j. Men ziel mei belangstelling berigtcn nit het Oosten te gemoct. liet
k schijnt dat men zich te Konstantinopel nog wil wijs maken dal de maat-
le rcclcn, door Fuad-pacha genomen, den marsch der Fransche troepen zullen
!B sluiten. Het is echter te verwachten dat zijterstond na hunne ontscheping
:r naar Damascus zullen oprukken. Het is niet genoegzaam de schuldigen te
ia straffen, men moet ook maatregelen nemen om de hernieuwing der gruwe-
a len voor te komen. Men spreekt van een ontwerpdat door het Fransche
w kabinet aan de mogendheden zou voorgelegd zijnnamelijk om Syriö met
'e Enypte te vereenigen, altijd onder de opperheerschappij van de Porte. De
r- onderkoning van Egypte toch bewandelt den weg van vooruitgang en bezit
a goede troepen om zijn gezag te doen eerbiedigen. Voorts zou men een
i- pachalik voor Abd-cI-Kader oprigten, onder wiens bevelen men Mesopotamië
;1 en Arabic zou stellen.
it In Rusland is de verbittering tegen Turkye zeer groot. Een corrcspon-
I- jent van een Parijsch handelshuis verhaalt dat de Grieksche geestelijkheid
it jen heiligen oorlog predikt en niets minder eischt dan dat dé Russische
if troepen te gelijk met die van Frankrijk optrekken om het vergoten bloed
a der Christenen te wreken. Hare ijver is zelfs zoo groot dat de overheid
a van Moscou haar heeft uitgenoodigd die in hare predikatiën een weinig te
matigen. Beriglen uit Odessa spreken van wapeningen, die aldaar in het
geheim plaats hebben, en van de aankomst van een adjudant des keizers
met geheime bevelen.
In eenen brief van den heer Le'on Dubrcuil, die aan een handelshuis
te Damascus is verbondenworden ijsselijke bijzonderheden medegedeeld
omtrent het vermoorden der Christenen aldaar. Eene vluglende familie werd
door de woedende Muzelmannen achterhaald. Men wierp zich eerst op den
vader, die zijne hand over zijne dochters uitstrekte, en sloeg die hand af;
daarna sneed men hem de neus, de oorcu en lippen af, en nadat men eene
insnijding in den vorm van een kruis op het voorhoofd had gemaakt, trok
men het vel over zijne oogen. Zijne dochters, waarvan de eene een zuigend
kind had, werden te gelijk aangegrepen. Men slingerde het kind op een
nabijgelegen terras, terwijl de moeder, hierdoor tot vertwijfeling gebragt,
al hare krachten inspannendeharen aanvaller twee malen ter aarde wierp
en eindelijk hem zijn wapen ontrukte en het zich in de borst stiet. Een
zoodanige dood kon de woede der Muzelmannen niet stuiten. Het onleerde
lijk viel op dat van hare mede onteerde zuster. Het lijk van de laatste werd
doorgezaagd op het ligchaam van haren broeder, die vervolgens met dolksteken
in het hoofd werd afgemaakt. Een nabijgelegen bazar, door eene Nederland-
sche familie gehouden, werd uitgeplunderden de vrouw, mevr. Verner, aan
het linkerbeen uit een raam gehangen. Op de straat schoot men haar met
los kruid in het aangezigl, terwijl men boven brandende lompen op haar
wierp, waardoor hare kleederen in brand geraakten en zij jammerlijk om
kwam. Dit tooneel hield een uur aan. Een opperhoofd, die hare kreten
hoorde, liet door een zijner slaven naar de oorzaak vernemen en deze,
door menscheiijkheid gedreven, werd hare voorspraak en ging de bevelen
zijns meesters vragen. Hij ontving tot antwoord honderd stokslagen op de
voetzolen en zijn meester liet aan de moordenaars zeggen dat zij ongestoord
hunnen pligt konden doen. De heer Verner werd tegen eenen gloeijenden
kagchel gebonden, om hem te dwingen zijne schatten aan te wijzen. Een
der bedienden, een Franschman, is aan de slagling ontkomen, door zich
in eene kist te verbergen. Door den schrik is cellier zijn haar plotseling
grijs geworden en zijn hoofd onophoudelijk in beweging. Op eene andere
plaats werden 30 Christenen, die in eenen kelder waren gevlugt, door
middel van kokende olie en voorloop levend verbrand.
