Li;v»s( ui:
COURANT.
1803
De Courant wordt MaandagIVoensdag en
Vrijdag uitgegeten. Die tan Maandag komt
uit Zaturdag avond.
VRIJDAG 17 JULIJ.
N": m.
De prijs der Courant is 3.per vierende.el
jaars. Al wonderlijke nominees zijn tegen IQ
Cents verkrijgbaar.
ÖIMXKNLANDSCHE 8ËK1GTEN.
LEYDEN 16 Julij.
In de Verhandelingen en berigten betrekkelijk het zeewezen en de
zeevaartkunde,, door Jacob Swart, 1863, n". 2, afd. koml voor het
verslag van den slaat der kweekschool voor zeevaart alhier over het jaar
1862. Die inrigting mag zicliblijkens dat verslag, voortdurend in eeuen
gewenschten bloei verheugen en blijft alzoo aan het nuttig doel, dat men
zich met de oprigting heeft voorgesteld, ten volle beantwoorden. Wij laten
hier eeuige der in hel verslag medegedeelde bijzonderheden volgen
De vereeniging tol instandhouding en bevordering van den bloei der kweek
school lelt, behalve het personeel der hoofd- en sub-eommissiCn, 143 leden,
waaronder 47 contribuanten en 96 actiouarissen. Dal getal is wel niet
groot, maar daaronder zijn aanzienlijken in den lande, wier invloed niet
weinig strekt lot aanbeveling der zaak. In de Commissie van opperioezigt
en beheer is de vacaiure, ontslaan door hel overlijden van den lieer J. F. San-
difort, vervuld door de benoeming van den heer C. J E. Brntel de la Ri
viere. In het begin van het jaar 1862 bestouden er 18 suh-cominissiüu
maar na dien tijd hebben zich nog 10 nieuwe sub-commissiCn gecoustilu
eerd, zoodat het totaal nu is geklommen lot 28. Aanleiding daartoe gaf
een zoogenaamde exercilietogt met eene kanonneerboot, bemand met een
20-tal der kweekelingenonder bevel van den luit. Ier zee 1» kl. H. D.
Slcgt en gedeeltelijk onder de leiding van den commissaris den heer M. A.
Kluit. Het flinke voorkomen, de geschiktheid en het fatsoenlijk gedrag der
jonge malrozen, beeft b(j die gelegenheid op de bevolking der boorden van
Maas en Waal, door de kanonneerboot bevaren, een alleigmistigsten indruk
gemaakt en veler sympathie voor de kweekschool opgewekt. Omtrent de
equipage der alhier gestationeerde kanonneerboot wordt een hoogst loffelijk
getuigenis afgelegd. De opper-schipper kommindant J. L. de Vries heeft
voortdurend bewijzen gegeven van zijne bijzondere geschiktheid «oor de hem
toevertrouwde laak. Als schoolonderwijzer is thans werkzaam de sergeant-
schrijver J. Stel, die bijzondere reden van tevredenheid heeft gegeven. Over
hel algemeen hebben Commissarissen reden zich le verhengen, dat het gou
vernement in de keuze van geschilde personen groole zorgvuldigheid toont.—
In het verloopen jaar hebben 6 keuringen plaats gehad, waarbij 153 jon
gelingen zijn gekeurd en 90 tot dienstneming toegelaten, terwijl 8 ter
koopvaardij zijn geplaatst. Van de 737 jongelingen, die zich van de np-
rigting der kweekschool al tol 31 Dec. 1862 hadden aangegeven, zijn 429
tol dienstneming toegelaten, waarvan men weet dat 80 lot dck-oiideroffi-
cierer. en stuurlieden of tol bootmans- en stiiurmans-leerlingen zijn bevor
derd; andere promotienb. v. tol matroos 3d,: en 2de klasse, waren menig-
vuldiger, doch kunnen niet met naauwkeurigheid worden opgegeven. Ge
durig ontvangen Commissarissen uit den mond van lih. zee-olïicieren een
goed getuigenis nopens de geschiktheid en het gedrag dezer jonge zeelieden,
en niet minder genoegen verschaft hun telkens de aanblik van dezen of ge
nen verlofganger, die weleer als kind de inrigting verliet, en nu lot schier manne
lijke kloekheid o|>gewassende oude leerschool met een dankbaar gevoel nog
eens komt bezoeken. De instructie in de verschillende vakken lot de zeevaart
behoorende, benevens het. schoolonderwijs blijven op denzelfdeu geregelden
voet; de vorderingen zjjn natuurlijk verschillend, maar de elementaire opleiding
in haar geheel mag betrekkelijk goed heelcn. Iu de gymnastiek zijn de
knapen bij uitstek bedreven, liet onderrigt daarin wordt gegeven door den
gepens. sergeant der artillerie W. Wuillemin, die daarin veel ijver aan den
dag legt. In hel lezen en schrijven zijn de vorderingen van dien aard, dat
de knapen daarin met die van de beste burgerschool kunnen wedijveren.
