öuvgcvlijfic &tanb.
aangewend om zoo mogelijk een verzoening lusschcn den Heiligen Stoel en
Italië lot stand te brengen. Ten dien einde deelt het blad den brief mede,
den 20sten Mei 1862 door den keizer aan den heer Thouvenel geschreven
en waarin de noodzakelijkheid eener verzoenende politiek betoogd en tevens
ecne schikking voorgesteld wordt op de volgende grondslagen: De Paus zal
den slagboom doen vallen die Italië en de Italianen gescheiden houdten dan
zullen aan den Paus de noodige waarborgen voor zijne onafhankelijkheid
gegeven worden. Met deze schikking zal een dubbel doel worden be
reikt. Thans is de Paus heer en meester in zijne statenen kan hij alzoo
de slagboomen doen vallen die den kerkeljjken staal van het overige Italië
scheiden. De Paus moet onafhankelijk zjjn, en zijn gezag moet door zijne
onderdanen vrijelijk aangenomen worden. Het is te hopen dal Italië zich
tegenover Frankrijk zal verbinden om den kerkdijken staat te erkennen,
en dat ook de Paus, de privilegiën van hel gemeente- en het gewestelijk
bestuur zal erkennenin dier voege dat zij zich zeiven behecren.
Op dit stuk volgt een nota van den heer Thouvenel aan den heer de
Lavalelle, dd. 30 Mei. Hierin wordt bewezen dat 's keizers woorden nooit
aan het kabinet van Turijn eenigc hoop hebben gelaten dat Home de hoofd
stad van het koningrijk Italië zal kunnen worden. In het antwoord door
den heer de Lavaletle hierop gegeven, dd. 24 Junjj, meldt hjjdal het ont
werp door hem aan kardinaal Anlonelli medegedeeld, en in vier achtereen
volgende bijeenkomsten met hem besproken is, en dat hij bij hein (Anlo
nelli) gevonden heeft een verzet tegen elk denkbeeld van verzoening, en
het voorstel door den kardinaal is gewezen van de hand.
Instelling tot liet vieren van Leldens Ontzet op 3 October.
De vraag is onlangs gedaan of het jaarlijks vieren van den 3den October
door een besluit van de Leidsche regering is ingesteld?
Door Orlers, Beschrijving van Leidenbl. 539, wordt het bevestigend
beantwoord, zeggende: Soo hebben die van de groote Vroetschap te dier
tijden geresolveert ende besloten dal men alle jaren op ten derden October
over de gantsche stad houden ende vieren sal eene generale bid- ende
danckdach" enz.
Het is jammer dat hierbij de dagteekening van het besluit niet is opgege
ven, te meer omdat de Vroedschaps Resoliiliën van 19 Maart 1572 tot en
met 15 Julij 1577 ontbreken, zoodat hieruit niet bevestigd kan worden,
wat Orlers ons zegt; intusschen zijn er andere bewijzen, die ik hier kor-
telijk zal mededeelen.
De eerste afkondiging van de puye van het stadhuis, om God voor het
gelukkig onlzet in de Pieterskerk te danken, geschiedde en had plaats op
den 3den October 1574. Zij is vermeld in het Overzigt der geschiedenis van
het beleg en ontzet der stad door wjjlen den hoogleeraar N. C. Kist, bl. 40.
De tweede afkondiging had plaats op den 6de" November 1574, en is van
den volgenden inboud
«Die van de Gerechte dezer stad Leyden doen mits dezen een iegelijk
weten, dat men op Woensdag toekomende den tienden dezer maand No
vember binnen dezer stede eenen algemeenen vast- en bededag zal houden
om den Almogenden God voor zjjne oneindige genade en barmhartigheid
door het wonderbaarlijk ontzetten dezer stede bewezente danken en loven
en denzelven te bidden dat zijne goddelijke wille, bij de geesselen ons tot
nog toe als tot kastijding van de menigvuldigheid onzer aller zonden toe
gezondeneenmaal op te houden. Gebiedende daarom een iegelijk mits de
zen hem ten voorz. dage van alle uiterlijke handwerken af te houden en bij
den anderen ten fine voorz. in de S'. Pieterskerk dezer slede te verzamelen,
hem van ganscher harte tot den Heer te bekeeren, denzelven voor de voorz.
