ft.
8
sr"
c
zemen. Het werd nu eene onderscheiding en een voorregt lot de anngeno-
laencn te heliooren. De Kweekschool toonde daarin, niet eene inrigling te
zijn, waar, rijp en groen, allerlei sujetten uit medelijden zamengeraapl
werden, maar eene waar men alleen door aan zekere voorwaarden van mo
raliteit te voldoen en tot de besten te behoorentoegang kon krijgen. Zon
der hare oorspronkelijke philanthropische bedoeling te verloochenen, gaf de
beperking aan de Kweekschool meer liet eigenaardig karakter dat men van
zulk eene inrigling verwacht. Dc Kweekschool bleek nu inderdaad te zijn
voor de zecmagten het was niet, gelijk men het wel eens hoorde voorstel
len, de zeemagt die zich goedwillig leende om de kweekclingen der leydsche
school aan eene kostwinning te helpen.
In 1801 eindelijk trad de Kweekschool een nieuw tijdperk in. Zij ver
vormde zich in eene vaste Vereeniging tot instandhouding en bevordering
van den bloei der Kweekschool voor Zeevaart te Letjdendie bij ko
ninklijk besluit van 4 januari] Staatsblad n°. 85) als reglspcrsoon erkend
werd. Reeds het jaar te voren, den l\ica april 1860, had Zijne Majesteit
de Koning het beschermheerschap der inrigling gelieven aan te nemen. Ten
einde een vast fonds te bekomendat haar duurzaam bestaan en haren bloei
verzekeren zou, werd bepaald dat elk die deelgenoot wilde worden dit zou
kunnen, hetzij door het nemen van e'én of meer aandeelen ad 25, hetzij
door eene jaarlijksche contributie van ten minste ƒ2.50.
Dat, met de uitbreiding van den werkkring, ook èn de bemoeijingen èn
de finantiele lasten toenemen, behoeft geen betoog. Wat uit het klein
begin" geworden is, en hoe uit de spruit allengs een jonge boom is ge
wassen, blijkt uit het bovenstaande. De Vereeniging mag, wanneer men
naar hare resultaten vraagt, met regtmatigen trots wijzen op dit aantal van
570 zeelieden door haar voor de oorlogsmarine en de koopvaardij reeds af
geleverd en van welke menig getoond heeft, dat, wanneer slechts de gele
genheid wordt aangebodenook uil de onderste lagen der maatschappij
mannen van eer en van verdienste te voorschijn treden De geschiedenis
der Kweekschool is tevens een leerrijk voorbeeld, hoe, wanneer men zich
slechts niet door gecstigen spot en zelfs niet te zeer door de oppositie der
«praktische mannen" laat afschrikken, wanneer men het doel in het oog
houdt, er zich niet van laat afbrengen en met kalmen en standvastigen ijver
volhardt bij zijn voornemen, hoc men dan met weinig middelen veel kan
tot stand brengen. Men behoeft, om te begrijpen wal al moeite en kosten
aan deze zoo bescheiden opgezette onderneming, na een tienjarig bestaan,
verknocht zijn, slechts de laatst afgelegde rekening-verantwoording in te
zien, welke wij hieronder laten volgen:
03
•is
CO
*5
O
c
a
•S O
CS
brj
70
os m in in
MOCOlfltC HOOI CO
O OC5CMO OtflO CO
O 00
VO t-
m
CO
O
m >n
V-H CT>
C5 O
1
c_
Gi
o> CS
CO
OlOlOCOOtfliH O v-H
T-H
iO> -H
03
O
<M CO CO »-t
v—1
co
CO
ca
V—1
(N
Ito
j
P9
1 Z
a
-
03
-C 3
S g w s
"O
■3 03
-a
3 c/3 O
«3 3
'g s 2c> S s
t/i 03 3 r-
7Ü 2
5-
K-
3 -3
O =5
O
9
tO
,E u v
C w
O r-
.r
es
3 3
C6 63
2
3 JU
es -a tjo
tD 03
■fe s s
5?"
'H 03
3 tc
-r
cc C
6D'~
CC 03
*03
O
.C/3 "53
*03 33
t- S
CC
03 g
33
-o
1^5 C
o
B -
03
CL'
O qj O
3 3 bi)
biD c/>
«o Z2
2 ec .03
E
5 3 «C» 03
OJ 3 -
ar.
'Z S3 Jö
w Sz z.-
3
CQ
'5 O O -
E_i
c cn
s
<03
<03
C3
E—
b.