Hel godsdienstig onderwijs draagt mede goede vruchten; ruim een derde
der jongelingen zjjn voor hun vertrek tot leden hunner respectieve gemeen
ten aangenomen. Onder de jongelingen blijft steeds een goede geest lieer-
schen; over twist, wanorde of onzedelijkheid valt niet te klagen; de toe
passing van een streng tuchtmiddel heeft niet dikwerf plaats en de weg
zending hoogst zelden. Het gebouw der kweekschool blijft op den duur
zeer goed bevallen. Aan het bouwen van eene nieuwe leerzaal, waaraan
dringend behoefte is, werd nog geen gevolg gegeven. Men heeft zich vcr-
pligt geacht eene andere belangrijke uilgaaf te doen, die voor uitbreiding
van territoir werd gevorderd. Door de amolie van de Huiien-Wittepoori
en andere werkzaamheden was in de onmiddellijke nabijheid der kweek-
school een terrein beschikbaar geworden, dat voor de inrigting onmisbaar
kon geacht worden, niet slechts als luin maar ook als exercitie-plaats. Met
de stad Leyden is derhalve eene overeenkomst getroffen, waarbij dat stuk
gronds tegen betaling van ƒ500 aan de kweekschool ten gebruike is afge
staan, Op den aanbouw der leerzaal zal worden teruggekomen, zoodra de
fondsen het zullen gedongen. Commissarissen drukken levens den wensch
uit, dat door hel gouvernement roet der tijd eens een ander meer doelmatig
exercitie-vaartuig moge verstrekt worden, in de plaats van de tegenwoordig
daartoe dienende kanonneerboot, die oud en zwak wordt. - In den loop
van hel jaar 1862 werd de kweekschool bezocht door Z. Exc. den minister
van mariue, den secretarisgeneraal van hel dep van marine jh'. Klerck
en eeu groot aantal zeeofficieren en hooggeplaatste personen. I)q eerslge-
noemde wooudc ecu examen der kweekelingen hij, en gaf bjj die gelegen
heid zijne lioogc ingenomenheid met de zaak in de sterkste bewoordingen
te kennen. De kweekschool ondervond op nieuw hoogst vereereude bljjv
ken van belangstelling, zoo als o. a hel aanbod van bh. studenten dgr
hoogeschool lol het geven van een assaul ten voordeelc der school, waar-
voor men echter om bijzondere redenen gemeend had te moeten bedanken;
eene gift van ƒ50, zijnde zoogenaamde praetorgeldenvan bh. studenten
van een collegie van prof. Vissering, eene gift van ƒ100 uil de kas der
IJtrechtsche subcommissie cu verschillende aanwinsten voor de bibliotheek.
Commissarissen drukken, en naar onze meening le regt, aan het einde
van het verslag de overtuiging uitdat er na de gedane mededeejingei)
geen twijfel kan bestaan of de zaak verdient, dal zij er verder hunnen t(jd
en hunne krachten aan wijden. De uilkomsten toch. die zjj van hun werk
zien, zijn allezins bemoedigend. Zien zij in de vruchten een waarborg, dat
het hun nimmer zal berouwen dezen boom gekweekt en gekoesterd te liebr
ben, wjj gelooven, dat zij zich nu reeds met zelfvoldoening iu zijne»
dom mogen verheugen. t(!
