LEÏDSCHE COERANT. VRIJDAG 14 APRIL. De Courant wordt Maandag, Woensdag en Frijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zaturdag avond. De prijs der Courant is f3.per vierendeel jaars. Afzonderlijke nommers zijn tegen 10 Cents verkrijgbaar. BINNEfiLANDSCriE BEllItiTEiV. LEYDEN 13 April. Oe minister van koloniën heeft ter kennis van belanghebbenden ge- bragt, dat de commissie, belast met het afnemen van het examen, voorge schreven in art. 4 van het kon. besluit van 10 Sept. 1864, houdende vast- i stelling der verordening op het benoemen van ambtenaren bij de burgerlijke i dienst in Ned. Lndië, hare eerste vergadering zal houden te 's Gravenhage j den 19dcn J,lnÖ 1865. Zij, die verlangen dat examen af te leggen, belmo ren zich uiterlijk op den 19den Mei 1865 schriftelijk aan te melden bij het dep. van koloniën. Meerdere bijzonderheden worden door de Staatscourant medegedeeld. In de vergadering der letterkundige afdeeling van de kon. akademie van wetenschappen van Maandag II. heeft de hoogleeraar Vissering de aan dacht gevestigd op drie eigenhandige geschriften van Iluig de Groot, die in November des vorigen jaars te 's Gravenhage geveild en voor de boekerij der Leydsche hoogeschool aangekocht zijn. De Groot, die in zijn Mare liberum de vrije vaart op alle zeeën met kracht had verdedigd, schreef in 1607 of 1608 een vrij [uitvoerig werk in 15 hoofdstukken de Lire praedaewaarin hij aandringt op het bestrijden der Portugezen en Spanjaarden in lndië. Dit werk, hel meest belangrijke der drie handschriften, is eerst om de on derhandelingen over het bestand, later door de bijzondere omstandigheden, waarin de schrijver verkeerde, onuitgegeven gebleven en de Groot heeft de uitgave niet verlangd, maar veel hieruit overgenomen in zijn werk de lure belli ac pacis, dat in 1625 het licht zag. In frisschheid en kracht staat hel boven hel latere werk delure belli, en beval historische bijzonderheden, die daar niet gevonden worden. Op de vraag, of dit werk, dat volledig bewaard is, nog verdient uitgegeven te worden, durfde de heer Vissering nog geen stellig antwoord geven. Eene naauwkeurige lezing en vergelijking van beide werken werd door hem wenschelijk geacht. De Staats-Courant bevat eene opgave der in Nederland gevestigde hoofden van huisgezinnen of op zich zelf staande personen die in het jaar 1864 als landverhuizers over zee zijn vertrokken. Daaruit blijkt, dal ver trokken zijn uit Noordbrabant 27, Gelderland 42, Zuidhollaud 71, Noord holland 23, Zeeland 36, Utrecht 32, Friesland 4, Overijssel 14, Groningen 26, Drenthe 3, Limburg 23, totaal 301. Het getal met hen vertrokken kinderen en andere personen bedraagt 430. De leden der prov. staten in Zuidholland die met 4 Julij moeten af treden, zijn de volgende: hoofdkiesdistrict Leyderdorp: mr. H. C. J. Hoog en mr. C. W. Hubrecht. Leydenjhr. mr. I. L. C. van den Berch van Heemstede, mr. D. Tieboel Siegenbeek en mr. II. Cock. Zoelermeer: A. F. L. Bichon van IJsselmonde en P. Keyzer Pzn. 's Gravenhage: mr. D. LéonW. K.. van Gennep, S. A. van Hoogstraten, J. W. van der Schooren en jhr. mr. H. J. van der Heim. Vlaardingen: jhr. J. F. van Vredenburgh en C. Maas Geesteranus. Delft: P. J. van der Colfï van Hoogeveen. Schiedam: mr. A. Vernède en L. A. Ilruyn. Botterdam: 1. F. HofTman, jh'. A. L. Coenenmr. J. B. L. Wentholt, mr. C. van Vollenhoven, mr. P. F. Hubrecht en mp. J. A. Vaillant. Alphen: mr. 3. II. Verboom baron van Recde van Oudshoorn en mr. C. van der Vlies. Gouda: M. Bisdom van Vliet, D. J. H. Boellaard en J. Drost, Azn. Go- rinchem: J. Cambicr en W. Rooseboom. SliedrechlA. H. van Tienhoven en W. M. van Haaften. Dordrechtjhr. J. N. .1. Jantzon van Erffrenlen van Babylonienbroek en J. A. Smits van Nieuwerkerk. Oud-Beyerlandmr. A. van Weel, Jzn. Ridderkerk: tnr. F. W. N. Suringar. Brielle: J. D. Prenyt en J. W. Hein. Middeiliarnis: mr. D. van Weel, Azn. Als leden van gedep. staten moeten dit jaar aftreden: jhr. van den Berch van Heemstede, E. II. baron Rengers van Warmenhuyzen en mr. R. J. C. Metclerkamp, en als buitengewoon lid A. F. L. Bichon van IJsselmonde. De heer mr. Groen van Prinsterer heeft tol vervulling zijner plaats in de tweede kamer aanbevolen den heer mr. J. P. J. A. graaf van Zuylen van Nyevelt, thans gezant te Berlijn, vroeger minister van buitenl. zaken en lid van de tweede kamer. Onlangs is door ecnige bladen een berigl uit de noordelijke provinciën (Friesland en Groningen) opgenomen, volgens hetwelk velen, die tot heden gemoedelijke bezwaren hadden tegen de vaccinatie als voorbehoedmiddel legen de kinderziekte, zich door de geneesheeren lieten inënlenen wel op aansporing van den heer Groen van Prinsterer. De heer V. te D.die aan <le echtheid dezer nieuwstijding twijfelde, besloot den heer Groen daarom trent inlichting te vragenen deelt in de Gron. Courant het antwoord op zjjn schrijven mede. De lieer Groen verklaart daarindat hij het opdringen van de vaccine zeer afkeurtmaar geenszins onder de tegenstanders der vaccine behoort. Wat