de heer schaap tot
onder-voorzitter verkozen, terwijl de heer nieuwveen zich met het secre
tariaat belastte.
Zoodra Bestuur en Schoolcommissie aldus geconstitueerd waren, werd een
aanvang met de werkzaamheden gemaakt. Het toenemend getal leerlingen
maakte het noodzakelijk om eene afdeeling van de bouwk. rekenschool
in een afzonderlijk locaal te plaatsen en tevens hel aantal docenten
aan de gewone rekenschool met een te vermeerderen. De heer valk,
reeds als hulpleeraar aan de eerste school verbondenwerd in dezelfde
betrekking bij de andere aangesteld. Langer deliberatiëu vorderde de
behandeling van een voorstel, reeds in hel vorige jaar door het lid des
Bestuurs nieuwveen gedaan, om óf aan de verstgevorderde leerlingen
der ambachtsschool de gelegenheid te verschaffen om van het onderwijs
in de chemie en de staathuishoudkunde aan de burgeravondschool
gebruik te maken, óf voor beide vakken een leerstoel aan de ambachts
school te vestigen. Dit voorstel, in handen der Schoolcommissie gesteld,
gaf aanleiding tot het volgende advies:
«Wat de chemie betreft, erkent de commissie volkomen het gewicht
van dit onderwijs voor den handwerkssland en vindt het verkrijgen van
eenige chemische kennis voor de verstgevorderde leerlingen der am
bachtsschool zeer wenscheiijk. Wal echter de staathuishoudkunde
aangaat, ziet zij de noodzakelijkheid van dit onderwijs niet in; aan de
avondschool worden nog meer vakken onderwezen, hoogslbelangrijk
voor den nijveren stand, en zij ziet geen reden waarom juist dit vak
boven de andere de voorkeur zou verdienen. Te meer weegt dit, wan
neer men in aanmerking neemt datzooals te wenschen en te ver
wachten is, vele leerlingen der ambachtsschool in 't vervolg den cursus
der burgeravondschool zullen afgeloopen hebben, eer zij de lessen op
de ambachtsschool zullen volgen, en dan van zelf onderwijs in de
staathuishoudkunde zullen ontvangen hebben. Zij stelt alzoo voor
den leerlingen van de hoogste klasse der natuurkunde te veroorlooven
van het onderwijs in de chemie aan de B. A. gebruik te mogen ma
ken, en wat het tweede gedeelte van het voorstel, de staathuishoud
kunde betreft, dit af te wijzen."
Dienovereenkomstig werd besloten. Hoewel nu de lessen in de
chemie nog niet gegeven werden, bij het ontbreken eener hoogste
klasse op de B. A., maakte de heer v. d. waals geen de minste zwa
righeid die alleen voor de leerlingen der ambachtsschool te openen.
Het onderwijs in de chemie nam spoedig een aanvang, en de res/ti*"
talen van dit jaar zijn van dien aard geweest, dat men alle reifëa
heeft zich over den genomen maatregel te verheugen. V
Het was met leedwezen dat men, wat de staathuishoudkunde betro\
tot een ander besluit moest komen. Maar met hel aantal uren dat de
leerlingen der ambachtsschool beschikbaar hebben, moet streng ge-
huishoud worden. Door hel aantal vakken meer dan volstrekt nood
zakelijk is te vermeerderen, zou men in degelijkheid verliezen wat
men in uitbreiding gewonnen had. En ons motto moet blijven: liever
weinig en grondig, dan veel en oppervlakkig. Men mag den tijd en de
krachten niet door veelheid van vakken versnipperen. Doch er was nog
eene andere beweegreden. Het is wenscheiijk dat ambachtsschool en
B. A. meer en meer lot één harmonisch geheel samensmelten. Thans
nog worden sommige lessen dubbel gegeven. Dit kon niet anders. Hel
Genootschap had vroeger slechts ééne school, de tegenwoordige ambachts
school, en daar deze school de eenigsle inrichting in deze stad was,
waar toekomstige handwerkslieden zich na het verlaten der lagere school
verder konden bekwamen, was het noodzakelijk elementaire rekenles
sen te openen. Over eenige jaren zal het anders moeten worden, in
dien de ouders meer het belang van ontwikkeling en kennis hebben
leeren inzien. De burgeravondschool moet de voorbereidende klasse
worden voor de lessen der ambachtsschool. Als de knapen op hun 12e
14° jaar de lagere school verlaten, wacht hen de B. A.waar zij
hel genoten onderwijs zullen voortzetten, waar zij zullen leeren wal
voor een ontwikkeld burger onontbeerlijk is. Daar zullen zij met de
hoofdpunten der vaderlandsche en algemeene geschiedenis bekend wor
den, de onmisbare kennis van den aardbol, en vooral van ons land
en zijne overzeesche bezittingen verkrijgen, de staatsinrichting van Ne
derland leeren begrijpen. Zij zullen hunne moedeitaal juist leeren
schrijven en hunne gedachten in dragelijken stijl leeren uitdrukken.