Door Z M. den koning is o. a. aan A. van Sas, fuselier bij het 4d»
reg. infanterie, eene gratificatie van ƒ10 met loffelijk getuigschrift toege
kend, wegens zijn lofwaardig gedrag bjj den brand, die alhier op 13 De
cember 1861 plaats had.
Door Z. K. U. prins Frederik zjjn nog tol leden van de subcommissie
tol oprigting van een nationaal gedenkleeken voor November 1813 enz. te
Aarlauderveen benoemd de till. C. J. liryce, J. van Dam, S. S. Goudsmit
en P. van der Hagen.
Men schrijft ons het volgende: Uit de felle en aanhoudende westelijke
winden, die dezen winter geheerscht hebben, heeft men de weerkundige
waarneming opgemaakt, in uw n4. van 6 Febr. II. medegedeeld, dat er een
buitengewoon drooge zomer te wachten was. Die waarneming schijnt thans
met iederen dag meer grond te krijgen, want wefiiig bemoedigend zijn de
berigten, die omtrent de felle droogte worden vernomen. Hooggelegen wei
landen. inzonderheid onder Wassenaar, leveren voor het vee niets meer op
en verioonen zich slechts als eene vale, verschroeide streek. Overal begint
het gras merkbaar te vermindereu en de kleur van hooi aan le nemen, ter
wijl hel eigroen door de zon verbrand is. Wat de duiuaardappelen betreft
om van andere gewassen te zwijgen, deze liggen verdord in hel heete zand
en worden verloren geacht. Nergens kan met vrucht gepoot en gezaaid
worden; zelfs de hoonen Ijjden door de droogte.
Door de Staatscourant worden twee onlangs gewisselde brieven mede
gedeeld, een van den minister van binuenl zaken aan de jury, benoemd
ter beoordeeling der te 'sGravenhage tentoongestelde kunstwerken, en een
van die jury aait den genoemden minister. De minister komt m zijn schrij
ven terug op hetgeen door hem bij de behandeling der slaalsbegrooting
voor 1863, omtrent de vraag of de regering den bloei der vaderlandsche
kunst door aankoop zou kunnen bevorderen, was gezegd. lk deed daarbjj
als mijn gevoelen kennen", aldus lezen wjj-, «dat zoodanig middel, streng en
juist toegepast, een goed middel kon zijn, maar dat alles zou afhangen
van de wijze, waarop hel gebruikt werd. Verder stelde ik voor, in de
plaats van medailles, liever eene som te stellen tot aankoop *an eene schil
derij °f van schilderijen, waardig om in eene nationale verzameling vaft'
kunstwerken le prijken. Ik opperde voorts het denkbeeld van een gebouw,
waarin tevens eene keurverzamelkig van stukken van levende meesters te
stichten ware, zoodal hel een eerebltjk zou zijn, gronter dan eene medaille,
voor zijn werk daar eene plaats te hebben verworven. De aankoop van
schilderijen iu plaats van eeremedailles zou echter geenszins verpligte of
jaarlijkschc aankoop moeten zijn, maar alleen dan wanneer men een waar,-
dig schilderij aantrof, waartoe de tentoonstellingen gelegenheid aanboden.
Op de regering wilde ik geene verpligling gelegd zien om schilderijen aan
le koopenik wilde alleen een anderen vorm om meesterstukken te eerep
in het leven roepen De minister verzoekt verder van de jury te mogen
vernemen of er ouder de tentoongestelde kunstwerken gevonden worden,
die, getoetst aan de hierboven vermelde voorwaarden, naar het oordeel vgj)
de jury, de hooge onderscheiding van aankoop van rjjkgwege waa'dji gou
den z(jn. De jury heeft hierop geantwoord, dat zjj van dezelfde meening
was als de minister, dat aankoop van kunstwerken door de regering een
der voortreffelijkste middelen zijn kan om de kunst t« cereu en te steunen