LEYD8CIIE
COURANT.
1863
*:1
N 80. \inV;8:
MAANDAG 6 JU LIJ.
BiNNENLANDSCHE BERIGTEN
De Courant wordt MaandagIVoensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
uit Zalurdag avond.
J//
De prijs der Courant is ƒ3.per vierendeel
jaars. Afzonderlijke nommers zijn tegen 10
Cents verkrijgbaar.
LELDEN4 Julij.
In de maand Junij zijn binnen deze gemeente geboren 112 kinderen,
als: 51 zoons en 01 dochters. Overleden 72 personen, als: 12 mannen, 12
vrouwen, 23 zoons en 25 dochters; daarenboven als levenloos aangegeven 4.
Voltrokken 25 huwelijken.
Programma der muziekstukkenwelke Maandag avond aanst., ten 6} ure,
door hel muziekcorps der dienstd. schutterij op het Plantsoen zullen uitge
voerd worden: N». 1. Pas redouble', J. C. Schroder; 2. Ouverture Ie Pré
aux Clercs, Hérold; 3. Cavallerie-PolkaBerlll; 4. Fantaisie de l'Opera de
VerdyNabuchodonosorJ. C. Schroder; 5. Woronzovv Walzer, Labitzky;
6. MarscbDunkier.
Bij kon. besluit van 29 Junij II. is aan C. H. Lis, weduwe van m'.
II. W. Tydeman, in leven emeritus hoogleeraar in de rcgtsgeleerde faculteit
aan de hoogeschool alhier, verleend een pensioen ten laste van den staat,
ten bedrage van ƒ1000 's jaars.
Op 11 Junij jl.des avonds omstreeks 7 ure, is door een fabrieks-
jongen van den heer P. J. Zuurdeeg, alhier, aan het postkantoor aldaar
bezorgd en gefrankeerd: een behoorlijk ingesloten brief, aan het adres van
den wcl-eerw. heer 91. Wassenaar, predikant te Haulerwijk, inhoudende
een bankbillet, oud model, groot 40 gulden, n°. 632, gedateerd 20 Jan.
1860, en waarop aan de achterzijde geschreven uilege 28/161. Pont 18261
P. J. Z." Deze brief is niet aan het adres bezorgd. De officier van justitie
te Leyden verzoekt opsporing, aanhouding en berigt.
Het getal baden, gedurende de maand Junij aan de zwem- en badinrig-
ting Rhynzigt genomen, bedroeg 6691. Aan de inrigling voor warme baden
enz. op de Bloemmarkt was het getal der baden gedurende die maand 351.
Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende
deze week dagelijks van 176 tol 203 personen.
Naar gelang in deze streken de hooibouw is uitgesteld, naar die mate
heeft het gras, ten gevolge van het groeizame weder, aanmerkelijk in
kracht gewonnen. Hel hooidat thans wordt binnengehaaldis zwaar en
van goede hoedanigheid; uitmuntend weder beguustigl den bouw en bij slot
van rekening wordt er meer gewonnen dan hel vorige jaar. Niet overal
zijn de berigten echter even bevredigend. De wijnstok begint te bloeijen,
maar zal allerwege weinig vruchten voortbrengen.
Sedert onze laatste opgave is het munt- en penningkabinet der Leidsche
hoogeschool, onder anderen, vermeerderd geworden:
Door den hoogleeraar Tornbcrg, directeur van het penningkabinet der
hoogeschool te Lundin Zweden, met onderscheidene stukken papieren
munt van gemeld land. Wij vermeldden vroeger dat liet kabinet een aantal
zijner dubbelen legen Zwcedsche, Noorwcegsche, Deensche en andere dub
belen van hel Lundsche kabinet verruild heeft.
Door den li. cd. geslr. heer luitenant-kolonel C. J. 91. Nagtglas, oud
gouverneur ter Kuste van Guinea, met ecne groote Braziliaanschc muntter
waarde van 640 reis, ten jare 1701 te Rio Janeiro geslagen, onder de
regering van koning Don Pedro 1 van Portugal, die op gemelde munt den titel
van Heer (Dominus) van Brazilië voert, terwijl de tegenwoordige vorsten
van dat land, gelijk men weel, dien »an Keizer dragen.
