Op den 7dfn dezer werd door cene commissie van hh. kadetten aan de kon. militaire akademie te Breda, namens het kadetten-corps, aan den ge- pensionneerden luitenant-generaal J. Scheltus, gewezen gouverneur der aka demie, als blijk van achting en gehechtheid aangeboden een allerprachtigste marmeren pendule met bronzen groep en twee daarbij behoorende coupes, vergezeld van een sierlijk album, waarin de handteekeningen van de kadet ten voorkomen. Uil Roermond meldt men dat de beruchte Frans Kempkens, beschul digd van twee moorden en vele diefstallen te hebben gepleegdin de gevan genis aldaar is overleden. Uit Batavia (31 Mei) is bij de N.R.C. het volgende berigt ontvangen: Op Java heerschl de meest gewenschte rust. De stand van zaken te Ban- jermassing wordt beter. Aanhoudende regens over geheel het eiland werken schadelijk op den stand der gewassen. Van Petermann's Mitlheilungen zagen, sedert onze laatste aankondi ging, weder eenige afleveringen, de 3e, 4e, 5e en 6e voor 1861, het licht, welke op nieuw doen ziendat redacteur en uitgever voor de opgevatte taak in allen deele berekend zijn en niets verzuimen om hun maandschrift aan het voorgestelde doel te doen beantwoorden. In de voor ons liggende afleveringen vinden wijonder meer andere belangrijke bijdragen van groote ren of kleineren omvang, een verslag van den toestand van Nederl. Indië bij het begin van 1858door den heer J. Kuyper te Amsterdam uit officiële bescheiden opgemaakt; eene mededeeling omtrent onderzoekingen, door de Engelschen in het binnenland van China, met name ten opzigte der rivieren Jang-tse-kiang en Si-kiang ingesteld, waaraan eene kaart met de afbeeldingen der rivieren is toegevoegdeen berigt van W. von Harnier aangaande zijne reis langs den Nijl, van Assuan tot Chartnm en Roseires in 1859; het verhaal eener reis door het schier-eiland van Californiëin 1858 volbragt, naar het Hongaarsch origineel van den reiziger Johann Xanlus medegedeeld; eene beschouwing van de gesteldheid van het noordwestelijk gedeelte van Borneo en een overzigt van hetgeen Neder landers en anderen tot de kennis des eilands hebben bijgedragenmet eene kaart, welke door dr. Petcrmann naar eene in der tijd ten dienste der Nederlandsche regering vervaardigde en nog onuitgegevene teekening, als mede naar de ontdekkingen van Belcher en Williams, ontworpen is; eene door den bekenden Th. von Heuglin geleverde schets van de eilanden-groep van Sokolra, welke oostelijk van kaap Guardafui is gelegen en aldus ge noemd is naar het grootste der eilanden, dat onder den naam van Diosco- rida reeds bij de oude aardrijkskundigen bekend was; eenige uit Ameri- kaansche dagbladen geputte mededeelingen omtrent de aard-olie-bronnen in Pennsylvanië, Virginiö en Ohio; eene opgave van de resultaten, welke de expeditie naar de provincie Chiriqui, in Centraal-Amerikain 1860, heeft opgeleverd; een verslag der onderzoekingen van den luitenant der Ne derl. marine Andrau omtrent de temperatuur van den Allantischen oceaan, medegedeeld door prof. Buys Ballot, directeur van het kon. meieorol. insti tuut te Utrecht; mededeelingen betreffende Th. von Heuglin's expeditie naar de binnenlanden van Afrika, waaruit o. a. blijkt, dat de gezamenlijke reizigers in het begin van Waart dezes jaars te Alexandrië waren aangeko men, dat zij zich den 13dc" Mei nog te Cairo bevonden en dachten eerst den 25slcn derzelfde maand te Suez te kunnen in zee steken, maar dat de tijd van hun oponthoud niet nutteloos was voorbijgegaan; voorts dat tot op 1 Junij 11. ten behoeve der expeditie voor ongeveer 19000 thlr. was inge schreven een aan het dagboek van J. Mac Douall Stuart ontleend en door eene kaart toegelicht berigt over dezes reis naar het binnenland van Australië, Maart—Sept. 1860; de uitkomsten van de achtste volkstelling in de Vereen. Staten van Noord-Amerika, in 1860, gevolgd van eene korte beschrijving der drie kort voor het sluiten van het congres aan het bonds- gebied toegevoegde landstreken, Colorado, Nevada en Dakota, met welke hel getal van de staten en