<03
6D
•o
03
JO kO
CS
CO
03 CO
a
"T=5 v-l
V
CS c.
en
CS O
fcn
13
fcD O qj
03
o eo
C3
ts
c
03
cn
O
03
CS
"O -Q
03
-
_Q3
öj
w
1
O
z*
O
O
O?
ie-
"5
<33 O
"C
C/3
E—
03
cs
VI
CQ
-nCiOOt^C^O COCOCS
QHCOOCOCOO v—I CS
CO CS CO CO C5 CS
O
UO
tD
ar
3
'5
3
I 9
3. 0D
03 O
«s
Cü^ ep
c/3
-9
C/3
b r
303 03
S.2 1-1 Ul"i
C 3 03 3 o s :C5
O
Wij eindigen met een woord aan het publiek. De tijd, dat men van
illusion spreken kon, dat men beweren kon, dat zulk eene onderneming als
de Kweekschool voor Zeevaart, niet kon slagen, en althans niet slagen in
Als geinige halen wij den voormaligen kweekeling van Wouw aan, een annen jon
gen uit den achterhoek van Gelderland, thans matroos der Isle klasse, die bij de expe
ditie tegen het landschap Tjantong in de Zuid- en Ooster-Afdeeling van Borneo, van 26
tot 30 april 1863, zich zoozeer onderscheidde, dat hij het ridderkruis der Militaire
Willemsorde verwierf.
Lcyden, is voorbij. De ondervinding heeft tegen de bezwaren der «prakti
sche mannen" uitspraak gedaan en de Kweekschool heeft, door te bestaan,
bewezen, dal zij bestaan kan, dat de fondsen aan haar verschaft, niet in
een bodemloozen pul geworpen zijn. Wij meenen eene algemeene opinie Ie
verkondigen, wanneer wij zeggen, dal de Kweekschool eene gevestigde in
stelling geworden is. Maar, zal zij eene gevestigde instelling blijven? Zal
zij dit blijven kunnen, wanneer bare middelen niet, in gelijke reden met
haren wasdom toenemen
Niemand kan da verwachten. De Kweekschool heeft, in hare eerste
jaren, voor een deel hare uitgaven bestreden door toevallige baten, door
ruime giften van particulierendoor opbrengsten van concerten en andere
dergelijke tijdelijke te-gemoel-komingcn. Het is echter duidelijk, dat de
Vereeniging op den duur van zoodanige bijdragen niet bestaan kan, en dat
zij zoowel haar moreel als haar fiuantiëel krediet benadeelen zou, wanneer
zij eene bron van inkomsten zocht in telkens de hand op te houden om
giflen in te zamelen. De Kweekschool mag geen bcdel-instituut worden.
De Kweekschool heeft het hare gedaan; liet publiek doe nu het zijne, het
trede in massa tol de Vereeniging toe. De Vereeniging kan dan worden wal,
ter ecre van Nederland, de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen en zoo
menig andere nuttige of weldadige instelling bij ons geworden is: eene na
tionale inrigling alleen en uitsluitend door particuliere middelen in het leven
geroepen, in stand gehouden en tot bloei gebragl. Wij, en in de eerste
plaats wij Leydenaren, hebben ten minste evenveel behoefte aan de Kweek
school als deze behoefle heeft aan ons. De leydsche Kweekschool moet
bovenal door leydsche middelen, door de leydsche burgerij, gesteund wor
den. Zoo ooit naijver te pas komt, zij komt hier te pas, bij deze echt
leydsche schepping. Wij behooren niet toe te laten dat, na tien jaren
levens, onze Kweekschool ccn kwijnend beslaan ga lijden, of vooral door
de deelneming van buiten in stand worde gehouden. Wij hebben reden ie
vermoeden, dat, zoo het aantal contribuerende leden hier ter slede op
lange na niet zoo aanzienlijk is als men zou mogen verwachten, dit hoofd
zakelijk is toe te schrijven aan onbekendheid met de voorwaarden van toe
treding. Wij schreven ons opstel ora èn de tot nu toe verkregen resultaten
meer algemeen bekend te makenèn eene grootere deelneming op ie wek
ken. Wij vertrouwen, dat wij dit niet Ie vergeefs zullen gedaan hebben.
Wij meenen dat niemand die kan zich zal onttrekken om, voor eene ge
ringe geldelijke opoffering; lid eener Vereeniging te worden die van haar
klein begin thans reeds tot zulke betrekkelijk groote uitkomsten geraakt is.
