leydsche courant. WOENSDAG 7 NOVEMBER. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zuiurdag Avond. De Prijs der Courant is f 12 in het jaar) de afzonderlijke Hommers worden tegen 10 Centen afgegeven. BINNENLANDSCHE BERIGTEN1 LEÏDEN6 November. In het 42sle en het 44s,e nommer van den Nederlandschen Spectator geeft de heer J. L. Cornet, directeur van het kabinet van pleisterbeelden, teekeningen en prenten van de hoogeschool alhier, een verslag van de aan winsten dezer aan zijne zorg toevertrouwde instelling, over 1859—1860. Or.s bestek gedoogt niet eene opgave te doen van de teekeningenprenten prentwerken en geillustreerde boekenwaarmede de verzameling weder ver rijkt is, evenmin als van de op de kunst betrekking hebbende boekwerken, losse opstellen en catalogidie in dit jaar aan de boekerij van het kabinet zijn toegevoegd. Maar terwijl wij belangstellenden naar het verslag zelf moeten verwijzen, kunnen wij niet nalaten te vermelden, dat het etswerk van den voormaligen directeur D. P. G. Humbert de Superville door aan koop van drie etsen nu tot zeven zeer zeldzame, het karakter van den ge- nialen man dragende, prenten gcbragt en welligt volledig gemaakt is; en dat de belangrijke verzameling teekeningen van denzelfden meester, waardoor het kabinet zich onderscheidt weder met acht uitmuntende voortbrengsels van 'smans talent, door den heer J. de Vos Jz. te Amsterdam geschonken, is vermeerderd. Behalve de heer de Vos hebben nog hnnne belangstelling in het kabinet door geschenken aan den dag gelegd de heeren C...C. Huysman, te Breda, A. Verhuel!te Arnhem, mr. G. Vosmaer en mv, H. Tollius Drabbe, te 's Gravenhage én van hier de heeren A. Librecht lezwijn, mr. J. T. Bodel Nijenhuis, M. A. Kluit, dr. W. N. du Rieu, mr. S. C. Snellen van Vollenhoven, C. A. Emeis, dr. J. A. Herklots en dr. C. Leemans, alsmede de heer A. P. Felix en de onlangs in jeugdigen leeftijd overleden kunstenaar J. van der Veen, die eenige proeven van eigen arbeid aan het kabinet toezonden. Gisteren had op eene eenvoudige doch gepaste wijze de opening plaats tener nieuwe bewaarschool op de GarenmarkL,. eene vrucht van de ijverige bemoeijingen van eenigen onzer stadgenooten Dr. E. Laurillard, die in het i tot stand brengen dezer school een zeer werkzaam aandeeel had, hield bij die j gelegenheid eene toespraak tot hen dieaan de gedane uitnoodiging gehoor j gevende, door hunne tegenwoordigheid van belangstelling in de vorming van i het opkomend geslacht deden blijkenwaarna hij de school in de hoede j des Almagtigen aanbeval. Moge sprekers woorden ook ditmaal bij de aan wezigen diepen indruk hebben gemaakt, en zijne aansporing om door gel delijke bijdragen tot de instandhouding dezer inrigting mede te werken gewenschte vruchten dragen. De voortdurende bloei der school zij daarvan een sprekende getuige. De wel-eerw. heer W. Robertson, pred. te Swellendam (Kaapde Goede Hoop), die zich, gelijk men weet, hier te lande bevindt, is eergisteren ook alhier, bij de godsdienstoefening in de llooglandsche kerk, voor de Ned. hert. gemeeente opgetreden en hield bij die gelegenheid eene leerrede over 2 Cor. V21. Gisteren avond trad hij op nieuw op als voorganger in het maandelijksch biduur van het Nederl. zendelinggenootschap, bij welke ge legenheid hij, naar aanleiding van Luk. XXIV: 47, eenige bijzonderheden omtrent zijn verblijf, in verband met den toestand der kerk, in Zuid-Afrika