zoogenaamde territoriën der geheele voormalige Unie op 42 gebragt werd; een verslag van de Amerikaansche expeditie naar Labrador, in Julij 1860, verstrekt door den geoloog der expeditie, C. Montgomery Lieber, en begeleid van eene kaart, waarop, nevens eene algemeene afbeelding van de kust van Labrador, eene bijzondere van het eiland Aulezavich gegeven wordt; enz. enz. Buitendien ontvangen wij de zoogenaamde Geographische Literaturwelke met de 4e aflev. volgens een nieuw plan is ingerigt en voortaan ook eene min of meer uitvoerige aan kondiging van belangrijke opstellen en mededeelingen, die in binnen- en buitenlandsche tijdschriften voorkomen, behelzen zal. Onder de werken van Nederlanders, welke hier worden aangekondigd, treffen wij aan Ver slag van de geogr. dienst in Nederl. Indië, door Oudemans, Staring's Schoolkaart voor de natuurkunde van NederlandHuyssen van Katten- dyken's Verblijf in Japandr. M. J. de Goeje's akad. proefschrDescriptio Al- Magribi sumta ex libro regionum Al Jaqubiienz. Voorts verscheen als 4e bijvoegsel of Erganzungsheft van de Mittheilun- gen eene verhandeling, getiteld Ethnographie de la Turquie d'Europe; Ethnographie der Europaischen Türkeien in twee kolommen gedrukt, van welke de eene eenen Franschende andere eenen Duitschen tekst bevat. De schrijver, de heer G. Lejeaneen bekwaam Fransch aardrijkskundige en reiziger, die zelf in 1857 en 1858 de merkwaardigste streken van E. T. bezocht, heeft zijne verhandeling in drie deelen gesplitst, en deelt vooreerst mede, welke methode hij bij de zamenslelling van zijn geschrift gevolgd en van welke bronnen bij zich bediend heeftwijdt vervolgens eenige blad zijden aan de oude ethnographie van E. T. en behandelt daarna de volks stammen door welke E. T. heden ten dage bewoond wordt. Eene groole en fraai uitgevoerde kaart, waarop in 17 kleuren wordt aangegeven, welk deel des rijks door dezenwelk deel door genen volksstam bewoond wordt verhoogt niet weinig de waarde des werksdat niet slechts voor den be oefenaar der wetenschap belangrijk is, maar, als een hulpmiddel tot regt verstand van vroegere en latere gebeurtenissen, aait ieder aanbevolen mag worden. 'sGRAVENIIAGE, 16 Julij. Z. M. heeft den heer J. Verloop Cz.ingenieur-werktuigkundi»e bi de Ned. Rijnspoorwegmaatschappij, benoemd tot ridder der orde van dej Nederl. Leeuw. Z. M. heeft goedgevonden te benoementot 2dc" luit. bij het wapen der infanterie: bij het l5te reg. W. L. de Petit, A. J. G. W. von Motzej A. P. Klercq; bij het 2de reg. G. A. W. C. baron van Hemert tot Dings, hof, W. A. H. baron van Lynden tot Oldenaller, G. T. C. Callenfels en J. L. Tuckermann; bij het 3de reg. J. T. T. C. van Dam van Isselt en 8 D. A. Götz; bij het 4de reg. C. II. N. de Ronde en A. T. van Goens; bij het 5dc reg. C. G. A. Plaat en C. J. Koolhaas; bij het 6de reg. J. N. Rq(. lants; bij het 7de reg. L. Berkhout; bij het 8ste reg. J. L. de Bock, J.ty U. Deurink en 11. P. C. van der Teen; tot 2dcn luit. bij het wapen der ca valerie: bij het ls,e reg. dragonders, S. J. graaf van Limburg StïrumW J. H. Romer en J. H. D. graaf van Limburg Stirumbij het 4de reg. dragon ders, II. W. J. E. baron Taets van Amerongenbij het 5dc reg. dragonders J. A. Ort en G. M. Trip; tot 2den luit. bij het wapen der artillerie: bij bet lsle reg. vesting-artillerie, J. J. Schluiler, P. J. Callenfels, S. J. A. deQuet. tenmont, A. L. Calkoen, J. P. de Jaager en P. Dannenbargh; bij het 2de reg. vesting-artillerie, J. A. Baum, H. Broers, II. J. C. Verwey, L, 8 baron Taets van Amerongen en H. Nieuwcnhuys; bij het 3de reg. vesting, artillerie, J. E. N. baron Sirtema van Grovestins, J. C. AltinkP. a. Moorrees, J. G. U. Schoch, P. H. C. Engelenberg, W. A. Verdam enJ.P, Rijshouwer; lot 2den luit. bij het corps ingenieurs, mineurs en sapeurs, P. C. Kool, W. Rooseboom, J. H. de Ridder en J. J. Brouwer; tot 2den luit, bij hel leger in Oost-lndië: bij hel wapen der cavalerie: F. K. T. van Woelderen en J. II. Stuffkenbij het wapen der artillerie: J. H. Wagener W. II. Slaverman, W. de Vletter, S. A. Boas