KORT VERSLAG ZITTING VAN DEN GEMEENTERAAD VAN LEÏDEN. Behoorende hij de Leydscke Courant van 5 Novemher 3860N°. 333.) DER - »XX>0©C^CC< .1 I Zitting van 1 November. Tegenwoordig de heeren Stoffels, Kluit, Hubrecht, Tollens, du Rieu, Driessen, de Fremery, Krantz, Olivier, Tichler, Cock, de Moen, Luzac, Huyser, van der Hoeven, Hartevelt, Lezwyn, Gevers, Sikkel Groos en de Voorzitter. De aanteekeningen der vorige vergadering worden gelezen en vastgesteld, waarna de Voorzitter mededeelt: 1». Eene missive van dr. P. Hoekema Kingma, van den 26sten der vorige maand, waarbij deze de benoeming aanneemt als geneeskundig lid in de ge zondheidscommissie. En is deze aangenomen voor kennisgeving. 2». Eene missive van den heer B. AV. YVtlewaall, in dato 22 October 1860, houdende kennisgeving dat hij zijne betrekking als lid der plaatselijke schoolcommissie nederlegt. Deze wordt aangenomen voor kennisgeving, terwijl voorts besloten is, haar in afschrift aau de plaatselijke schoolcommissie mede te doelen, tot informatie en met uitnoodiging om tijdig eene aanbeveling van twee personen, ter ver vulling dezer vacature, aan den raad in te dienen, ten einde te kunnen voldoen aan art. 5 der verordening van 21 December 1857 (Gemeenteblad n°. 29). Voorts heeft de Burgemeester overgelegd 1°. Proces-verbaal van het opnemen der boeken en kas van den gemcenle- ontvanger, op den 29stcn October jl. En is, conform de voordragt, besloten dit aan te nemen voor kennisgeving en het gedurende 14 dagen ter inzage van de leden in de leeskamer neder te leggen. 2°. Adres van G. P. van der Hart en P. Verra, keurmeesters van het vee en vleesch, om verbooging hunner jaarwedden. En is overeenkomstig de voordragt besloten, dit te stellen in handen van Burgemeester en AVethouders en de Commissie van Financiënten fine van berigt en raad. 3°. Nadere missive van de algemeene commissie van liquidatie der zaken van de voormalige wees- en momboirkamerste 's Gravcnhagevan den 19/31 der vorige maandn°. 5587, waarbij zij te kennen geeftdat 't raadsbesluit in dato 20 September bevorens baar geene vrijheid geeft om af te zien van hare gedane vordering tot spoedige overgave (met rekening en verantwoording) van geldsommen, waarover de regering der stad Leyden, grootendeels in de vorige eeuw, uit de kas der weeskamer zou bebben beschikt; alsmede dat zij, bijaldien deze vergadering niet voor 1° Januarij aanstaande van bovenge meld besluit mogt zijn teruggekomenzich genoodzaakt zal vindendie vor dering aan de beslissing van den regter te onderwerpen. Overeenkomstig de voordragt is besloten, deze ten fine van berigt en raad te stellen in handen der commissie ad hoe. De Burgemeester stelt aan de orde van den dag 1°. Eene dispositie van Gedeputeerde Staten der provincie Zuidhollandvan den 5/11 September 1860n°. 32, houdende mededeeling dat door die vergadering eene algemeene herziening van de jaarwedden der Burgemeesters en Secreta rissen in dit gewest, op grond van den aard en omvang der aan die betrek kingen verbonden werkzaamheden is ontworpen, doch dat zij vermeend heeft, wat deze gemeente betreft, de beoordeeling van het al dan niet wenschelijke van het verboogen dier jaarwedden aan den raad te moeten overlaten, met te kennengeving echter dat hunne vergadering bereid is, de daaromtrent door dat collegie noodig geachte veranderingen, hetzij voor de tegenwoordige of latere titularissen, in overweging te nemen. Gezien artt. 73 en 104 der wet van 29 Junij 1851 (Staatsblad n°. 85); Gelet op de rapporten van Burgemeester en Wethouders en de Commissie van Financiën, waaruit blijkt dat dit punt, op stellig verlangen van den Burgemeesterten zijnen aanzien niet in overweging werd genomenhoewel de drie AVethouders eenparig van gevoelen waren dat de aan die waardigheid toegekende bezoldiging te gering isterwijl voorts daarbij tot eene verhooging der jaarwedde van den Secretaris, met 600.geraden wordt; Is na deliberatie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten, eene voordragt te doen om de jaarwedde van den Gemeente-Secretaris met ƒ600. tc verhoogen en mitsdien op 3000.te bepalen, onder mededeeling dat dit punt, ten aanzien van den Burgemeester, op diens stellig uitgedrukt ver langen, niet in overweging is genomen. 2°. Voordragt van Burgemeesters en AA'ethouderstot de goedkeuring van een nader door hen aangeboden plan betrekkelijk den aanbouw en de inrig- ting van een stedelijk ziekenhuis en voorts, tot magtiging hunner vergadering om de noodige bestekken tc doen opmaken en, nadat ze zullen zijn vast gesteld, tot de aanbesteding over te gaan. Het lid Sikkel Groos stelt als amendement voor, eene raadscommissie van drie leden te benoemen, ten einde in de zaak van het ziekenhuis te advise ren over eene nadere regeling die niet te nadeelig voor de gemeente is; welk voorstel, door den Burgemeester in rondvraag gebragt zijnde, met 11 tegen 9 stemmen, die van de leden de Moen, Luzac, Huyser, van der Hoeven, Stoffels, Tollens, du Rieu, Olivier en den Voorzitter, wordt aangenomen. 