mededeelde. Vrijdag jl. werd, bij gelegenheid van de kerkelijke plegtigheid van dien dagin de S'. Petruskerk alhier het Requiem van Mozart met orchest uitgevoerd. Dit orchest was zamengesleld uit de leden der vereeniging van Musici, onder de leiding van haren bekwamen directeur A. J. Wetrens, waarbij zich eenige hh. dilettanten gevoegd hadden. Wij onthouden ons van eene beschouwing omtrent de wijzewaarop de verschillende deelen werden uitgevoerd; genoeg zij het te melden dat koor en orchest op eene hoogst verdienstelijke wijze zamenwerkten tot de goede uitvoering van dit meesterstuk van compositie. Naar wij vernemen heeft de uilvoering op uit noodiging van den zeer eerwaarden heer A. C. Quantpastoor van boven genoemde kerk, plaats gehad. De minister van marine heeft ter kennis van belanghebbenden gebragt dat op een nader te bepalen tijdstip, aan het locaal van het dep. van ma rine te 's Gravenhageeen vergelijkend examen zal plaats hebben van jon gelingen, die tot scheepsklerk bij de Nederl. zeemagt wenschen benoemd te worden. Het getal der open plaatsen bepaalt zich tot tien. Alleen wor den die jongelieden toegelatendie geboren zijn in de jaren 1844 en 1845. Men berekent thans dat er in ons land 150 hulponderwijzers-plaatsen vacant zijn. In Zuid- en Noordholland komen op eene bezoldiging van ƒ300 geene sollicitanten, zoodat men hier en daar die tractementen op 350 en ƒ400 heeft gebragt. Men spreekt van de oprigting van een hulponderwijzers- genootschap, om de belangen van dien stand te bevorderen. De Wekker deelt mede dat de algemeene uitslag van het najaars-examen "oor onderwijzers is geweest als volgtVoor de vakken van het lager ouderwijs: hoofdonderwijzers (cand. 143) toegel. 82, afgew. 61; hoofdonder wijzeressen (cand. 15) toegel. 9, afgew. 6; huisonderwijzers (cand. 1) afgew. 1 huisonderwijzeressen (cand. 7) toegel. 4, afgew. 3; hulponderwijzers (cand. 232) toegel. 136, afgew. 96; hulponderwijzeressen (cand. 118) toegel. 73, afgew. 45. Meer uitgebreid onderwijs volgens art. 1. Fransch: onderwij zers (cand. 118) loegel. 60, afgew. 58; onderwijzeressen (cand. 88) toegel. 62, afgew. 26. Engelsch: onderwijzers (cand. 49) toegel. 21, afgew. 28; onderwijzeressen (cand. 41) toegel. 28, afgew. 13. Hoogduitschonderwij zers (cand. 48) toegel. 28, afgew. 20; onderwijzeressen (cand. 33) toegel. 30, afgew. 3. Wiskunde: onderwijzers (cand. 56) toegel. 42, afgew. 14. Teekenen: onderwijzers (cand. 19) toegel. 12, afgew. 7. Landbouwkunde: onderwijzers (cand. 1) loegel. 1. Gymnastiek: onderwijzers (cand. 11) loe gel. 9, afgew. 2. Handwerken: onderwijzeressen (cand. 59) toegel. 58, af gew. 1. Voortgezet onderwijs volgens art. 72. Fransch: onderwijzers (cand. 4) toegel. 4; onderwijzeressen (cand. 2) toegel. 2. Engelsch: onderwijzers (cand. 2) loegel. 2. Hoogduitsch: onderwijzeressen (cand. 1) toegel. 1. Wiskunde: onderwijzers (cand. 3) toegel. 3. Natuurkunde: onderwijzers (cand. 3) toegel. 1afgew. 