Per Telegraaf.
WEENEN, 9 September. De grootvorst Constantijn wordt met zijne ge
malin morgen hier verwacht. Zij zullen hun intrek nemen in den Hofburg
en overmorgen de reis naar de Krirn voortzetten.
PARIJS, 9 September. De Palrie verzekert dat de Duitsche bondsdag
besloten heeft, dat Saksen en Hannover 4000 man zullen leveren lol bezet
ting der Diiitsch-Deensche hertogdommen.
De Fransche regering heeft haar verlangen te kennen gegevendal de be
staande overeenkomst omtrent de doorgraving der landengte van Suez hare
volledige uitvoering krijge en dat inslructiën in dien zin gegeven worden.
La France, sprekende van het artikel in het Journ de St. Pél., zegt
dat, zoo de partij van tegenstand in Rusland ten slotte zegeviert, de Russi
sche regering alsdan le beklagen is, dal zij de haar aangebodene gelegen
heid, welke zoo geschikt was om uit hare gevaarlijke positie te geraken,
heeft laten voorbijgaan.
De keizer heeft heden weer een ministerraad gepresideerd. Morgen ver
trekt Z. M. uit de hoofdstad.
Volgens La Nation heeft de Fransche regering beslistdat de vorde
ring van het kabinet van Turijn lot uitlevering der roovers die aan boord
van de Aunis waren, niet gewettigd is.
BERLIJN, 9 September. In de zitting van het statistisch eongres op
heden is overgegaan tot de zamenstelling eener internationale commissie,
bestemd om de organisatie van volgende congressen te regelen.
TURIJN, 9 September. De Fransche regering heeft de uitlevering der
roovers, die zich aan boord van de Aunis bevonden, toegestaan.
Den 8slel1 Sepiember zijn voor de arrondissements-regtbank te Leyden be
gonnen de pleidootjen in zake de algemeene commissie tol liquidatie der
wees- en momboirkamers legen de gemeente Leydcn. Voor de eischende
commissie, procureur P. K. Doclf, is opgetreden mr. G Delpratrijks advo
caat. terwijl voor de gedaagde gemeente, procureur F. Booy Fz optreedt
tnr. U. .4. Neeb.
De regtbank is zamengesleld uil de hh. mrs. Coniuck Liefsting, voorzittend
regter, Del Baerc, regter, en Olivier, plaatsvervangend regter; terwijl de
zitting wordt opgeluisterd door de tegenwoordigheid van de hh. Tieboel Sie-
genbeekburgemeester, de Fremery en Hubrecht, wethouders, Goudsmil,
lid van den gemeenteraad en door de hh. van Outcren en Tollens, insgelijks
leden van den gemeenteraad, die om die reden als reglers geene zitting kon
den nemen.
De advocaat Delprat, voor de eischende commissie het woord voerende,
bespreekt eerst bet regt der eischende commissie, door aan te toonen dat de
wet van 5 Maart 1852, waarvan hij ieder der regters een exemplaar over
handigt, bepaalt dat alle besturen, alle personen, wie ook en onder welken
titel ook, die over weeskamer-fondsen beheer gevoerd hebben of op dat oogen-
blik voeren, verpligt zijn binnen drie maanden rekening en verantwoording
te doen van hun beheer en administratie met overgifle van het saldo der re
kening bij welke wet de bestaande wees- en momboirkamers worden ont
bonden en hunne leden ontslagen, terwijl op die algemeene commissie alles
overgaat. Het hoofddoel door die wet bedoeld is om de erven van boedels,
die vroeger bij de weeskamers waren overgebragtop te roepen en bel saldo
aan die erven af le dragen.
In Leyden bestond eene weeskamer, de stad heeft de fondsen van die
weeskamer in beheer genomen, pleiter houdt dit voor bewezen en erkend.
