LEYDSCHE COURANT. 1862. iN°. 109. WOENSDAG 10 SEPTEMBER. De Courant wordt Maandag, Woensdag en Vrijdag uitgegeven. Die rail Maandag komt uit Zaturdag avond. De prijs der Courant is f3.per vierendeel jaars. Afzonderlijke nommers zijn tegen 10 Cents verkrijgbaar. Bij deze Courant toordt verzonden N°. 14 {blad 16) der Handelingen van den Gemeenteraad. BÜNNKNLANDSCHË BËR1GTEN. LEYDEN, 9 September. Aanstaanden Vrijdag zal het le bat. van het 4e reg.alhier in bezet ting, per spoortrein van 8 n. 36 m. naar 's (lage vertrekken, ten einde met het garnizoen van 's Hage groote manoeuvres in het vuur in de vlakte van Waalsdorp le verrigten; ook hel bat. van het 4e reg. infanterie uit Delft zal tot dat einde derwaarts gaan. Er zullen alsdan 4 balaiilons infanterie eeu reg. cavalerie en eene batterij artillerie vereenigd zijn. Het le bat. van het 4C reg. zal per spoortrein van 2j uur herwaarts terugkeeren. De jongelieden van de kweekschool voor zeevaart alhier hebbenop hunnen logt met de kanonneerboot n°. 44, Zondag II. te Willemstad ver toefd. Zij hebben aldaar dc godsdienstoefening bijgewoond en de merkwaar digheden der stad bezigligd. Voorts zijn zij voor rekening van den heer Jansen Maris, in dc sociëteit, op brood, kaas en bier onthaald. Waarschijn lijk zal ook daar eene sub-commissie tot stand komen. Vergelijkende Staat van de zuivere opbrengst der opcenten en eigene middelen, ten behoeve dezer gemeente geheven, gedurende de maanden Augustus 1861 en 1862, alsmede van die opbrengst over de acht eerste maanden dier beide jaren. MIDDELEN. Geslagl [bijopcenten en invoer) liinnenl. Gedistilleerd (idem) liuitenl. Gedistilleerd (idem) Gemaal eigen middel Wijn, F rui ten K unstwij n( id Turf (idem) Steenkolen (idem) Brandhout (idem) Zuivere opbrengst over de maand Augustus. 1861 1547.281 6806 30 119.60 5860.54 1106.174 1309.22 788.92,' 395.95 1862 1/17933.994 1540.78 5645.43 256.30 5751.18 981.074 1322.054 563.35 612.70 /16672.87 Zuivere opbrengst over de 8 eerste maanden. 1861 1862 14440 31 j!/ 49130 60 1922.51 45377.414 11326.20 7432.18 4746 974 2672 40' 14365.31 45897.074 1790.98; 44963 16 11023.871 6261.89' 3171.37; 2223.95 /137048.59! 129697.62 I Bij de begrooting der inkomsten en uitgaven dezer gemeente voor de dienst van het jaar 1863, die geraamd is in ontvangst tot 383451 44, en in uitgaaf tot ƒ383419.50, wordt, voor de toelichting der bijzondere nom mers, in het algemeen dc volgende aanmerking gemaakt: Heeds sedert een paar jaren waren de opbrengsten der verbruik-belaslingen in verhouding tot de sommen waarop zij bij die begrootingen waren geraamd, zoo voor- deelig, dat zij meermalen bij het collegie van dagelijksch bestuur aanleiding gaven tot overweging om de eene of andere belasting af le schaffen, maar beantwoording der vragen welke, en of zij geheel konde gemist worden bleef uiterst moeijelijk voldoende zekerheid werd vruchteloos gezocht. Voor deze begrooting is men wat de eerste dezer aangaat, tot een bepaald be sluit gekomen, en zijn daartoe de belastingen op de brandstoffen gekozen; deze waren eenmaal in 1839 tot algemeen genoegen der ingezetenen afge schaft, en het was niet dan schoorvoetende dal men, om de uitgaven be hoorlijk door de ontvangsten te doen dekkentot de wederinvoering van deze in 1857 moest besluiten, hoewel aan de invordering mindere formali teiten dan vroeger werden verbonden. Aan eene geheele afschaffing dezer belasting beschouwde men de voorkeur te moeten gevenboven eene slechts percentsgewijze vermindering van den hoofdelrjken omslag. Minder gemak kelijk was het antwoord op de vraag, kan deze belasting geheel gemist worden? Üm daartoe te geraken moet eenigzins hooger worden opgeklom men. Een vereischte eener goede begroolitig, zal zij in normalen toestand zijn, is dat dc jaarlijkschc uilgaven door de jaarlijksche ontvangsten wor den gedekt, en alzoo onder deze laatsten niet worden opgenomen de batige sloten van vroegere jaren, die slechts eenmaal verkregen zijn en niet jaar lijks terugkeeren, en inderdaad voor niets anders kunnen aangewend wor den, dan tot aankoop van renlegevende kapitalen, nitdelging van gevestigde schulden of buitengewone werken. Van dit standpunt is men ook bij deze begrooting uitgegaan, en heeft men bij hel behoud der belasting op de brandstoffen tot 1 Mei als hel gcschiksle tijdstip tot afschaffing, zonder in eenige verrekening van teruggave van betaalde belasting le komen voor voor werpen die nog niet in gebruik zijn gebragt en bij eene som voor on voorziene uitgaven van slechts 19000.tegen over een batig slot van ƒ22269.454, ja wel de ondervinding opgedaan, dat de geheele belasting op de brandstoffen, ongeveer ƒ26000.