3°. Voorwaarden van aanbesteding der licht- en brandstoffen ten behoeve dezer gemeente, voor den jare 1861. En zijn deze na deliberatie, met algemeene stemmen vastgesteld. 4°. Adres van de naamlooze vennootschap der bierbrouwerij de Posthoorn en azijnmakerij de Twee Sleutels, om vergunning tot het doen leggen cener stoep, lang 1.60en breed 1.10 ellen, voor den ingang van het baar in eigen dom toekomend pand aan de Oude A'est, geteekend wijk VI, n°. 918. Gelet op het rapport van Burgemeester en Wethouders; Is r.a deliberatie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten, baar het leggen dier stoep toe te staan, mits zulks geschiede onder toezigt van rooimeesteren. 5». Adres van Carel Blansjaar c. s.waarbij zij het gebruik verzoeken van den grond der Bethlehemstraat en Zaksteeg, aan het einde der Langegracht noordzijde, onder dezelfde voorwaarden waarop zulks bij dispositiën van 27 Junij 1814 en 20 Mei 1851 werd vergund. Engelet op het rapport van Burgemeester en AVethouders; Is na deliberatie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten, r-idat het gebleken was dat bedoelde grond, als zijnde voortdurend tot bij zonder gebruik bestemd geweest, niet valt in de termen van art. 230 der wet van 29 Junij 1851 (Staatsblad n°. 85), aan de adressanten precario en lot kennelijk weder opzeggen te vergunnen en toe te staan het innemen, op eene jaarlijksche recognitie van 2,63, van zekere dwarsstraat, genaamd de Zaksteeg, strekkende van de westzijde der Bethlehemstraat, tot aan het scheid van den tuin van den Heer Guinoseau (thans H. Veefkind), lang 5 roeden en breed 7 voetenvoor bet geheel bij het kadaster bekend onder sectie B, n°. 1563; alsmede van de Bethlehemstraat, strekkende van de noordzijde der Langegracht tot aan de Binnenvestgracht, breed li en lang .13 roeden, mede kadastraal opgemeten onder sectie B, n°. 1563, tegen eene jaarlijksche recognitie van ƒ17.55, uitmakende te zamen 20.18 in 'tjaar, de eerste maal verschijnende den 31stcn December aanstaande, en zulks onder de volgende bepalingen. a. Dat zij gehouden zullen zijn te stellen, vooraan op de Langegracht, een muur, ter bekwamer hoogte en gelijk met de rooijing van de ter weder zijden der Bethlehemstraat staande huizen, met een deurkozijn in den- zelven, ten einde de in- en nitgang, inzonderheid voor het huis, ge teekend wijk V, n°. 972, niemand belet zij. b. Dat de straatsteenenliggende zoo in een gedeelte van het erf aan de oostzijde der Bethlehemstraat, als in de Zaksteeg en Bethlehemstraat, van Stadswege en ten haren voordeele zullen worden uitgenomen en weggehaalddoch wanneer de adressanten begeeren mogten die te hou den liggen, zal aan dat verlangen kunnen voldaan worden, mits Stads eigendom vei zekerende. c. dat, ingeval van opzegging of afstand, de gestelde muur of getimmerten door C. Blansjaar c. s. voornoemd of hunne regtverkrijgenden zullen moe ten weggebrokende straat ontruimd en de erven met een bekwamen muur afgesloten worden; zullende alsdan het arbeidsloon voor het weder om leggen der bevorens uitgenomen sleenen door her. aan de stad wor den betaald. 6°. Adres van Johannes Petrus Ramakers, houdende verzoek om eene uit- lozing te mogen doen maken uit zijn huis buiten de Rijnshurgerpoort onder den zoogenaamden stads-vrijdomgeteekend wijk IX n°. 19, naar de sloot aan de overzijde. Gelet op het rapport van Burgemeester en Wethouders; Is dienovereenkomstig na deliberatie, met algemeene stemmen besloten, den verzoeker het maken dier uitlozing te vergunnen tegen betaling cener jaarlijksche recognitie ad 1.50, volgens het bestaande tarief, en onder ge houdenheid om zich daaromtrent vooraf ook met Commissarissen van dien straatweg te verstaan. 7°. Zes adressen om afschrijving van plaatselijke directe belasting over 1860. En gelet op de rapporten van Burgemeester en Wethouders en de Commis sie van Financiën Is na deliberatie omtrent de vijf eerste adressen, dienovereenkomstig ach tereenvolgens telkens met algemeene stemmen besloten de daarbij gedane verzoeken in te willigen en mitsdien de gevraagde afschrijving te verleenen aan a. vrouwe M. P. van der Moore, geb. Koopman, thans wonende te Delft, voor 3/12 of 13,01; l. D. C. Otken, thans intendant in de militaire afdeeling te Arnhem, voor 8/12 of 25,59; e. J. F. Broekman, onlangs te Amsterdam, thans weder binnen deze ge meente woonachtig, voor 7/12 of 68 cents; d. M. van der Zwiep, wed. Somerwil, thans wonende te Oegstgeest, voor 6/12 of een bedrag van 2,30; e. J. van Haaften, wonende te Sliedrecbt, voor zijn geheelen aanslag, ten bedrage van 7,73. Vervolgens wordt het zevende adres, waarbij C. G. AVemmerslager, om aangevoerde redenen, gedeeltelijke afschrijving van zijnen aanslag in die belas ting verzoekt, in rondvraag gebragt; En is na deliberatie, conform de conclnsiën van bovengemelde rapporten, met algemeene stemmen besloten, dit verzoek, als voor geene inwilliging vat baar, te wijzen van de hand. Niets meer te behandelen overig zijnde, slnit de Voorzitter de vergadering. Te Leyden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1860 | | pagina 5