Alsnu overgaande tot de vermelding der feiten, deelt hij mede dat bij re
solutie van de groole vroedschap van 1 Junij 1733 de kapitalen van minstens
56 boedels, ter weeskamer berustende, ter tresorie dezer stad zijn overge
bragt met hel doel om ze daar te administreren. De stads tresorier werd dan
ook door burgemeester en raden gemagtigd om uit handen van wcesmeestc-
ren over te nemen de gelden van de boedels in die resolutie met namen ge
noemd, en wel le zamen bedragende 5797 gttld. 4 st. 3i penn. Op 17 Junij
1736 weder 6633 guld 7 st. 2) penn. en op 13 Junij 1738 weder 8458 guld.
8 st. 15J penn. De aanleiding out die gelden bij de slad in beheer le ne
men vindt men in de ordonnantie zelve. De eerste burgemeester v. d. Bcrgh
rapporteerde dal hij. bij de bekrompenheid der stadsfinanciënsoigncuseljjk
zijne gedachten had doen gaan hoe hierin le voorzien, en dat hij bij in
krimping van het huishoudelijk beheer voorstelde, om die kapitalen, berus
tende bij de weeskamer, waarvan in 20 a 30 jaar geen interest was gevor
derd of afgehaald, onder stads beheer te brengen. Bij onderzoek bleek het
dal er 68 dergelijke boedels werden gevonden, die, hoewel geen van allen
op zich zelf groot, echter le zamen een enorm kapitaal uitmaakten. Deze
sommen, in obligation ter stads-tresorie overgebragt en aldaar geadminis
treerd, zonden jaarlijks door den tresorier op een apart hoofd zijner re
kening worden verantwoord, opdat, indien, ofschoon builen alle apparentie
het soms mogt komen te gebeuren, dat er iets zou worden gereclameerd,
uil dat fonds de restitutie builen laste van de stad zou kunnen geschieden.
De stad zou die interessen van het fonds genieten.
De tresorier kreeg den last tot beheer. Uit die ordonnantie blijkt dal de
toenmalige regering der slad de vcrpligtiug tot teruggave der gelden al
thans der kapitalen erkende, en dat die teruggave, zoo noodig, gewaar
borgd is door aanwijzing van het fonds waaruit die kon worden gevonden.
Den 28 Maart 1780 besloot de vroedschap bij resolutie, dewijl de stads
financiën weder slecht stonden, dal weesnieesteren de interessen van nog
andere boedels aan de stad zouden overgeven. Den 8 November 1787 werd
gelijk besluit genomen en wel omtrent de zoogenaamde groote en kleine
partijen, bedragende le zamen f 1000. Verder blijkt uit een extract der
notulen van Burg. en Welh. van 29 Febr. 1808, dat op rapport van wees- i
meesteren door drie boedels waarvan sedert 20 5 30 jaar geen interest is op
gevorderd of afgehaald en die 300 interest afwerpen, de jaarlijks te beta- i
lett 1000 met 300 zou kunnen worden vermeerderdwaarop Burg. en
Wetli. weesnieesteren autoriseren om die boedels over te brengen onder het
hoofd van onbekende partij en gelasten jaarlijks ƒ1300 in plaats van 1000
af te dragen. Dat zulks geschied is wordt door 51 quilautiën bewezen. j
Deze was de stand der zaak, toen de algemeene commissie tot liquidatie
in het leven werd geroepen.
Leyden weigerde rekening "en afgifte.
De gemeenteraad van Leyden, met schrik en verbazing den eisch tot het
doen van rekening en verantwoording en afgifte van hel saldo aan de alge
meene commissie ontvangen hebbende, wendde zich tot Zijne Majesteit, op
grond dat hij vermeende dat die gelden aan de stad toebehoorden, onder !i
bereid-verklaring echter om de geregtigden op te roepen, hun uit te beta
len datgene wat blijken mogt hun verschuldigd te zijn en met verzoek
om mogt er zich na vijf jaar na die oproeping niemand voordoen dan
den raad vrij le stellen van het overige in's lands kas te storten. Pleiter vond
in dal request de volledige erkenning dal de stad beheer had of gehad
had over weeskamerlijke geldenen betoogde dat de wetvoor allen ge
maaktLeyden niet kon uitsluiten van de algemeene verpligtingendoor de
wet aan allendie eenig beheer over dergelijke gelden en goederen hadden
of gehad hadden, opgelegd. Noodzakelijk toch is het, alvorens tot oproe
ping te kunnen overgaan, het saldo op te geven; is dat opgegeven, dan
roept de commissie op; waarom bier uitzondering toegestaan?