2. De kon. akademie van wetenschappen heeft in de vereenigde vergade ring van de beide afdeelingen op 28 April jl. als hare meening uitgespro ken dat de zorg voor het opsporenhet behoud en het bekendmaken van overblijfsels der vaderlandsche kunst en beschaving uit vroegere tijden, tot hare roeping behoort. Zij benoemde eene commissie om middelen te bera men en in werking te brengen om het gewenschte doel te bereiken. Die commissie, bestaande uit de hh. C. Leemans te Leyden, W. Moll te Am sterdam, W. N. Rose en L. J. A. van der Kun te 'sGravenhage heeft, thans de algemeene medewerking verzocht, in deze zaak zoo onmisbaar. Zjj zal zich ten hoogste verpligt rekenen aan ieder, die haar kennis geeft van elke ontdekking omtrent het bestaan van overblijfsels en kunstwerken, van gevaren die hen dreigenvan achtelooze behandeling waaraan zij bloot slaanen van alle omstandigheden wier bekendheid van eenig belang ge acht kan worden. Zij verzocht ook, waar het mogelijk is, beschrijvingen, teekeningen en plans te laten vervaardigen van hetgeen niet langer kan be waard blijven; bij de commissie voorstellen te doen, of hulp en inlichtin gen te vragen, waar die tol bereiking van het oogmerk wenschelijk schijnen. De voorwerpen, waarop de commissie de aandacht vestigt, omvatten de over blijfsels van kunst en beschaving uit vroegere tijden, in den meest uitge- breiden zin des woords: bouwkunst, beeldhouw- en schilderkunst, muur schilderingen of zoogenaamde fresko's vooral niet te vergeten, beeldhouw-en snijwerk in hout, ivoor, been en dergelijke stoffen; werken in gebakken aarde, in metaal; boetseer-, graveer- en drijfwerk; werk in en op glas, en edelgesteenten; voortbrengsels van nijverheid en ambachten; huisraad, ge reedschap, wapenen, werktuigen, kleeding en versiersels; ook op voorwer pen van meer wetenschappelijken aard, munten en gedenkpenningen, zegels, handschriften, vooral wanneer die zich door hunne bewerking, hunne mi- nialuurteekeningenfraaije initialen en andere versieringen kenmerken, en diergelijkenwordt de opmerkzaamheid gevestigd. Men wordt verzocht berigten en mededeelingen te zenden aan het volgende adresAan de kon. akademie van wetenschappen voor de commissie voor overblijfsels der vaderlandsche kunstte Amsterdam. Met belangstelling bezigtigden wij dezer dagen de stoom-wattenfabriek van den heer A. Breetvell Az. te Delft. Door de verbeteringen, welkedeheer Breetvell heeft gebragt in de werktuigen waarmede de watten worden ver vaardigd, ziet hij zich in staat gesteld een fabrikaat te leveren van zulk een deugdzamen aard, dat het met het beste van elders niet alleen kan wedijveren, maar dit zelfs in vele opzigten overtreft. De belangrijke bestel lingen, welke de heer Breetvelt voortdurend op zyn artikel ontvangt, bewijzen genoegzaam dat het om zijne goede qualiteit zeer gezocht is, en stellen hem in staat, in zijne fabriek, die zeker de grootste van dien aard in ons land is, aan een vrij talrijk personeel werk te verschaffen. D.C Te Amsterdam is ter beschikking van de justitie gesteld een mansper soon en zijne bijzit, als beklaagd van mishandeling op een elfjarig knaapje uit vroeger huwelijk van de vrouw, liet kind is door de politie onder eene bedstede gevonden, geheel naakt op een bos stroo liggende, gedekt met een groven zak. Op verscheidene plaatsen van het ligehaam gewond en bijna uitgeteerd zijnde, was de toestand van het kind van dien aard, dat het onmiddellijk naar het gasthuis is gebragt, waar het spoedig daarna overleden is. (A. C.) Naar men uil hel Nieuwe Diep meldt is aan boord van een der aldaar liggende schepeneen jongendie met eenige eetwarenwelke hij van den i kok had gekregen, naar huis wilde gaanhet offer van balddadigheid gewor- deti. Een der matrozen zou namelijkterwijl de jongen van de loopplank

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1860 | | pagina 1