zijne onuitsprekelijke genade en verlossing hartgrondelijk te danken, prijzen
en loven, en om zijne gpnade en ophouding der straf vuriglijk te bidden en
aanroepen, en zal Ie dien einde ten dage voorz. de werkklok ongelnid blijven."
In deze twee afkondigingen is er geene sprake, om den 3dcn October
jaarlijks op eenen bepaalden dag te vierenevenmin is dit hel geval met
eene derde afkondiging van den 18den Maart 1575, waarbij de burgerij ver"
zocht of gelast wordt, zich op 21 Maart naar de kerk te begeven, alwaar
vóór en na den middag Gods woord zal verkondigd wordenten einde het
Eerste Beleg, dat 22 weken geduurd had, te gedenken.
Eene vierde afkondiging van den 1 Oct. 1575 bepaalt eindelijk dat de
3de October altjjd moet herdacht worden; zij luidt aldus:
«Alzoo God de Heer Almagtig door zijne onuitmetelijke goedertieren
heid en barmhartigheid beliefd heeft die stad Leyden zeer wonderbaarlijk te
doen ontzetten op den derden October in den voorleden jare van vier en
zeventig en die goede ingezetenen te verlossen uit de bloeddorstige handen
van de Albanische vijanden des vaderlands, en de voorz. dag van eeuwig
heid tot eeuwigheid behoord te blijven in memorie der menschen en zijne
Goddelijke Majesteit lot allen lijden behoord gedankt, geloofd en geprezen
te worden van al zulke groote weldaad, zoo is het dat die van de Gerechte
derzelver stad geordonneerd hebben en ordonneren bij dezen dat men op
den derden October eerstkomende in de kerken zal houden eenen solemnelen
dag van danking, en bevelen daarom allen en een iegelijk, wie dat hij zij,
hem ten voorz. dage in de kerk zullen vinden om des Heeren Woord al
daar te hooren en Zijnen Goddelijken raad hooglijk en vuriglijk te danken,
loven en prijzen van de groote weldaad en barmhartigheid aan deze stad
Leyden hewezen, en dat voorts een iegelijk hem zal afhouden van alle
uiterlijk handwerk en ambachten den voorz. dag gedurende, op arbitrale
correctie."
Uit deze laatste publicatie ziel men duidelijk, dat de regering te kennen
geeft, dat de 3de" Oct. altijd moet herdacht worden, en waarschijnlijk zal
dit in 1575 zijn besloten. Men vindt nu jaarlijks in de Aflezingsboeken eene
oproeping om dien dag kerkelijk te gedenken of te vieren. Later is men
begonnen daarbij de schutterij te doen paraderen. In 1577 heeft er op den
3den Oct. een spiegelgevecht binnen de stad plaats gehad, maar toen werd
voor het eerst de vrije markt gehouden, waartoe de stad den 14de" .1 anuarij
1577 een Privilegie bekwam. (V. Mieris, Handv, bl. 329—333).
Op den 9Jen Sept. 1587 is aan den kerkeraad te kennen gegeven, dat
de magistraat «eens vooral verstaet dat de 3dcl1 dag van October in der
eeuwicheyt binnen dezen stede vierdach zal wezen." Gerichtsdagboek
G. bl. 625). R. E.
Op Donderdag den 18den Sept. II. hield het genootschap: Mathesis Scien-
tiarum Genitrix zijne 77sle algemeene vergadering in de Stads-Gehoorzaal
die voorafging door de uitreiking der medailles en eereprjjzen. Deze pleg-
tigheid werd vereerd met de tegenwoordigheid eener commissie uit de rege
ring, bestaande uit de heeren wethouders H. P. C. Stoffels en mr. C. W.