licl hoofddoel van de wet is de erfgenamen op te roepen en af le
geven datgene wat hun toekomt, terwijl de gelden 't eigendom blijven van
de geregtigden. Spreker vermeldde dal de stad den 10deD Maart 1787 het
zelfde gedaatt heeft, toen een zekere Lautbrechts hel zijne kwam opvorderen,
hetwelk de stad reeds van 1733 af in beheer had. Ook uil deze omstan
digheid nam hij aanleiding aan te netnendat de toenmalige regeerders de
zaak niet anders begrepen dan de commissie, nl. dal de stad de gelden
beheerde.
Na vermelding dezer feilen onderzocht spreker wat de gedaagde gemeente,
volgens de gewisselde stukken legen den eisch in het midden had gebragl.
Leyden zou geen weeskamer/ijk beheer gehad hebben, maar toch beheer,
echter geen rekenpligtig beheer. Maar alle beheer is rekenpligtig. De
Leydsche weeskamer is gedechargeerd, maar Leyden is niet gedechargeerd.
Leyden zou beheerd hebben als op publiek-regtelijk gezag aangestelde be
stuurders en voor zich zelf. Maar Leyden loont niet de aanstelling van
dal publiek gezag, 'l was dus privaal-iegtelijk zonder aanstelling.
Eerst wordt beweerdLeyden heeft de gelden beheerdlater bezeten, ein
delijk genotenmaar de onveranderlijke grondslag dezer vordering is: hebt
gij beheerd dan moet gij rekening doen.
Leyden verklaart dal zij zich steeds beschouwd heeft als eigenares; of die
meening juist is of niet doet niets ter zake. Als Leyden bewijst dat zij
eigenares var. die gelden is, houdt de vordering van de commissie op; maar
de verpligting tot het gcëischte houdt niet op door de beschouwing van
deze of gene partij.
Maar, zegt pleiter, Leyden kon zich niet beschouwen als eigenares, en
Leyden heeft zich niet beschouwd als eigenares.
aniet kunnen. Stel de gelden in qtiaeslic als bona vacantia, dan kan
nooit Leyden die verkrijgen, maar de Staat. Zie van der Linden's Hand
boek, Boek IAfd.X, bi. 98 en Voet. 38ste boek. titel XVII, nos. 2729.
voor hel oud regt; VVetb. Lod. Napoleon, art. 435, Cod. Nap. art. 539 en
Burg. Wetb. art. 576. voor het latere regt. Mr. van Nierop betoogt in zijn
werkje over de Weeskamers bl.10, op dergelijke gronden, dat weeskamers
en beheerders nimmer hezit kunnen krijgendal het bezit nimmer over
gaat op hen die beheeren.
b. niet hebben. Volgens de aangehaalde vroedschaps-resolulie zijn de gel
den gekomen onder beheer, met verpligting van restitutie; Leyden heeft
later niet bewezen eigenares tc zijn. Bij bovengenoemd request aan L. M.
heeft Leyden de restitutie aangeboden.
Maar, zegt pleiter, Leyden beweert althans eigenares te zijn van een ge
deelte. Wel nu! wat lel het rekening te doen, en dan haar saldo lot zich
te nemen. In deze wordt uit het oog verloren dat de regten van Leyden
niet worden verkort, als het veroordeeld wordt rekening le doen.
In de verwering zegt Leyden, dat toen den 7 Februari] 1769 de obliga-
liën naar aanleiding van hel besluit van 1 Jnnij 1733 ontvangen, zijn ver
kócht, die verkoop zich heeft uitgestrekt ook lot andere dan die van de
weeskamer waren ontvangen; toen ioclt wordt onderscheid gemaakt Itissclteti
hetgeen wel eigendom was en hetgeen niet eigendom was.
Eindelijk beweert Leyden den eigendom te hebben verkregen door verja
ring. Eerst heette het: ik heb beheerd, daarna: ik heb mij beschouwd
eigenares te zijn, eindelijk: ik ben eigenares. Maar voor die verjaring ont
breken alle vereischten. Zie art. 1866 Wetb. Lod. Nap., art. 2236 Cod. Nap.
en Delvincourt ad art. en 1996, 591, 592 B. W.
