Per Telegraaf. NOODLIJDENDEN DOOR DEN VYATERSNOOD, wijze beantwoord en zich eenigen tijd met de leden der kamer onderhou den. De leden hadden zich aan het paleis vereenigd om en corps bij Z. M. te worden toegelaten. Ten behoeve der noodlijdenden door den watersnood is bij den minister van binnenl. zaken ontvangen: 7.62, uit Midlum; ƒ1000, van de ridder lijke Duitsche orde, Balye var. Utrecht; ƒ7, van den uitgever der Amersf. Cour.-, ƒ141.20, te Zegwaard gecollecteerd; ƒ500, 5/8 der opbrengst van het gedicht Winter van dr. E. Laurillard te Leydenƒ1262.011, uit Drenthe; ^769.69£, uit Limburg; ƒ4743.44, uit Friesland; ƒ296.65, van dedienstd. schutterij te Schiedam; ƒ20, opbrengst van eenen letterkundigen avond on der hh. studenten te Leyden. In de eergisteren gehouden zitting van de tweede kamer heeft de heer Begram verlof gevraagd om aan den minister van binnenl. zaken eenige vragen te doen in betrekking tot de onheilen, welke onlangs in een groot gedeelte van het land door den watersnood hebben plaats gehad. Hij zeide zich daartoe genoopt te vinden ten gevolge van de meening welke opgere zen was dat de rijkswerken tot rivierverbetering bijgedragen zouden hebben tot het doen ontstaan van ijsversloppingendie de dijkbreuken veroorzaakt hadden. Om die reden was het zijn verlangen eenige inlichtingen te ver nemen omtrent het ontslaan dier ijsversloppingen in verband met de bedoelde rijkswerken, over de voortzetting dezer laatste en over de te nemen maat regelen om voor het vervolg soortgelijke rampen voor te komen. De kamer heeft het gevraagd verlof toegestaanterwijl nader bepaald zal wordenwan neer deze interpellatie zal gehouden worden. De afdeelingen der kamer zullen het eerst onderzoeken het wets-ont- werp nopens den accijns op het binnenlandsch gedestilleerd. BUITENLANDSCHE BERIGTEN. KËLC1Ë. BRUSSEL, 22 February. Op den 19d™ dezer is door de hier gevestigde Nederlanders voor de som van ruim 4000 fr. bij den Ned. gezant ingeteekend, als bijdrage voor de op dien dag in Nederland gehouden collecte. ENGELAND. LONDEN, 21 February. De parlementaire hervorming, waarover het kabinet in de troonrede het stilzwijgen heeft bewaard, is in het lagerhuis ter sprake gebragt, bij gele genheid dat de hh. Loke-king en Baines verlof vroegen tot indiening van twee voorstellen tot vermindering van den census voor de verkiezing. Bij afwezigheid van lord Russell heeft lord Palmerston geantwoord dat zijne inzigten over die hervorming niet veranderd waren, maar dat hij het oogen- blik daartoe niet gunstig oordeelde. Hij wilde zich echter tegen de over weging der voorstellen niet verzetten. De heer Disraëli verklaarde zich tegen de voorstellenomdat de natie eene uitgestrekte hervorming verlangde. Het huis heeft ten slotte de indiening toegestaanmaar men houdt zich overtuigd dat men bjj de behandeling de zaak op nieuw zal uitstellen. Bij de Commercial bank alhier is een bedrog ontdekt van 65,000 door een der boekhouders, een man van ruim 40 jaren, en die een talrijk gezin heeft, sedert jaren gepleegd. De aanleiding daartoe schijnt bouw- speculalie te zijn geweest. Hoewel de bank door het reserve-fonds in staat is het verlies te dekken, heeft zij echter de zaken aan de Westminster bank overgedragen. Heden nacht heeft alhier een zware storm gewoed. Ten 6 ure was hij zoo hevig dat de huizen op hunne grondslagen stonden te schudden. Uit Hartlepool ontvangt men nog vele berigten omtrent de treurige gevolgen van den jongsten storm. Wanneer men daar ter plaatse twee mij len langs de zee gaat is het strand overal met wrakken bedekt; van de vergane schepen zijn reeds 380 personen huiswaarts gezonden. De Mormonen alhier hielden dezer dagen eene bijeenkomst, waaraan verscheiden zendelingen uil Utah deel namen. Amasay Lymaneen der