De munt is afgebeeld en als stuk van twee patacas beschreven bij Lopes
Fernar.des, Memoria das moedas correntes ein Portugal desde o tempo dos
Romanos até o anno de 1856.
Door een begunstiger des kabinets, die zijn' naam niet vermeld wilde
hebben, meteen bronzen exemplaar der medaille in Januarij 1850 geschon
ken aan wijlen den Amsterdamschen burgemeester P. Ilnidckoper en met
diens beeldlenis prijkende.
Door ds. A. A. Looijen te Wissekerke in Z. Beveland, met den zilveren
penning of denier van den Utrechtsehen bisschop Dirk van der Aare, zijnde
eene variëteit van de afgebeelde op pi. VI. n°. 2—5 bij van der Chijs,
Munten der bisschoppenvan de heerlijkheid en de stad Utrecht. (Haar
lem 1859).
Door den heer II. C. 91. Steur, Ie Maassluis, met eene platte doos, be
vallende vier schroefmedailles, waarop de beeldlenissen der verbondene vorsten
bij den grooten Europeeschen krijg van 1813, te welen Alex.l, keizer van
Rusland, Frans I, keizer van Oostenrijk en Frederik Willem lil, koning
van Pruissen; verder die der generaals, vorsten van Wrede en Blncber;
nog met eenige biljoenen, bronzen en koperen munten van Hamburg,
Frankrijk, Denemarken, Noorwegen, Rusland en Pruissen.
Door den lieer It. J. Keun, tijdelijk zaakgelastigde der Nederlanden te
Konslantinopclmet eene, niet zonder veel zorg en moeite bijeengebragte,
verzameling van het afgeschafte Tnrksche papierengeldde dusgenaamde
Kaimé's, zijnde verschillende stukken op onderscheidene tijden in omloop
gebragtdoch later weder ingetrokken. Van de eerste uitgifte ontving het
kabinet billenen van 20 piasters; van de tweede uitgifte dito van 20 en 10
piasters; van de derde uitgifte van 50, 20 en 10 piasters; en daarenboven
Ordou Caiinés van 20 piasters, waarmede hel leger aan den Donau in
1854 en 55 betaald is geworden.
Gemelde muntbillellen waren indertijd alleen in de noordelijke provinciën
van Turkye en te Konslanlinopel in gebruik en zijn daarvan tusschen 13
Julij en 12 September 1862 voor niet minder dan 998,800,729 piasters we
der ingewisseld geworden; later nog voor 2,107,000 piasiers.
De heer Keun had de goedheid eene uilvoerige nota omtrent hel een en
j ander bij de billetten te voegen en zijn geschenk nog te vermeerderen met
de zilveren en koperen muntstukken van den legenwoordigen Sultan Abdnl
Aziz, zijnde in zilver stukken van 20, 10, 5, 2, 1 en piaster, in koper
van i, 1 en piaster. (Onder den legenwoordigen Sultan zijn nog gecne kope
ren stukken ter waarde van een piaster en van een para geslagen geworden).
De piaster staat thans tot den Ned. gulden, als: 9,31: 1; lot den frank,
als 4,4 1.
Voor het allium van photographische portretten van numismaiici zond
gemelde heer Keun, die van wijlen den Griekschen orthodoxen patriarch
Costandio, alsmede van den baron von Prokcsch Oslenden Ooslenrijkschen
Internuntius te Konslanlinopelen van dr. 9Iordlmann, geplaatst bij het
ministerie van koophandel aldaar.
Door den heer J. P. 9Ienger, te Utrecht, met een bronzen exemplaar der
medaille in 1861 geslagen bij gelegenheid van het 225-jarig bestaan der
Ulrechtsche hoogeschool. Het kabinet had die van eene andere zijde verwacht.
