KORT VERSLAG ZITTING VAN DEN GEMEENTERAAD VAN LEYDEN. BIJBLAD M". DER (Behoorende bij de Leydsche Courant van 33 Mei 3863JY°. 57.) -o-<K»-oo©< Zitting van 11 Tlei. Tegenwoordig de heeren Stoffels, de Moen, de Fremery, da Riea, HuyserHar- tevelt ten Sande, Tollens, Bncaille, Lezwijn, Gevers, van der Hoeven, Hubrecht, Klnit, Tichler, Krantz en de Voorzitter. De aanteekeningen der vorige vergadering worden gelezen en vastgesteld, waarna gc Voorzitter mededeelt: lo, Eene dispositie van Gedeputeerde Staten der provineie Zuidholland, in dato 1 Mei 1861n®. 41houdende goedkeuring van de raadsbesluiten van den 28st™ Maart bevorens, tot het in gebruik geven van gemeentegrond aan A. Coster, de Heyder Comp. en T. van den Bergh. 2», Eene dispositie van Gedeputeerde Staten dezer provincie, dd. 1 Mei jl. n®. 12, waarbij het kohier der plaatselijke directe belasting voor 1861 wordt goedgekeurd. 30. Eene dispositie van Gedeputeerde Staten van Zuidholland, van den lcn dezer, no, 16, daarbij goedkeurende het raadsbesluit van den 18™ der vorige maandtot af- en overschrijving op de gemeente-begrooting van 1860. Ed zijn deze aangenomen voor kennisgeving. Voorts beeft de Burgemeester overgelegd 1», Adressen om tot ambtenaar bij de plaatselijke belastingen te worden be noemd, van: J. Berg, J. Buitendijk, C. Gordijn, G. J. de Gunst, M. van Id- singa, J. Kehl, J. A. van Leeuwen, J. Ligtvoet, A. de Munnik, P. Schouten, J, J. Starkenbrug en F. Yosa. Overeenkomstig de voordragt is beslotendeze ten fine van berigt en raad te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders. 2». Adressen van erfgenamen van H. J. van Leeuwenom afschrijving van plaat selijke directe belasting 1860, en van A. Zwaanenburg, om gelijke afschrijving over 1861. En is overeenkomstig de voordragt besloten, deze te stellen in handen van Bur gemeester en Wethouders en de Commissie van Finantiën, om te dienen van berigt en raad. 3°. Voordragt van Burgemeester en Wethouders tot het verleenen van afschrij ving van plaatselijke directe belasting over 1861aan militairen en andere personen welke deze gemeente hebben verlaten. 4'. Rekening van bet Gereformeerd Minnehuis, dienst 1860. 5°. Rekening over 1860, van Diakenen der Nederduitsch Hervormde gemeente. Conform de voordragt is beslotende stukken sub n°. 35 te stellen in handen der Commissie van Financiënten fine van berigt en raad. 6°. Staten van af- en overschrijving en suppletoire begrootingen, dienst 1860, van gecommitteerden tot de administratie der vereenigde gast- en leprooshuizen en van de gemeente-apotheek; met rapport der Commissie van Financiën. 7°. Aanbeveling van regentessen van het Heiligen Geest of armen wees- en kin derhuis, ter vervulling der in dat collegie bestaande vacature. En is conform de voordragt besloten, deze stukken ter inzage van de leden in de leeskamer neder te leggen. De Burgemeester stelt aan de orde van den dag 1°. de huishoudelijke verordeningen betrekkelijk het openbaar lager onderwijs, welke in de jongste vergadering onafgedaan zijn geblevenen wel 0. Instructie voor de hoofdonderwijzers der scholen voor uitgebreid lager onderwijs. Geene algemeene consideratiën in het midden gebragt zijnde, brengt de Voorzitter achtereenvolgens de artt. 116 dier instructie in rondvraag, welke allen na deli beratie met algemeene stemmen onveranderd worden aangenomen. Daarna wordt de geheele instructie in rondvraag gebragt en met algemeene stem men vastgesteld. Zij luidt dus: rrpligt stiptclijk alle bepalingen uit te voeren .'oor uitgebreid lager onderwijs binnen deze Art. 1. De hoofdonderwijzers zijn *an de Verordening op dc scholen gemeente. Art. 2. Zij zorgen voor het geven var. klassikaal onderwijs en het streng hand haven der klassenverdeeling. Art. 3. Zij dragen zorg dat het onderwijs gegeven worde overeenkomstig een rooster, die jaarlijks door den hoofdonderwijzer opgemaakt en door Burgemeester 00 Methouders, na de plaatselijke schoolcommissie gehoord te hebben, vastgesteld wordt. Deze rooster wordt in de school opgehangen. Art. 4. Zij zien toe op het gedrag en den ijver der hulponderwijzers en kwee- kelingen en geven daarvan in de maand Januarij van elk jaar verslag aan Burge meester en Wethouders. Art. 5. Zij zijn verpligt den hulponderwijzers en kweekelingen alle hulp bij hun werk te verleenen en aan laatstgenoemden vormend onderwijs te verschaffen op den ,0ot en de wijze nader door Burgemeester en Wethouders te bepalen. Art' 6' Z'j zijn verpligt. indien een der hulponderwijzers of kweekelingen zich ,Qn S^ec^ !