zoogenaamde twaalf apostelen, hield voor eene vergadering van ongeveer 900 Mormonen eene redevoering over de noodzakelijkheid der wederinvoe ring van dierenoffers, dank- en boetoffers enz. FRANHKUH. PARIJS, 21 February. De zaak van den heer Mirès houdt steeds de gemoederen bezig. Hoewel er nog geene andere personen, als betrokken in deze zaak, zijn gevangen genomen, verwacht men toch dat dit spoedig zal plaats hebben. Men wil de handelingen van den heer Mirès aan een naauwkeurig onderzoek onder werpen, en bij deze gelegenheid het vooroordeel bestrijden dat hoogge plaatste en vermogende lieden builen het bereik der wet zijn. De heer Mirès, die verschillende uitgebreide ondernemingen onder zijn beheer had, was gewoon de fondsen van de eene voor de andere en zoo wederkeerig te gebruiken, waardoor eene groote wanorde in zijne zaken is ontstaan. De Gaz. des Trib. zegt dal hij beschuldigd wordt van «misbruik van vertrouwen." Aan de dochter van den heer Mirès is het vergund haren vader in de ge vangenis te bezoeken, echter in tegenwoordigheid van getuigen. Men verhaalt van den prins de Polignac, schoonzoon van den heer Mirès, eene daadwelke hem tot groote eer verstrekt. De prins heeft namelijk een bezoek gebragt bij den graaf de Germiny, die tot voorloopig administra teur der caisse des chemins de fer is benoemden moet aan dezen verklaard hebben, dat hij onmiddelijk aan genoemde kas alle waarden, van welken aard ook, zelfs de diamanten en kleinodiën zijner vrouw, welke zij ten huwelijk medegebragt heeftzoude teruggeven. Op last des keizers zal de begrafenis van het stoffelijk overschot van den heer Scribe op kosten van den slaat plaats hebben. Omtrent de conferentie over de Syrische zaken wordt medegedeeld dat de leden het in beginsel eens zijn geworden over de noodzakelijkheid van de verlenging der Europeschc bezettingmaar dat er groot verschil bestond ter. opzigle van den daartoe te bepalen tijd. De vergadering is uiteenge gaan zonder te besluiten en de leden zullen nieuwe inslructiën vragen al vorens dit punt te beslissen. De Turksche gezant heeft krachtig tegen de verlenging geprotesteerd. De jongste berigten uit de Turksche hoofdstad doen maar al te zeer uit- komen dat het crediet en de finantiën van het rijk, door het gebeurde met den heer Mirès, met eenen zwaren slag bedreigd worden. Berigten uit Beyruth meldendat men in Syrië eenen ongemeen stren gen winter had; in die stad vroor het voor het eerst sedert 1827. Door vorst en sneeuw werd het verkeer daar te lande grootelijks belemmerd, en waren vele wegen geheel onbruikbaar geworden. De te Moktara in Syrië gevormde regtbank heeft hare taak volbragt. De Christenen hebben bij voortduring geweigerd eenig bepaald getuigenis te ge ven, hetwelk de regtbank omtrent de schuld van iederen beschuldigde kon inlichten. Er zijn 290 schuldigen van de eerste klasse, en 409 beschuldig den van de tweede klasse, over welke bij gebrek van bewijs geen eind vonnis jkon worden geveld. Van de 290 van de eerste klasse zijn er 45 ter dood veroordeeldwaaronder 19 opperhoofden van de Drusen en 6 voort- vlugtigen. Deze vonnissen zijn aan het oordeel der Europesche commissie onderworpen. PRUISEN. Uit Homburg wordt berigt, dat eene Engelsche dame, die, zeer aan het spel verslaafd, haar gansche vermogen in korten tijd aan de bank had verloren, getracht heeft zich op de volgende wijze van het leven te beroo- ven. Nadat zij den toren in het nabij Homburg gelegen dorpje Kirdorf had beklommen, stortte zij zich achterover naar beneden. Hoewel zij nog leeft, is zjj op zoo vreeselijke wijze verminkt, dat voor haar behoud wordt gevreesd. OOITENKIJ K. WEENEN, 20 February. De Hongaarsche landdag is tegen 2 April te Ofen bijeengeroepen, als wanneer de krooning des keizers als koning van