Voor eenige dagen verklaarde de redactie van het Leidsch Dagblad stout
wegdat ieder ingezeten der stad van eenige beschaving schaamrood moest
worden, die de onlangs gehouden nationale tentoonstelling van natuurkun
dige werktuigen onbezocht liet. liet ware wel te wenschen, dat niemand
in de stad meer reden had dan deze om schaamrood te worden, en ik twij
fel niet, of ieder niet-natuurknndigedie met mij de tentoonstelling onbe
zocht liet, zal hiervoor des noods openlijk durven uitkomen. Ik kan ook
niet denken, dal het bestuur zelf der Maatschappij van Nijverheid 0p een
druk bezoek van eene tentoonstelling van zoo specialen aard gerekend zal
hebben. Elke tentoonstelling beeft in den regel altijd een of ander dat liet
grooie publiek aantrekt. Hoevelen bijv. zijn er die, hoewel geene botanici,
iocli gaarne liet sclioone der natuur op eene bloemententoonstelling bewon
deren. Maar eene tentoonstelling van natuurkundige werktuigen, wat kan
zij voor aantrekkelijks hebben dan voor den man van liet rak of voor ecu
enkelen dilettant? Wat is aan die voorwerpen voor hem die er niets van
begrijpt, te zien? Zal hij zijn tijd niet beter kunnen besteden? Als onin
gewijde in dc natuurkundige vakken heb ik dus alleen in zoover in de zaak
belang gesteld, dat ik mij verheugde in de couranten te lezen, dat onze
nijverheid zich ook met goed gevolg op de vervaardiging van natuurkundige
werktuigen toelegtIk heb mij daarin verheugd en zon hel gaarne blijven
doen. Daarom zon ik dan ook wenschen, een artikel, dal in hel laatste
nommer van den IVed Spectator voorkomt, wederlegd te zien, waarin
zeker geene geringe beschuldiging verzekerd wordt, dat de goegemeente
met de tentoonstelling erbarmelijk om den tuin geleid werd en dat verschei
den buitenslands vervaardigde werktuigen onder hel pseudoniem van een of
ander Nederlandsch industrieel aldaar prijkten. Twee werktuigen, die ge
zegd worden van een welbekend buitenlandsch fabriekant Ie zijn, schijnen
o. a. voor den ingewijde vrij duidelijk aangewezen te worden. Voor de eer
der Maatschappij van Nijverheid wensch ik, dat die beschuldiging weder
legd worde en ik verzoek u, mijnheer de redacteur, de plaatsing dezer re
gelen opdat die wederlegging worde uitgelokt.
Aan de redactie der Leydsche Courant.
&urgcvltjfcc
Van ÏO tot en met 16 Augustus 1865.
BEV A LLEN J. de Tombegeb. JonkerD. P. Stikkelorum geb. Bomli
Z. W. Stadeu geb. Frankhtiyzen Z. M. S. Fonteyn geb. StekZ. J S.
C. Wassenbnrg, geb. Ticmeijer, D. C van Tongeren, geb. Laman, D. M.
Vierdag geb. Tennissen l). E. J. Ilenzing geb. van Beek D.J. Baar,
geb. van Dijk Z. M. C. van Beek geb. VerniunichtZ. E. Bonte, geb. lio-
dyn D. J. M. Bavelaar, geb. BavelaarD. M. van den Heuvelgeb. Pan
huizen D. J. A. Hartwijk geb. Vrijman Z. C. A. Stoutegeb. KnolZ.
J. Holswilder. geb. Privé Z. M. P. van der Natgeb. VoermansZ. J. Lar-
re vij 11wede. P. J. van der Leek D. E. Midderham geb. Carrée, Z.
GEHUWD: T. Jaski, jm. en G. G. M. van den Dungenjd. G.deMcy,
wedr. en J. de Bu jd. W. F. A. Uckerjm. cn J. C. Steygcrjd. A F. van
der Reek jm. en L. Bonneljd. J. Ranselaarjm. en ill. Zirkzeejd. J. J.
Kramers, jm. en S. II. Wassenaarjd. J. Brittijnjin. cu P. C. van der Lof,
jd. J. j. Passantjm. en J. Bekkering, jd. D. H. Voorliuyzen jm. cn S. A.
van Weljd. R. L. Lolkes de Beer, jm. en .1. van der Kamp, jd.
OVERLEDEN: J.van Leeuwen 76 j. M. van Dutirengeb. Kleyn 40 j.
E. J. C. Randoe, D.16 d. C. Los, geb. Ondslioorn 25 j. 11. J. Ar bouw,
D.ruim 3 m. A. van den Nouland, D.bijna 4 w.E. Jl. Keysergel).
Knetsch 70 j. E. J. van der Ttiyn D.15 m. M. van Zomerveldgeb. van
Bokhoven 78 jJ. M. Zweerman Z.bijna 2 m. J. P. Ruytenbeek 22 j.
A. Pabbruwec, geb. Noordziek, 76 j. J. van der Putten geb. Timmerman
57 j. J. J. Ladan, Z.2 j. cn lm.- E. Disscvcld, gcli. V rij Gloed 47 j. E.
Baart, D.bijna 2 m.W.C Lcnsc, geb. van der Wagl74 j. F. M. Bon
net, D.ruim 5 m. Jansjc Willi" Caslien 43 j. P. Kooien72 j. L. II.
liljce42j. L. A. van Rijn Z., 2 m F. van der Woerd, Z.1 j. en 3 m. A.