Eindelijk door den heer W. 9Iu!ler, koninklijken hofcommissaris te Dres
den, meteen aantal munten van Oostenrijk, het koningrijk SaksenSaksen-
Meiningen, Saksen-AltenburgHannover, Waldeck, AnhaltSchwarzburg-
Sondcrshausenenz.
De commissie, benoemd lot het afnemen der eind-examina van Oost-
Indische ambtenaren aan de kon. akademic te Delft, heeft besloten, dat
het diploma van Oost-Indisch ambtenaar der lsle kl. kan worden uitgereikt
aan de bh. mr. A. J. Imminck, jhr. uir. J. W. van Ryckevorsel en E. Kei-
jen, jur. cand., en dal van Oost-Indisch ambtenaar der 2de kl. aan de ge
promoveerden aan eene van 's rijks hoogescholen de bh. C. L. G. Bressier.
th. cand., H. Visser, tb. cand., J. van Dissel, lb. cand., J. P. G. Kruyl,
lb. cand., G. II. Blanken, th. cand., dr. A. Kist, en aan de hli. C. van
der Gon Nelscher, J. W. P. te MechelenW'. Steinmeiz, J. L. Jarman,
H. G. J. G. Vriesman, F. L. Wiltenrood, H. L. C. te Mechclen, II. II.
Donker Curtius, C. II. A. van der Wijck, F. 9Iajor, J. W. 91. van dei-
Palm, D. V, Menlel, C. F. Deibcrt.
Te Delft is eergisteren de tentoonstelling van oudheden geopend. Op
de uiinoodiging van het hoofdbestuur hadden zich een aantal autoriteiten en
leden van subcommissiën ten half 12 ure vereenigd in eene daartoe aange
wezen zaal van het gereformeerde weeshuis, op hel Oude Delft, hetwelk aan
de tentoonstellings-localen grenst. Toen de genoodigden bijeen waren tra
den de leden der hoofdcommissie, met hunnen cere-voorzitier, den heer mr.
Loudon, commissaris des koniugs in Ziiidhollanden hunnen voorzitter, den
heer mr. J. van Kuyk, burgemeester van Delft, de ztaal binnen en rig:te
laatstgenoemde het eerst het woord tot de aanwezigenom hen welkom te
heeten. Hij betreurde het, dal ambtsbezigheden den heer Thorheckcminister
van hinnenl. zaken, hadden verhinderd, aan de uilnoodiging gehoor te geven
om de opening der tentoonstelling te komen bijwonen; herinnerde vervoleens
hoe het denkbeeld van eene tentoonstelling van oudheden te organiseren
noch een nieuw, noch een vreemd denkbeeld mogi heeten; hoe Delft door
zijn ouderdom en ligging eene uitnemend geschikte plaats was om zulk eene
tentoonstelling te houden; en rigtte ten slotte een woord van dank aan den
cere-voorzitlerwiens hulp, zeide hij, bij de regeling der zaak, nimmer te
vergeefs was ingeroepen; aan de sub-commissiënzonder wier medewerking
de tentoonstelling, waarvan hij vertrouwde dal zij een gtinstigen indruk zou
maken, nooit tot stand had kunnen komen. Daarna nam de eere-voorzitler,
mr. Loudon het woord en schetste in eenige welgekozen woorden hel nut
en de bcieekenis van de tentoonstellingen iu onzen lijd, Ook van deze,
waarvan het doel was. het verledene beter te leeren kennen en waarderen,
llij eindigde met een welverdiend woord van hulde aan de hoofdcommissie
en van dank aan de sub-commissiën en verklaarde de tentoonstelling voor
geopend. Voorafgegaan door de hoofdcommissiebegaven de genoodigden
zich vervolgens in optogt naar de localen der tentoonstelling. De rijkdom
en verscheidenheid der ingezonden voorwerpen en de wijze waarop die waren
ten toon gesteld maakten op al de aanwezigen een hoogst gtinstigen indruk.
De commissaris des konings betuigde dan ook zijnen dank aan de hoofd
commissie, die zich zoo uitmuntend van hare taak had gekweten. Na het