Door de Patrie worden berigten uit Konstantinopel medegedeeld
waaruit blijkt dat Kybrisli-pachadie belast is met het onderzoek naar de
bestaande misbruiken en voorgevallen knevelarijen in Dulgarye reeds 1200
personen heeft doen gevangennemen en naar Konstantinopel heeft opgezon
den, om aldaar te regt te staan. Hij heeft ook, in weerwil van den tegen
stand der Turken, eenen rijken en magtigen Muzelman doen ophangen,
omdat hij zich aan een Armenisch meisje had vergrepenen reeds twee
zijner slagloflcrs had doen ombrengen.
Een jong mensch, die bij den spoorweg van Lyon was aangesteld,
had bij de loting een laag nommer getrokken en was daarover zeer treurig
gestemdomdat hij een ouden vader en moeder en een kleinen broeder
achterliet, wier eenige steun hij was. Het tijdstip van vertrek naderde,
toen zjjne mede-geëmploijeerdendie hem veel achting toedroegenop voor
stel van een hunner, besloten zoo mogelijk een. plaatsvervanger voor hem te
stellen. Zij verzochten daartoe aan de administratie der maatschappij een
voorschot van de noodige 2,300 fr.bij maandelijksche termijnen door hen
gczamentlijk af te doen. Het bestuur willigde dit verzoek in en droeg tot
de som 800 fr. bij, zoodat de geëmploijeerdeu slechts een bedrag van 1,500
fr. ten hunnen laste behoefden te nenten, terug te geven door korting van
1 pCt. 'smaands op hunne bezoldiging.
De lieer Lcverrier heeft thans een tweede verslag gezonden aan den
Franschcn minister van onderwijs omtrent zijne waarnemingen, bij gelegen
heid der zonsverduistering van 18 Julij jl. Dat verslag behelst, o.a.hoogst
belangrijke bijzonderheden omtrent de natuurkundige constitutie van de zon
en meer in het bijzonder omtrent den dampkring, welke dat hemelligchaam
omgeeft. De zonsverduistering van 18 Julij schijnt alle stellingen, waartoe
de eclips van 8 Julij 1842 aanleiding heeft gegeven, omver te werpen. De
heer Arago had het bestaan van drie almospheren om de zon als zeker aan
genomen doch deze stelling zou door de jongste waarnemingen geheel ver
nietigd worden. De heer Leverrier neemt een centraal punt aan, 'tzij vast.
'tzij vloeibaar, waaromtrent hij niet durft beslissen, maar houdt zich
na de laatste waarnemingen overtuigd, dat de zon slechts één almospheer
heeft, even als de overige bekende hcmelligehamcn.
Van het dorp Aubervilliers is alhier een artisjok ter markt gebragt,
die eenen omlrek had van 82 duimenen ruim 3 Ned. ffi woog.
ITALIË.
Volgens berigtcn uil Napels is Garibaldi op 4 Aug. met eene stoom
boot te Pausilippo aangekomen enna met de hoofden der revolutionnairc
partij gesproken te hebbenden volgenden dag weder vertrokken. Garibaldi
zal, naar men meent, alvorens te handelen, de bijeenroeping van het parle
ment afwachten, waarvoor de verkiezingen tegen den 19den zijn uitgeschre
ven. De candidaten worden bijna allen gekozen uit de vroegere uitgeweke
nen en degenen, die zich voor de verceniging met Sardinië verklaren.
Op 9 Aug. zouden de troepen van Garibaldi te Altafiume, nabij Reggio,
eene landing beproefd hebbenmaar de troepen teruggeslagen zijn. Een
ander bcrigt spreekt van eene landing van 1500 man in Calabrië. Op deze
berigten is vooreerst nog weinig staat te maken.
Garibaldi heeft aan de Maria-kerk te Palermo eene prachtige klok ge
schonken, onder voorwaarde, dat die telkens op den 4dcn April zal geluid
wordenter gedachtenis van het feitdat op dien dag uit het tot die kerk
bchoorende klooster de eerste geweerschoten door de Siciliaansehe opstan
delingen zijn gelost.
Uit Rome meldt men dat het stedelijk bestuur aan de regering ver
zocht heeft den uitvoer van granen te verbieden, aangezien men eene buiten
gewone schaarschte van levensmiddelen verwachtte.
Voor de nieuwe Sardinische leening is hel driedubbele van de gevraagde
som ingeschreven.
PRUIS SEN.
BERLIJN, 12 Augustus.
