LEYDSCHE MAANDAG 2 APRIL. S>E SPOORWEG. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zuturdag Avond. Be Prijs der Courant is f 12 in liet jaar; de afzonderlijke Nommers worden tegen 10 Centen afgegeven Op de dagen dat dit blad niet verschijnt wordt steeds eene opgave der beursprijzen enz. van den dag aan de geabonneerden op de Cou rant gratis toegezonden. li. Men zegt in de eerste plaats: Gouda wil concurrentie, en in de tweede: Woerden wil monopolie, en men begint te spreken over liet door Woer den!! gewilde monopolie. Dat door Woerden!! gewilde monopolie is echter (altijd volgens de te genpartij) in het bezit der Holl. spoorweg maatschappij. Alles wel bezien, heeft de Holl. spoorweg-maatschappij het monopolie van den lloll.spoorweg, even als de llijnspoorweg-maatschappij het monopolie heeft van den Rijn spoorweg, en het is zeker niet gebleken dat de Holl. spoorweg-maatschappij op haar terrein minder nuttig is geweest voor het publiek dan de later ont stane Rijnspoorweg-maatschappij. Integendeel zou men kunnen aannemen, dal de Holl. spoorweg-maatschappij, door het in werking brengen der eerste onderneming van dezen aard in Nederland, zich verdienstelijk heeft ge maakt, vooral daar zij zich aan bezwarende bepalingen, o. a. omtrent den aanleg des wegs, heeft moeten onderwerpen. Maar ookzonder dit in rekening te brengenmoeten wij in het alge meen aannemendat de Holl. spoorweg-maatschappij hare bezwarende ver- pligtingen is nagekomenen dat de Rijnspoorweg-maatschappij wel eens mogt overwegen, of hel niet billijker van hare zijde ware de verpligte verbinding te Rotterdam tol stand te brengendan (met nalating dier ver binding) eene andere, in haar voordeel nieuw uitgedachte, verbinding van 's Hagc met Gouda te doen bewerkstelligen. En heeft de Holl. spoorweg-maatschappij geene aanspraken? Is het aanleggen van spoorwegen eene zaak van gewone industrie? Is het staats belang er niet in betrokken? Zouden de provinciën Noord- en Zuidholland er mede gebaat zijn, wanneer de Holl. spoorweg-maaiscbappij lot verval moest komen? Moet, om dat verval te veroorzaken, de zoogenaamde concurrentie worden vrijgelaten? Rehoort men zelfs in de praktijk van gewone zaken niet voorzigtig te zijn. in het loepassen van volstrekte beginselen der theorie? Moeten niet wettig beslaande toestanden zoo veel mogelijk worden geëerbiedigd En zou dit dan niet moeten geschieden waar, zoo als in het onderwerpelijke geval, de regelen van eerlijk en voorzigtig staatsbeleid, evenzeer als het welbegrepen algemeen belang, ondersteuning zelfs aanraden, die plaats kan hebben zonder iemands nadeel? De Holl. spoorweg-maatschappij wil de zoogenaamde concurrentie niet, omdat het hier niet geldL eene gewone, vrije concurrentie, die begint met gelijke kansen var. welslagen; maar het geldt eene concurrentie, die zou leiden lot groote benadeeling van de Holl. spoorweg-maaiscbappij in de op brengst der beslaande lijn, eene concurrentie, die veel overeenkomst zou hebben met een' strijd op leven en dood, zoo cenigzins op de Noord- Amerikaanschc manier. De tegenpartij wil het der IIoll. spoorweg-maat schappij als eene smet aanwrijven dat zij zich vooraf bepaaldelijk ver klaard heeft geen strijd van dien aard te willen aanvaarden. Een zeer hooggeplaatst persoon is van eene andere meening, en wel van deze: dat de Holl. spoorweg maatschappij verstandig en loyaal heeft gehandeld met hare overtuiging en haar wezenlijk voornemen bekend te makenomdat men dus kon weten waaraan men zich met haar te houden had. Waaraan heeft men zich met de Rijnspoorweg-maatschappij te honden?— Vraagt deze de concessie der verbindingslijn? Verbindt deze zich tegen over de hooge regering? Op deze en dergelijke vragen moet men steeds antwoorden: Neen, neen en nogmaals neen. Er zijn andere personen, die tussehenkomen en voor zich de concessie vragen, na eene overeenkomst met de Rijnspoorweg maatschappij te hebben aangegaantot het uitleggen waarvan nog wel eene bijzondere concessie dient te worden verleend. liet standpunt der Holl. spoorweg-maatschappij is dus duidelijk en een voudig; dat der Rijnspoorweg-maatschappij onzeker en ingewikkeld. Eerstge noemde maatschappij beroept zich op algemeen belangde laatste op eigen belangten dienste waarvan zij het Haagschc belang van het algcmcene belang, waarmede het innig verhonden is, af wil scheiden. Eerstgenoemde maatschappij wacht eerbiedig de uitspraak der hooge regering af; voor de laatste zijn zoo vele gerucht makende demonstraliën gedaan, zoo vele decla- maiiën uitgevent en zoo veel geschreeuw aangeheven over miskenning en onregt, gepaard met grove beschuldigingen dat de Holl. maatschappij eindelijk, te lang getart en tot zelfverdediging genoodzaakt, eene memorie heeft doen opmaken en, na die eerst behoorlijk ter kennisse der hooge regering te heb ben gebragt, openbaar heeft gemaakt. Wij stellen ons voor hetgeen tegen die memorie is iugebragt nader te onderzoeken, en eindigen deze met de aandacht te vestigen op 3 punten: 1°. Dat eene concessie aan de Holl. spoorweg-maatschappij met tegenwer king wordt bedreigd. Deze zal echter weinig te beduiden hebben, zoo's lands wetten, gelijk wij vertrouwen, worden gehandhaafd. 