— opbrengende, niet kan gemist worden, dan mogt men zich vleijen dat, met eene geringe verhooging der directe be lasting tol ƒ4250.en eene verhoogde opbrengst van het gedistilleerd, in dat te kort zou worden voorzienhetgeen voor de ingezetenen voordeeliger te achten is dan om slechts gedeeltelijke afschaffing der brandstoffen te verkiezen." Bij dc raming der inkomsten is dientengevolge de hoofdelijke omslag, vroeger bepaald op drie ten honderd van het twintigvoudig bedrag van dc hoofdsom, voor welke men in de rijks personele belasting is aangeslagen, met een vierde pCt. verhoogd. De belasting op het geslagt wordt geraamd op ƒ21000; die op liet binneul. gedistilleerd op ƒ69000; die op het gemaal op ƒ70000; die op den wijn, kunst- en friiitwijn op ƒ17000; die op den turf en de steenkolen (tot Mei) op ƒ3200. De opbrengst der weegloonen aan de gemeentewaag, die (hans bij gaardering plaats heeft, wordt ge raamd op 1600; over de eerste 7 maanden dezes jaars was de zuivere opbrengst daarvan ƒ943 361. De opbrengst vafi het minerval is geraamd op ƒ3450 en dat der schoolgelden aan de openbare lagere scholen op ƒ10400. Benten van kapitalen zijn voorgedragen tot ƒ17767.024, en de overwinst der gasfabriek over 1862 tot ƒ25000. Bij de raming der uitgaven wordt onder het art. «aanleg en onderhoud van stralen en pleinen" ƒ260 uitgetrokken tol verbetering van hel Pieters kerkplein, ten einde het eenigermate tot versiering te maken van dat ge deelte der stad. Ook wordt het in het belang der openbare reinheid en gezondheid en ter voorkoming van ongelukken noodig geacht de sloot te dempen, die van drie zijden het plein der Ruïne omringt en geene uitwate ring heeftDe raming der kosten geschiedt, onder voorbehoud der indie ning van een bepaald plan, op eene som van ƒ1600. Bij hel art. «onder houd van wandelplaatsen en plantsoenen" worden uitgetrokken ƒ400 voor hout, heester en bloemgewassen, ƒ120 voor 10 ijzeren zitbanken, en ƒ125 voor aankoop van een paar zwanenbouw van het hok en verder onder houd. Bij het art. «onderhoud van bruggen" wordt uitgetrokken ƒ2500 voor het afbreken van de hoofden van de brug over den Ouden Singel voor de Scheistraat; ƒ9600 voor eene nieuwe beweegbare ijzeren brug, ter ver vanging van de brug aan het einde der Turfmarkt over den Ouden Singel; 2200 tot herstelling van de brug buiten de Heerenpoort. Bij het art. «onderhoud van huizen, torens, poorten enz." is eene som van ƒ1150 uil- gelrokken voor noodzakelijke herstellingen aan de poort, de trappen, kijk gaten enz. van den Burg en ƒ650 voor het verwen van poorten. Betreffende de poorten wordt bij dit art. in de memorie van toelichtig het volgende ge zegd: «Zonder te treden in een betoog over bet belang dal de gemeente heeft bij bet afbreken der poorten, is bet raadzaam toegeschenen, in zoo ver dat belang er door bevorderd kan wordennu en dan in overweging te ne men welke poorten ongehinderd kunnen worden afgebroken. In naauw verband daarmede staat, wat daarvoor in de plaats moet komen. Voor 'shands schijnt geen bezwaar te beslaan in de lieerenpoort, die groote her stellingen behoeft. Voor het verwen der poorten komt niet in aanmerking de Marepoort, die evenzeer vernieuwing eischt, maar uit dien«hoofde voor amotie vatbaar kan worden geacht. Een afzonderlijk plan, ook ten aanzien van hetgeen daarvoor in de plaats zou komenzal met raming van kosten later in behandeling worden gebragt." De gewone som van ƒ600, voor be looning en premiën aan de brandspuitlieden enz., is met 1000 verhoogd, omdat de laatste buitengewone brand aan de kaloenfabriek de overtuiging der behoefte aan eene betere inrigting der brandweer meer en meer heeft bevestigd. De opmerkingen, die toen gemaakt zijn, hebben aanleiding ge geven tot eene naauwgezette bespreking van deze belangrijke aangelegenheid bij de brandmeesleren die een zeer uitgewerkt plan betreffende zulk eene regeling hebben ingediend, waarvan de uitvoering, in overeenstemming met de voorschriften der gemeentewet, eene ruimere bezoldiging zal vereischen. lie kosten voor het gymnasium worden geraamd op ƒ13100, en die voor het openbaar lager onderwijs (jaarwedden der onderwijzers, onderhoud der (j scholen en schoolmenbclen, vuur en licht in de scholen enz.) ƒ37900. Voor |j de plaatsing en verzorgingskosten in de koloniën der maatschappij van wel dadigheid en in bedelaarsgesliehlen wordt voorgedragen eene som van ƒ15000 (het werkelijke in 1861 uitgegevene beliep ƒ14509 04;) en voor kosten van verpleging van arme krankzinnigen ƒ7500; op I Julij 1862 was het getal dier personen 41. Voor renten en aflossing van gevestigde schuld zijn geene gelden voorgedragen, aangezien de geldleening, in 1854 aangegaan, geheel is afgelost en er dus geene gevestigde schuld ten laste der stad bestaat. Bij het art. «pensioenen" wordt voorgesteld aan den stads-architect S. van der Paauw, die op 70-jarigen ouderdom en na eene getrouwe cu ijverige pligls- betrachling gedurende 46 jaren uit die betrekking wcnscht ontslagen te worden, een pensioen van ƒ1600 te vcrlcencn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1862 | | pagina 1