en D. J. Derks; bijbel corps der genie en sapeurs: J. C. Dozy, n. G. Derx, A. Leers en G. de Vos, allen kadets herkomstig van de kon. militaire akademie. Voorts heelt Z. M. nog benoemd tot officieren van gezondheid 3dc kl. bij de zeemagt, de kweekelingen bij 's rijks kweekschool voor militaire geneeskundigen:!. M. van Lier, D. Matak Fontein, J. F. Boeck, M. C. Buyze en L. P, Gys- berti Hodenpijl. De generaal-majoor graaf van Lynden, eerste adjudant des konings, is naar Pruissen vertrokken, om den koning namens Z. M. met de misluk king van den aanslag op zijn leven geluk te wenschen. Z. M. de koning is gisteren naar het Loo vertrokken om aldaar lot 1 Augustus te blijven. De minister voor de zaken der r. k. eeredienst zal morgen geen ge hoor verleenen. Bij den minister van binnenl. zaken is ten behoeve der noodlijdenden door den watersnood ontvangen ƒ4.86, bij burgemeester en wethouders™ Haarlemmermeer ingekomenƒ7.47) nadere opbrengst van een gedicht dooi den heer D. Mijsberg, te Beverwijk, uitgegeven. Men verneemt dat door den wel-eerw. heer P. Jas, pred. alhier, op Zondag den 25slen der volgende maand een predikbeurt zal vervuld worden voor de militairen der prot. godsdienst in de legerplaats te Milligen. Tweede Kamer der Staten-Generaal. Zitting van Maandag 15 Julij. In deze zitting was aan de orde de behandeling van art. 35 van bil wets-ontwerp betreffende de nationale militie. Na uitvoerige beraadslagin gen is het op dit artikel door den heer Thorbecke voorgestelde amendement, houdende dat de uitkomsten der loting onveranderlijk zijn en dat aan ieder het nommer door of voor hem getrokken verzekerd blijft, met 42 legen 11 stemmen verworpen en art. 35 aangenomen. Daarna kwamen in behandelingde nieuwe artt. door de regering in het ontwerp ingelascht. Art. A. werd aange nomen. Ook art. B. (uitspraak van ged. staten, hetzij tot handhaving hetzij tot vernietiging) werd na eenige discussie tusschen de heereu Dullcrt, Heems kerk Az.en den minister, en na aanneming van een amendement (met31 tegen 16 stemmen) van den heer Heemskerk Az., zonder stemming aange nomen. Dit amendement van den heer Heemskerk Az., strekte om de hand having of vernietiging der loting te doen plaats hebben naar gelang de ge pleegde onregelmatigheid invloed op den uitslag der stemming kon hebben en verschilde hierin van dat der regering, dat deze de beoordeeling daar van aan ged. staten wilde hebben overgelaten. Omtrent art. C. is besloten dit later te behandelen. Daarna zijn nog onderscheidene artikelen aangeno men en andere aangehoudenen de beraadslagingen aangevangen over hoofdstuk VII, van de plaatsvervanging, waarover de hh. Wintgens en van Goltstein het woord hebben gevoerd. Met het oog op de misbruiken en li kwade praktijken, welke met de plaatsvervanging gepaard gaan, ware» zij voor hel stelsel van uilkoop gestemd. HAARLEM, 15 Julij. Zaturdag II. heeft Z. M. de koning de nationale tentoonstelling met be- langstelling bezigtigd. Nadat Z. M. de verschillende zalen had bezocht, heeft bij deel genomen aan een hem aangeboden dejeuner, bij welke gele genheid Z. M. den wensch heeft geuit dat door de commissie voor de ten toonstelling aan de industriëlen zou worden kenbaar gemaakt, dat Z. 51- zeer is ingenomen met hetgeen hij had gezienen met innig welgevallen getuige was geweest van den vooruitgang der vaderlandsche nijverheid. Oct de bloemententoonstelling is door Z. M. met een bezoek vereerd. Heden heeft H. M. de koningin de tentoonstelling bezocht. II. M. heelt bij herhaling aan de leden der commissie hare volkomen tevredenheid be tuigd, zoowel over de hoedanigheid der tentoongestelde voorwerpen,® over de uitstekende wijze waarop zij zijn geschikt geworden. II. M. beeft ook nog den bazar ten behoeve van het gereformeerde weeshuis op het Pa- veljoen en de bloemententoonstelling in de Hertenkamp bezocht en is daarin vertrokken naar het buitenverblijf van baron Verschuer, alwaar H. M. hd middagmaal heeft gebruikt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1861 | | pagina 2