zijgevel van bet huis aan den Ouden Singel, hoek Zandstraat, een pijp of koker te mogen uitbouwen. En, gelet op bet rapport van Burgemeester en Wethouders, is na delibe ratie dienovereenkomstig inet algemeene stemmen besloten het verzoek der adressante in te willigenmits zij voor deze vergunning betale eene jaarlijk- schc recognitie ad dertig cents. 7". Adres van B. A. Molkcnboer, W. F. van Hartrop, J. L. Leefcrs en 11. Bonda, eigenaren der buizen in de Barbarasteeg, geteekend Wijk III. n°. 429™"1, 676 B, 431rood en 433,0°d, waarbij zij verzoeken, het te over vloedige regenwater, dat op hun terrein valt, in de kollt-riolen te mogen afleiden. Gelet op het rapport van Burgemeester en Wethouders Is na deliberatie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten, het maken der bedoelde uitlozingen in het stadsriool toe te staanonder voor waarde dat daarin niet anders dan water worde ontlast en de requestrantcn ieder voor deze vergunning betalen eene jaarlijksche recognitie ad 1.50, alsmede thans gezamenlijk de kosten van bet digtmaken der straat. 8°. Adres van Jannetje Landa, om vergunning tot bet doen stellen van twee palen met ijzeren gordingen aan de stoep voor baar huis op de Iloog- landschc Kerkgracht, geteekend Wijk VII, n°. 978. Erigelet op het rapport van Burgemeester en Wethouders, is na delibe ratie dienovereenkomstig met algemeene stemmen tot de inwilliging van dit verzoek besloten. 9°. Adres van Johannes Zwetsloot, bouwman, wonende onder Leiderdorp, om eene brug te mogen doen leggen, geschikt om met paard en wagen be reden te worden, over de sloot aan de Haarlemmertrekvaart buiten de Mare- poort, nabij Stads stalling. Gelet op het rapport van Burgemeester en Wethouders Is na deliberatie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten het onderwerpelijk verzoek in te willigen, mits die brug zoodanig gelegd worde dat geen der langs dien weg geplante boomen behoeft te vallen, bet voetpad voor die brug door den adressant steeds rein en zindelijk worde gehouden en hij voor deze vergunning betale eene recognitie ad een gulden 's jaars. 10°. Adres van Prof. F. Kaiser, waarbij deze verzoekt, een vaartuig in den Singel, nabij het terrein der slerrewacht, ook des nachts, te mogen doen verblijven en tot dat einde aldaar een schuitenhuis te mogen doen bouwen. En, gelet op bet rapport van Burgemeester en Wethoudersis na delibe ratie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten, bet verzoek van den adressant, als voor geene inwilliging vatbaar, te wijzen van de band. 11°. Adres van Andries Johannes Lindeman, tapper, aan den hoek van het Broederpad en den singel buiten de Hoogewoerdspoort woonachtig, hou dende verzoek ra. om bij de verbouwing van zijn tuinhuisje aldaar, waarvoor bij een steenen gebouw in de plaats wil stellen, een gedeelte van de sloot, aan den singelkant ter lengte van 18 en aan de padzijde ter lengte van 8 ellen, op eene breedte van gemiddeld 8 palmen, te mogen innemen; b. om aan dat gebouw een uitgang naar den singel, door middel eener vaste brng, te mogen geven, en c. dat de boomen, op den singel staande, welke aan de uitvoering van dit plan zouden kunnen hinderlijk zijn, van gemeentewege worden weggehakt. Gelet op het rapport van Burgemeester en Wethouders; Is na dcliheratie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten, dit verzoek, als voor geene gunstige beschouwing vatbaar, te wijzen van de hand. 12°. Rekening van de stedelijke gazfabriek over 1859. En gelet op bet rapport der Commissie van Financiën: is na deliberatie dienovereenkomstig met 16 stemmen (het lid ten Sande bad, als rendant van rekening, ingevolge art. 24 der wet van 29Junijl851 (Staatsbl. n°. 85) tijdelijk de vergadering verlaten) besloten: ra. deze rekening op te nemen en te sluiten in ontvang tot 112214.14, in uitgaaf tot 101499.I95, en alzoo met een batig saldo van ƒ10714.945, hetgeen de rendanten gehouden zijn in hunne eerstvolgende rekening te verantwoorden b. op te nemen de rekening van het reservefonds over 1859; in ontvang tot 12578.145, in uitgaaf tot ƒ18626.075, alzoo aanwijzende een nadeelig slot van 6047.93, hetgeen den rendanten bij hunne eerstvolgende reke ning in uitgaaf zal worden geleden c. te bepalen dat de winst worde gcsleld op een som van 22561.53) welke als ontvangst in de gemeentekas over de dienst van 1860 zal worden verantwoord. 13°. Rekening van den armverzorger der OudCatholijke gemeenteover 1859, met staat van af- en overschrijving. Gelet op de rapporten der Commissie van Financiën; Is na deliberatie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten, den staat van af- en overschrijving goed te keuren ea voorts die rekening op te nemen en vast te stellenin ontvang tot ƒ400.50, in uitgaaf tot ƒ433.495, en mitsdien met een nadeelig slot van 32.995, hetgeen door dea rendant zal worden geleden. 14°. Rekening van het Gereformeerde Minnehuis over 1859. En, gelet op het rapport der Commissie van Financiën, is na deliberatie dienovereenkomstig met algemeene stemmen besloten deze goed te keuren en vast te stellen in ontvang tot 21824.62, ia uitgaaf tot 22228.855, en alzoo aanwijzende een nadeelig slot van 404.235, hetwelk in de eerst volgende rekening in uitgaaf zal worden gebragt, waarbij de rendanten tevens gehouden zijn verantwoording te doen van hetgeen is aangewezen als nog te ontvangen of te verhalen, ten beloope van 556.30. 