aanleiding gegeven heeft tot het bovenbedoeld berigt, was hem ten eenenmale onbekend. De referendaris van de aid. medische policie bij het dep. van binnen), zaken, dr. Egeling, vervaardigde in der lijd eene sterfte-kaart van Amster dam. Deze toont in kleurendrukop aanschouwelijke wijze, aan, welke de gezonde en de minder gezonde wijken dier stad zijn en hoe groot de ge middelde sterfte van de bevolking gedurende 7 jaren in ieder der 50 stads wijken is geweest, alsmede de percentsgewijze verhouding van de meest voorkomende ziektenwaaraan de overledenen zijn gestorven. Terwjjl de sterfte in het midden der stad en van die wijken, welke aan het IJ gelegen zijn, naatiwelyks 20 van de 1000 zielen bedraagt, klimt dal cyfer naar de buitenzijde, in het moerassige gedeelte, tot 50 van 1000 zielen, en hoe groot de invloed van ruime straten en stroomend water op den algemeenen gezondheidstoestand is, blijkt duidelijk uit eene vergelijking van twee wij ken, die beiden door de meest behoeftige volksklasse worden bewoond, namelijk de Jodenbuurt en de Jordaan. In de eerste is de jaarlijksche sterfte ruim 2, in de laatste 5 percent. {Amh. C.) Gisteren morgen ten 11 ure heeft in de schilderij-zaal van het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam de plegtige uitreiking plaats gehad der me dailles aan de bekroonde inzenders van voortbrengselen op de internationale tentoonstelling van tuinbouw. De burgemeester opende de plegtigheid met eene toespraak of gelukwenschingwaarbij hij tevens een woord in de Fransche taal lot de vreemde inzenders rigtte. De uitreiking zelve werd gedaan door het lid van het bestuur jhr. mr. W. C. M. de Jonge van Elle- meet. Deze plegtigheid werd door eene groole menigte belangstellenden bijgewoond, en de bekroonden werden bij hun optreden met gejuich begroet. Duizenden bezoekers hebben Dingsdag avond en Woensdag avond gebruih gemaakt om het looverachlig schouwspel gade te slaandat de verlichtig met gas van het gebouw opleverde; vooral uit de hoogte was bij die gelegenheid het gezigt op de tentoonstelling verrukkend te noemen. Hoewel duizenden zich in het gebouw bevondenwas nergens gedrang op te merken. Het orchest van Slumpf handhaafde zijnen gevestigden roem. net congres voor plantkunde en tuinbouw is in de bijeenkomst van eergisteren door den heer Oudemans met eene rede in de Fransche taal ge sloten, welke rede door den hoogleeraar Meissner, van Bazel; werd be antwoord. Des avonds van dien dag hebben vele leden van het congres eene soiree by den burgemeester bijgewoond. Te Tilburg hebben Zondag avond twee vrouwen, die met twee orgel- draayers de markten en kermissen afreizen, en met meer anderen by een slaapstedehouder aldaar haar intrek hadden genomen, twist gekregen; zij werden handgemeen en de eene is zoo geslagen, dal zij in zeer bedenke- lyken toestand verkeert. De daderes is in verzekerde bewaring genomen en naar 's Bosch overgebragt. Op den te Eindhoven in aanleg zijnde staatsspoorweg had dezer dagen hel volgende ongeluk plaats. Een der werklieden, gewoonlijk gebezigd tot het in werking brengen van het zoogenaamde dienst-wagenljedat door de hulp van een draai werktuig wordt voortgestuwd, om over de. rails het diensl of opzigters-personeel naar het een of ander punt te vervoeren, schijnt onder het draaijen tnei zijn kiel in hel raderwerk verward te zijn, waardoor hij over de machine werd heengeslingerd enmet den rug op de scherpe rails liggende, hel wagentje geheel over zijn borst ontvingzoodat hij kort daarna bezweek. By het wets-ontwerp houdende regeling van het toezigl bij het oprig len van fabrieken enz. wordt o. a. bepaald: dal dergelijke inrigiingen niet kunnen worden daargesteld zonder vergunning van het gemeenlebeslunr; dat de bij deze wet bedoelde inrigiingen bij algemeenen maatregel van inwendig bestuur znllen worden aangewezen; dat voor bedrijven, in dien maatregel niet genoemd, hel gemeentebestuur, in het belang der openbare veiligheid en gezondheid, voorwaarden kan verbinden, waartegen door de belangheb benden voorziening bij den koning kan worden verlangd; dat in het belang der openbare orde of gezondheid voor de uiloefening van eenig bedrijf door het gemeentebestuur, onder goedkeuring van ged. staten, eene bepaalde plaats kan worden aangewezenterwijl tegen de in dat opzigt te nemen besluiten almede door de belanghebbenden voorziening bij den koning zal kunnen worden verlangd. Van elk verzoek om vergunning geeft het ge meentebestuur kennis aan de gebruikers van percelen binnen zekeren kring van den grond gelegen, en bijaldien het blijkt, dal daarbij eenig water staats-werk is betrokken, aan het waterschapsbestuur, of aan de bijzondere personenmet het toezigt daarover belast. In de memorie van toelichting wordt o. a. gezegd: Herziening der be palingen omtrent het oprigten van fabrieken schijnt om meer dan eene re den wenscheljjk. In de eerste plaats is het iwyfelachtigof de nijverheid

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1865 | | pagina 1