Hubrecht, benevens van de gecommitteerden uil het Leidsche departement
der Nederl. Maatschappij Ier bevordering van nijverheid, de hh. rar. M. A. 11.
Lisman, N. J. Sanders en J. Zandvliet, en uit hel bestuur der Leidsche
Nijverheids-vereeniging, de hh. J. W. F. Couvée en C. G. Nicuwveen.
Als spreker trad op de heer A. Montague Iz. die, met die taak, het
laatste deel van de pligten aan het voorzitterschap verbonden, vervulde, en
waarmede tevens zijne betrekking tot het genootschap als lid van het bestuur
ophield. Die taak was vooral gewigtig. als men nagaat dat de heer Mou-
tagne op zijn 5de jaar leerling, op zijn 14de jaar hulponderwijzer in de
rekenkunde, op zijn 19dc jaar lid en op zijn 35ste jaar bestuurder van het
genootschap werd. Eene reeks van 47 onafgebroken jaren was spr. alzoo
in verschillende betrekkingen aan het genootschap verbonden en met eenen
ijver die alleen kau gewaardeerd worden, door de velen, die in de gelegen
heid geweest zijn van nabij zijnen werkkring gade te slaan. Is er iemand
aan wien het genootschap verpligting heeft, het is voorwaar den heer Mon-
tagne; eene rust wacht hem, dien wij hopen kort zal zijn, daar, bij de be
langrijke werkzaamheden die welligt in een volgend jaar wachtende zijn,
zijn bekenden ijver en diepe doordrongenhcid de zaken het genootschap be
treffende, van groot nut kunnen verstrekken. Naar aanleiding dier aftreding
wierp spr. een blik op den tijd die hij tot het genootschap in betrekking
had geslaan en kleedde zijn verslag in met opmerkingen, wenken en lessen
uit zijne ervaring geput, van het bijzondere tot het algemeen belang besluitende.
Uit dat verslag bleek ook o. a. dat de nieuwe regeling van het openbaar
lager onderwijs invloed had gemaakt op de regeling van het bouw-, wis-,
natuur- en werktuigkundig onderwijs, waarvan de bijwoning alleen vergund
werd na een afgelegd examen, dat voldoende blijken van kennis gaf, om
met vrucht dit onderwijs bij te wonenvoorts dal de Nederl. Maatschappij
ter bevordering van nijverheid hare jaarlijksche bijdrage van ƒ150 had ge
staakt; dat weder een gift van 65 door een ongenoemden was geschonken
ten behoeve van het onderwijs in het handteekenendal dit jaar eenige
jongelingen die hunne opleiding aan het genootschap hadden ontvangen bij
de staatsspoorwegen waren geplaatst en dat de aanslaande wet op het middel
baar onderwijs over het lot en de toekomst van hel genootschap zal beslissen.
De prijsbelooningen werden met gepaste toespraken aan de volgende leer
lingen uitgereikt
Rekenkunde: P. C. Roodenburg, A. Bedier, T. de Jong, J. H. Giezen,
F. G. Marks, M. den Boumeester en J. Loeber. Loffelijke vermelding:
H. J. van Lilh, P. Essers, J. J. Dcggeller en P. J. Piket.
Algebra: J J. Wijtenburg, F. A. ThomeseP. H. van der Togt en C.
Stolp. Loff. verm. F. W. van EindhovenJ. A. M. Schamperen A. vanderTogt.
Meetkunde: F. W. van Eindhoven. Loff. verm.: P. van DuynP. H.
van der Togt, P. H. Lozier, C. Stolp, J. Ressenaar, J. A. M. Schamper
en N. Koolemans Beynen.