15». Rekening van Regenten van het Heilige Geest of armen wees- en kin derbuis, dienst 1859, en suppletoire staat van begrooting voor I860. Gelet op de rapporten der Commissie van Financiën; Is na deliberatie dienovereenkomstig met 14 stemmen (de leden van Kaat- hoven en Huyser waren hierbij, als regenten der betrokkene instelling, inge volge art. 24 der wet van 29 Jnnij 1851 (Staatsblad n». 85) niet tegen woordig, terwijl het lid Gevers inmiddels de vergadering bad verlaten, besloten: ra. de rekening op te nemen en goed te keuren in ontvang tot 43132.875, in uitgaaf tot 39025.78en mitsdien opleverende een voordeelig saldo van 4107.095, betgeen, benevens het bedrag dat als nog te ontvangen of te verhalen is aangewezen, ter somma van 92.45, door de rendanten in hunne eerstvolgende rekening in ontvangst moet worden gebragt; b. den suppleloiren staat van begrooting vast te stellen in ontvangst en in uitgaaf tot een gelijk bedrag van 2227.9S5. 16°. Verordening tot regeling der werkzaamheden van de gezondheids commissie te Leyden. Geene algemeene consideration in het midden gebragt zijnde, worden de art. 1 tot en met 8 achtereenvolgens in rondvraag gebragt enbehoudens eene geringe wijziging in art. 4, op voorstel van bet lid Krantz, en in art. 6, naar aanleiding eener door den Rurgemcester gemaakte bedenking, met algemeene stemmen aangenomen. Vervolgens brengt de Voorzitter de gebeele verordening in rondvraag en is deze met algemeene stemmen vastgesteld. Zij luidt dus Art. 1. Er bestaat in deze gemeente eene gezondheids-commissie. Art. 2. De commissie is zamengesteld uit twee leden van den Gemeente raad twee leden van de plaatselijke commissie van geneeskundig tocvoor- zigt, een geneeskundige, een regtsgeleerdeeen scheikundige, een natuur kundige en een bouwkundige. Art. 3. De leden der commissie worden benoemd door den Gemeenteraad, uit eene voordragt van twee personen voor ieder lid, door de commissie zelve op te maken. Om de twee jaren treedt een derde der commissie af. De eerste aftreding heeft plaats in 1862. De a.lredenden zijn herkiesbaar. Art. 4. De taak of roeping der commissie is ra. om den Gemeenteraad, alsmede Burgemeester en Wethouders, van bcrigt en raad te dienen omtrent alles, wat op de algemeene gezondheidsrege ling en de gezondheidspolicie betrekking heeft; b. om aan den Gemeenteraad, alsmede aan Burgemeester en Wethouders, voorstellen te doen, die kunnen leiden tot verbetering van den algemec- nen gezondheidstoestand in de gemeentedaartoe zal zij vooral hare aan dacht vestigen op de navolgende onderwerpen 1°. het drinkwater en den toevoer daarvan naar de plaats waar dit ten gebruik moet dienen 2°. vervalscbing en verontreiniging van levensmiddelen 3°. slagtplaatsen 4°. den aanleg van riolen, het afvoeren en verzamelen van fecale stoffen; 5». lachtverversching in openbare gebouwen, scholen cn bijzondere woningen 6». bet gezonder maken der door de minvermogende volksklasse bewoonde bunrten 7». de fabrieken of inrigtingen van nijverheid, magazijnen en bewaar plaatsen van goederen, met liet oog op de algemeene gezondheid en veiligheid der werklieden. c. Bovendien is de commissie belast, op uitnoodiging van Burgemeester cn Wethouders, de gebouwen en woningen te onderzoeken, welke, met bet oog op den algemeenen gezondheidstoestand en veiligheid, voor het ge bruik of de bewoning ongeschikt worden geoordeeld. Van bare bevinding wordt door de commissie een verslag opgemaakt cn aan Burgemeester en Wethouders ingezonden. Ter handhaving van hetgeen onder letter e is bepaald, wordt aan de commissie de last verstrekt om de woningen der ingezetenen, huns ondanks, binnen te tredenmet inachtneming van art. 3 der Wet van 31 Augus tus 1853 (Staatsblad n". 83). Art. 5. De commissie hondt hare bijeenkomsten in een daartoe door het Gemeentebestuur aangewezen lokaal. Zij vergadert ten minste eenmaal in de maand en kiest jaarlijks uit haar midden een voorzitter en een secretaris. Art. 6. De commissie treedt in werking in den loop der maand, volgende op die waarin de verordening zal zijn afgekondigd. Zij zendt voor dat gedeelte van het loopend jaar eene begrooting in van de door haar tc maken kostenvoorts jaarlijksin de maand Julijeene begrooting voor het volgend jaar. De rekening cn verantwoording van het vorige jaar wordt jaarlijks, in de maand Maartdoor haar aan den Gemeenteraad ter goedkeuring overgelegd. Art. 7. Jaarlijks, in de eerste helft der maand Maart, zendt de commisie aan Burgemeester en Wethouders een verslag van hare verrigtingen gedu rende het afgeloopen jaar. Art. 8. De eerste benoeming der commissie geschiedt door den Gemeente raad, op voordragt van Burgemeester en Wethouders. De behandeling der aan de orde gestelde onderwerpen biermede afgeloopen zijnde, wordt de vergadering gesloten. Te Leyden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1860 | | pagina 6