ïc,lrag of pligtverzuim schuldig maakt, dadelijk daarvan aan Burgemees- ,er Wethouders kennis te geven. Art. 7. Zij gebruiken op de scholen geene andere leerboeken dan die welke door de plaatselijke Schoolcommissie zijn goedgekeurd. Art. 8. Zij zijn verpligt de kinderen en de ouders of die hen vervangen met de meeste welwillendheid en voorkomendheid te behandelen. Art. 9. Zij zijn verpligt zorg te dragen voor de reinheid der localcn en voor goede luchtverversching. Art. 10. Zij dragen zorg voor het zindelijk houden en goed bewaren der school- behoeften, zien toe dat deze zonder hunne toestemming niet worden medegenomen, en zorgen, bij de aanschaffing van nieuwe, de daarvoor op de begrooling uitgetrok ken posten niet te overschrijden. Art. 11. Zij zijn een half uur vóór den aanvang van eiken schooltijd in de school aanwezig en mogen die niet voor den geheelen afloop van eiken schooltijd verlaten. Zij zorgen voor dc orde bij het aan- en uitgaan der school. Daartoe is bij het ko men en gaan een hulponderwijzer of kwcekeling aan de schooldeur tegenwoordig. Indien zij door ziekte verhinderd zijn, geven zij daarvan kennis aan den Burgemees ter en aan den eersten hulponderwijzer. In andere gevallen mogen zij van de dagschool niet afwezig blijven dan met toe stemming van den Burgemeester. Art. 12. Zij mogen een hulponderwijzer of een kweekcling voor niet langer dan drie dagen vrijheid geven om van de school afwezig te blijven. Tot het verleenen van een verlof voor langeren tijd hebben zij de toestemming van den Burgemeester noodig. Art. 13. De dienst op de avondschool wordt, zoolang het geheele onderwijzende personeel ten gevolge van het kleiner aantal leerlingen daar niet noodig is, door de hoofdonderwijzers, met goedvinden van den Burgemeester, zoo geregelddat altijd of de hoofdonderwijzer of de eerste of tweede hulponderwijzer aanwezig is. Art. 14. In de maand Januarij van elk jaar zenden de hoofdonderwijzers bij Burgemeester en Wethouders de verantwoording in van de hun verstrekte toelagen ten behoeve der kweekelingen. Art. 15. Elke drie maanden laten zij door de hulponderwijzers en kweekelingen een staat vervaardigen, meldende het gedrag, de vlijt en de vorderingen van iederen leerling in elk vak. Deze staten liggen steeds gereed voor Burgemeester en Wethouders, de plaatse- selijke Schoolcommissie en den Schoolopziener. Indien de ouders of die hen vervangen het wenschen, wordt hun medegedeeld wat deze staat ten opzigte hunner kinderen vermeldt. Art. 16. Zij doen den gemeente-ontvanger elke maand opgave van die leerlingen welke de school in de afgeloopen maand hebben verlaten. h. Instructie voor de hulponderwijzers en kweekelingen der scholen voor uitgebreid lager onderwijs. Algemeene consideratiën worden niet in het midden gebragt, weshalven de Voor zitter de artt. 17 dier instructie achtereenvolgens in rondvraag brengt. Deze worden allen na deliberatie met algemeene stemmen onveranderd aangeno men waarna de instructie in haar geheel in rondvraag gebragt en met algemeene stemmen vastgesteld wordt, luidende als volgt: Art. 1. De hulponderwijzers en kweekelingen zijn verpligt stiptelijk alle voor schriften op te volgenhun door den hoofdonderwijzer of die hem vervangt te geven. Art. 2. Zij zij verpligt, een half uur voor den aanvang van eiken schooltijd in de school tegenwoordig te zijnten einde toe te zien op het binnenkomen der leer lingen en alles in orde te brengen, wal in den volgenden schooltijd moet gebruikt worden. Art. 3. Zij zijn verpligt, den hoofdonderwijzer, indien deze het verlangt, in de administratieve werkzaamheden der school behulpzaam te wezen. Art. 4. Indien de hulponderwijzers en kweekelingen door ziekte verhinderd wor den op de school tegenwoordig te zijnzorgen zij dat de hoofdonderwijzer daarvan voor den aanvang der school kennis draagt. Art. 5. Indien zij om andere redenen afwezig wenschen te blijven, verzoeken zij, onder mededeelirig der redenenden hoofdonderwijzer om verlof en onderwerpen zich aan*zijne uitspraak, behoudens beroep op den Burgemeester. Art. 6. Bij ontstentenis van den hoofdonderwijzer treedt de eerste hulponderwij zer in zijne plaats, bij ontstentenis van beiden de tweede hulponderwijzer. De eerste of tweede hulponderwijzer heeft, zoolang hij den hoofdonderwijzer ver vangt, dezelfde verantwoording als deze. Art. 7. Zij moeten de hun opgelegde verpligtingen trouw nakomen en de kin deren goed behandelenalle onbetamelijke middelen tot handhaving der orde en tucht moeten vermeden worden. c. Verordening op de openbare scholen voor meer uitgebreid lager onderwijs voor meisjes. Er worden wederom geene algemeene consideratiën in het midden gebragt, zoodat de Voorzitter achtereenvolgens de artt. 1—21 dier verordening in rondvraag brengt, welke allen na deliberatie onveranderd met algemeene stemmen zijn aangenomen. Voorts wordt de geheele verordening in rondvraag gebragt en met algemeene stem men vastgesteldzijnde van dezen inhoud

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1861 | | pagina 5