2°. Dat de aanstaande haven van Schevcningen wordt voorgesteld als van rijks belang, en dat die ons zal gebragt worden door de Engelsche aan deelhouders van de Rijnspoorwegmaatschappij, liet blijkt niet dat deze aandeelhouders daarop eenig uilzigt gegeven hebben. 3". Dat men bij de lijn op Gouda nog altijd het oog heeft op eene zni- derlijn van Gouda over Gorinchem naar Rreda. Dit is eene lijn, waaraan nooit ernstig kan worden gedacht, al ware het allée'n om de overbrugging, die te kostbaar en te gevaarlijk zou wezen. Deze 3 punten zijn dus, even als de andere beweringen, van wege de Rijnspoorweg maatschappij voorgedragen, van geene de minste waarde. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. LEYDEN31 Maart. De 's Grav. N.bode zegt dat hem verzekerd is dat de regering in be ginsel zou beslist hebben vergunning te verleenen tot den aanleg van een spoorweg van Scheveningen-'s llage-Leyden-Woerder.. Die beslissing zou rusten op het verband, dat alsdan zou ontstaan met een spoorweg van naar- lem naar het Nieuwe Diep, die voor 's lands verdediging noodzakelijk wordt geacht. De door Z. M. den koning onlangs benoemde bevelhebbers in de mili taire afdeelingen des rijks zullen met 1 April in functie treden. De minister van binnenl. zaken heeft ter kennis van belanghebbenden gebragt, dat er met den lste" Sept. dezes jaars in 's rijks veeartsenijschool te Utrecht kweekelingen kunnen aangenomen worden tegen betaling van ƒ200 'sjaars, voor ouderwijs, huisvesting en verpleging, en van ƒ50, voor onderwijs alleen. Zij die lot het examen willen toegelaten worden moeten zich voor 15 Aug. bij den directeur der school aanmelden. De vereischte ouderdom is van 16 tot 24 jaren. Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende deze week dagelijks van 125 tot 133 personen. Van wege de Nederl. handelmaatschappij zal op den 26sten April aanst. te Amsterdam verkocht worden p. m. 500,000 ffi oude Indische koperen munt. De Staats-Courant deelt een viertal stalen mede betrekkelijk de land verhuizing uit Nederland in 1859. Daaruit blijkt dal er in dal jaar 186 hoofden van huisgezinnen en op zich zclven slaande personen uit Nederland over zee zijn vertrokken met vrouwenkinderen en dienstboden een getal uitmakende van 490 personen. Van de bovengenoemde 186 personen waren 45 zonder bepaald beroep of bedrijf; 49 behoorden tot den welgestcldcn75 tot den mingegoeden en 47 lot den bchocfligen stand. De ouderdom was natuurlijk zeer verschillendde jongste was 17 en de oudste 72 jaren onil. Als redenen van vertrek was o. a. door 97 opgegeven verbetering van stand en vermogen en door 1 godsdienstige begrippen. Van 34 personen was de reden onbekend. Uit Utrecht meldt men dat de studenten-vereeniging Mutua Fides, in hare Woensdag 11. gehouden vergadering, het voorste! tot hereeniging der beide sludenten-afdeelingen heeft aangenomen, zoodat de scheiding, die al daar gedurende cenige jaren onder de studenten heeft bestaan, als geëin digd kan beschouwd worden. In genoemde stad is overleden de heer mr. J. F. baron van Reede van Outshoorn, raadsheer in het prov. geregtshof aldaar en lid van de tweede kamer der staten-generaal voor het hoofdkiesdistrict Amersfoort. Te Nijmegen bevindt zich onder loezigl van de politie een jongeling, oud 16 jaren die, na uit dit rijk, als vreemdeling zonder middel van be staan, te zijn verwijderd, uit Pruissen herwaarts is teruggezonden, op grond dat hij aldaar had opgegeven te Rotterdam geboren te zijn. Een in die stad ingesteld onderzoek heeft echter die opgave niet bevestigddaar men noch den naamdien hij opgeeft te dragenheeft kunnen aangetcekend vinden noch dien van zekeren directeur van een comcdianlcnlroepdie hemvol gens zijn zeggenop 4-jarigcn leeftijd aan zijne ouders te Rotterdam ont roofd, en sedert op diens reizen met zijn troep door Duitschland bij zich gehouden zon hebben. Alvorens nu tot andere maatregelen te besluiten, wordt het raadzaam geaehl te onderzoeken, of alsnog misschien, hetzij te Rotterdamhetzij elders in Nederland ten aanzien van dien jongeling eenig licht kan gegeven worden. Dienvolgens zijn de ambtenaren van politie uït- genoodigd Ie doen nagaan of zich een geval, als hierboven omschreven, in der tijd in hunne gemeente heeft voorgedaan en meer bepaaldelijk, of de naam diens jongclings, volgens zijne opgave Ferdinand Schank, of wel die

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1860 | | pagina 1