De Köln. Zeit. bevat thans de aankondiging van eenen grootcn wed
strijd die door de vereenigitig der karabiniers te Keulen eerstdaags zal ge
geven worden. De eerste prijs is het kasteel Schuzenburgover Ehrcnbrcil-
stein op een fraai punt aan den Rijn gelegen, met uitgebreide tuinen en
jagten. De overige prijzen, 184 in getal, bestaan uit geldsommen vau
1000 th. en minder. DuilschersEngelschenBelgen, Nederlanders en
Zwitsers behoeven voor de deelneming niets te betalen.
Men meldt uit Bonn, dal voor het monument, hetwelk ter cere van
Arndt in genoemde stad zal worden opgerigt, reeds eene som van 33,000
daalders is bijeengebragt.
OOSTENRIJK.
WEENEN, 12 Augustus.
De opening van den spoorweg van Salzburg naar Munchcn heeft heden
plaats gehad, in tegenwoordigheid van den keizer en van den koning van
Beijeren. Op het bij die gelegenheid gehouden feestmaal heeft de keizer,
bij het instellen van een toast, zich o. a. aldus uitgedrukt: »Ilet gevoel
van eensgezindheid, waarmede wij elkander als naburen begroeten, bezielt
ons ook ten aanzien van alle Duitsche bondgenooten. Met vreugde herdenk
ik den dag, waarop de prins-regent en ik elkander de hand gaven ter be
vestiging van de gevoelens van overeenstemming, waarmede wij elkander
hebben begroet." Het slot van den toast luidde: »Leve de koning van
BeijerenLeve het dappere Bcijcrsche volkLeve de eensgezindheid lus-
schen de vorsten en volken van DuitschlandDe koning van Beijeren
antwoordde daarop met het uitbrengen van eenen toast op den keizer van
Oostenrijk, het Oostenrijksche volk, en de eensgezindheid tusschen de beide
Duitsche groote mogendheden, waarin hij onder anderen zeide, dat men
onlangs met geesldriit en blijde hoop de bijeenkomst der vorsten van Oos
tenrijk en Pruissen begroet had; dat die zamenkomst eenen waarborg had
opgeleverd voor Duilschlands eensgezindheid waarin alleen Duitschlands
kracht gelegen is.
OOST-INDIE.
BATAVIA, 23 Junij.
In den avond van den 17den Junij werdter gelegenheid van den
verjaardag van H. M. de koningin, een luisterrijk bal en souper gegeven
door den gouverneur-generaal in het hotel op Rijswijk.
Krachtens de door de regering in 1859 genomenc en aan den gouver-
nements-commissaris voor de Zuid- en Oosler-afdeeling van Borneo medege
deelde beslissingdat het rijk Banjermassing voortaan niet meer in leen ter
beheering aan eenen inlandschen vorst zal worden afgestaanheeft genoemde
commissaris bij een besluit van 11 Junij jl.onder nadere goedkeuring van
den gouverneur-generaal, het zelf besturend rijk Banjermassing verklaard te
zijn vervallen en de landen, uitgemaakt hebbende het vervallen verklaarde
rijk Banjermassing, gehecht aan het reeds bestaande dadelijke gebied van
het Ned.-Indische gouvernement in de Zuid- en Ooster-afdeeling van Borneo.
De daaruit gevolgde regelingen zijn bij proclamatie aan het volk bekend
gemaakt.
Onze troepen gaan steeds voort de vijandig gezinde bevolking te vervolgen.
De vijand gaat meestal op de vlugt. Zijne kampongs worden verbrand.
Op den 7den Junij II. vertoonden zich in de afdeeling Buitenzorg vijf
Europesche militairendie door hunne houding de verdenking op zich laad
den van deserteurs te zijn. Dien ten gevolge werd hun door twee wacht
hebbende inlanders gevraagd, waarheen hunne bestemming was. Hierop
hebben deze militairen onmiddellijk hunne met scherp geladene geweren op
die beide inlanders gelost, met het ongelukkige gevolg, dat de een dood ter
aarde stortte en de ander een kogel door hel ligchaam kreeg, aan welke
verwonding hij twee dagen later is overleden. De overige aanwezige in
landers, hierdoor verschrikt, lieten hen vervolgens ongemoeid. Kort daarna
zijn deze militairen op hunne schreden teruggekeerdin de rigting van
Meester-Cornelis, onderwijl bij herhaling van hunne geweren gebruik ma
kende om op wachthebbende inlanders te vurendie hen op de gebruike
lijke wijze aanriepen. Een inlander kreeg daarbij een schramscbot in den
rug. Intusschcn werden zij op cenigcn afstand achtervolgd door onderschei-