Hongarije zal plaats heb ben, het kroonings-diploma uitgevaardigd zal worden, en tot de keuze van eenen palatyn zal moeten worden overgegaan. De houding van Hongarije, in de zaak der belastingen, brengt de regering in groote moeijelijkheden. De achterstallige belastingen kunnen niet anders dan met geweld ingevorderd wordenen de regering zal zich wel wachten daartoe over te gaan, omdat de hoofden van het bestuur ver klaard hebben in dat geval hunne betrekkingen te zullen nederleggen, het geen eenen noodiottigen indruk zou maken. In de Beijersche tweede kamer is een rapport uitgebragtvolgens het welk in de laatste vier jaren omtrent 20 millioen fl. van de staatsschuld zijn gedelgd. 's GRAVENHAGE, 23 February. Z. M. heeft den heer mr. J. S. Lotsy, minister van marine, tijdelijk met de portefeuille van het dep. van finantiën belast. BATAVIA, 16 Januarij. Door een orkaan is aanzienlijke schade aan de koffij-plantages loegebragt. TURYN, 22 February. De admiraal Persano is in de wateren van Mes sina aangekomen en moet reeds den bevelhebber van de citadel tot de over gave aangemaand hebben. De generaal Cialdini blijft te Napels, maar zal zich bij den admiraal Persano voegen in geval de bevelhebber der citadel weigerachtig blijft. Het gerucht omtrent de overgave van Civitella wordt niét bevestigd. WASHINGTON, 11 February. Reuters Office.) Het congres van het Zuiden heeft eene voorloopige regering ingesteld, die onmiddellijk in dienst zal treden. Van alle ontwerpen tot verzoening of overeenkomst heeft men afgezien. De heer Davis is tot voorzitter, de heer Stevens tot onder-voorzitter benoemd. De staat Louisiana heeft zich met deze besluiten vereenigd. Men verwacht tegen den 12dCD eenen aanval op het fort Sumter. Er is verster king daarheen gezonden. WEENEN, 23 February. De Presse deelt bij wijze van gerucht mede, dat de definitive overeenkomst van Rusland, Oostenrijk en Pruissen, om, in geval van eenen opstand in Polen of Hongarije, tot gemeenschappelijk handelen over te gaan, is tot stand gekomen. TURYN 23 February. De Opinions van gisteren bevat een berigt uit Rieti, van den 22sten, waarin gemeld wordt dat een duizendtal opstandelin gen, van geschut voorzien, en aangevoerd door graaf Christen, nabij Bar- soli onze vrijwilligers hebben aangetast, die al vechtende terugtrokken. Van dit voorval onderrigt, zijn de kolonel Masi en de majoor Vencentini der waarts gesneld, en hebben, na een heiig gevecht, den vijand lot Oricola vervolgd, en vele manschappen gedood. WEENEN, 23 February. De Oest. Zeitung logenstraft het berigt van de Presse, omtrent het sluiten eener conferentie tusschen de mogendheden, tot het tegengaan van eene mogelijke revolutie in Hongarije en Polen. STA» 8- BERIGTEN. Gewezen vonnissen in strafzaken, door het Kantongercgt, op den 18de" February 1861. 3 veroordeeld wegens het rijden over de klinkerstraat. 1 wegens het berijden der Donkersteeg in verboden rigting. 2 wegens het zich op de straat in kennelijken staat van dronkenschap vertoonen. 10 wegens het zonder consent innemen van gemeentegrond. 12 wegens overtreding vail art. 288 der Algemeene Policievcrordening. 2 wegens overtreding van art. 295 der Algemeene Policieverordening. 4 wegens overtreding van art. 297 der Algemeene Policieverordening. 1 vrijgesproken wegens het zonder consent innemen van gemeentegrond. Ingekomen bij de Commissie sedert de laatste opgaaf: Bij C. Leemahs, op 22 Febr.van Der F. 111 stuks mans-, vrouwen- en kin dergoed, benevens nog een afzonderlijk pak met kindergoed, alles volgens een bij gevoegd lijstje; en van een pak met 9 vrouwenhemden en 4 pr. kinderkousjes. E. LAURILLARD. C. LEEMANS. Leiden, 23 February 1861. J. H. MARONIER. J. 11. STUFFKEN.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1861 | | pagina 2