Handteekenkunde: J. Viele, C. de Vink en F. J. van der Togt. Loff.
verm.: A. van der Togt, J. E. Kikkert, W. Ouwerkerk, P. H. van der
Togt, P. Kuyper, A. Bedier, G. H. Bertrand, W. Samwel, C. F. Neu-
hans, A. Korenhof, J. M. Steyger en C. Stolp.
Bouwkunde: W. A. van Lilh, J. van Duyn, P. van Duyn, W. F. van
der Hcyden, P. II. Lozier en in hel mechanisch teekenen A. H. Moote.
Matuur- en werktuigkunde: N. J. Koolemans Beynen en J. A. M. Scham
per. Loff. verm.: A. 11. Moote.
Handelsonderwijs: J. Guillot en W. J. Abspoel. Loff. verm.: J. G. W.
van Brugge en D. J. Hagemans.
De gewone zilveren medaille voor het teekenen naar pleister-antieken
aan A. Loeber Jz. en het accessil aan W. J. Ouwerkerk.
Eene bronzen medaille voor het teekenen naar pleisterornamenten aan
J. E. Kikkert.
In het bouwkundig teekenen ontving de groote zilveren medaille, voor
de vervaardiging van een eigen ontwerp, A. van der Togt, het accessit
A. van der Heyden. Loff. verm.: L. Monde.
De gewone zilveren medaille, voor de beste copieteekeningenaan 11. M.
van Gelder en het accessit aan A. Verloop.
De bronzen medaille voor de vervaardiging van een werkstuk (trap) aan
R. van der Vlugt, het accessit aan P. Kuyper en een prijs lot aanmoedi
ging aan A. Verhoog.
Spreker eindigde met de tegenwoordig zijnde commissiën en belangstel
lenden voor hunne opkomst te bedanken, terwijl hij meteen afscheidswoord
aan het bestuur bij het ophouden zijner betrekking besloot.
H. J. GIEZEN, Secretaris des Genootschaps.
Van den IS tot en met den 34 September 1S63.
BEVALLENJ. BavelaarZ. G. van Bruggengeb. de VrindD. C. M.
Wolvratgeb. RoozendaalD. G. Martingeb. de JagerZ. L. M. R. R.
SeriwanekZ. G. Philippogeb. van den BergD. J. van Egmondgeb. van
der Velden, Z. J. C. Beungeb. Zwart, D. J. P. Versteeggeb. Gillesen
Z. en D. tweel. A. M. C. van der Meer, geb. Rijss, D. P. van der Blijgeb.
GarretZ. C. van der Linden geb. RamakD. C. Lemgeb. Dikshoorn
D. C. Musegaasgeb. HazelhorstZ. J. C. A. Hoekgeb. GaykemaD.
S. Koetgeb. Vermeulen Z. E. S. van Oldengeb. Bogaardt, Z. M. G. van
Beekgeb. van OmmerenZ. G. van BeekZ. P. Hanselaarwed. A. Noes!
Z. S. Noyen geb. van Egmond D. A. J. H. Bontegeb. van Oerle, Z.
GEHUWD: J. Maarlense, wedr. en M. J. Mejjer, jd. J. Hakkaartjm.
en J. Galjaard, jd. H. W. Warners, jm. cu A. J. de Man, jd.
OVERLEDEN: M. C. E. Jongmans, geb. Sala, 22 j. A. Ooykaasgeb.
Paassen 79 j. Joh11 Brugman 18 j. C. M. S. van Grieken I).lj eu4m.
P. J. du ChatelZ.bijna 5 m. A. Schipper34 j. A. van Grieken Z.bijna
4 m. D. Rauzct48 j. S. van DisselZ.ruim 3 m. M. P. T. W. der Kin
deren D.4 m. S. A. A. van der SlaayD.1 j. ruim 3 m. E. Timmerman
geb. Koch86 j. B. A. Uitenhout56 j. M. S. Valk geb. la Riviere22j
A. van VlietZ.14 d.