Leyden beweert dal art. 2 der wet van 5 Maart 1852 alleen bedoeld heeft
hen die toen beheerden, maar juist dal artikel heeft alle praescriptie ver
worpen. Bij arrest van hel hof van Zuidholland van 12 Sept. 1859 (Wcekhl.
van het Regt, 24 Oct. 1859) is uitgemaakt dal de vordering ten deze niet
verjaart (zie ook Reglsg. Bijbl. 1846, bl 427). De langste verjaring is Ioclt
ongenoegzaam om een beheerder te ontslaan van hel doen van rekening;
men heeft altoos legen een beheerder de actio mandati en negotiorum grs-
lorum (B. W. arlt. 1839, 1390).
lie gedaagde gemeente zegt ook niet van wanneer de vordering verjaard
is; zij heeft echter stilzwijgend van de verjaring afstand gedaan (art 12019
en 1985 B. W.). Zij verzoekt aan Zijne Majesteit oproeping van de. erf
genamen. Kan men nog krachtdadiger afstand doen van crue verjaring, al
ware die ook verkregen?
Hiermede besloot pleiter zijn eersten termijn.
Vervolgens heeft de heer mr. Neeb zijn pleidooi aangevangen en daarvan
bet eerste deel, uiteenzetting der feiten betreffende, voorgedragen. Hel tweede
deel, de jttridieke verwering, werd uitgesteld lot aanstaanden Zaïurdag, te
een uur. Wij hopen op een en ander terug le komen. L. I). S.
Burgerlijke istnub.
Van 3 tot en met 9 September 1S63.
BEVALLEN: W. Smitgeh. van den HeuvelZ. M. Brtine, gel». Mulder,
Z. C. van Rooyen geb. van der MeyZ. J E. Rodbard geb. Muller. Z.
VV. J. Doovegeb. Aniba D. N. Klaassen geb. BonnetD. M Griffioen,
geb. van Zi)p, Z. tvvecl. C. Perrin, geb. Ellens. D. M. Slegtenborstgeb.
HannaartD. JHennik geb. Olivier. I). S. van Bcrkelgeb. IlenseiiZ.
A. Paddenburg, geb. van Velthuyssen, L). II. Sieratgeb Sweeris, I) II.
de Rooy, Z. M. Kleyneveld, Z. levenl. K. de fleer. geb. SaiilD E.
Brugman, geb. Kleinhans, I).II C de Does, geb. van Egmond D. M. I'.
Bottsie. geb. Wyling. D. M Ginjaar, geb. de Fey. D - C. E. van Outeren
geb. Schuurman SchimmelZ. M. P. van llarleveld geb. Remmers, Z J.
Sollie geb. Kriek D. S. W. Dirksgeb. Vlieland I). C. van Bcrkel 'L.
L. van der Klttgt, D.A. Metschcr, geh. Brussce.D G. C. Dirkse, geb Staats. Z.
GETROUWD: H. Coert.jm.enA H. Kiel ,jd. J. W. Carton ,jm. en L.
Boogers, jd.
OVERLEDEN J. Ciere, D.ruim 2 j. P. Dok 64 j. S. J 4tineezc, Z.
11 m. W. Smit, Z.1 j. en 2 m. J. Chaudron. geb Siebes 89j. li. C. A
Bey, D.ruim 6 m. C. AnibaZ.ruim 2 in. 11 Kecrevveer58 j W. F.
MazurelZ. 1 j. en 9 m. H. Zwarts, D.I j en 2 in. 11. Lens, Z.1 j. en
bijna 3 m. Joha Made Moeit35 jJ. F. Noordeloos, Z 14jen bijna6ui.
J. 11. Landwehr, D. bijna 8 m. II. J. »an der Weyden, 1).ruim 4 tn J C.
Sieratgeb. Matthys61 j. Ma Thera Spelders68 j. P. ZaalbergZ .bijna
II m. J. Ie Feber,geb. Bavclaar26j.