De beginselen van cijferkunst, algebra en meetkunde zullen hun gron
dig ingeprent worden, terwijl hun de wetten waaraan de gansche na
tuur gehoorzaamt, zullen verklaard worden en zij oog ontvangen voor
al hetgeen hen omringt van dier en plant en delfstof. Daar zullen zij
geoefend worden in het gebruik van passer en liniaaloog en hand
leeren bezigen om de omtrekken der hen omringende voorwerpen op
papier te brengen, en nauwkeurig en sierlijk leeren werken in de naboot
sing van de teekening eener meesterhand. Zoo voorbereid zullen zij
op hun 15e of 16e jaar tot de lessen der ambachtsschool worden toege
laten, waar op dien grondslag zal worden voortgebouwd, maar in eene
bepaalde richting. Men zal daar dan geen elementair onderricht meer
te geven hebben, maar allen tijd en alle kracht aanwenden tol de ver
krijging dier kennis die den ambachtsman vooral lot nut en eer kan
verstrekken. Doch keeren wij van de idealen lot de geschiedenis terug.
Terwijl de lessen geregeld werden voortgezet, hielden de Bestuurders
zich bezig met verschillende punten te bespreken in het belang der in
richting. En wel allereerst aan de beurt was eene herziening van de
bezoldiging der onderwijzers, met name die van de bouwk. teekenschool.
Alleen die van den hoofdond., den heer blansjaar, werd gelalen zooals
zij was. En toch is geen traclement aan de scholen des Genootschaps
zoo laag in verhouding tot de opoffering van tijd, moeite en ijver als
het zijne. Inderdaad zijn er weinige redenen waarom het Bestuur de
bekrompenheid van de geldmiddelen des Gen. meer betreurt dan deze,
dat het niet in staat is om den waardigen man eene wedde aan te
bieden, die eenigszins beter beantwoordt aan de vele en gewichtige
diensten, die hij voortdurend aan het Gen. bewijst. Gelukkig dat zijne
belangeloosheid zijne liefde voor hel vak dat hij onderwijst en zijne
belangstelling in den bloei des Gen. evenaart. Moge die door ons zoo
hoog geschatte ijver niet verkoelen en hij lang aan het hoofd der
bouwk. teekenschool blijven, de voldoening smakende van vele degelijke
ambachtslieden gevormd en veel bijgedragen te hebben tot den nuttigen
invloed onzer vereeniging!
Ja, M. H., dit is sommigen van U weten het bij ondervinding
de schaduwzijde bij de werkzaamheden der Bestuurders, dat hunne
handen steeds gebonden zijn door de geringheid der middelen die tot
hunne beschikking zijn, dat zij dikwijls alleen op finanlieelen grond een
plan van verbetering of hervorming voor onuitvoerbaar moeten verkla
ren, dat zij den onderwijzers somtijds voorwaarden moeten aanbieden,
die zij zeiven onevenredig vinden aan de gevraagde diensten. Gij kunt
begrijpen hoe welkom ons, terwijl er dergelijke gedachten in ons om
gingen, de ontvangst was van een brief van den heer werst, vergezeld
van een geschenk van f 60 van een begunstiger des Gen. die onbekend
wenscht te blijven. Dank zij den edelen gever, die zijne waardeering
van het nut onzer scholen op zulk eene ondubbelzinnige wijze aan den
dag legt.
Dezelfde bedenkingen leidden in 't afgeloopen jaar tot een stap, die
goede vruchten heeft gedragen, hoewel men zich een nog rijkeren oogst
had voorgespiegeld. Het is eenige jaren geleden dat er eene circulaire
was uitgezonden, gericht aan verscheidene medeburgers, van wie men
hopen en verwachten mocht, dat zij eene goede zaak zouden willen
bevorderen. Deze circulaire had het Gen. een 30-tal nieuwe leden be
zorgd. Doch sedert heeft er in de bevolking der stad menige verande
ring plaats gehad. Men besloot dus andermaal eene opwekking aan